Hennelien Stoorvogel Maatschappijleer DT 500695720 Vakdidactiek 3 Mieke Bernaerts Inhoud Inleiding ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 3 Wanneer spreken we van ‘duurzame’ ontwikkeling? --------------------------------------------------------------- 4 Ontwikkeling ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 4 Opdracht 1- Ontwikkeling ---------------------------------------------------------------------------------------- 6 Duurzame ontwikkeling -------------------------------------------------------------------------------------------------- 6 Bedreigingen---------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 7 Opdracht 2- Bedreigingen en duurzame ontwikkeling ---------------------------------------------------- 7 De Verenigde Naties --------------------------------------------------------------------------------------------------------- 7 Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens ------------------------------------------------------------ 8 Millenniumdoelen --------------------------------------------------------------------------------------------------------- 8 Opdracht 3- Millenniumdoelen --------------------------------------------------------------------------------- 9 De 3 P’s - Dimensies ---------------------------------------------------------------------------------------------------------- 9 People- sociaal-culturele dimensie -------------------------------------------------------------------------------- 9 Planet- Ecologische dimensie --------------------------------------------------------------------------------------- 9 Profit- Economische dimensie ------------------------------------------------------------------------------------ 10 Opdracht 4- Bloedmobieltjes ---------------------------------------------------------------------------------- 11 Opdracht 5- Sevren Suzuki ------------------------------------------------------------------------------------- 11 Ongelijkheid ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ 12 Rol van de consument ----------------------------------------------------------------------------------------------------- 12 Duurzaam consumeren ------------------------------------------------------------------------------------------------ 12 Keurmerken --------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 13 Opdracht 6-Keurmerken ---------------------------------------------------------------------------------------- 13 Reduce, re-use en recycle ------------------------------------------------------------------------------------------------ 14 Cradle to cradle ---------------------------------------------------------------------------------------------------------- 15 Biologische kringloop------------------------------------------------------------------------------------------------ 15 Technische kringloop ------------------------------------------------------------------------------------------------ 15 Opdracht 7 – Reduce, re-use, recycle --------------------------------------------------------------------------- 15 Keuzes maken --------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 16 Opdracht 8- Hoe duurzaam koop jij?------------------------------------------------------------------------- 17 Opdracht 9 -Rank a Brand -------------------------------------------------------------------------------------- 17 Leerlingen- bronnenlijst --------------------------------------------------------------------------------------------------- 18 Inleiding Beste leerling, Voor je ligt nu het leerlingenboekje ‘ There is no planet B’ , een inleiding in duurzame ontwikkeling. Het is jullie vast niet ontgaan dat er in de media veel aandacht wordt besteed aan de uitstoot van broeikasgassen, dierenleed in de bio-industrie en oplossingen over energiebesparing. Duurzame ontwikkelingen en milieuvraagstukken krijgen een steeds duidelijkere rol in de hedendaagse samenleven. Jullie zijn de dragers van de toekomstige samenleving. Jullie zullen de toekomstige rol van docent, politicus, onderzoeker of politicus op je nemen en daarin is het belangrijk rekening te houden met wat de gevolgen zijn van onze keuzes, voor nu en later. In deze lessenserie, die vier lessen van 90 minuten omvat, gaan wij leren over duurzame ontwikkeling. Wat houdt het in, welke bedreigingen zijn er, welke dillema’s heersen en welke rol kunnen jij en ik daarin spelen. Aan het einde van de lessenserie zal je een toets krijgen over de theorie en opdrachten die in dit leerlingenboekje zijn ingenomen. Het