Pleuradrainage - Jeroen Bosch Ziekenhuis

advertisement
Longgeneeskunde
Pleuradrainage
De longarts heeft met u besproken dat u een pleuradrainage krijgt. In deze folder
kunt u de informatie hierover nog eens rustig nalezen.
Wat is een pleuradrainage?
Een pleuradrainage krijgt u als u een klaplong (pneumothorax) heeft en/of longvocht. Bij een pleuradrainage brengt de longartsarts een pleurakatheter (pleuradrain) bij u in. Dit is een dun slangetje waarmee de longarts een teveel aan lucht
en/of vocht wegneemt uit de pleuraholte. Met pleuraholte bedoelen we de ruimte
tussen het longvlies en borstvlies.
Hoe bereidt u zich voor?
Als u geen bloedverdunners gebruikt, zijn er geen voorbereidingen nodig. Gebruikt
u wel bloedverdunners, dan overlegt u dit met uw longarts.
• Bent u opgenomen dan brengt de verpleegkundige u met bed naar de longbehandelkamer. • Komt u direct naar de longbehandelkamer, dan meldt u zich in gebouw B, verdieping 1, bij ontvangst 5.
Hoe gaat de behandeling?
Op de longbehandelkamer bekijkt de longarts uw borstholte met behulp van een
echoapparaat. Op deze manier kan de longarts nauwkeurig vaststellen waar het
vocht zich bevindt. Zit er lucht tussen de vliezen? Dan bekijkt de longarts uw
longen met behulp van een röntgenapparaat of er wordt een longfoto gemaakt. De longarts voert de ingreep uit en er is minstens ook één verpleegkundige
aanwezig, die de arts assisteert.
• Heeft u vocht tussen de longvliezen? Dan vraagt de verpleegkundige u op de
rand van het bed of onderzoeksbank te gaan zitten en uw bovenlichaam te
ontbloten. Uw andere kleding kunt u aanhouden.
Bij lucht tussen de longvliezen, gaat u op de niet aangedane zijde liggen.
• De arts desinfecteert de huid en verdooft plaatselijk met een injectie de huid en
het longvlies. De naald is dun en de injectie voelt aan als een “gewone”bloedprik.
De meeste mensen ervaren deze prik als licht pijnlijk.
Deze informatie voor patienten is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft
algemene informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend.
© Jeroen Bosch Ziekenhuis / www.jeroenboschziekenhuis.nl
(LON-078, uitgave november 2016)
• Nadat de verdoving is ingewerkt, plakken we steriele doeken op uw rug. Hierdoor
kan de longarts de ingreep zo steriel mogelijk verrichten.
• De longarts brengt de pleurakatheter in. Deze ingreep is door de verdoving pijnloos.
• Met een hechting bevestigt de longarts de pleurakatheter aan uw lichaam.
• Aan de pleurakatheter maken we een opvang- zuigdrainagesysteem vast. Dit wordt
over u buik vastgeplakt naar de andere zijde van uw lichaam.
• De ingreep duurt ongeveer 30 minuten.
Wat gebeurt er na de behandeling?
Na het plaatsen van de pleurakatheter, haalt de verpleegkundige u op en gaat u terug
naar de afdeling. Meestal is dit de afdeling Longgeneeskunde. De verpleegkundige
sluit de pleurakatheter aan op een Thopazpomp. Dit is een klein elektrisch apparaatje
met een accu. De Thopazpomp zorgt ervoor dat de druk in uw borstholte optimaal blijft en zuigt als het nodig is lucht en vocht af. De verpleegkundige kan op het
schermp van het apparaat aflezen hoe het gaat met de behandeling. Zij bespreekt dit
met de longarts.
Met de Thopazpomp kunt u gewoon gebruik maken van het toilet en de badkamer.
Ook kunt u op de afdeling rondwandelen, maar u mag de afdeling niet verlaten. U
mag niet douchen met de pleurakatheter.
Wanneer wordt de pleurakatheter verwijderd?
Hoe lang de pleurakatheter blijft zitten, verschilt per patiënt en hangt af van het herstel. De longarts vertelt u wanneer de pleurakatheter eruit kan en u wanneer u weer
naar huis kunt. Als u vragen heeft, dan kunt u die stellen aan de verpleegkundige op de verpleegafdeling. Zij geeft u ook advies en leefregels mee als u met ontslag gaat.
Complicaties
Een pleurakatheter/thoraxdrain inbrengen is over het algemeen een veilige ingreep.
Complicaties treden bijna nooit op.
• Na het inbrengen van de pleurakatheter kan de insteekopening blijven nabloeden.
De verpleegkundige verbindt dit dan met een extra drukverband. De bloeding stopt
in de loop van de dag.
• Langs de insteek opening kan soms wat pleuravocht blijven komen. Dit wordt met
kompressen afgedekt. Zo nodig verschoont de verpleegkundige de kompressen
vaker. Een enkele keer is het nodig om de opening te sluiten met een hechting.
• Na het inbrengen van een drain kan er lucht tussen de longvliezen komen
(pneumothorax of klaplong). Dit ontstaat doordat de long tegen de naald is gekomen en er een luchtlekkage vanuit de long is opgetreden.
• Een hemothorax, dit is een ophoping van bloed in de pleuraholte. Dit kan worden
veroorzaakt door een stomp of scherp voorwerp zoals een naald, gebroken rib.
• Er is een klein risico dat tijdens de ingreep een infectie van de insteekopening en/of
borstholte optreedt.
Heeft u nog vragen?
Heeft u na het lezen van deze folder of na de ingreep nog vragen? Neemt u dan
contact op met de longbehandelkamer, telefoonnummer (073) 553 28 07.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 2 van 2
Download