Internetgebruik - Daltonschool Rijnsweerd

advertisement
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Internetgebruik Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 1 gaat over het gebruik van persoonsgegevens en heet “Strikt privé”. ( blz. 2 )
Hoofdstuk 2 gaat over “Wie ben jij online ?” ( blz. 4 )
Hoofdstuk 3 gaat over “Publiceren” online. ( blz. 6 )
Hoofdstuk 4 gaat over “Digitaal pesten”. ( blz. 8 )
Hoofdstuk 5 gaat over wat een “Goeie site” is. ( blz. 10 )
Hoofdstuk 6 gaat over “Zoeken en vinden” op het internet. ( blz. 12 )
Hoofdstuk 7 gaat over “Kletsen via internet”. ( blz. 14 )
Hoofdstuk 8 laat je een spel spelen voor het “Diploma Veilig Internet”. ( blz. 16 )
Hoofdstuk 8 is het “Internetcontract” van onze school. ( blz. 17 )
1
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
In de artikelen hieronder zie je blauwe tekst met een streep er onder. Dat zijn weblinks. Als
je er op klikt, ga je naar een andere webpagina of website.
Een ander punt is, dat we het nu hebben over Facebook, Twitter, MSN, WhatsApp, Hyves ,
Skype en zo. Misschien veranderen de namen, maar het “ontmoeten” van elkaar via Internet
blijft altijd bestaan. Dus hoe het ook heet, denk altijd aan wat hieronder staat en besproken
is.
Hoofdstuk 1
Strikt privé
Persoonsgegevens, zoals je naam en adres, worden beschermd met wetten. Handig.
Maar het is verstandig om er zelf ook zuinig mee om te gaan.
Er is zoveel leuks te vinden op internet! Handige websites om foto’s te bewerken
of animaties, fotoverhalen, stripverhalen, tekeningen, filmpjes of bijzondere presentaties te
maken. Noem maar op. Het barst van de handige tools. Vaak is het gebruik in het
begin gratis. Maar (bijna) niets blijft gratis. Meestal moet je een account aanmaken. Wat
gebeurt er met die gegevens?
Wat zijn persoonsgegevens?
De wet Persoonsgegevens gaat over persoonlijke gegevens. Het gaat om informatie die zegt
wie jij bent. Bijvoorbeeld je naam, adres, e-mailadres, MSN- of Hyves-account. Maar ook in
beeld: foto's en filmpjes waar je herkenbaar op staat.
De Wet Bescherming Persoonsgegevens zegt wat er wel of niet met persoonsgegevens mag
gebeuren. De regels:

Toestemming vooraf. Bij het aanmaken van een account moet vermeld staan wat er
met de persoonlijke informatie die je invult gaat gebeuren.

Recht om te verbeteren. Je moet de opgeslagen persoonlijke informatie van jezelf
altijd mogen inkijken, verbeteren en verwijderen.

Informatieplicht. De bedrijven zijn verplicht informatie te geven over wat ze met de
gegevens doen.

Beveiligingsplicht. De bedrijven die de gegevens opslaan, moeten daar heel zuinig op
zijn. Dus de gegevens heel goed beschermen. Zodat andere mensen er niet bij
kunnen.
Algemene voorwaarden
Vaak staat in de algemene voorwaarden van een website wat er gebeurt met persoonlijke
gegevens. Of je leest er over op de pagina privacy op hun website. De meeste bedrijven
zorgen er wel voor dat ze de wet niet overtreden. Het probleem is alleen dat bijna
niemand de algemene voorwaarden echt leest. Het zijn vaak lange, saaie teksten. Waardoor
je al snel niet meer (goed) begrijpt wat er staat.
2
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Geld waard
Persoonlijke informatie die je via internet weggeeft, is geld waard. Door de persoonlijke
informatie door te verkopen bijvoorbeeld. Om je lastig te vallen met reclame (spam). Of ze
doen onderzoeken met de persoonlijke gegevens van al die ingeschreven mensen. Stel dat
alle jongens van 10 jaar heel vaak een bepaald merk liken. Dat betekent dat ze aangeven
dat ze het een mooi merk vinden. Dan kan dat merk hun reclame op die doelgroep (jongens
van 10 jaar) gaan richten. Kortom: er wordt vaak geld verdiend aan persoonlijke gegevens.
Wie is de baas?
Eigenlijk ben je niet zelf meer de baas over de (persoonlijke) informatie die je doorgeeft via
internet. Denk bijvoorbeeld aan filmpjes en foto’s die jij op een site plaatst. Zijn die van jou
of van de website? Wat mag dat bedrijf wel en niet doen met de foto´s of filmpjes van jou?
Dat is lang niet altijd duidelijk. De bedrijven kunnen ook nog eens hun
algemene voorwaarden veranderen.
Tips