is dan ook van belang dat je het boekje en ook de antwoorden op de vragen goed bewaard. Wanneer spreken we van ‘duurzame’ ontwikkeling? Ontwikkeling Er zijn allerlei vormen van ontwikkeling waar je dagelijks mee te maken hebt: competentie ontwikkeling, evolutie ontwikkeling, persoonlijke - of professionele ontwikkeling of bijvoorbeeld de ontwikkeling van het klimaat. De meest logische vertaling van het woord ontwikkeling is vooruitgang. Toch is deze vertaling niet voldoende. Want is het een vooruitgang dat wij acht miljoen auto’s hebben rijden in Nederland? Dat er per dag wereldwijd zon 12.000 ton plastic afval bij komt? Of dat de ijskappen op de Noordpool smelten en daarmee de leefomgeving van de ijsbeer wordt bedreigd? Wat noemen we dan vooruitgang ofwel ontwikkeling? Het woord ontwikkeling heeft in ieder geval te maken met het leven van de mens. We hebben immers als mens het woord bedacht en ook al maken we ons druk om de ontwikkeling van de natuur, dan is het vaak omdat het invloed heeft op de wijze waarop mensen op aarde wensen te leven. Ontwikkeling kunnen we dus definiëren als een verbetering of vooruitgang van het leven van mensen. Dit zegt nog steeds niet veel. Daarom maken we een onderscheid tussen twee manieren waarop we naar ontwikkeling kunnen kijken: een kwantitatieve en kwalitatieve benadering. Kwantitatieve benadering: bij deze manier van kijken naar ontwikkeling kijken we naar hoe het leven van mensen getalsmatig in beeld wordt gebracht. We kijken naar inkomen en wat je er voor kunt kopen (koopkracht). Het gaat dus veelal om materiele zaken (spullen). Deze staan in verband met economische groei en modernisering. Natuurlijk is dit belangrijk in het leven van een mens, meer geld betekent vaak dat men ook meer keuzevrijheid heeft, maar met alleen materiele aspecten kun je nog niet stellen dat je ontwikkeld bent. Kwalitatieve benadering: bij deze manier van kijken naar ontwikkeling kijken we naar immateriële aspecten, zoals vrijheid, mensenrechten, deelname aan een samenleving, keuzevrijheid, de mogelijkheid je stem te laten horen, invloed uit te oefenen en jezelf te ontplooien. Ontwikkeling is vanuit twee benaderingen op verschillende manieren te meten. Aan de ene kant kun je het inkomen van mensen meten en vaststellen dat één miljard mensen van minder dan een dollar per dag leven. Dat is de kwantitatieve benadering. Bij de kwalitatieve benadering bekijk je die situatie op een heel andere manier. Het gaat er niet om of één miljard mensen met meer of minder dan een dollar per dag moeten leven, maar of die mensen ervoor gekozen hebben om op die manier te leven. Een tussenweg is geformuleerd door de Verenigde Naties. Jaarlijks meet deze internationale organisatie de ontwikkeling alle landen van de wereld door de Human Development Index. Het is een samengesteld getal, waarbij de ontwikkeling wordt uitgedrukt in koopkracht, onderwijs en levensverwachting. De koning van Bhutan ( een land in de Himalaya) bedacht ooit een derde benadering. Hij vond alle opvattingen over ontwikkeling veel te westers en introduceerde het Bruto National Geluk. We zijn gewend om te spreken van Bruto Nationaal Product (het inkomen van een land), maar volgens de koning gaat het er uiteindelijk om of je gelukkig bent. Sinds die tijd zijn wetenschappers in de wereld de mate van geluk in de wereld gaan meten. Bron: HP de Tijd 25-04-2015 Ondanks de verschillende benaderingen zien we dat ontwikkeling meestal in economische termen wordt gemeten. Groei is dan het belangrijkste om te meten. Groei zegt echter weinig over de inkomensverdeling in een land of armoede onder de bevolking. Als men in een land vele natuurlijk hulpstoffen vind, zoals bijvoorbeeld diamanten en goud in Congo betekent dat automatisch groei. Maar over de verdeling van die groei of de vervuiling die deze groei met zich mee brengt omdat er mijnen moeten worden aangelegd wordt dan niet gelijk iets gezegd. Je weet zo dus wel wat over de economische groei, maar niets over de ontwikkeling. Laat staan of die duurzaam is. Opdracht 1- Ontwikkeling 1. In Nederland kennen we het recht op onderwijs. Bij welke benadering hoort deze. Kwalitatieve of kwantitatieve benadering? 2. De bron “20 happiest countries in the world” geeft de gelukkigste landen aan. Zoek nou op welke landen tot het minst gelukkig behoren. 3. Als je de bron “20 happiest countries in the world” bekijkt heb je zowel de kwalitatieve als de kwantitatieve benadering nodig voor een gelukkig leven. Legt uit waarom. 