De extase van het christelijke geloof – deel 2. 2Kor.5:13-15 Zijn we in extase, dan is het voor God; zijn we bij zinnen, dan is het voor u. Wat ons drijft is de liefde van Christus, omdat we ervan overtuigd zijn dat één Mens voor alle mensen is gestorven, waardoor alle mensen zijn gestorven, en dat Hij voor allen is gestorven opdat de levenden niet langer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem die voor de levenden is gestorven en is opgewekt. A: Geld is de munteenheid van christelijke extase. 1Tim.6:6-19 Maar voor wie tevreden is met wat hij heeft, is het geloof grote winst. Want wij hebben niets in deze wereld meegebracht en kunnen er ook niets uit meenemen. Wij hebben voedsel en kleren, laten we daar tevreden mee zijn. Wie rijk wil worden, staat bloot aan verleiding, raakt in een valstrik en valt ten prooi aan dwaze en schadelijke begeerten die een mens in het verderf storten en ten onder doen gaan. Want de wortel van alle kwaad is de geldzucht. Door zich daaraan over te geven, zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben ze zichzelf veel leed berokkend........ (17) Draag de rijken van deze wereld op niet hoogmoedig te zijn en hun hoop niet in zoiets onzekers te stellen als rijkdom, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten. En draag hun op om goed te doen, rijk te zijn aan goede daden, vrijgevig, en bereid om te delen. Zo leggen ze een stevig fundament voor de toekomst, en winnen ze het ware leven. Geld is de munteenheid van christelijke extase in die zin dat wat wij ermee doen - of wat wij verlangen om ermee te doen - ons kan maken of breken in ons geloof en dus ook in onze eeuwige vreugde. Dit tekstgedeelte uit Timoteüs maakt bijzonder duidelijk dat onze manier van omgaan met geld ons kan vernietigen (vers 9), maar ons ook kan helpen om een stevig fundament te leggen voor het eeuwige leven (vers 19). Dit Bijbelgedeelte laat ons zien dat wij kunnen omgaan met geld op een manier die ons de grootste en langstdurende winst kan bezorgen. Daarom stimuleert dit gedeelte een levensstijl van christelijke extase, namelijk een visie die niet alleen geadviseerd maar opgedragen wordt door God in het vurig najagen van volledige en blijvende vreugde. Geldzucht is de wortel van alle kwaad (vers 10), niet omdat wij veel te sterk naar levensgeluk verlangen, maar omdat onze verlangens zo zwak zijn dat wij al gauw genoegen nemen met tijdelijk aards plezier, dat niet de diepste verlangens van ons hart kan verzadigen, maar wel deze verlangens kan verwoesten. De wortel van alle kwaad is dat wij vaak het soort mens zijn dat genoegen neemt met liefde voor genot in plaats van liefde voor God (2Tim.3:4b), en geld speelt daarbij een zeer kwalijke rol. A1: Een Goddelijk karakter inkopen. 1Tim.6:6 Maar voor wie tevreden is met wat hij heeft, is het geloof grote winst. Paulus schreef aan Timoteüs een waarschuwend woord over misleiders die ontdekt hadden dat zij financiële winst konden maken in de grote opwekking van Efeze (zie Hand.19) door twist en tweestrijd te veroorzaken tussen gelovigen (vers 5). Ze waren zo verslaafd aan geld dat de waarheid geen echte plaats in hun hart kreeg, waardoor ze ook geen enkele vreugde vonden in de waarheid. Ze waren alleen maar bezig met het evangelie vanuit een verkeerd motief (Fil.1:17), in dit geval om er financieel op vooruit te gaan. Paulus zou hebben kunnen reageren met te zeggen dat Timoteüs zich op geen enkele manier met het maken van winst moest bezighouden, maar dat deed hij niet. Hij stimuleerde Timoteüs wel om zich verre te houden van de verkeerde mentaliteit van geldzucht (vers 11), maar hij