Wees zuinig met persoonlijke informatie op internet. Ook bij het plaatsen van foto’s
en filmpjes. Probeer uit te zoeken (in je omgeving na te vragen bijvoorbeeld) wat er
met jouw informatie, foto’s of film kan gebeuren.

Zelfs voor volwassenen is de beslissing vaak lastig. Wel of niet een formulier invullen
met persoonlijke gegevens? Niet zo gek dus om je juf, meester of ouders er bij te
halen als je twijfelt.

Geef geen persoonlijke informatie van iemand anders door. Ken je dat? Na een leuk
spelletje op internet verschijnt er een melding: speel dit spel met je vriend(in)! Of
je emailadressen van vrienden of vriendinnen in wilt vullen. Leuk, om samen te
spelen. Misschien word je extra verleid, omdat jij daar een cadeautje voor terug
krijgt. Maar: een e-mailadres is persoonlijke informatie. De wet zegt dat het
verboden is om emailadressen door te geven aan anderen.
3
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 2
Wie ben jij online?
Via internet hebben we contact met elkaar en publiceren we over onszelf. Je plaatst een
bericht, foto of filmpje op internet waar veel mensen het zien. Zo ontstaat je “online imago”.
Je schept een beeld van jezelf op internet.
j hebben we contact met elkaar en publiceren we over t, foto of filmpje op internet waar
veel mensen het zien. Zo ontstaat je online imago. Je schept een beeld van jezelf op internet.
Dat is handig en leuk. Via bijvoorbeeld Hyves, Facebook of Youtube laten we de wereld zien
wie je bent en wat voor dingen je doet. Mooie dingen die je gemaakt hebt deel je met de
rest van de wereld. Je ontvangt en zendt lieve berichtjes. Ook die zijn zichtbaar voor veel
mensen en scheppen een beeld over jou.
Digitale sporen
Het zijn allemaal sporen van jezelf op internet. Die samen je online imago maken. Dat kan in
je nadeel werken. Mensen maken zich wel eens zorgen over:

de openbaarheid van internet. Lees hier meer over op de pagina Publiceren.

het olifantengeheugen van internet. Lees hier meer over op de
pagina Olifantengeheugen.
Welke indruk maken die sporen op andere mensen? Misschien reageren andere mensen
(ooit) negatief op jouw sporen. Waardoor er een negatief spoor ontstaat.
Zorg voor je online imago
Het is daarom belangrijk dat je de sporen volgt en en je online imago beheert. Zoek af en toe
eens op je eigen voor- en achternaam op internet. Misschien vind je een foto van jezelf op
een profiel (Hyves, Facebook) van van een vriend(in), die je niet online wilt. Jij bepaalt! Lees
daar meer over bij Portretrecht.
Gelukkig gaat het vaak goed
Meestal gebeurt er niets met foto’s of filmpjes die we op internet zetten. Maar af en toe
gaat het mis. Vervelende reacties, misverstanden of ruzie. Bovendien kunnen we niet in te
toekomst kijken. Eigenlijk weet je nooit zeker of er ooit iets zal gebeuren met het materiaal
dat je op internet plaatst.
4
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Tips
Zoek af en toe eens op je eigen voor- en/of achternaam op internet. Welk imago ontstaat
er? Op de website Watch your Space vind je meer tips om je online imago in te gaten te
houden.
Checklist
Wees zuinig op jezelf en denk goed na voor je iets publiceert. Ga voor elke plaatsing op
internet met deze vragen na of de publicatie over jou op een goede manier bijdraagt aan je
online imago. Voor iedereen, altijd.