4. Waarom zegt economische groei in een land niet automatisch iets over de ontwikkeling van een land? Duurzame ontwikkeling De letterlijke vertaling van het woord duurzaam is dat iets lang blijft bestaan en zo een lange levensduur kent. Dit zorgt gelijk voor verwarring. Want een auto kent een lange levensduur en zo ook een koelkast, wasmachine of koffieapparaat. Het zijn allemaal producten die als het goed is jaren meegaan. Echter spreken we hier niet van duurzame ontwikkeling. We spreken van duurzame ontwikkeling wanneer er sprake is van vooruitgang in de samenleving, waarbij de samenleving zoals die is, langer kan blijven bestaan. Het begrip duurzame ontwikkeling werd in 1987 door Brundtland geïntroduceerd in het rapport “Our Common Future” van de Verenigde Naties. “Duurzame ontwikkeling is de ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van de toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen” Kortom, duurzame ontwikkeling kijkt naar de huidige behoefte die de mensen op de aarde hebben en hoe dit in de toekomst ontwikkeld kan worden zonder dat de mensen, het milieu of de economie nu of in de toekomst in gevaar komen. Het rapport “Our Common Future” van Brundtland waarin de principes van duurzame ontwikkeling werden vastgelegd was de aanleiding voor de eerste Wereldconferentie in Rio de Janeiro in 1992 Door rekening te houden met mens, het milieu en de economie krijg je een samenleving die in balans is. Bij het in balans houden van de samenleving wordt gekeken naar de drie dimensies die een rol spelen bij duurzame ontwikkelingsvraagstukken. Het gaat om het gedrag en de belangen van mensen (people), om de effecten op en bescherming van het milieu, de ecologie en de aarde in het algemeen (planet), en om de economische ontwikkeling en welvaart (profit), afgekort de drie p’s. Mensen, natuur en economie dienen met elkaar in balans te zijn. Deze drie P’s worden verderop in de reader besproken. Bedreigingen De aarde is in principe een hele veilige plaats. We zijn goed beschermd tegen mogelijke rampen. Een film als “2012” of “The day after tomorrow” over het einde van de wereld is heel goed gemaakt, maar het is alweer 2016 en zo bleek die Maya-voorspelling niet te kloppen. Toch zijn er wel degelijk redenen tot zorg om de toekomst van onze planeet en de levens de zich daar op afspelen. Enkele bedreigingen zijn: Klimaatverandering als gevolg van uitstoot van broeikas gassen; Verspilling van grondstoffen en zoet water; Afval en schadelijke stoffen die in het milieu belanden; Overmatig gebruik van bestrijdingsmiddelen; Luchtvervuiling; Verdroging en verzuring van de bodem; Uitbuiting en schendingen van mensenrechten; Te grote verschillen in welvaart tussen mensen wereldwijd; Groei van de wereldbevolking; Het welzijn van niet in de vrije natuur levende dieren die wij voor ons eigen nut gebruiken; Met uitsterven bedreigde dieren Opdracht 2- Bedreigingen en duurzame ontwikkeling 1. Wanneer is er sprake van duurzame ontwikkeling. Leg in eigen woorden uit. 2. Kies één van de bedreigingen uit de bovenstaande tekst. Zoek op wat de oorzaak is achter de bedreigingen. Bijvoorbeeld; Hoe komt het dat er verzuring van de bodem ontstaat, waarom is een groei van de wereldbevolking een bedreiging. De Verenigde Naties De Verenigde Naties, vaak afgekort tot de VN, is een internationale organisatie waarin alle 193 landen als leden vertegenwoordigd zijn. De VN is opgericht in 1945, toen de Tweede Wereldoorlog net was afgelopen. De VN doet een heleboel met alle landen en in alle landen die lid zijn van de VN. Ze hebben 4 grote doelen die duidelijk maken waar de VN zich mee bezig houdt. De bevordering van de internationale vrede en veiligheid. De ontwikkeling van vriendschappelijke relaties tussen naties. Samenwerking bij het oplossen van internationale problemen. Het bevorderen van de naleving van de mensenrechten. Om deze doelstellingen te behalen heeft de VN vele organisaties in het leven geroepen. Een aantal zullen jullie wel bekend voorkomen. Namelijk; de Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (UNESCO), Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (FAO). Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens De Verenigde Naties zijn ook bekend vanwege het vastleggen van de mensenrechten in de "Universele Verklaring van de Rechten van de Mens". Op 10 december 1948 heeft de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) als resolutie aangenomen De verklaring is de eerste internationale bevestiging van de universaliteit van mensenrechten. De verklaring heeft geen bindende kracht, maar heeft in de loop der jaren grote morele betekenis gekregen als de belangrijkste internationale standaard van de mensenrechten. Mensenrechten zijn de basis van vrijheid, gerechtigheid en vrede. Minachting voor de mensenrechten heeft geleid tot barbaarse handelingen. Als mensen niet worden beschermd, is opstand tegen onderdrukking het laatste toevlucht. Alle leden van de Verenigde Naties hebben zich aan deze verklaring gebonden. Mensenrechten zijn een plicht van iedereen: regering, individu of maatschappelijk orgaan Millenniumdoelen In 2000 hebben de 193 lidstaten van de Verenigde Naties na 25 jaar onderhandelen en redetwisten afgesproken om voor 2015 belangrijke vooruitgang te boeken op het gebied van armoede, onderwijs, gezondheid en milieu. Er zijn acht concrete doelstellingen vastgelegd: de Millennium Development Goals ofwel millenniumdoelen. Opdracht 3- Millenniumdoelen 1. Zoek de definities op voor relatieve armoede en absolute armoede. 2. Zoek op welk bedrag de Wereldbank hanteert om de armoedegrens aan te geven. 3. Definieer wat armoede is in Nederland. Wanneer ben je arm? En is er dan sprake van relatieve of absolute armoede? Licht je antwoord toe. 4. De VN heeft een organisatie in het leven geroepen dat UNICEF heet. Dat staat voor 'United Nations International Children's Fund'. Zoek op wat deze organisatie doet. De volgende vraag beantwoord je in tweetallen. 5. Kies één van de acht millenniumdoelstellingen en werk deze uit. o Wat willen ze bereiken met de doelstelling? o Kun je een land benoemen waarvoor deze doelstelling specifiek van belang is en uitleggen waarom? o Zou je een negende millenniumdoel kunnen opstellen? Beargumenteer je antwoord. Alles over millenniumdoelen https://www.oneworld.nl/toekomstdenkers/millenniumdoelen De 3 P’s - Dimensies People- sociaal-culturele dimensie Bij deze dimensie gaat het erom dat er sociale rechtvaardigheid en gelijkheid wordt nagestreefd. Hoe gaat draagt een bedrijf zorg voor zijn werknemers binnen de organisatie, maar ook daar buiten. In een maatschappelijk verantwoorde organisatie zijn er goede arbeidsverhoudingen, kunnen de werknemers zich ontwikkelen en hebben zij voldoende eigen verantwoordelijkheid. Ook biedt deze organisatie een leefbare omgeving voor de nabije bevolking, maar is er ook respect voor mensenrechten en arbeidsomstandigheden in andere landen, bijvoorbeeld de landen waar de grondstoffen vandaan komen. Hoe gaat een bedrijf om met gedragscodes: man-vrouw verhoudingen, diversiteit, discriminatie, inzet van mensen met een (lichamelijke, geestelijke en/of psychische) arbeidsbeperking, mensenrechten, omkoping, kinderarbeid en medezeggenschap. Planet- Ecologische dimensie Planet staat voor een proactieve opstelling met betrekking tot de natuurlijke leefomgeving en het bijdragen aan het oplossen van milieuproblemen waarop de organisatie invloed heeft of kan hebben. Waar haalt het bedrijf zijn grondstoffen of energie vandaan, houdt het daarbij rekening met de natuurlijke kringloop? Zijn de milieuaspecten van het bedrijf voor iedereen zichtbaar en transparant, zodat anderen kunnen nagaan hoe de organisatie omgaat met het milieu. Gaan zij zo om met de natuur en haar natuurlijke hulpbronnen dat deze ook voor toekomstige generaties verzekerd zijn? Rekening houden met het effect van de bedrijfsactiviteiten op het milieu, ofwel de planeet. Dit houdt concreet in dat bij de activiteiten van de organisatie gelet wordt op afvalscheiding, gebruik van schoonmaakmiddelen op natuurlijke basis, zuinig energieverbruik, gebruik van gerecyclede materialen en verpakkingen. Profit- Economische dimensie Bij profit gaat het er om dat de organisatie niet enkel winstgericht is en hierbij dus rekening houdt met de vorige twee dimensies. Denk hierbij aan wat zij in economisch opzicht bijdragen aan de omgeving; doen zij aan sponsoring van goede doelen, wat betekenen zij voor de werkgelegenheid? Dragen zij bij aan een goede infrastructuur? En nog belangrijker, betalen zij een eerlijke prijs voor hun grondstoffen en medewerkers. Ofwel is er sprake van een eerlijke handel en niet van kinderarbeid of afpersing. Winst maken hoort bij sociaal ondernemen, het gaat erom dat de balans tussen alle P’s evenwichtig is. Kleeft er aan jouw telefoon bloed Je mobiele telefoon is een goudmijn! Maar dan met allerlei minerale grondstoffen: zilver, tin, kobalt en het zeldzame columbiet-tantaliet ofwel coltan. Zoveel grondstoffen als je mobiele telefoon in zich heeft, zeker zoveel bedrijven hebben zich met de productie van je mobiele telefoon