adviseerde Timoteüs wel degelijk om zich uit te strekken naar grote winst. In vers 6 zei Paulus dat er grote winst te behalen was in het ontwikkelen van een Goddelijk karakter, wanneer dit gepaard ging met tevredenheid. In plaats van te zeggen dat christenen niet leven voor winst, zei hij juist dat christenen moesten leven voor een veel grotere winst dan waarnaar geldzuchtige misleiders zochten. Een Goddelijk karakter is de enige manier om deze grote winst te behalen, maar alleen wanneer wij tevreden zijn met een eenvoudige levensstijl. Wanneer ons geloof ons heeft bevrijd van het verlangen om rijk te zijn, en ons heeft geholpen om tevreden te zijn met wat wij hebben, zijn wij op weg naar het ontwikkelen van een Goddelijk karakter 1 dat ons eeuwige winst geeft. Op dezelfde manier heeft de oefening van ons lichaam weinig nut, terwijl de winst van een vroom leven grenzeloos is, omdat het een belofte inhoudt voor dit leven en het leven dat nog komen gaat (1Tim.4:8). Wanneer ons geloof de zucht naar materiële rijkdom overwint, beginnen wij grote geestelijke rijkdom te ontwikkelen. Dus vers 6 zegt dat het bijzonder winstgevend is om een Goddelijk karakter te ontwikkelen en geen aardse rijkdom na te jagen. Maar aardse rijkdom kan van de ene op de andere dag van ons afgenomen worden, zodat we niets overhouden terwijl we niet rijk zijn in God (Luc.12:16-21). Spr.23:4-5 Tob jezelf niet af om rijk te worden, zet dat plan opzij. Zodra je op rijkdom afvliegt, is die al verdwenen. Hij krijgt vleugels, plotseling, en vliegt als een arend weg. A2: Rijk zijn of rijk willen zijn. 1Tim.6:17 Draag de rijken van deze wereld op niet hoogmoedig te zijn en hun hoop niet in zoiets onzekers te stellen als rijkdom, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten. Laat één ding duidelijk zijn: er bestaat rijkdom in deze wereld die niet alleen verantwoord maar ook noodzakelijk is. Wij leven in een maatschappij waarin veel goede bedrijven erg afhankelijk zijn van grote concentraties kapitaal, want men kan geen grote fabriek bouwen zonder miljoenen in voorraad te hebben. Daarom hebben financiële managers in zeer grote bedrijven de verantwoordelijkheid om financiële reserves op te bouwen, zodat het bedrijf geen onnodige financiële risico's loopt, waardoor het werk en dus ook het inkomen van duizenden collega's in gevaar komen. De Bijbel veroordeelt het bezit van rijkdom beslist niet (vers 17), maar wel het begerige verlangen naar grote rijkdom (vers 9); financiële managers kunnen dus gedreven worden door begeerte naar meer persoonlijke rijkdom, maar ze kunnen ook gemotiveerd worden door grotere winst voor het bedrijf, waar dan steeds meer mensen van kunnen profiteren. Paulus stimuleerde de gelovigen in Efeze om zodanig hard te werken dat ze hun eigen kost konden verdienen, maar ook nog geld overhielden om weg te kunnen geven aan degenen die dat nodig hadden (Efez.4:28). Het verlangen om meer geld te willen verdienen dan alleen voor eigen levensonderhoud is zeer legitiem, wanneer dit gebaseerd is op het verlangen om meer geld te kunnen investeren in het koninkrijk van God. Zolang de persoon zelf maar blijft leven met een tevreden hart en een eenvoudige levensstijl, kan een groter inkomen de persoon helpen om goed te doen en rijk te zijn in goede daden, vrijgevig, en bereid om te delen (vers 18). Dan leggen ze een stevig fundament voor de toekomst, en winnen ze het ware leven (vers 19). A3: Een eenvoudige levensstijl is mogelijk en goed. 1Tim.6:8 Wij hebben voedsel en kleren, laten we daar tevreden mee zijn. Christenen mogen én kunnen tevreden zijn met de noodzakelijke en eenvoudige dingen