Protocol Oefengids “Snel in beweging” Hoofddoel CVA

Protocol Oefengids “Snel in beweging”
Hoofddoel
Subdoelen
CVA-patiënten sneller en intensiever laten revalideren door de
oefengids "Snel in beweging" te gebruiken.
*Iedere CVA patiënt oefent vanaf dag 2 na opname minimaal 2 keer per
dag zelfstandig met oefeningen uit de oefengids.
* Iedere CVA patiënt doet minimaal 2x per week mee met de
oefengroep "snel in beweging.
Producten
* Digitaal document: planning oefengroep "snel in beweging".
* Beschrijving van de uitvoering van de oefengroep "snel in beweging".
Inclusiecriteria
*CVA patiënt met een paralyse of parese, die baat heeft bij
oefeningen op het gebied van arm/hand-, been- en of mondfunctie.
*Patiënt moet in staat zijn om zelfstandig of met familie/naasten te
oefenen.
Extra inclusiecriteria voor deelname aan oefengroep:
*Patiënt moet in staat zijn een uur in de stoel te kunnen zitten.
Exclusiecriteria
* Patiënt met verminderd bewustzijn.
* Patiënt die door pijn, conditionele problemen of ander ziek zijn,
niet het vermogen heeft om zelf of met familie/naasten te oefenen.
* Patiënt die geen motorische uitval heeft.
Extra inclusiecriteria voor deelname aan oefengroep:
* Patiënt die na goede voorlichting niet wil deelnemen.
* Patiënt waarbij sondevoeding en/of infuus niet afgekoppeld kan
worden.
N.B.: De verpleegkundige moet altijd de belastbaarheid van de patiënt
bewaken.
Risico’s
* Overbelasting van de patiënt ten gevolgen van te intensief oefenen
(zorg voor rust momenten).
* Het ontwikkelen van klachten (bijvoorbeeld schouderpijn) door het
verkeerd uitvoeren van oefeningen.
Uitvoerende
Fysiotherapeut, assistent PMA, ergotherapeut, logopedist
verpleegkundige en 3de en 4de jaars studenten, neuroloog, arts
assistent neurologie en physician assistent.
Protocol Oefengids “Snel in beweging”
Taken/
Verantwoordelijkheden * Tijdens het anamnesegesprek zal de verpleegkundige aan patiënt en
familie uitleggen wat het doel en belang is van intensief oefenen direct
na een beroerte. Verpleegkundige vertelt dat de patiënt het oefenboek
“Snel in beweging” zal krijgen van de fysiotherapeut . Met de
oefeningen uit het oefenboek kan de patiënt zelf aan de slag met
intensief oefenen.
* Het oefenboek wordt door de fysiotherapeut aan de patiënt gegeven
op dag twee. De fysiotherapeut, ergotherapeut en logopedist bepalen
welke oefeningen geschikt zijn om te doen. Vóór in het oefenboek komt
een registratieformulier waarop wordt aangegeven welke oefeningen
gedaan kunnen worden.
* Fysiotherapeut, ergotherapeut en logopedist zijn verantwoordelijk
voor de instructie. Zij nemen de oefeningen met de patiënt door.
* Als de patiënt de oefengids heeft gekregen zal de verpleegkundige dit
noteren in het actieplan onder No 4.
* Iedere dag is er minimaal 1 kartrekker van de verpleging werkzaam op
afdeling Noord en 1 kartrekker op afdeling Zuid. Dagelijks zal de
kartrekker kort contact hebben met de dagoudste van de units om het
oefenen met de oefengids onder de aandacht te brengen.
* De kartrekkers zijn tevens aanspreekpunt voor praktische problemen
rondom het gebruik van de oefengids. De kartrekkers koppelen dit terug
aan de projectgroep.
Werkwijze
voorbereiding
*In een digitaal document worden patiënten ingepland voor de
oefengroep “Snel in Beweging”. Patiënten moeten voor 13.00 uur
worden aangemeld op de dagen dat de oefengroep plaats vindt.
*Zowel de verpleegkundigen als de PMA kunnen patiënten aanmelden
voor de oefengroep.
*Om 14.00 uur print de afdelingssecretaresse de deelnemerslijst van de
oefengroep uit en legt deze op de balie.
*Om 14.00 uur belt de assistent PMA de UVV om door te geven welke
patiënten deel nemen aan de oefengroep op nummer: 5000
*De verpleegkundigen zorgen ervoor dat patiënten om 15.00 uur klaar
zitten om naar de huiskamer te worden gebracht. N.B.: Infuus en/of
sondevoeding dient vooraf te worden afgekoppeld.
*De UVV komen om 15.00 uur op de afdeling om de patiënten naar de
huiskamer te brengen.
*Er kunnen maximaal 6 patiënten per keer deel nemen aan de
oefengroep.
*De PMA geeft op het voorblad in het oefenboek aan welke oefeningen
een patiënt kan uitvoeren.
*In de oefengroep worden alleen de oefeningen gedaan die de
fysiotherapeut/ergotherapeut heeft geadviseerd.
*De assistent fysiotherapie legt materiaal in de huiskamer klaar ten
behoeve van de oefengroep.
Protocol Oefengids “Snel in beweging”
Werkwijze uitvoering
* Verpleegkundige zal haar eigen toegewezen patiënten van de unit
stimuleren om zelfstandig te oefenen. Dit doet de verpleegkundige
door;
1.Patient in de stoel te helpen en de gelegenheid te bieden te oefenen
en hem daaraan te helpen herinneren.
2. Stimuleren in praktische oefeningen door de dag heen (handen
wassen/tanden poetsen/knoopjes kleding open en dicht maken/brood
smeren)
3. Boek in het zicht van de patiënt leggen.
4. Oefenen met de oefengids verwerken in het dagprogramma van de
patiënt.
*De assistent PMA begeleidt 4 keer per week de oefengroep “Snel in
beweging”. De oefengroep vindt in de huiskamer op afdeling C7 Zuid
plaats op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 15.15 uur tot
15.45 uur.
* Tijdens de artsenvisite zal de dienstdoende arts (neuroloog, arts
assistent of physician assistent) bij de patiënt informeren naar het
gebruik van de oefengids.
Werkwijze nazorg
*De UVV brengen de patiënten die hebben deelgenomen aan de
oefengroep om 15.45 uur weer terug naar de kamer.
*De assistent PMA ruimt de huiskamer na afloop van de oefengroep
weer op.
*De assistent PMA plant de patiënten in die nogmaals zullen
deelnemen aan de oefengroep.
* In de tussengesprekken tussen verpleegkundige en patiënt/familie, zal
het oefenboek geëvalueerd worden. Dit wordt genoteerd op het roze
formulier van het verpleegkundig dossier.
* Fysiotherapeut, ergotherapeut en logopedist zullen regelmatig met
de patiënt de oefeningen evalueren en zo nodig aanpassen op het
registratieformulier.