bezig gehouden. Dat zie je in eerste instantie niet aan je Nokia, Samsung of Apple, maar deze multinationale ondernemingen werken in een mondiaal productienetwerk samen met allerlei onderaannemers, die onderdelen van je mobiele telefoon aanleveren. We nemen de batterij in je mobiele telefoon als voorbeeld. Een belangrijk bestandsdeel in je batterij is de grondstof kobalt. De Democratische Republiek Congo heeft de grootste winbare voorraad kobalt. Via lokale handelaren wordt de kobalt verkocht aan exporteurs van minerale grondstoffen. Zij verkopen het door aan verwerkingsbedrijven van kobalt, zoals Umicore of Xstrata Nickel. Vervolgens wordt de verwerkte kobalt verkocht aan producenten van batterijen zoals Samsung Electronics of Sanyo Electronics. Daarna gaat de batterij naar de producenten van mobiele telefoons. Dat zijn vooral Aziatische elektronica bedrijven zoals Foxxcon, die de productie van mobiele telefoons verzorgt in opdracht van grote merken als Apple en Nokia. Hierna wordt de mobiele telefoon verkocht via mobiele netwerkproviders zoals Vodafone, KPN en T-Mobile die hun producten weer verkopen via onafhankelijke verkooppunten als Belcompany of The Phone House. We zien hier een manier van produceren die kenmerkend is voor het globaliseringsproces. Het eindproduct draagt de naam van één multinationale onderneming, maar is tot stand gekomen in een uitgebreid productienetwerk. Bron: Lesgeven over duurzame ontwikkeling Opdracht 4- Bloedmobieltjes Lees eerst de bovenstaande bron door en bekijk dan dit filmpje https://vimeo.com/24366196 Vragen: 1. Leg in het kader van het voorbeeld uit wat globalisering inhoudt. 2. Bekijk de video “bloedmobieltjes” en leg uit met behulp van beide bronnen dat alle 3 P’s bij de winning van coltan niet worden nageleefd. 3. Welk millenniumdoelen zijn hiermee niet geslaagd? Hoe zou je het proces kunnen stoppen? Boek: Bloedmobieltjes- colant in Congo door Seada Nourhussen Opdracht 5- Sevren Suzuki In 1992 kreeg Severn Suzuki de wereld stil met haar speech op de Wereldmilieu Conferentie van de Verenigde Naties in Rio de Janeiro. Zij sprak daar als twaalfjarige namens de Environmental Children's Organization, die ze zelf was gestart op haar negende. Lees eerst de vragen door en bekijk dan haar speech hier- https://youtu.be/gXQ5OSnRwO8 Vragen: 1. Ze noemt verschillende ‘angsten’ die ze heeft. Noem er drie. 2. Op welke millennium doelstellingen doel ze hiermee? Kun je haar angsten koppelen? 3. Welke boodschap wil zij meegeven aan de leden van de Verenigde Naties? Bespreek in tweetallen 4. Wat vond je van haar speech? Wat vonden jullie wel of niet goed? Wat raakte je en wat niet? Zijn er daarbij dingen die zij gezegd heeft die nog steeds gelden? Wat dan? ‘Twintig jaar geleden, toen ik twaalf jaar oud was, sprak ik de VN toe. Sindsdien heb ik veel verschillende dingen gedaan, maar die zes minuten in Rio de Janeiro in 1992, waarin ik de wereld confronteerde met de stem van de toekomst, blijft het meest krachtigste en belangrijkste dat ik ooit heb gedaan. Ik heb veel tijd nagedacht over waarom dat is. Meer dan ooit ben ik ervan overtuigd dat we wanhopig op zoek zijn naar die stem, de stem van jonge mensen. Om ons te confronteren met onze acties en alle rationalisatie voor de vernietiging van de aarde weg te nemen. Dus ik zou jullie willen vragen om je stem te gebruiken. Nooit in de geschiedenis van de mensheid hebben we jouw stem meer nodig gehad dan nu.’ Sevren Suzuki- 36 jaar Ongelijkheid Een van de uitgangspunten voor duurzame ontwikkeling is een gelijkwaardige beschikking over eerste levensbehoefte en toegang tot kennis en ontplooiing. Dat ideaal is nog lang niet in zicht. Enkele cijfers over de mondiale verdeling van consumptiemogelijkheden en bestedingen. (bronnen: Human Development Report van de VN en de FAO-2012): o o o o o o o o o 854 miljoen mensen zijn chronisch ondervoed. 1,2 miljard mensen hebben last van overgewicht en 400 miljoen mensen lijden aan obesitas; 70% van het zoete water in de wereld wordt gebruikt voor landbouw; 22% voor de industrie en 8% voor huishoudelijk gebruik; De minimale waterbehoefte per persoon per dag is 20 liter. Europeanen gebruiken gemiddeld 250 liter. Amerikanen 575 liter. 1,1 miljard mensen moeten het doen met 5 liter per dag; Meer dan 1,1 miljard mensen hebben geen toegang tot voldoende veilig drinkwater; 2,6 miljard mensen hebben geen goede sanitaire voorzieningen; 65% van alle energie wordt verbruikt door 20% van de wereldbevolking; 50% van alle vermogen is in bezit van 2% van de wereldbevolking. 