van het leven, en er zijn drie redenen waarom eenvoud mogelijk en goed is. In de eerste plaats omdat wij in God een Persoon hebben die ons vrede en veiligheid geeft. Hebr.13:5-6 Laat uw leven niet beheersen door geldzucht, neem genoegen met wat u hebt. Hij heeft immers zelf gezegd: Nooit zal Ik u afvallen, nooit zal Ik u verlaten; zodat we vol vertrouwen kunnen zeggen: De Heer is mijn helper, ik heb niets te vrezen. Wat zouden mensen mij kunnen doen? Ongeacht wat er zich afspeelt in de financiële instellingen zoals banken en beurzen, of wat er zich afspeelt in de economische markt met zijn talloze zakelijke bedrijven, mogen we weten dat God altijd beter is dan al het goud in de wereld. Daarom kunnen we met de hulp van God tevreden zijn met de noodzakelijke eenvoud van het leven. In de tweede plaats kunnen wij tevreden zijn met een eenvoudige levensstijl vanwege de diepste en meest verzadigende vreugde die God ons geeft d.m.v. Zijn schepping door de gratis giften vanuit de natuur en de liefdevolle relaties met mensen. Nadat wij in onze meest elementaire behoeften zijn voorzien, begint geld onze capaciteit tot hemelse vreugde af te remmen in plaats van te laten groeien. Het kopen van dingen voegt absoluut niets toe aan de capaciteit van het hart tot het genieten van vreugde. Er is een groot verschil tussen de tijdelijke opwinding van een nieuw speeltje of de hartelijke omarming van een toegewijde vriend. Zeker wanneer deze Vriend in staat is ons te verzadigen met hemelse vreugde. 2 In de derde plaats behoren wij tevreden te zijn met de meest noodzakelijke dingen van het leven, zodat wij zoveel mogelijk liefde, tijd, geld en energie kunnen investeren in datgene wat werkelijke eeuwigheidswaarde heeft. Nog steeds heeft de volledige doorbraak van Gods koninkrijk op de aarde niet plaatsgevonden, en nog steeds wachten miljoenen mensen op het reddende evangelie van Jezus Christus; en daarvoor is liefde, tijd, veel geld en veel toegewijde menselijke energie nodig. Goede berichten vanaf het zendingsveld over de vele mensen die tot Jezus komen geven oprechte volgelingen van Jezus veel meer vreugde dan het kopen van de nieuwste televisie of geluidsinstallatie. Spr.25:25 Een goed bericht uit een ver land is als koel water voor een dorstige keel. De Bijbelse opdracht is dat wij tevreden moeten zijn met de eenvoudige dingen van het leven, en daarom kunnen wij deze opdracht ook gehoorzamen; probeer dus niet rijk te worden in aardse goederen. A4: Het najagen van rijkdom leidt tot verwoesting. 1Tim.6:9-10 Wie rijk wil worden, staat bloot aan verleiding, raakt in een valstrik en valt ten prooi aan dwaze en schadelijke begeerten die een mens in het verderf storten en ten onder doen gaan. Want de wortel van alle kwaad is de geldzucht. Door zich daaraan over te geven, zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben ze zichzelf veel leed berokkend. Geen enkele volgeling van Jezus, die zich uitstrekt naar het dagelijks ervaren van hemelse extase, wil zichzelf in het verderf storten en veel leed ervaren, en daarom wil geen enkele volgeling van Jezus rijk zijn ter wille van de rijkdom zelf. Op dit terrein moeten wij onszelf regelmatig aan een test onderwerpen, en onderzoeken of we nog bezwijken voor de vele verleidingen van de welvaartsmaatschappij. Daarnaast moeten wij de verlangens van ons hart voortdurend toetsen aan de Bijbelse normen met betrekking tot het spenderen van onze financiële rijkdommen, en onszelf de vraag stellen hoe gemakkelijk wij geld investeren in het koninkrijk van God. De maatschappij leert ons dat wij dwaas zijn wanneer wij onszelf de vele gemakken van