Bedenk voor je iets op internet zet: mag iedereen dit zien? Dus een groot publiek van
onbekende mensen, maar ook alle mensen uit je directe omgeving? Denk
bijvoorbeeld ook aan journalisten of mensen die kwaad willen doen.

Vind ik dit over 10 jaar ook nog leuk om over mezelf tegen te komen?

Wat als een bedrijf dit kopieert en gebruikt in een grote campagne?

Komen er andere mensen in voor en heb ik toestemming van hen voor publicatie?
Een uitleg hierover vind je bij Portretrecht.

Is het 100% van mezelf en dus niet gestolen van iemand anders? Een uitleg
hierover vind je bij Auteursrecht.
5
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 3
Publiceren
Openbaar maken. Te bekijken door iedereen. Dat is publiceren. Internet is openbaar. Weet
jij wie ziet wat jij online zet en wat ze er mee (kunnen) doen?
Om eerlijk te zijn is het antwoord altijd: nee, je weet van te voren niet precies wie ziet wat je
op internet zet en wat die mensen er mee doen. Maar je kunt de kans dat het gezien wordt
door onbekenden of mensen die er vervelende dingen mee willen doen, wel verkleinen.
Instellingen
Veel kinderen willen graag een eigen profiel op bijvoorbeeld Hyves of Facebook. Meestal
duurt het even voordat kinderen dat van hun ouders mogen. Dat komt omdat zij zich zorgen
maken. Doordat internet openbaar is. Ook voor volwassenen is het heel lastig om precies te
weten wat er wel en niet kan gebeuren. Ook de privacyinstellingen zijn vaak nogal
onduidelijk en ingewikkeld. Mag je een account aanmaken? Stel je ouders gerust. Maak
samen het profiel aan. Stel samen met je ouder(s), een oudere broer of zus de instellingen
in.
Besloten
Op veel sociale media (Youtube, Hyves bijvoorbeeld) kun je kiezen tussen
openbaar en besloten als je er iets op publiceert. Openbaar is zichtbaar voor iedereen.
Besloten is alleen te zien door mensen die je kiest.
Vrienden van vrienden
Bij Hyves bijvoorbeeld kies je voor wie de dingen die je op de site zet, zichtbaar
zijn. Vrienden van vrienden klinkt heel dichtbij, klein en vertrouwd. Als jij 20 vrienden hebt.
Die mensen hebben ook allemaal 20 vrienden. Dat maakt: 20 x 20 (1 vriend) x 20 (2
vrienden) x 20 (3 vrienden) x .... x 20 (20 vrienden). Onvoorstelbaar veel mensen. Duizenden!
Kies je de instelling Alleen vrienden, dan is de kans dat vreemden iets van jou zien een heel
stuk kleiner.
Een foto kun je eigenlijk niet meer verwijderen van internet. Je weet niet of de foto
gekopieerd of bewaard is door een internetrobot of een persoon.
Er is nog een tweede filmpje van dezelfde (Amerikaanse) campagne dat duidelijk maakt je
niet altijd precies weet wie de foto’s kunnen zien die je online plaatst. Wat zij van de foto
vinden en wat zij er eventueel mee doen.
Wist je dat...
...ook webcambeelden opgeslagen kunnen worden? Mensen kunnen
webcambeelden kopiëren en de beelden daarna bewerken of op internet plaatsen.
6
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Tot slot
Zodra je iets op internet plaatst, verlies je controle. Je weet niet van te voren wie het ziet en
wat degene die het zien er mee (kunnen) doen. Maar: wees gerust. Meestal gaat het goed
en gebeurt er niet vervelends. Denk voor je iets op internet zet, altijd even net een extra
keertje na. Zou ik dit ook willen terug zien op de televisie, in de (school)krant, aan de muur in
het zwembad? Wie kunnen het zien en zouden ze er iets mee kunnen doen wat ik niet wil?
7
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 4
