Hoofdstuk 1 Licht. Lichtbronnen Er zijn twee soorten lichtbronnen, directe en indirecte lichtbronnen. Directe lichtbronnen geven zelf licht. Voorbeelden zijn: zon, lamp Indirecte lichtbronnen geven zelf geen licht maar weerkaatsen het licht. Voorbeelden: maan, tafel, kast Schaduw Een schaduw ontstaat op een plaats waar het licht niet wordt doorgelaten. lichtbron Voorwerp Schaduw Weerkaatsing en Breking Licht kan op een paar manieren van richting veranderen, dit kan doormiddel van weerkaatsing met behulp van een spiegel. Of door breking, het licht verandert doordat licht sneller door de lucht gaat, dan door een andere doorzichtige stof. Weerkaatsing Een lichtstraal die op een spiegel valt, wordt weerkaatst. Op de spiegel waar de lichtstraal valt, teken je de normaal. Dit is een denkbeeldige lijn (stippellijn). Je meet de hoek van de normaal op t.o.v. de invallende lichtstraal die op de spiegel valt. Als je deze hebt opgemeten, teken je de teruggekaatste lichtstraal aan de andere kant van de normaal onder dezelfde hoek. De teruggekaatste lichtstraal kun je ook tekenen, door het voorwerp op dezelfde afstand achter de spiegel te plaatsen. Je tekent de lichtstraal door middel van het spiegelbeeld. -Je meet de afstand v/d lichtbron t.o.v. de spiegel op. -Nu meet je de afstand van de spiegel t.o.v. het spiegelbeeld op. Afstand v/d lichtbron t.o.v. de spiegel -Teken een stip, op de plaats van het spiegelbeeld. Van de stip, teken je een lijn naar het punt waar de lichtstraal de spiegel raakt. -Verleng de lijn boven de spiegel. Je hebt nu de teruggekaatste lichtstraal getekend. Spiegel Afstand van het spiegelbeeld t.o.v. de spiegel Breking Breking ontstaat doordat licht sneller gaat door lucht, dan door andere doorzichtige stoffen. In andere stoffen dan lucht wordt het licht afgeremd en van richting veranderd. Je kunt dit heel goed zien bij een potlood, in een bekerglas zonder water >>> Hiernaast zie je het bekerglas gevuld met water en ontstaat breking >>> Schematisch getekend ontstaat breking als volgt >>> De regenboog Een regenboog is een goed voorbeeld van brekend licht. Je ziet een regenboog als de zon schijnt en het regent tegelijk of als het al geregend heeft en de zon schijnt. Je moet de zon ook altijd in de rug hebben, als het zonlicht dan door een regendruppel in de goede hoek in je oog valt, zie je een regenboog. Dit gebeurt ook als de tuinsproeier aan staat en het is zonnig weer. Een regenboog bevat veel verschillende kleuren zoals rood, geel, groen, blauw en oranje. Soms zie je 2 regenbogen zoals je in de foto kunt zien dan word de regenboog weerspiegeld door de zon, dat gebeurt niet erg vaak daar is geluk voor nodig om dat te zien. Je ziet in de afbeelding ernaast hoe een regenboog word veroorzaakt. Eerst schijnt de zon, daarna gaat het regenen en dan schijnt het zonlicht door de regendruppels en dan krijg je een regenboog. Het zonlicht wordt gebroken door de regendruppels. De hoek waarbij het licht gebroken wordt, bepaalt de kleur van het licht. Het mannetje ziet alleen de bovenkant van de regenboog. Prisma Breking van licht ontstaat ook door een prisma. De hoek waarbij het licht wordt gebroken, bepaalt de kleur van het licht. Kleuren zien Je kunt kleuren zien van voorwerpen die hun kleur weerkaatsen of doorlaten. De kleuren die worden geabsorbeerd, kun je niet zien. Het menselijk oog kan alleen iets zien, als lichtstralen van een voorwerp weerkaatsen en in het oog worden opgevangen. De lichtstralen worden gebroken door het hoornvlies, lens en glasachtig lichaam. Hierna komt het licht op het netvlies, waar lichtgevoelige cellen een signaal afgeven aan de oogzenuw die verbonden is met de hersenen.