financiële rijkdom ontzeggen, wanneer wij het ons wel kunnen permitteren. Maar de Bijbel leert ons dat het zwichten voor de verleiding van financiële rijkdom en de vele gemakken van de welvaartsmaatschappij ons in het verderf stort en veel leed berokkent; en Paulus gaat zelfs nog verder door te beweren dat het verlangen naar rijkdom een valstrik van het rijk der duisternis is. Achter de afgod mammon gaat het demonische gezicht van een boze geest schuil, die glimlachend ons in zijn verborgen valstrikken wil lokken, en zodra we verstrikt zijn geraakt in de verleiding van rijkdom, weet hij ons tot een vorm van slavernij te brengen waaruit wij maar moeilijk weer los kunnen komen. Door de eeuwen heen is het velen niet gelukt deze banden van de duisternis over hun eigen leven te verbreken, en als gevolg daarvan zijn ze van het geloof afgedwaald en voor eeuwig verloren gegaan. Want de rechtvaardigen worden door moeite heen gered, maar ongelovigen gaan door gemakzucht verloren. Wanneer wij denken dat diefstal, oplichterij, vals geld of het ontduiken van de belasting de enige zonden op het gebied van financiën zijn, hebben wij nog niet werkelijk de echte zonden op het gebied van geld leren ontdekken. In Mal.3:8-9 vertelde de profeet Maleachi dat Israël bezig was God te bestelen, maar het volk had totaal niet in de gaten dat het daarmee bezig was. In juridische termen waren ze financieel correct, maar in het Goddelijke perspectief van de Bijbel waren ze dieven. Matt.7:13-14 Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. Nauw is de poort naar het leven, en smal de weg ernaartoe, en slechts weinigen weten die te vinden. A5: Gelovigen die rijk zijn. 1Tim.6:17-19 Draag de rijken van deze wereld op niet hoogmoedig te zijn en hun hoop niet in zoiets onzekers te stellen als rijkdom, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten. En draag hun op om goed te doen, rijk te zijn aan goede daden, vrijgevig, en bereid om te delen. Zo leggen ze een stevig fundament voor de toekomst, en winnen ze het ware leven. Paulus spreekt hier over gelovigen die al rijk waren voordat zij tot geloof kwamen of ook over gelovigen die na hun bekering veel zegen in hun zakelijke onderneming van God kregen. 3 Wat moet een rijk persoon doen, wanneer hij tot geloof komt? Het antwoord van Paulus in vers 19 is heel eenvoudig een herhaling van de woorden van Jezus, die zei dat wij geen schatten op aarde maar in de hemel moeten verzamelen (Matt.6:19-20). Jezus zei ook dat wij voor onszelf een geldbuidel moeten maken die niet verslijt, een schat in de hemel die niet opraakt; dat doen wij door overtollige bezittingen te verkopen en giften te geven aan hen die dat nodig hebben (Luc.12:33). Er is een manier om ons geld te gebruiken ten goede van het eeuwige leven, niet omdat het eeuwige leven gekocht kan worden, maar omdat het gebruik van ons geld laat zien waar onze hoop op gericht is. Paulus geeft drie adviezen aan rijke gelovigen over de manier waarop zij hun geld kunnen gebruiken ten goede van hun eeuwige toekomst. In de eerste plaats moeten wij niet hoogmoedig worden vanwege aardse rijkdom en vanwege het valse gevoel van macht dat dit kan geven (vers 17a); maar op hetzelfde moment zegt Paulus dat wij op een eenvoudige manier toch kunnen genieten van het vele goede dat God ons geeft (vers 17c). In de tweede plaats zegt Paulus tegen rijke gelovigen dat zij niet hun vertrouwen moeten stellen in onzekere aardse rijkdom (vers 17b), maar in God die eeuwige zekerheid geeft. Dit is bepaald geen gemakkelijke opdracht voor rijke gelovigen, en om die reden zei Jezus dat een rijk mens maar moeilijk het