Digitaal pesten
Heb je wel eens een berichtje gestuurd dat heel anders overkwam dan jij bedoelde? Of
misschien ben je wel eens gepest via media? Contact met elkaar via internet of de mobiele
telefoon kan verkeerd gaan.
Als je de ander niet ziet is het soms gemakkelijker om nare dingen te schrijven of doen. Een
onaardig berichtje via MSN, Facebook, Hyves en Twitter en Chats. Of rare foto’s of filmpjes
op internet plaatsen. Het kan als grap bedoeld zijn. Maar dat kan vervelend aflopen. Voor
zowel de pester als de gepeste.
Lachen!
Plezier maken en lachen. Heerlijk! Vaak is iets grappig omdat er wat mis gaat. In
een slapstick zie je dat vaak.
In een lachfilm speelt de acteur een rol. Ook weet de acteur dat hij of zij gefilmd wordt. De
grappen zijn vooraf bedacht. Ook over berichten of beelden op tv of in de krant is heel goed
nagedacht.
Grappige valpartij
Met privé-filmpjes op internet is dat nog wel eens anders. Stel je filmt toevallig dat iemand
valt. Dat kan er grappig uitzien! Het filmpje wil je delen om andere mensen mee te laten
lachen. Maar vindt degene die je gefilmd hebt het ook leuk? Zo leuk dat iedereen zijn of haar
valpartij mag zien ?
Grap of pesterij?
Wat voor de een grappig is, kan voor de ander als pesten voelen. Waar ligt de grens? Iemand
die op de foto of film te zien is bepaalt dat. Zeker of andere mensen het mogen zien. Wil je
het filmpje op internet zetten? Dan moet je de persoon die jij gefilmd hebt vragen of dat
mag. Op de pagina Portretrecht lees je hier meer over.
8
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Leuk of niet leuk?
Neem de proef op de som. Bewerk elkaars foto en bespreek daarna wat grappig is en wat
niet. Op de pagina Leuk of niet leuk lees je hoe je die uitdaging aangaat.
Digitaal pesten
Iemand op internet voor gek zetten heet ook wel digitaal pesten. Dat kan met foto’s en
filmpjes. Maar ook door nare teksten over iemand op internet te zetten. Of vervelende
berichtjes te sturen naar iemand.
Op de site van het Jeugdjournaal kun je een uitzending over digitaal pesten bekijken.
Wist je dat...
4 op de 10 kinderen wel eens met internetpesten te maken heeft gehad? Pesten komt het
meest voor als kinderen tussen de 8 en 16 jaar oud zijn.
Er zijn heel veel manieren om iemand te pesten via internet. Dat kan vervelende gevolgen
hebben. Soms overtreedt de pester de wet en komt de politie er bij. De gepeste persoon kan
zich heel ongelukkig voelen.
Tips
Op New Kids on the Web zie je filmpjes waarin kinderen vertellen over internet. Daaronder
een filmpje waarin iemand tips geeft aan ouders. Bij Jasmijn geeft Remco Pijpers van
Stichting Mijn Kind Online tips aan ouders om digitaal pesten te voorkomen.
Belangrijke tips om pesten tegen te gaan:

Wees aardig tegen elkaar. Geef een complimentje over een mooie foto of leuk
bericht. Beantwoord een berichtje dat je van iemand krijgt meteen.

Als je iets niet in het echt zou doen, doe je dat ook niet op internet. Bedenk voordat je
iets via internet verstuurt: zou ik dit ook in het echt tegen hem of haar zeggen?

Schrijf geen nare of vervelende berichten. Ook niet als grapje. Op internet is vaak
moeilijk te zien hoe iets bedoeld is.

Negeer pesterijen, nare berichten. Hoe moeilijk het ook is: tel tot 10 en reageer niet.
Dan loopt het vaak met een sisser af. Reageer je wel, dan loopt het vaak uit op een
ruzie. Vertel het wel tegen je vader of moeder, de juf of de meester.

