sssst - magUZA

advertisement
An en Kevins dochtertje Felien
woog amper 750 gram toen ze
de veilige baarmoeder moest
omruilen voor een omgeving
met monitors en alarmtonen.
‘Via ontwikkelingsgerichte zorg
proberen we storende prikkels
tot een minimum te beperken’,
klinkt het op de afdeling
intensieve neonatologie.
Sssst,
hier groeien hersenen
D
e wereld van An Geboers en Kevin
Deporte stond helemaal op zijn
kop, die dinsdag 28 juni. Bij An, toen
26 weken zwanger, werd in het ziekenhuis in Geel zwangerschapsvergiftiging
vastgesteld. Nog diezelfde avond kwam
Felien ter wereld via een spoedkeizersnede in het UZA. Zo snel als het kon,
werd de jonge moeder met haar bed tot
bij haar dochtertje gereden. An, zelf verpleegkundige op een afdeling pediatrie,
merkte al gauw dat de dienst intensieve
neonatale zorg een eigen aanpak heeft.
Zo worden de couveuses bij de kleinsten met een doek afgedekt en wordt
geluid zoveel mogelijk vermeden.
‘Bij baby’s die te vroeg geboren worden, zijn de hersenen nog in volle
ontwikkeling. Als ze in die kwetsbare
periode voortdurend in aanraking
komen met storend geluid, te sterk
licht of pijn, kan dat de ontwikkeling
van de hersenfuncties negatief beïnvloeden’, legt neonatologe dr. Sabrina
Laroche uit.
Op korte termijn kunnen dergelijke
prikkels tot stress leiden. ‘Als ik Felien
op schoot had en Kevin en ik iets luider praatten, werd ze meteen heel
onrustig’, herinnert An zich. Over de
langetermijneffecten van te veel ongewenste prikkels in de prille levensfase
is er geen wetenschappelijk uitsluitsel.
‘Al tonen sommige studies aan dat het
de motorische en verstandelijke ontwikkeling benadeelt’, vervolgt Laroche.
‘Je hebt echter geen studie nodig om te
weten dat die fragiele kleintjes gebaat
zijn met een zo natuurlijk mogelijke
omgeving. De behandeling en apparatuur zijn levensnoodzakelijk, maar we
kunnen wel het ongemak tot een minimum beperken’, vult hoofdverpleegkundige Ronald Vermeulen aan.
Neonatologe dr. Sabrina Laroche
Hoofdverpleegkundige
Ronald ­Vermeulen
maguza 023
Dossier Moeder- en kindcentrum
Posters op de dienst herinneren iedereen aan
de principes van ontwikkelingsgerichte zorg.
‘Nu even niet’ Acht jaar geleden richtte de dienst
een werkgroep rond ontwikkelingsgerichte zorg op, met verpleegkundigen,
een arts, een kinesitherapeut en een
psychologe. Bedoeling is de baby’s
te benaderen volgens de principes
van NIDCAP, voluit Newborn Individualized Development and Assessment
Program. Drijvende kracht achter het
project is opleidingsverpleegkundige
Lucrèce Sohier.
Vermeulen: ‘Belangrijke werkpunten
van de afgelopen jaren zijn overtollig
geluid en licht vermijden, het kindje zo
comfortabel mogelijk in de couveuse
leggen en de inbreng van de ouders
bevorderen. We houden ook in de mate
van het mogelijke rekening met het
slaap- en waakritme van het kind en
proberen stress en pijn zoveel mogelijk
te voorkomen. We hebben aandacht
voor de individuele noden en ontwikkelingsfase van elke baby. Respect voor
het kind staat centraal.’ De verpleegkundigen spelen een centrale rol. Ze
zijn als het ware de advocaat van hun
kindjes. ‘Het viel me op dat een verpleegkundige soms tegen een arts zei:
nu even niet, ze slaapt. Dat werd zonder
probleem aanvaard’, vertelt An.
schuilt soms in heel kleine dingen. Het
kopje van de stethoscoop op een aangename temperatuur houden bijvoorbeeld. Recent deed ook een nieuwe,
multifunctionele couveuse zijn intrede.
Die is tegelijk bed en behandelingstafel, zodat het kleintje altijd op zijn vertrouwde plekje kan blijven.
De ouders worden actief bij de zorg
betrokken. Dat komt de band met hun
kind ten goede, ook op langere termijn. An: ‘In het begin ben je onwennig met zo’n piepklein kindje, maar de
verpleegkundigen leerden ons hoe we
met Felien konden omgaan. Zo kalmeerde ze als je haar hoofdje en voetjes tegelijk omsloot. Ze deden ons ook
inzien dat de kleine dingen die we voor
Schaar op de couveuse Een grote uitdaging was het creëren
van een stille afdeling. ‘Een gewoon
gesprek, het geluid van een schaar die
op de couveuse wordt gelegd: voor zo’n
kleintje is dat al te veel’, haalt Vermeulen aan. Ontwikkelingsgerichte zorg
info
024
Dienst intensieve neonatale zorg, T 03 821 58 02
haar deden – haar tegen ons houden,
zacht tegen haar praten – heel belangrijk waren voor haar. Daardoor ging ik
me minder machteloos voelen.’ Om de
ouders beter te kunnen ondersteunen,
werd de GA-verpleegkundige of Globale Aandachtsverpleegkundige geïntroduceerd, die telkens één patiëntje
en zijn ouders begeleidt doorheen het
hele traject van de behandeling.
Na zes weken met af en toe heel
bange momenten maakt de kleine
Felien het goed. ‘Ik ben blij dat we hier
al die tijd zo goed zijn opgevangen.
Want al ben ik zelf verpleegkundige,
als je eigen kindje daar ligt met al die
slangetjes en monitors, is dat een heel
ander verhaal’, zegt An.
Nieuwe technieken, betere kansen
De dienst intensieve neonatologie introduceert geregeld nieuwe technieken en
therapieën om de allerkleinsten optimale kansen te geven. Zo werd een twee­
tal jaar geleden gestart met een nieuwe behandeling van zuurstoftekort bij de
geboorte. ‘Als het kindje duidelijk gevolgen draagt van het zuurstoftekort, ver­
lagen we zijn lichaamstemperatuur drie dagen naar 33,5° Celsius. Dat verkleint
beduidend het risico op verdere hersenschade’, legt dr. Sabrina Laroche uit. Tot
nog toe zijn een 15-tal kinderen in het UZA zo behandeld. ‘Met de overgrote
meerderheid van die kindjes gaat het nu prima.’
Een andere nieuwigheid is de verhoogde aandacht voor de werking van de
bloedsomloop en het hart vlak na de geboorte. ‘Het hart- en bloedvatensysteem
ondergaat dan grote aanpassingen’, zegt neonatoloog dr. David Van Laere, die
zich in Australië in de materie specialiseerde. ‘Bij een premature baby verloopt dat
niet altijd optimaal. Met een speciale echografie van het hart kunnen we eventuele
problemen vroeg opsporen. Het is een jonge evolutie binnen de neonatologie, die
op termijn wellicht tot een betere overleving en levenskwaliteit zal leiden.’
Download