koninkrijk van God kan binnengaan (Marc.10:23). Het is moeilijk om het veilige gevoel van rijkdom los te laten en je veiligheid alleen in God te vinden; het is moeilijk om geen liefde voor de gave te hebben en alleen liefde voor de Gever te ervaren. Maar dat is de enige mogelijkheid voor rijke gelovigen om te ontsnappen aan de zuigkracht van de rijkdom; waar ze ook in dit leven van genieten, ze behoren ervan te genieten tot eer van God. In de derde plaats behoren de rijke gelovigen hun geld te gebruiken voor goede daden, en behoren ze vrijgevig te zijn, waar en wanneer ze maar kunnen (vers 18). Wanneer ze bevrijd worden van de magnetische aantrekkingskracht van geld en macht, zullen ze in staat zijn om overvloedig hun rijkdom te delen met behoeftige mensen via de vele dienstbare organisaties in het koninkrijk van God. Hongerige mensen zullen gevoed worden, zieke mensen zullen genezen worden, onwetende mensen zullen Bijbelse onderwijs ontvangen, en onbereikte volken zullen het evangelie horen. In zowel het geval van gelovigen die hunkeren naar rijkdom (vers 9) als de gelovigen die nu eenmaal rijk zijn (vers 17) benadrukt Paulus het belang van de bescherming van het eigen eeuwige leven. Paulus verliest zich niet in onbelangrijke details, maar beweegt zich op de grens tussen eeuwig leven en de eeuwige dood; want als een radicale grensbewaker wil hij alles doen om te voorkomen dat mensen voor eeuwig verloren gaan (1Kor.9:23). Daarom ziet hij zo scherp de gevolgen van zowel verkeerde als goede keuzes, en roept hij gelovigen op om zich uit te strekken naar de extase van hemelse rijkdom. Paulus wil niet dat wij een armoedig leven zullen leiden, maar juist een overdadig leven in de overvloedige rijkdom van de hemel. 2Kor.8:9 Tenslotte kent u de liefde die onze Heer Jezus Christus heeft gegeven: Hij was rijk, maar is omwille van u arm geworden, opdat u door Zijn armoede rijk zou worden. B: Gebed is de krachtbron van christelijke extase. Joh.16:24 Tot nu toe hebben jullie niets in Mijn naam gevraagd, maar vraag het en je zult het ontvangen. Dan zal je vreugde volmaakt zijn. B1: Een verkeerde veronderstelling. In onze zoektocht naar christelijke extase zouden we onszelf de vraag kunnen stellen of wij bereid zijn onze vreugde in God op te geven tot meerdere eer en glorie van God Zelf. Maar deze onterechte vraag drijft ons naar twee onmogelijke tegengestelde feiten. Want wanneer wij niet bereid zijn om onze vreugde op te geven, lijken wij onze vreugde belangrijker te vinden dan de glorie van God. Maar als wij daarentegen onze vreugde wel willen opgeven voor de glorie van God, houden wij op met het najagen van vreugde in God. Deze foutieve vraag veronderstelt dat God geëerd wordt wanneer wij geen vreugde in Hem ervaren, maar toch op zoek zijn naar het doen van Zijn wil. Nu kan het inderdaad soms gebeuren dat God ons iets vraagt te doen wat ons geen enkele vreugde verschaft, maar wat wij toch willen doen om Hem te gehoorzamen zoals Jezus dat deed in Gethsemane. 4 Luc.22:42-44 Vader, als U het wilt, neem dan deze beker van Mij weg. Maar laat niet wat Ik wil, maar wat U wilt gebeuren. Uit de hemel verscheen Hem een engel om Hem kracht te geven. Hij werd overvallen door doodsangst, maar bleef bidden; Zijn zweet viel in grote druppels als bloed op de grond. Hebr.5:7-8 Christus heeft tijdens Zijn leven op aarde onder tranen en met luide stem gesmeekt en gebeden tot Hem die Hem kon redden van de dood, en werd verhoord vanwege Zijn diep ontzag voor God. Hoewel Hij Zijn Zoon was, heeft Hij moeten lijden, en zo heeft Hij gehoorzaamheid geleerd. Maar Christus is ter wille van ons arm