Eens op internet, altijd op internet. Alles wat je op internet (foto's, berichtjes)
zet, blijft er altijd staan. Ook als je denkt dat het weg is. Bedenk voordat je iets
plaatst: hoe zou ik het vinden om dit terug te zien of horen op tv, terwijl we het in
een grote groep samen bekijken?

Op internet kun je vaak niet iemands gezicht zien . Je weet dus nooit of iemand oud
of jong is, vrolijk of blij enz.
9
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 5
Goeie site!
Iedereen kan alles op internet zetten. Mensen met goede bedoelingen. Maar ook mensen
die geld willen verdienen. Of hun bezoekers voor de gek willen houden. Hoe weet je of het
klopt wat je ziet, leest en hoort?
Makers willen hun bezoekers nog wel eens misleiden. Makers met goede bedoelingen
maken wel eens fouten. Ze delen bijvoorbeeld informatie, waarvan later blijkt dat het niet
klopt. Dat maakt het soms lastig om te bepalen of een site goed is. Maar als je leert waar je
op moet letten, dan ben je al een heel eind. Jij bepaalt of je een site goed vindt of niet.
Hoe doe je dat? Bekijk elke site op drie punten. Vind je de site betrouwbaar,
aantrekkelijk en gebruikersvriendelijk?
Betrouwbaar

Het is duidelijk wie de makers van de website zijn. Zoek naar een knop/button,
pagina of tabblad met informatie over de makers. Bijvoorbeeld Contact of Over deze
website. Kun je contact opnemen met de makers? Staan er namen, een e-mailadres
of telefoonnummer?

De bedoeling van de website is duidelijk en de informatie klopt.p!
Controleer of informatie klopt, door dezelfde informatie bij meerdere bronnen te zoeken.
Op meerdere websites of in boeken bijvoorbeeld. In de bibliotheek vind je mensen die daar
alles over weten!

Bedoelingen om geld te verdienen (commerciële bedoelingen) zijn duidelijk
aangegeven. Het is vermeld als het om advertenties gaat.

