Aandoeningen/ziektes Activiteiten en participatie Functies & anatomische eigenschappen Inschikkelijkheid Ik ben vriendelijk, behulpzaam en kan goed samenwerken. Ontwikkelen van vaardigheden Ik leer snel nieuwe zaken aan als het met één keer uitleggen of voordoen. Ik vraag zelf uitleg als ik iets niet kan. Nauwgezetheid Wat ik doe, doe ik goed, ik werk zonder fouten en controleer mezelf. Toepassen van kennis Ik kan vlot lezen en schrijven. Ik kan werken met de computer. Rekenen Psychische stabiliteit Ik kan om met moeilijke situaties en blijf kalm. Ik kan optellen en aftrekken, delen en vermenigvuldigen. Ik kan rekenen gebruiken in het dagelijkse leven. Vertrouwen Ik ben zelfvertrouwen en ben overtuigd van wat ik kan. Ik kom gepast op voor mijn mening. Ik zie werk en begin aan een taak zonder dat anderen het moeten vragen. Oplossen van problemen Ik denk na over verschillende oplossingen als er zich een probleem voordoet. Ik weet wat belangrijk is en wat niet. Besluiten nemen Betrouwbaarheid Ik ben eerlijk, hou me aan de afspraken en geef mijn eigen fouten en vergissingen toe. Ik neem zelf beslissingen en ga over tot actie. Ik hak ook bij een moeilijke keuze de knoop door. Omgaan met stress Ik blijf rustig ook als ik veel werk heb of snel moet werken. Motivatie Ik heb plezier in mijn werk en doe al eens iets extra. Hunkering Ik werk/leef zonder gebruik van drugs, alcohol of andere verslavende middelen Mobiliteit Ik kan me vlot verplaatsen naar een gekende/nieuwe plek. Driftbeheersing Ik blijf kalm ook als gaat er iets mis of vind ik iets niet leuk. Verzorgen van lichaamsdelen Ik ben steeds netjes en goed verzorgd (nagels, haar, gebit, kleren) Aandacht Ik werk geconcentreerd door, ook al is er afleiding. Tijdsmanagement Ik plan en organiseer mijn taken en zorg dat die op tijd af zijn. Ik kan meerdere taken tegelijkertijd doen. Zorgdragen voor eigen gezondheid Ik let erop dat ik gezond eet en voldoende slaap, ik beweeg regelmatig, ik ga op tijd naar de dokter en neem medicatie terecht. Cognitieve flexibiliteit Ik kan goed om met veranderingen of onverwachte gebeurtenissen. Verwerven van woonruimte Ik heb zeker en plek waar ik kan wonen met het nodige comfort. Inzicht Ik weet wat ik (niet) kan. Ik denk na over mijn gedrag en verdraag kritiek. Aangaan van relaties Ik leer vlot nieuwe mensen kennen. Ik kan gesprekken voeren aangepast aan de omgeving. Algemeen fysiek uithoudingsvermogen Ik heb een goede fysieke conditie en uithouding. Economische zelfredzaamheid Ik heb voldoende geld om van te leven. Ik kan omgaan met geld. Pijngewaarwording Ik kan werken zonder dat ik ergens pijn of last voel. Sociale activiteiten Ik heb vrienden met wie ik regelmatig contact heb. Persoonlijke factoren Omgevingsfactoren Ond & rel met naaste familie Ik heb familieleden die me ondersteunen en helpen op een positieve manier. Ond & rel met vrienden Ik heb verschillende vrienden die me ondersteunen en helpen op een positieve manier. Ond & rel met collega’s Ik heb een goed contact met collega’s, die me ondersteunen en helpen op een positieve manier. Ond & rel met meerderen Ik heb een goed contact met leidinggevenden. Zij ondersteunen en helpen me op een positieve manier om mijn werk goed te doen. Ond & rel met andere dienstverleners Ik heb een goed contact met mensen die mij begeleiden en helpen. Zij spreken samen en met mij af welke begeleiding nodig is. Maatschappelijke attitudes Er zijn voor mij geen belangrijke belemmeringen naar werk op vlak van leeftijd, arbeidsbeperking, afkomst, … Producten en technologie Ik maak gebruik van hulpmiddelen om beter te kunnen presteren. Werkervaring Ik heb reeds een betaalde werkervaring gedaan. Opleiding Ik heb een diploma dat me helpt bij het vinden van een job. Gezinslast Ik ben niet verantwoordelijk voor de zorg van een familielid. Copingsstijl Ik kan me goed ontspannen en pieker niet teveel. Kennis Nederlandse taal Ik spreek en begrijp Nederlands. Medische factoren Ik ben gezond en heb geen medische problemen. Andere werkvaardigheden Fijne motoriek Ik kan vlot met klein en fijn materiaal werken. Grove motoriek Ik kan vlot bewegen, lopen, stappen, … Ik kan vlot met grote onderdelen en zware materialen werken. Werktempo Ik voer taken uit binnen de gevraagde tijd.