“Werk reist door Europa” Introductie In de huidige, globaliserende wereld, komt het veel voor dat mensen werk zoeken in een ander land. Veel van hen, die een goede baan aangeboden krijgen, zijn bereid een nieuw leven te beginnen in een ander land. Europa is op het moment een plek waar veel mensen van andere continenten naartoe komen om te werken (tijdelijk of permanent). Europeanen migreren binnen Europa zelf om werk te zoeken. In aanvulling op de vrije beweging van mensen en goederen, is een van de EU’s fundamenten de vrije beweging van werkkrachten. Sommige landen zijn bestemmingen voor werk zoekende immigranten, terwijl er andere landen zijn waar de mensen vooral emigreren voor werk. Opdracht 1 Ken jij mensen die geïmmigreerd zijn vanuit een ander land naar jou leefomgeving (dorp, stad, buurt…)? Waar werken deze mensen? Schrijf op uit welke landen ze volgens jou komen? Maak een schatting in procenten over hoeveel mensen geïmmigreerd zijn naar jou land om te werken. Opdracht 2 A. Welke Europese landen zijn, volgens jou, bestemmingen voor werk zoekende immigranten uit andere landen? (kleur deze blauw op de kaart op de volgende bladzijde) B. Welke Europese landen worden, volgens jou, vaak verlaten om werk te zoeken? (kleur deze rood) C. Teken op de kaart pijlen tussen landen waar mensen vertrekken, om werk te zoeken, en de landen waar de mensen vooral naar toe gaan. In de onderstaande kaart is een voorbeeld gegeven. Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 1 D. Vergelijk nu de kaart die jij hebt gemaakt met de kaart hieronder die de migratiesaldi van Europese landen laat zien. Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 2 Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 3 E. Schrijf de landen op waarover je verrast was en bedenk waarom jij ze verkeerd hebt in geschat. ................................................................................................................................................................. ................................................................................................................................................................. ................................................................................................................................................................. ................................................................................................................................................................. ........................................................................................... Opdracht 3 A. Schrijf in de tabel hieronder de voornaamste verklaringen waarom de landen die jij ingekleurd hebt in de ene of andere groep terecht kwamen. Je kunt de kaarten van de AoEV gebruiken om de patronen te verklaren. B. Relateer de juiste dimensies (bv. historisch, politiek, religieus etc.) aan iedere verklaring in je tabel. Je kunt uit 6 opties kiezen van het schema onder de tabel. Opmerking: er kunnen enkele dimensies zijn die aan geen van jouw verklaringen gekoppeld kan worden. Blauwe groep Rode groep Verklaring Dimensie Verklaring Dimensie 1. 1. 2. 2. 3. 3. 4. 4. 5. 5. Historische dimensie Politieke dimensie Religieuze dimensie Economische dimensie Sociale dimensie Culturele dimensie Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 4 Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 5 Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 6 Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 7 C. Bespreek en vergelijk je verklaringen met een medeleerling. Voeg eventuele extra zaken toe aan jouw tabel. Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 8 Uitleg De factoren die je kunt gebruiken als verklaring redenen om te migreren worden push- en pull factoren genoemd. Push- en pullfactoren zijn die factoren die mensen ofwel uit hun land forceert, naar een plek toetrekt. Push en pullfactoren kunnen gezien als twee polen van een magneet. Een Push factor is dwingend en heeft te maken met het land waar iemand uit vertrekt. Het is meestal een probleem waardoor mensen willen migreren. Verschillende typen push factoren zijn hieronder te zien. Een push factor is een factor die iemand weg drijft van een bepaalde plek. Een Pull factor is iets dat te maken heeft met het land waar mensen naartoe migreren. Het is meestal een voordeel dat mensen tot een bepaalde plek aantrekt. D. Hieronder zie je een aantal push- en pullfactoren staan. Je volgende taak is om ze te sorteren in push en pull factoren. Hierna moet je de factoren uitzoeken die aan werk gerelateerd zijn (je kunt kleuren gebruiken om de verschillen aan te geven). Slechte kansen op sociaal contact Politieke vrijheid Discriminatie Betere medische zorg Carrière ambities Klimaat verandering Goed salaris Lage lonen Slechte huizen Godsdienst vrijheid Industrie Vervuiling Plezier Natuur rampen Werkgelegenheid Betere leefomstandigheden Slechte werk omstandigheden Familie banden Politieke vervolging Kans op educatie Goede welvaart Push factoren Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia Werkloosheid Pull factoren 9 Opdracht 4 Stel vier groepen samen. 1) De taak van de eerste groep is om de voordelen op te schrijven die immigranten brengen naar het land waar ze naartoe gaan. 2) De taak van de tweede groep is om de nadelen op te schrijven die geassocieerd worden met arbeidsimmigranten. 3) De taak van de derde groep is om zich te richten op de nadelen die gepaard gaan met het vertrek van arbeiders uit hun thuisland. 4) De taak van de vierde groep is om op te schrijven welke voordelen mensen die in het buitenland werken, brengen voor hun thuisland. Nadelen voor land van bestemming Voordelen voor land van bestemming Nadelen voor land van herkomst Voordelen voor land van herkomst Elke groep schrijft haar argumenten in het diagram. Daarna wissleen zij hun argumenten met de andere groepen uit. Iedereen schrijft de meest belagrijke redenen gedurende de groepsdiscussies op: 1. Voordelen voor het doelland ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... 2. Nadelen voor het doelland ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 10 3. Voordelen voor het land van vertrek ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... 4. Nadelen voor het land van vertrek ................................................................................................................................................... ................................................................................................................................................... Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 11 Evaluatie vragen 1. Wat heb je geleerd over werkmotivatie? _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ 2. Wat heb je geleerd van de kaarten en diagrammen? _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ 3. Welke aspecten van de opdracht vond je leuk? _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ 4. Welke aspecten van de opdracht vond je niet leuk? _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________ Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 12 Docenten informatie Het thema van deze opdracht is arbeidsmigratie in Europa. Voor veel leerlingen is dit iets dat ze in hun eigen omgevingen kunnen tegenkomen. Het huidige Europa is langzaam aan het integreren, en een deel van deze integratie is de opening van de arbeidsmarkt voor mensen uit andere Europese landen. Er is een verscheidenheid aan meningen over de voordelen en nadelen die geassocieerd worden met arbeidsmigratie, net zoals er een verscheidenheid is aan redenen waarom mensen naar een ander land willen migreren voor werk (tijdelijk of permanent). Het doel van deze les is om de oorzaken, voordelen en nadelen van arbeidsmigratie tussen Europese landen te bespreken. Om deze doelen te verwezenlijken, stellen we voor om gesprekken in te zetten, discussies, het werken met kaarten en het werken in groepen. De leerlingen kunnen individueel en in een groep hun meningen uiten. De docent kan de leerlingen ondersteunen door ze te helpen met het lezen van de kaarten van de Atlas of European Values in lijn met lesdoelen. Dit thema kan uitgebreid worden met extra informatie over zaken die met de verplaatsing van de bevolking te maken hebben (met het oog op het thema arbeidsmigratie), globalisatie (de sociaaleconomische en culturele aspecten) en de regionale