De aard van de stof

advertisement
Naam:
Klas:
Datum:
/40
TOETS STOFEIGENSCHAPPEN
1. Wat zijn fysische eigenschappen? Geef drie fysische eigenschappen + waarde voor
water.
Eigenschappen die horen bij bepaalde stoffen, deze kunnen we waarnemen en
meten en zijn bepalend voor een bepaalde stof. (OP 2 PUNTEN)
Fysische eigenschappen water
(0.5 per juist antwoord)
Bv. Normale aggregatietoestand
Vriespunt
Vloeibaar
0°
Geur
geurloos
kleur
Helder, kleurloos
/5
De aard van de stof
1
2. Wat zijn homogene en heterogene mengsels? Geef bij elk een voorbeeld!
(1 punt per voorbeeld, 1 punt per correcte beschrijving)
-
Homogeen mengsel:
We kunnen de verschillende bestanddelen met het blote oog waarnemen bv.
Olie en water.
-
Heterogeen mengsel:
We kunnen de verschillende bestanddelen met het blote oog niet waarnemen
bv. aardappelmeel en water.
/4
3. Geef een verklaring voor het woord ‘aggregatietoestanden’. Noteer de juiste
aggregatietoestand bij onderstaande voorbeelden. (elk antwoord 1 punt)
De vormen die mengsels of zuivere stuffen kunnen aannemen.
Vast
Gas
/3
De aard van de stof
2
4. Vul volgend kader VOLLEDIG aan. Noteer ook steeds een voorbeeld. (0.5 per
voorbeeld, 0.5 per correcte beschrijving)
Heterogene mengsels
Homogene mengsels
Vast + vast
Grof mengsel (nootjes)
Legering (brons)
Vloeistof + vloeistof
Emulsie (olie en water)
Oplossing (alcohol en water)
Vast + gas
Rook (haarvuur)
/
Aggregatietoestanden
/5
5. Geef bij volgende scheidingsmethoden steeds: naam, beschrijving, soorten stoffen
die gescheiden kunnen worden. (0.5 per correcte naam, 0.5 per correcte
beschrijving, 0.5 voor de correcte stoffen)
1.
2.
1. Ziften, gebruiken we om meerdere vaste stoffen van elkaar te scheiden. Kan
enkel door verschil in grootte van stoffen. Kleine stukken vallen door de gaatjes
van de zift.
2. Extractie, met extractiemiddel gaan we oplosbaar deel van mengsel scheiden
van het mengsel.
/3
De aard van de stof
3
6. Wat zijn enkelvoudige en samengestelde stoffen? Geef bij elk een voorbeeld!
Zout is een samengestelde stof omdat het bestaat uit twee elementen (Natrium en
Chloor).
Zuurstofgas is een enkelvoudige stof omdat het bestaat uit één element
(Zuurstofgas).
/4
7. Vul volgend kader aan.
Element
Latijnse benaming
Symbool
Ijzer
Ferrum
Fe
Koper
Cuprum
Cu
Zilver
Argentum
Ag
Chloor
Chlorium
Cl
Stikstof
Nitrogenium
N
/5
8. Benoem de faseovergangen op de tekening
1. Smelten
2. Stollen
3. Verdampen
4. Condenseren
5. Rijpen
6. Sublimeren
/3
De aard van de stof
4
9. Zet volgende termen op de correcte plek: MOLECULE, ATOOM, STOF.
STOF
Molecule
Atoom
/3
10. Vul onderstaande tekst aan.
Water is een relatief kleine moleculen. Het bestaat uit slechts drie atomen.
Namelijk twee waterstofatomen en één zuurstofatoom.
De slotformule is H2O, we noemen het een watermolecule.
De aard van de stof
/5
5
Download