Het is niet nodig om eerst allerlei informatie van jezelf te geven, voor je iets op de
site kunt doen. Want ook met informatie over mensen kan een site geld verdienen.
Tip!
Soms kun je pas ‘de leuke dingen doen’ op een website als je een account aanmaakt. Handig
om daar altijd even je meester, juf of ouders bij te halen. Bekijk samen wat de addertjes
onder het gras kunnen zijn en besluit samen om het wel of niet te doen.
10
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Aantrekkelijk
Is de site gemaakt voor kinderen van jouw leeftijd? Ziet het er leuk en aantrekkelijk uit? Zijn
de beelden (foto’s en filmpjes) passend bij jouw leeftijd? Zijn de teksten goed leesbaar voor
jou?
Gebruikersvriendelijk
Je vindt gemakkelijk wat je zoekt. Je begrijpt waar je moet klikken en dan gebeurt er wat je
verwacht. Het is dus duidelijk voor jou hoe de site werkt.
Kopen op Internet
Op Internet kun je van alles kopen. Je moet je wel realiseren dat alles wat je koopt, betaald
moet worden.
Als je wat wilt kopen, overleg dan eerst met iemand, die er een beslissing over kan nemen
en die je daarbij kan helpen.
11
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 6
Zoeken en vinden
Surfen op internet! Heerlijk. Internet heeft alles te bieden. Voor iedereen. Maar hoe vind je
wat je zoekt? En hoe weet je of het klopt wat je ziet, hoort of leest?
Stel, je wilt een spreekbeurt houden over je stenenverzameling, zoekt op het woord steen en
komt uit bij de schilder Jan Steen. Dat was niet wat je zocht. Of je komt websites tegen voor
volwassenen. Met moeilijke teksten. Of informatie waarvan je niet zeker weet of het waar
is.
Ongeschikt
Het kan zo maar gebeuren dat je dingen tegenkomt, die niet kloppen. Misschien is het
wel reclame of een verzonnen grap? Of je komt iets tegen dat je liever niet wilt lezen, zien of
horen. Bijvoorbeeld nare, bloederige foto’s uit oorlogsgebieden. Of seksfoto´s met blote
mensen. Hieronder vind je tips die helpen om te vinden wat je zoekt.
Internetbrowsers
Programma’s waarmee je internet op kunt, heten browsers. MyBee is een speciale browser
voor kinderen. Op de meeste computers zie je browsers als Internet Explorer, Firefox en
Google Chrome. Bij die browsers is het mogelijk om filters in te stellen. Vraag je juf, meester
of ouder(s) hoe. Dat verkleint de kans dat je dingen tegenkomt die niet geschikt zijn voor
kinderen.
Zoekmachines
Om websites te zoeken, zijn er zoekmachines. De bekendste is Google. Maar er bestaan er
meer. Zoals Yahoo en Zoeken.nl. Misschien zijn Davindi of Netwijs voor jou bekender.
Houden zo! Want die zoekmachines zijn speciaal voor kinderen gemaakt. De makers van die
sites zorgen er voor dat je alleen websites vindt die voor jou bedoeld zijn.
Veilig plaatjes zoeken
Helaas is er nog niet echt een website met veel plaatjes voor kinderen. Bij Davindi
en Netwijs vind je plaatjes voor kinderen.
12
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Idee
In Office-programma’s (Word, Powerpoint) vind je via Invoegen/Illustraties een bibliotheek
met plaatjes zonder auteursrechten.
Google afbeeldingen
Vind je niet wat je zoekt en ga je toch zoeken via een zoekmachine zoals Google? Zet dan de
zoekfilter voor afbeeldingen aan. Die vind je in een uitklapmenu, aan de rechterkant van het
zoekveld. Kies voor Streng filter. Kom je dan toch nog een afbeelding tegen die je niet
geschikt vindt voor kinderen? Meld het (samen met juf, meester of ouder) dan via
Aanstootgevende afbeeldingen melden. Hoe dat moet lees je op.
http://www.kennisnet.nl/kids/watnou/themas/mediawijsheid/
13
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 7
Kletsen via internet
Gezellig! Of juist onzinnig? Misschien zelfs gevaarlijk? Er wordt van alles over gezegd. Hoe
houd je chatten leuk?
Er zijn een heleboel manieren om te kletsen (chatten) via internet. Berichten via e-mail
of een profielpagina op Hyves (of Facebook). Dat gaat direct (DM = direct message), dus een
op een. Of openbaar, via een bericht op een prikbord. Via MSN (Microsoft Network) klets
je online met een of meer personen. Misschien heb je ook wel eens van Twitter gehoord.
Dat wordt een microblog genoemd. Een soort weblog (dagboek op internet). Maar dan met
berichten van maximaal 140 tekens.
Wist je dat...
... een tweet (bericht via Twitter) ook wel een mind fart wordt genoemd? Het betekent een
“scheet” van je gedachten.
Waar gáát dit over?
Mensen vinden het geklets via internet nogal eens onzin. Allerlei nutteloze gedachten of
activiteiten worden gedeeld. Hebben je ouders last van deze veroordeling? Vraag ze dan
maar eens of zij vroeger niet stiekem fluisterend onder de trap veel te lang belden. Over
niets... En waar gingen de briefjes over die zij doorgaven in de klas?
Wist je dat...
...mensen die positieve berichten op Twitter posten, meer volgers hebben dan mensen die
klagen en negatief zijn?
Adil heeft via les op de basisschool kennis gemaakt met Twitter. Hij heeft er veel van
opgestoken en gebruikt het veel. Hij vertelt er over in dit filmpje van de site New kids on the
web.
14
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Tips

Allereerst nog even een herhaling van een tip van Adil: wees voorzichtig met
informatie over waar je bent. In het filmpje zag je waarom.

Vraag je bij elk bericht af hoe het bij volgers overkomt. Een negatief bericht over iets
of iemand, kan uit de hand lopen en vervelende gevolgen hebben. Zo zijn er mensen
ontslagen door berichten op Twitter. Bijvoorbeeld iemand die zich ziek gemeld had
en via Twitter liet weten dat hij op pad was. Of iemand die even haar boosheid uitte
over de baas.