50% van de wereldbevolking moet het doen met 1% van het vermogen in de wereld; 70% van de wereldhandel gaat naar 20% van de wereldbevolking; 75% van het wereldinkomen gaat naar 20% van de wereldbevolking. Rol van de consument Duurzaam consumeren Consumeren betekent dat wij als consument producten en/of diensten aanschaffen. Dit is dus iets wat jij en ik in principe elke dag doen. Wanneer we spreken van duurzaam consumeren betekent dat er bij de aankoop van producten en/of diensten rekening wordt rekening gehouden met het milieu en met eerlijke productie. Hiermee kunnen wij als consument een bijdrage leveren aan een duurzame samenleving. Vaak wordt er bij het woord duurzaam gelijk gedacht aan “duur”. Dat gaat tegenwoordig niet meer in alle gevallen op. Duurzame producten zijn vaak in een zelfde al dan niet goedkopere prijsklasse te vinden dan niet duurzame producten. Wanneer deze wel duurder zijn in de aanschaf, bieden ze op de lange termijn vaak voordelen. Bijvoorbeeld omdat er energie mee wordt bespaard of omdat het product langer mee gaat. Soms helpen subsidies en belastingkortingen de aanschafprijs te verlagen. Keurmerken Een keurmerk is een compact, visueel kwaliteitsoordeel over een product of dienst, afkomstig van een betrouwbare bron. Een keurmerk helpt de consument bij het beslissen over een aankoop. Keurmerken zijn ook inzetbaar voor goede doelen, zoals producten die beter zijn voor het milieu, of die diervriendelijk zijn geproduceerd. Er zijn inmiddels talloze keurmerken op de markt, waardoor niet overzichtelijk is waar ieder keurmerk voor staat. We kunnen echter wel één belangrijk onderscheid maken in alle keurmerken namelijk die tussen het onevenwichtige gebruik van menselijke of natuurlijke hulpbronnen. - Keurmerken voor ecologische producten In de landbouw, maar ook in bijvoorbeeld de kleding- en meubelindustrie wordt in hoge mate gebruik gemaakt van natuurlijke hulpbronnen. Keurmerken voor ecologische producten streven naar een evenwichtig gebruik van deze natuurlijke hulpbronnen. Voorbeelden zijn het FSC houtkeurmerk, het EKO-keurmerk en het keurmerk Beter Leven. - Keurmerken voor fairtrade producten De internationale handel wordt gekenmerkt door ongelijke toegang tot de wereldmarkt en prijsontwikkelingen waar grote bedrijven meer grip op hebben dan kleine producenten. Bij fairtrade producten staat sociale rechtvaardigheid, een leefbaar loon, veilige en gezonde arbeidsomstandigheden en goede werknemersrechten voorop. Het meest bekende keurmerk in Nederland is Max Havelaar. Download gratis de App; Questionmark & de site met alle keurmerken in een overzicht http://keurmerken.milieucentraal.nl/Keurmerken Opdracht 6-Keurmerken 1. Welke van de 3 P’s benadrukken de keurmerken voor fairtrade producten nou juist? Leg uit waarom. 2. Let jij bij de aankoop van etenswaren op ecologische keurmerken? Waarom zou je dat doen? In groepjes van vier. 3. Bedenk 3 producten (merken) die jij graag eet. Zoek vervolgens van deze producten de ‘ duurzame’ variant op. Hoe groot is het prijsverschil? En beargumenteer of je het duurzame product nu eerder zou aanschaffen of waarom je voor het eerst gekozen product zou gaan. Deel vervolgens je producten in je groepje. In groepjes van vier. Ieder zoekt een keurmerk op. 4. Zoek de volgende keurmerken op via internet en leg in je eigen woorden uit waar deze voor staan. EKO-keurmerk; FSC-logo; Max Havelaar-keurmerk; MSC-keurmerk Reduce, re-use en recycle Reduce Reduce staat voor reduceren ofwel verminderen. Dit betekent dat je het verbruik van (natuurlijke) middelen probeert te verminderen. Je kunt dat vooral denken aan het verminderen van je gebruik in algemene voorzieningen als water, gas, elektriciteit maar ook aan gebruiksgoederen als kleding, meubels of dagelijkse boodschappen. Re-use Re-use staat voor hergebruik. Je probeert dan producten zolang mogelijk te gebruiken, voor zoveel mogelijk doeleinden. Verleng bijvoorbeeld de levensduur van een kastje door het te repareren of te voorzien van een nieuw kleurtje. Biedt spullen die je niet meer wilt aan bij een Kringloopwinkel of verkoop ze door op Marktplaats. Maar je kunt ook denken aan het geven van een nieuwe functie aan producten die je niet meer gebruikt. Van oude blikjes kun je leuk gekleurde planten potjes maken of oude glazen potten gebruiken om badkamerartikelen in op te bergen. Bron: Pinterest Recycle Bij recycling worden onderdelen of grondstoffen van oude producten gebruikt om nieuwe producten te maken. Het verschil tussen recycling en hergebruik