geografie van Europa. De les is bestemd voor leerlingen in de leeftijd tussen 16 en 19. De benodigde tijd zal o.a. afhangen van het niveau van de klas. Twee lessen zou echter voldoende moeten zijn. Opdracht 1 : het koppelen van de eigen ervaringen van de leerling tot het thema van de les. Deze opdracht heeft een motiverende functie, en het moet leerlingen wijzen op het feit dat het thema van de deze les te maken heeft met hun allerdaagse leven en dat van de mensen om hen heen of in hun land. Leerlingen moeten individueel werken, en uit hun eigen ervaring putten. Opdracht 2 : Verschillen beschrijven en overeenkomsten herkennen Na het voltooien van deze opdracht, moet de docent bepalen welke landen het meest tot de blauwe of rode groep behoren. Met behulp van een tabel kunnen ze op het bord of m.b.v. een beamer worden weergegeven. Deze opdracht laat leerlingen denken over Europa met betrekking tot arbeidsmigratie. Het doel van opdracht D en E is om eigen perceptie van de leerling te vergelijken met de werkelijke immigratiestromen in Europa. Hierdoor worden ze geconfronteerd met stereotypen over migratiestromen in Europa. Enkele voorbeelden van vragen en uitleg bij het werken met kaarten over immigratie in Europa: - Leerlingen kunnen denken dat er in landen als Tsjechië, Slowakije of Hongarije een hoge migratie is. Ook al zijn er een hoop arbeidsmigranten uit deze landen naar West Europese landen, er zijn nog veel meer werkzoekenden uit andere Oost Europese landen zoals Roemenië, Moldavië of Oekraïne. - Waarom heeft Wit-Rusland een positieve migratie? Opdracht 3 : Verklaringen vinden en de waarden in de AoEV relateren aan hun eigen waarden en gekozen verklaringen Het voornaamste doel van deze opdracht is op gang brengen van een discussie waarin de leraar de rol van moderator op zich neemt. Tijdens de discussie moet de leraar de sterkste punten en argumenten van de leerlingen op het bord zetten. De leraar moet ruimte laten voor verschillende meningen. Het is belangrijk om leerlingen attent te maken op het verband tussen de hoofd richtingen van arbeidsmigratie en factoren als hoogte van de werkloosheid (gebruik de kaart van de Atlas of European Values en vergelijk deze met de meningen van de leerlingen), Hoe belangrijk inwoners werk vinden (gebruik kaart “Hoe belangrijk is werk in uw leven”) en de subjectieve beleving van geluk in bepaalde Europese landen (gebruik kaart “Hoe gelukkig bent u, alles bijeengenomen?”). Een belangrijk doel van deze opdracht is dat leerlingen realiseren dat er een verband is tussen arbeidsmigratie en individuele waarden. A en B Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 13 In het eerste deel moeten leerlingen over motieven van arbeidsmigratie nadenken. Hiermee moeten niet de kaarten van de AoEV verklaard worden maar eigen verklaringen gevonden worden. Hier is een voorbeeld hoe je met behlp van de kaarten uit de AoEV tot verklaringen kunt komen: Leerlingen kunnen proberen een verklaring ervoor te vinden waarom Polen Brittannië werken. Dat zou bijvoorbeeld een goed salaris kunnen zijn, werkmotivatie, omdat voor Polen werk heel belangrijk is. Bovendien is er werkloosheid (hoger dan in Duitsland en Groot-Brittannië) en ook de HDI is beide andere landen. in Duitsland of Grootmaar ook een hoge een Polen een hoge in Polen lager dan de C bidet de theorie van push- en pull factoren aan als verklaring.. D borduurt op de theorie van C voort.. Opdracht 4 Het ontwikkelen van een kritische kijk door vragen te stellen, metacognitief en kritisch denken. Deze taak kan eventueel weg gelatin worden, al ser te weinig tijd is..Voor deze opdracht is het nodig om vier groepen te maken. Iedere groep krijgt een groot vel papier waarop ze hun argumenten moeten schrijven. Elke groep presenteert hun argumenten aan de anderen (de vellen papier kunnen worden opgehangen). Het is vooral de bedoeling de discussie aan te moedigen tussen de eerste en tweede groep en de derde en vierde groepLeerlingen zouden in de discussie wel argumenten gebruiken. Bronnen: - Atlas of European Values. Tilburg University, 2005. - www.atlasofeuropeanvalues.eu Tibor Madleňák, Peter Barto – Matej Bel University, Banská Bystrica / Slovakia 14