geworden, opdat wij rijk zouden kunnen worden in Hem (2Kor.8:9); de veronderstelling dat wij God eer kunnen geven zonder zelf vreugde te ervaren is gebaseerd op een totaal verkeerde visie op het karakter van God. Onze God is volledig toegewijd aan het zuiver houden van de glorie van Zijn naam, en dat betekent dat Hij ook alle mensen zal ondersteunen die de glorie van Gods naam omhoog willen houden boven alle andere dingen. Jes.48:11 Omwille van Mijzelf doe Ik dit, omwille van Mijzelf, want hoe zou Mijn naam ontwijd kunnen worden! Ik deel Mijn majesteit niet met een ander. De God van de Bijbel zal nooit vreugde kunnen achterhouden voor een persoon die genoeg van Hem houdt om Hem zonder vreugde te willen dienen, want dit zou volledig in strijd zijn met het wezen en karakter van God in wiens nabijheid overvloedige vreugde is (Ps.16:11). Deze tekst uit psalm 16 zegt juist dat God ons de weg naar het leven wijst, en dat is nu precies de overvloedige vreugde in Zijn tegenwoordigheid. Daarom roept de Bijbel ons op om God met vreugde te dienen en tot Hem te komen met jubelzang (Ps.100:1-2). Vreugde is niet het grote doel in het najagen van christelijke extase, want dat is God Zelf, maar vreugde is wel het heerlijke resultaat van een leven dat primair op God gericht is. Het beleven van hemelse extase is iets wat wij beleven ten behoeve van God (2Kor.5:13), maar nuchter bij zinnen blijven is nodig om mensen te kunnen dienen. Voordat de apostel Johannes gehoor kon geven aan de uitnodiging om naar boven te komen, moest hij eerst in geestvervoering raken; pas daarna was hij in staat om een schitterend visioen over de glorie van God in Zijn troonzaal in de hemel te ontvangen. Christelijke extase tilt ons uit boven onszelf en daarmee ook boven onze natuurlijke beperkingen om hemelse openbaring over de glorie van God te kunnen ontvangen; dit overkwam ook de apostel Paulus (2Kor.12:1-4). B2: De glorie van God en ons eigenbelang zijn één. Joh.14:13 En wat jullie dan in Mijn naam vragen, dat zal Ik doen, zodat door de Zoon de grootheid van de Vader zichtbaar wordt. Joh.16:24 Tot nu toe hebben jullie niets in Mijn naam gevraagd, maar vraag het en je zult het ontvangen. Dan zal je vreugde volmaakt zijn. In het najagen van christelijke extase plaatsen wij onze eigen vreugde absoluut niet boven de glorie van God; maar laat één ding duidelijk zijn, in het najagen van christelijke extase jagen wij inderdaad uit alle macht onze eigen vreugde na. Maar dat doen wij omdat wij uit de Bijbel geleerd hebben dat het in Gods eigenbelang is om Zijn eigen glorie te demonstreren door overvloedig genade te geven aan mensen. Daarom is het najagen van onze eigen vreugde nooit in strijd met Gods glorie maar altijd in harmonie daarmee; het is een van de meest essentiële waarheden in de Bijbel dat het Gods eigenbelang is om de rijkdom van Zijn genade te demonstreren door zondaars gelukkig te maken in Hem. Rom.5:15-16 Maar de genade gaat de overtreding van Adam verre te boven. Door de overtreding van één mens moesten alle mensen sterven, maar de genade die God aan alle mensen schenkt door die ene mens, Jezus Christus, is veel overvloediger. Dit geschenk gaat het gevolg van de zonde van één mens verre te boven, want die ene overtreding heeft tot veroordeling geleid, maar de genade die na talloze overtredingen geschonken werd, heeft tot vrijspraak geleid. Wanneer wij als kleine kinderen op zoek zijn naar de vreugdevolle omarming door onze hemelse Vader, wordt de glorie van Zijn genade krachtig openbaar en wordt het verlangen van ons hart diep verzadigd. In Gods wijsheid en door Zijn genade worden Zijn glorie