De visie van Frida Deceunynck 7 Nooit stond de risicoloze spaarrente zo laag als vandaag. Kunnen beleggingsfondsen het juiste alternatief bieden? Terug naar Rabobank.be De waarheid over beleggingsfondsen door Frida Deceunynck, financieel journaliste. Het zijn moeilijke tijden voor spaarders. De rente staat op een diepterecord en voorlopig lijkt er nog niet veel beterschap op komst. Om de overheidsschuld te saneren, houden overheden en centrale banken de rentevoe­ ten kunstmatig laag. De spaarders betalen hieraan dus onrechtstreeks mee (‘financiële repressie’, heet dat met een duur woord). Als daar straks nog inflatie bovenop komt, dreigen brave spaarders helemaal geschoren te worden. Wie is Frida Deceunynck? ❚ Financieel journaliste ❚ Gespecialiseerd in personal finance en beleggen ❚ Auteur van de gekende boekenreeks ‘Geldwijzer’ ❚ Werkt onder meer voor De Standaard en Radio 2 Ontsnappen aan het doemscenario Beleggen in fondsen wordt door banken, vermogensbeheerders en financiële planners algemeen aangeprezen als middel om hieraan te ontsnappen. Met fondsen belegt u immers indirect in aandelen en obligaties. Door aandelen en obligaties in een fonds­ verpakking te kopen, worden bovendien de risico’s van uw beleggingen gespreid en krijgt u er een professioneel beheer bovenop. Op die manier pikt u een graantje mee van het groeipotentieel van de economie en profiteert u bovendien van de iets hogere rendementen van aandelendividenden en coupons op obligaties. Koudwatervrees De koudwatervrees bij de traditionele spaar­ ders is echter groot. Met de financiële crisis nog vers in het geheugen blijven zij liever ver weg van risicodragende beleggingen waar ze het fijne niet van begrijpen. Dat bleek eens te meer uit de rondvraag die Rabobank.be kort voor de zomervakantie organiseerde bij haar klanten. Als belangrijkste obstakel om te beleggen in fondsen stipte 39,80% van de respondenten ‘te veel risico’ aan, op de voet gevolgd door ‘geen vertrouwen’ (37,40%). Het grillige koersverloop van beleggingsfondsen blijft velen afschrikken. Elementaire basisregel Dit ongemak hoeft echter geen onoverko­ melijke hinderpaal te zijn. Wie een aantal | oktober 2014 eenvoudige basisregels respecteert kan de risico’s van fondsen immers gevoelig redu­ ceren. De meest elementaire basisregel is spreiding. Leg niet alle eieren in dezelfde mand maar ga wereldwijd op zoek naar kansrijke beleggingsniches. Ook al gelooft u bijvoorbeeld dat de heropstanding van de Amerikaanse economie het toonaangevende thema zal worden de komende jaren, stop voor alle zekerheid toch ook maar een Aziatische tijger in uw portefeuille. Kortom, beperk u niet tot één fonds, maar geef meer­ dere thema’s een plaatsje in uw portefeuille. U zult wellicht niet met elk fonds hoge top­ pen scheren, en al zeker niet op korte termijn. Maar met een beetje visie en voldoende spreiding zult u op lange termijn wel genoeg winnaars overhouden om de verliezers te compenseren en met uw fondsenportefeuille een hoger rendement te behalen dan met een spaarboekje. Spreiding in de tijd Ook spreiding van uw beleggingen in de tijd is een prima bondgenoot in uw strijd tegen de risico’s. Investeer niet al uw geld in één keer, maar bouw uw fondsenportefeuille stapsgewijs op door bijvoorbeeld elke maand een beperkt bedrag te beleggen in fondsen. Dat is de beste manier om het marktrisico te counteren. Bij elke dip in de markt koopt u dan immers tegen gedaalde koersen. Dat trekt uw gemiddelde aankoop­ koers naar beneden. Als de markten op termijn weer de hoogte ingaan, profiteert u daar automatisch van. Beleg enkel in wat u begrijpt Als derde drempel om in fondsen te beleg­ gen, werd in de bevraging ‘te ingewikkeld’ aangevinkt. Liefst 36,90% van de responden­ ten geeft dit als reden op om niet in fondsen te beleggen. Geen onlogische reactie overi­ gens: zelfs voor ervaren beleggers is het vaak even slikken als hun bankier hen om de oren slaat met