Geef altijd je echte leeftijd op. Kinderen onder de 16 jaar worden namelijk extra
beschermd door de wet. Vanaf 16 jaar is dat niet het geval. Stel je vult 16 jaar of
ouder in en je bent dat niet, dan zit je extra in de problemen als er iets mis gaat. Met
een aankoop via internet bijvoorbeeld.

Als je een account gaat aanmaken bij Twitter, bedenk dan een ‘bijnaam’. Als je je
echte voor- en achternaam gebruikt, dan zijntweets (berichten via Twitter) die je ooit
hebt gemaakt nog terug te vinden op internet, ook al heb je het bericht verwijderd in
Twitter.

Het belangrijkste wondermiddel om problemen met online kletsen te voorkomen:
wees aardig en positief. Lees hier meer over in het artikel over online respect.
15
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 8
Diploma Veilig Internet - The Game
Duik in een internetwereld vol uitvindingen van Oom Ap. Hij heeft je hulp nodig.
Beantwoord vragen en los problemen op en help Oom Ap te bevrijden.
Duik in een internetwereld vol uitvindingen van Oom Ap. Hij heeft je hulp nodig.
Beantwoord vragen en los problemen op en help Oom Ap te bevrijden.
Misschien ken je het Diploma Veilig Internet? Er is nu een game! In het spel help je de
bekende karakters uit Diploma Veilig internet, Nienke, Eric, Sem en Shanti. Door opdrachten
op te lossen en vragen te beantwoorden, bevrijd je Eric's oom Ap. Want hij zit vast in één
van zijn uitvindingen. In 5 levels leer je over:

veilig surfen

betrouwbaarheid van internet

zoekvaardigheden

online imago

digitaal pesten
Veel plezier met Diploma Veilig internet - The Game!
http://www.kennisnet.nl/kids/watnou/themas/mediawijsheid/
16
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
Hoofdstuk 9
Internetcontract
Om het gebruik van nieuwe media goed te laten verlopen zijn er afspraken gemaakt. Deze
afspraken maken onderdeel uit van het communicatieprotocol van Daltonschool Rijnsweerd.
Alle leerlingen van groep 5-8 ondertekenen een internetcontract. Hierin staat hoe de
leerlingen en de school het internet horen te gebruiken op de Daltonschool Rijnsweerd.
Protocol ongewenste communicatie en beeldmateriaal (internet)
Omdat de school televisie, video en internetfaciliteiten heeft, kunnen er ook beelden en
programma's de school binnen komen, die wij ongeschikt achten voor de leerlingen. Te
denken valt aan bepaalde uitingen van geweld, seks en racisme. Vooral door de gemakkelijke
toegang tot internet, is het risico op het binnenhalen van disrespectvol en ongewenst
materiaal groot. Het team van Daltonschool Rijnsweerd staat op het standpunt, dat
ongewenste uitingen zoveel mogelijk moeten worden voorkomen, zonder de leerlingen alle
verantwoordelijkheid uit handen te nemen. Het team van Daltonschool Rijnsweerd ziet een
mogelijkheid om leerlingen, onder begeleiding, eigen verantwoordelijkheid bij te brengen.
Het omgaan met internet wordt op zich als leerpunt binnen de school gezien. Het team van
de school zal leerlingen aanspreken op ongewenst ( voor b.v. Youtube, surf-, chat- en e-mail
moet aan de leerkracht toestemming worden gevraagd ) gedrag. Wij vinden het belangrijk
om kinderen te leren hoe ze met ongewenste sites om moeten gaan. Mediawijsheid is een
noodzakelijk item in deze tijd.
Uitgangspunten
● De school bevordert het verantwoordelijkheidsgevoel bij leerlingen door de
toegang tot internet en videobeelden te begeleiden; dit doet school door met de
kinderen de teksten over internetgebruik te bespreken met alle leerlingen:
 Strikt privé, persoonsgegevens.
 Wie ben jij online?
 Publiceren op internet.
 Het werken in de cloud.
 Digitaal pesten.
 Wat is een goeie site?
 Zoeken en vinden.
 Kletsen via internet. Chat, Twitter, enz.
● Het team van de Daltonschool Rijnsweerd stelt kinderen niet bewust bloot
aan videobeelden van geweld, seks en racisme, die geen opvoedkundige bedoeling
hebben (uitzondering is bijvoorbeeld het school-tv-weekjournaal voor groep 7 en 8,
waarin oorlogssituaties worden behandeld);
● Bij het vertonen van videofilms wordt de leeftijdscategorie in acht genomen,
met dien verstande dat films voor 12 jaar en ouder niet vertoond worden! De school
17
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd
ziet het als opvoedkundige taak om kinderen ervan bewust te maken waarom
bepaalde uitingen niet door de beugel kunnen;
● De school probeert te voorkomen dat ongewenste uitingen de school
binnenkomen;
● Internetten gebeurt niet zonder een leerkracht in de nabijheid;
● Chatten wordt slechts bij uitzondering toegestaan (bijvoorbeeld als onderdeel
van een project)!
Ook bij het surfen op internet, bij e-mailgebruik en in het geval van chatten door kinderen is
het beleid van kracht. Daarbij geldt dat het bewust zoeken van ongewenste uitingen en het
gebruiken van schuttingtaal als storend wordt opgevat en dus consequenties voor de leerling
heeft. Het beleid wordt ouders/verzorgers meegedeeld in de schoolgids.
Leerlingen houden zich aan de volgende afspraken:





Surfen:
Ik weet dat niet alles waar is wat er op leuke sites staat.
Downloaden gebeurt alleen met toestemming van leerkrachten.
Registreren voor websites gebeurt niet op school.
Als ik dingen op het internet aantref die niet horen ( seks, geweld enz. ), dan meld ik
dat gelijk bij de leerkracht.
Als ik ergens van schrik of me vervelend voel door iets wat ik op het internet heb
gezien, weet ik dat ik dat aan een leerkracht kan vertellen, of aan iemand, die ik ook
vertrouw.
Chatten:
 Op school wordt niet gechat, tenzij er toestemming is van de leerkracht.
 Als ik mag chatten, geef ik nooit gegevens van mezelf of van iemand anders ( geen
namen, ook niet van de school waarop ik zit, geen adressen, telefoonnummers, emailadressen, accounts enz. ).
 Ik kan vaak niet controleren met wie ik chat, dus ik pas heel goed op waar het over
gaat.
Mailen:
 Op school wordt niet gemaild, tenzij er toestemming is van de leerkracht.
 Onbekende mails gooi ik direct weg.
Werken met behulp van internet:
 Ik weet dat niet alles waar is wat ik op internet tegenkom.
 Ik neem niet zomaar teksten over, maar gebruik teksten in mijn eigen taal.
18
Nieuwe media- en communicatieprotocol Daltonschool Rijnsweerd

Als ik niet weet of een website “goed” is dan vraag ik het aan de leerkracht of aan
iemand anders, die ik vertrouw.


Kinderen veranderen geen instellingen op de computer, b.v. achtergrond.
Als er muziek aanstaat tijdens pauze dan is er geen geweld, seks en discriminatie in
de video te zien.
Als je bij het werken muziek aan wilt hebben, dan vraag je eerst aan de leerkracht of
dat mag.

Foto’s en filmpjes van elkaar maken.


Kinderen maken geen foto’s of filmpjes van elkaar tijdens schooltijd. Niemand weet
wat daar mee gaat gebeuren.
Als het toch nodig is om een foto of een filmpje te maken ( kan over van alles gaan )
dan is daar toestemming van de leerkracht voor nodig.
Dit contract geldt ook bij de overblijf !!!
Leerkracht:
Leerling:
Naam:……………………………………………………
Naam:…………………………………………………………
Handtekening:
Handtekening:
……………………………………………………………..
……………………………………………………………………
19
Download