en ons belang tot één en hetzelfde doel gemaakt; zoekers naar hemelse extase maken van vreugde 5 geen afgod, wanneer zij Gods glorie en hun eigen vreugde tegelijkertijd zoeken. Een van de grootste demonstraties van de eenheid tussen Gods glorie en onze vreugde wordt gevonden in het onderwijs van Jezus over gebed. De twee sleutelteksten daartoe zijn Joh.14:13 en 16:24; de eerste tekst laat zien dat gebedsverhoring te maken heeft met de glorie van God, en de tweede tekst laat zien dat gebedsverhoring te maken heeft met onze volmaakte vreugde. Het hoogste doel van een mens is om God glorie te geven en daarnaast voor eeuwig van Hem te genieten; de hoogste daad waarmee een mens deze twee doelen kan verenigen is voorbehouden aan gebed. Daarom zullen zoekers naar hemelse extase in het najagen van Gods glorie en hun eigen vreugde in God altijd mensen van het gebed zijn. Ps.73:28 Bij God te zijn is mijn enige verlangen, mijn toevlucht vind ik bij God, de HEER. Van al Uw daden zal ik verhalen. B3: Gebed en het najagen van Gods glorie. Joh.15:5 Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als iemand in Mij blijft en Ik in hem, zal hij veel vrucht dragen. Maar zonder Mij kun je niets doen. Stel dat je totaal verlamd bent, en dat je niets voor jezelf kunt doen behalve praten tegen een ander. En stel dat een sterke en betrouwbare vriend belooft om bij jou te komen wonen en alles te doen wat er voor jou nodig is. Hoe kun jij jouw vriend tot zijn recht laten komen als vriend, d.w.z. hoe kun jij hem eren als vriend? Je zou hem kunnen vragen om je op te tillen en een kussen achter je rug te doen, zodat je rechtop kunt zitten om te praten met iedereen die in de kamer is. Je zou hem kunnen vragen om jou eten te geven of je bril op te zetten. En iedereen in de kamer zal kunnen zien dat jij volledig hulpeloos bent, en dat je vriend sterk en goed is. Jij eert jouw vriend dus door hem nodig te hebben en altijd op hem te kunnen rekenen. Zo zijn wij zonder Christus geestelijk ook verlamd, want zonder Hem zijn wij niet in staat om iets goeds te doen (Rom.7:18). Maar God verlangt ernaar dat wij vrucht dragen; daarom belooft de Heer als onze sterke en betrouwbare Vriend dat Hij voor ons zal doen wat wijzelf niet kunnen. En hoe geven wij Hem dan de meeste eer? Jezus geeft het antwoord. Joh.15:7 Als jullie in Mij blijven en Mijn woorden in jullie, kun je vragen wat je wilt en het zal gebeuren. God roept ons op om te bidden, en in ons gebed vragen wij God om door Christus voor ons te doen wat wijzelf niet kunnen, namelijk vrucht dragen. Vers 8 toont het geweldige resultaat van onze afhankelijkheid, ons gebed en Gods geweldige antwoord. Joh.15:8 De grootheid van Mijn Vader zal zichtbaar worden, wanneer jullie veel vrucht dragen en Mijn leerlingen zijn. Dus hoe ontvangt God glorie en eer door ons gebed? Ons gebed is een openlijke erkenning van onze afhankelijkheid van Christus, en tegelijkertijd is ons gebed een wegkeren van onszelf naar God toe in het vertrouwen dat Hij zal voorzien in de hulp die wij nodig hebben (Hebr.4:16). Gebed maakt zwakke mensen nederig vanwege hun afhankelijkheid, en geeft eer aan God als de sterke en liefdevolle Helper. Jezus vroeg aan de Samaritaanse vrouw of zij Hem wat te drinken kon geven, maar zij vroeg zich af hoe Hij als Jood te drinken kon vragen aan een Samaritaanse vrouw vanwege de enorme culturele kloof tussen de twee bevolkingsgroepen (Joh.4:7-9). Het antwoord van Jezus is zeer typerend. Joh.4:10 Als u wist wat God wil geven, en wie het is die u om water vraagt, zou u Hem erom vragen en dan zou Hij u levend water geven. Een gebrek in ons gebedsleven