is dat bij recycling spullen worden verzameld die aan het einde van de levensduur zijn gekomen om ze vervolgens te verwerken tot nieuwe grondstoffen voor nieuwe producten. Je bespaart hiermee niet alleen op grondstoffen maar vooral ook op energie. De winning van grondstoffen uit de natuur en productie van nieuwe materialen kost namelijk veel meer energie dan het recyclen van oude materialen. Het mooiste is dat recycling een gesloten cirkel is. Dit wordt ook wel de Cradle-to-cradle gedachte genoemd. Producten moeten zo gemaakt worden dat ze biologisch afbreekbaar zijn of dat de materialen volledig hergebruikt kunnen worden. Cradle to cradle Er bestaat geen afval! Zo luidt de filosofie van Braungart en McDonough, twee wetenschappers die het principe van cradle to cradle (C2C) hebben geïntroduceerd. Het gaat erom dat een product dat eenmaal is verkocht opnieuw wordt ingenomen als het versleten is, om er daarna weer eenzelfde product van te maken. Het ‘afval’ van het ene product moet de basis zijn voor nieuwe producten. Het uitgangspunt is het begin van een eindeloze keten van het ontwerpen en produceren van producten, waarvan je zeker weet dat ze uiteindelijk weer nieuwe producten opleveren. Ze spreken van twee soorten kringlopen. Biologische en technische kringlopen. Biologische kringloop Bij een biologische kringloop worden de producten weer teruggegeven aan de natuur, doordat het biologisch afbreekbaar is. Zo bestaan er bijvoorbeeld al biologisch afbreekbare tapijten, jassen en parpaplu’s. Het materiaal (zowel de stoffen, als de kleuren waarmee de stoffen zijn geverfd) is volledig biologisch afbreekbaar. Technische kringloop Bij technische kringloop is het product volledig te demonteren en zijn de losse onderdelen in nieuwe producten te verwerken. Er zijn inmiddels fabrikanten van stoelen, tafels en zelfs computers, die hun producten zo hebben gemaakt, dat elk deel gemakkelijk te demonteren is. Bron: duurzaamondernemen.nl Opdracht 7 – Reduce, re-use, recycle 1. Bedenk voor zowel reduce, re-use als recycle 3 voorbeelden. 2. Welk van de drie; reduce, re-use of recycle, zou het beste zijn voor het milieu. Beargumenteer je antwoord. 3. Vind voor zowel de biologische als de technische kringloop een voorbeeld. Wat is jouw voetafdruk op de www.wnf.nl/footprint aarde? Ga naar Keuzes maken Keuzes maken wordt steeds ingewikkelder. Doordat er steeds meer producten op de markt komen neemt de keuze mogelijkheid voor ieder product toe. Bedenk je maar eens hoeveel soorten en merken tandpasta, laptops en mobiele telefoons zijn. En naast het de hoeveelheid soortgelijke producten heb je ook nog eens de invloed van het aantal aanbieders. Zo verkopen vele winkels zowel in de straten als online dezelfde producten. Wie verkoopt wat, waar en moet ik nog rekening houden met aanbiedingen? Als consument maak je telkens keuzes bij de aankoop van je producten en/of diensten. Wat zijn de keuzes die jij maakt? Hieronder zijn een aantal factoren genoemd die wellicht meewegen in het maken van keuzes. Prijs-kwaliteitverhouding Het spreekt voor zich dat je bij het maken van een keuze een afweging maakt tussen de prijs en de kwaliteit. Is een duurder product ook beter? Of kun je kosten besparen en de zelfde kwaliteit verwachten van een vergelijkbaar en goedkoper product? Ook voorwaarden als service, garantie en dienstverlening kunnen een rol spelen bij het afwegen van je keuze. Merk Het merk van een product speelt vaak een grote rol in het maken van onze keuzes. Het kan zijn dat je altijd producten van een zelfde merk koopt omdat je hier goede ervaringen mee hebt. Wellicht gebruik je altijd het zelfde make-up merk of draag je altijd hetzelfde kleding merk omdat het imago van het merk je aanspreekt of omdat merk aansluit bij jou persoonlijke smaak. Gebruikersgemak Met gebruikersgemak wordt bedoelt dat je het product of de dienst zonder al te veel moeite kunt gebruiken. Je hoeft bij de aanschaf van een nieuwe telefoon niet eindeloos de handleiding door te nemen of bij de aanschaf van een nieuwe laptop eindeloos software te installeren voordat er gebruik van kunt maken. Je kunt ook denken aan gebruikersgemak als het gaat om verpakkingen. Kan ik de verpakking makkelijk open krijgen of weer afsluiten als ik het langer wil bewaren? Milieu- en/of gezondheidseffecten Welke gevolgen hebben de producten die je koopt voor het milieu en/of gezondheid? Je kunt hierbij denken aan de afval die de aanschaf van een product oplevert. Is het product bijvoorbeeld gemaakt van recyclebaar materiaal? Maar ook