Opdracht 1.4.2: FAIR PLAY SCOORT!: Maak een poster.

Opdracht 1.4.2: FAIR PLAY SCOORT!: Maak een poster. Vooraf Maak groep van ongeveer vier personen. Opdracht: Maak met je groep een poster over fair play bij jullie op school.
Stap 1 Voorbereiden Stap 2 Uitvoeren Stap 3 Terugkijken Hulp o Bepaal in overleg met je docent voor welke activiteit of welk toernooi jullie deze fair play poster gaan ontwerpen. o Kijk in het boek bij hoofdstuk 1.4 over wat er onder fair play wordt verstaan. o Schrijf met je groep alles waar jullie aan denken bij fair play op een blad (woordweb). Wat weten jullie al? o Wanneer moet het af zijn? o Werk het woordweb verder uit. Selecteer welke woorden jullie belangrijk vinden. o Verzamel beelden die passen bij wat jullie belangrijk vinden. o Maak een proefontwerp (concept) en laat dit eerst zien aan je docent. o Maak de poster digitaal en laat je docent controleren of het goed is. o Druk de poster af en stuur de docent de definitieve poster. De poster wordt uitgeprint of gedrukt op een groter formaat. o Zijn jullie tevreden over de poster? o Wat vinden anderen van de poster? o Wat zou je terugkijkend anders hebben gedaan?
Lees paragraaf 1.4 uit het Sportitude‐boek. Beoordelingsformulier: Fair play poster Overleggen met anderen (communiceren) Samenwerken Fair play Poster Onvoldoende (< 5,5) Voldoende (5,5 ‐ 7)  Je overlegt af en toe met anderen, zodat activiteiten beter verlopen.  Je overlegt regelmatig  Je overlegt vaak met  Je overlegt vaak met met iedereen, zodat anderen, zodat anderen, zodat er wordt activiteiten beter lopen. activiteiten beter lopen. geleerd bij activiteiten.  Je werkt bij voorkeur samen net bevriende klasgenoten.  Je helpt anderen alleen wanneer dat gevraagd wordt.  Je laat op een rommelige manier fair play zien.  Je werkt samen met iedereen in de groep.  Je helpt anderen regelmatig.  Je maakt de kern van fair play duidelijk in woord en beeld.  Je hebt veel hulp nodig  Je levert de conceptversie van de bij het maken van de poster op tijd in. poster.  Je ziet direct dat de  De poster is poster over fair play onsamenhangend. gaat. Goed (7 ‐ 8,5)  Je nodigt anderen in de groep uit om hun inbreng te geven.  Je houdt rekening met de kwaliteiten en gevoelens van anderen.  Je geeft duidelijk jullie mening over fair play weer.  Je maakt op de poster met weinig woorden en veel beelden fair play duidelijk. Uitstekend (8,5 ‐ 10)  Je spreekt als het nodig is anderen op een respectvolle manier aan op hun gedrag.  Jullie mening over fair play wordt zowel in beeld als woorden pakkend weergegeven.  Je laat in beeld en woord direct zien wat fair play voor de groep betekent.