het nieuwste gestructureerde fonds met ‘step up’, ‘click’ of ‘maximizer’. De klassieke beleggingsfondsen uit het gamma van een fondsenverdeler zijn echter veel transpa­ ranter. Dat leidt ons meteen tot een andere gouden raad: beleg nooit in iets wat u niet begrijpt en beperk u tot de fondsen met een transparante beleggingsstrategie. Kies voor thema’s waarin u gelooft, bijvoor­ beeld vastgoed, water of energie, en beperk u tot regio’s met langetermijnpotentieel. Duur of goedkoop? Tot slot hebben fondsen ook de naam om duur te zijn. ‘Te hoge kosten’ was in de bevra­ ging voor 10,34% van de respondenten de grootste drempel om te starten met beleg­ gen. Naast de onvermijdelijke belastingen storen beleggers zich voornamelijk aan de van het fondsvermogen afromen. Voor obligatiefondsen ligt dat percentage rond 1%. Hier geldt de regel: een goed fonds mag geld kosten, een slecht fonds niet. Heeft een fonds een te hoge kostenstructuur en bedenkelijke langetermijnresultaten, dan zijn dat zeker redenen om het vaarwel te zeggen. Irrationeel beleggingsgedrag Beheert u als kleine belegger zelf een indivi­ duele aandelen- of obligatieportefeuille, dan spaart u deze kosten uit. Maar of u op die manier meer rendement zal bijeen sprokke­ len, is nog maar de vraag. Een recente studie onder leiding van UCL-professor Catherine D’Hondt maakt alvast duidelijk dat dit niet zo evident is. Op basis van het tradinggedrag “Door aandelen en obligaties in fondsverpakking te kopen, worden de risico’s van uw beleggingen gespreid en krijgt u er een professioneel beheer bovenop.” hoge in- en uitstapkosten en beheersvergoe­ dingen. Van hoge in- of uitstapkosten moet u bij de online fondsenverkopers gelukkig al niet meer wakker liggen. Maar de jaarlijks weerkerende ‘lopende kosten’ zijn niet te ­vermijden. Dat zijn de werkingskosten van het fonds zoals beheerslonen, kosten gelinkt aan wetgeving, audit en administratie, retrocessies die teruggestort worden aan de verdeler, enz. Omdat deze kosten recht­ streeks aan het fonds worden onttrokken, zitten ze automatisch in de koers verwerkt en moet u ze niet extra betalen bovenop de aankoopkoers. Voor aandelenfondsen kunnen de lopende kosten elk jaar tot 2% | oktober 2014 van 65.000 individuele beleggers tussen 1999 en 2014 toont de studie aan dat kleine beleggers, meer dan professionelen, ten prooi vallen aan irrationeel beleggings­ gedrag en dat dit het rendement van hun beleggingen beduidend naar beneden haalt. Of met andere woorden: mist u de basisken­ nis om te beleggen en heeft u onvoldoende inzicht in de financiële markten, dan is het niet zo eenvoudig om standvastig goede resultaten neer te zetten. Misschien is het dan toch niet zo’n slecht idee om dat werkje over te laten aan een professionele fonds­ beheerder, ook al hangt daar dan een licht prijskaartje aan vast. ❚ valkuilen om te vermijden 1 Beleg niet uw volledig vermogen in fondsen. Ook een risicoloze spaarbuffer heeft zijn nut. Als vuistregel wordt geadviseerd om drie tot zes maanden nettoloon achter de hand te houden als liquide reserve voor noodgevallen. 2 Zorg voor voldoende spreiding. Naast fondsen en een spaarboekje horen in een gediversifieerde porte­ feuille ook andere beleggingen thuis, zoals bijvoorbeeld spaarverzekeringen, vastgoed, termijnrekeningen, enz. Vertrouw op uw gezond verstand voor het samenstellen van een gezonde mix. Die is voor elke persoon anders. 3 Laat u niet verrassen door de fiscus. Op fiscaal vlak zit het venijn vaak in de staart. Bij herverkoop van kapi­ talisatiefondsen betaalt u 1% beurstaks en fondsen die minstens 25% obligaties in portefeuille hebben, zijn bij herverkoop onderworpen aan roerende voorheffing op de meerwaarde. Informeer u vooraf over de belas­ tingen waar u rekening mee moet houden zodat u bij de eind­afrekening niet voor verrassingen komt te staan. Maar laat uw keuze voor een belegging zeker niet alleen afhangen van het fiscale plaatje.