gezondheidsgevolgen kunnen meespelen, denk daarbij aan giftige stoffen, zoals bestrijdingsmiddelen die gebruikt worden bij het telen van groenten of fruit. Gevolgen voor je eigen leven Sta je altijd stil bij de gevolgen die producten hebben voor je eigen gezondheid of leven? Veel Red Bull drinken heeft als gevolg dat je een mogelijk slaapstoornis ontwikkelt, veel ongezond en vet eten kan de kans op suikerziekte vergroten. Morele aspecten bij het kiezen Bij alle keuzes die je maakt, kun je negatieve en positieve gevolgen voor je leven, gezondheid en de wereld om je heen opnoemen. Dat heeft tot gevolg dat er een moreel aspect zit aan de keuzes die je maakt. Je eigen normen en waarden spelen dus een rol bij de keuzes die je maakt. Is het wel of niet goed, is het wel of niet verantwoord voor de maatschappij. Dit kan er voor zorgen dat je soms voor de ene of andere optie gaat. Als je altijd plastic verpakt eten koopt, dan weet je dat dit plastic ook moeten worden verwerkt. Als je altijd met de auto of scooter naar school gaat en niet met de trein, weet je dat je meer vervuiling veroorzaakt . Het is dus goed om je bewust te zijn van de negatieve en positieve gevolgen van de keuzes die je maakt. Opdracht 8- Hoe duurzaam koop jij? 1. Noem 3 producten die je afgelopen maand gekocht hebt. Kijk daarbij naar de afwegingen die je kunt maken die eerder zijn opgenoemd en vertel welke voor jou doorslaggevend waren bij de aankoop van het product. 2. Kijk het volgende filmpje https://youtu.be/KL2HZBJ37m0 “Our daily bread- Who wants to be a chicken’. Welke aankoopfactor wil de maker van dit filmpje aanwakkeren bij de consument? Licht je antwoord toe. Opdracht 9 -Rank a Brand Rank a Brand is de grootste duurzame merkenvergelijkingssite van Europa. Bij Rank a Brand vind je een overzicht van belangrijke consumentenmerken en hun score op het gebied van duurzaamheid. Deze website bevat meer dan 800 merken in 6 sectoren, waaronder kleding, elektronica, reizen, telecom en eten & drinken. Bekijk het volgende filmpje: en ga vervolgens naar de website www.rankabrand.nl Geef antwoord op de volgende vragen: http://www.youtube.com/watch?v=ql2l71XARLY&feature=player_embedded# 1. Welke labels kent Rank a Brand toe aan de merken? 2. Waarop zijn deze labels gebaseerd? En kun je deze koppelen aan de 3 P’s (people, planet, profit). 3. Vul op de website de merknaam in van een kledingstuk of schoenen die je nu aan hebt. Geef aan welk label het merk krijgt van Rank a Brand en leg in het kort uit waarom zij dit label hebben gekregen. 4. Zoek vervolgens het merk zelf op en kijk wat je kan vinden over ‘duurzame ontwikkeling’. In welk opzicht houden ze zich er mee bezig of juist niet? Leerlingen- bronnenlijst Naam Fair Trade Doel Website Bevordert eerlijke handel in de wereld. www.fairtrade.nl Max Havelaar Garantielabel voor producten van eerlijke handel. www.maxhavelaar.nl Made-by Een garantielabel voor duurzaam gemaakte mode. www.made-by.nl Rank a Brand Site waar je merken kunt waarderen op duurzaamheid. Bestrijding van armoede in Latijns-Amerika, Azië en Afrika. Een rechtvaardige wereld zonder armoede www.rankabrand.nl Armoede de wereld uit bannen. www.live8live.com Het verbeteren van het welzijn van dieren in de bio-industrie. Opvang voor uitheemse dieren. www.wakkerdier.nl Het Wereld Natuur Fonds zet zich sinds 1962 actief en met succes in voor natuurbescherming over de hele wereld. Acties voor een beter milieu. www.wnf.nl Voor een mooi landschap, een rijke natuur en een gezond milieu. Verleent hulp aan kinderen in door oorlog getroffen gebieden. Verleent hulp in ontwikkelingslanden aan kinderen en jongeren met een handicap. Helpt Braziliaanse straatkinderen bij hun dagelijkse strijd om het bestaan. Strijd tegen kinderarbeid www.snm.nl Hier vind je allerlei informatie over duurzaamheid. Vele opdrachten, spelletjes en handige tips. Een bedrijvengids, met ruim 18.000 winkels die duurzame producten verkopen. Is een onafhankelijke wereldwijde beweging van zeven miljoen mensen in meer dan 150 landen die zich inzet voor slachtoffers van schendingen van mensenrechten. www.duurzaammbo.nl Komt wereldwijd op voor de rechten van het kind www.unicef.nl Soldaridad NOVIB Live8 Wakker Dier Stichting AAP WNF Milieudefensie Natuur en Milieu War Child Liliane Fonds Help mij leven Stop kinderarbeid Duurzaam MBO Alles Duurzaam Amnesty UNICEF www.solidaridad.nl www.novib.nl www.aap.nl www.milieudefensie.nl www.lilianefonds.org www.helpmijleven.org www.schooldebestewerkpla ats.nl www.allesduurzaam.nl www.amnesty.nl