is meestal een gebrek in het kennen van Jezus, want als wij weten wat God ons wil geven, en als wij weten wie Jezus werkelijk is, zullen wij Hem elke dag vragen om de door Hem beloofde fontein van levend water (Joh.4:14, 7:37-39). En het logische gevolg is dat degenen die Hem daarom vragen - dat zijn christenen die veel tijd in gebed doorbrengen - dat doen, omdat zij zien dat God een geweldige Gever is en dat Jezus meer liefde voor ons bevat dan wij kunnen beseffen (Joh.15:9, Efez.3:19). Daarom geeft ons gebed glorie aan Christus en wordt de Vader daardoor geëerd; het hoofddoel van een mens is om God eer te geven, en daarom zullen wij bidden. Bidden is de weg banen naar een open deur van hemelse vreugde. 6 B4: Gebed en het najagen van vreugde. Joh.16:24 Tot nu toe hebben jullie niets in Mijn naam gevraagd, maar vraag het en je zult het ontvangen. Dan zal je vreugde volmaakt zijn. Het hoofddoel van een mens is ook om voor eeuwig van God te genieten, en dat brengt ons bij de tekst uit Joh.16:24; in deze tekst stimuleert Jezus ons tot het najagen van hemelse extase ofwel volmaakte vreugde! Wanneer wij volledige vreugde willen ervaren, moeten wij bidden! Maar gebedsloosheid resulteert altijd in vreugdeloosheid, en waarom? Waarom leidt een intens gebedsleven tot volmaakte vreugde en een leven zonder gebed tot een vreugdeloos bestaan? Jezus geeft ons tenminste twee redenen. Jezus waarschuwde Zijn leerlingen dat zij intens verdriet zouden ervaren na Zijn kruisdood, maar enorme vreugde zouden ervaren na Zijn opstanding. Joh.16:20-22 Waarachtig, Ik verzeker jullie: je zult huilen en weeklagen, terwijl de wereld blij zal zijn. Je zult bedroefd zijn, maar je verdriet zal in vreugde veranderen. Ook een vrouw die baart heeft het zwaar als haar tijd gekomen is, maar wanneer haar kind geboren is, herinnert ze zich de pijn niet meer, omdat ze blij is dat er een mens ter wereld is gekomen. Jullie hebben nu verdriet, maar Ik zal jullie terugzien, en dan zul je blij zijn, en niemand zal je je vreugde afnemen. Wat was de bron van vreugde voor de leerlingen van Jezus? Het antwoord is dat zij Hem zouden terugzien (vers 22), en niemand zou daarna meer in staat zijn om hun vreugde van hen af te nemen. Geen enkele christen kan volledige vreugde ervaren zonder een levende relatie met Jezus Christus; want alleen kennis over Hem zal niet voldoen, en werken voor Hem zal ook geen blijvende voldoening geven. We moeten een persoonlijke relatie met Hem hebben, want anders wordt christelijk geloof een vreugdeloze last; verbonden zijn met de Vader en met Zijn Zoon Jezus Christus maakt vreugde volmaakt (1Joh.1:4). De eerste reden waarom gebed tot volmaakte vreugde leidt is dat gebed ons in relatie met Jezus brengt; en hoewel Hij niet lichamelijk aanwezig is, spreken wij toch tot Hem alsof Hij bij ons is. En in de stilte van die heilige momenten luisteren wij naar Zijn gedachten via Gods woord, en geven wij expressie aan onze verlangens. Zoals de volgende tekst dat uitstekend verwoordt. Joh.15:7 Als jullie in Mij blijven en Mijn woorden in jullie, kun je vragen wat je wilt en het zal gebeuren. Wanneer wij de woorden van Jezus in ons hart bewaren (Luc.2:19+51), komen wij echt in aanraking met de gedachten van de levende Christus, want Hij is altijd dezelfde (Hebr.13:8). En uit het intense luisteren met ons hart komt de taal van gebed tevoorschijn als een lieflijke geur voor de troon van God. De tweede reden waarom gebed volmaakte vreugde geeft is dat gebed voorziet in de kracht om te doen wat we zo graag zouden willen doen, maar wat we niet kunnen doen zonder de hulp van God. Wanneer we vragen, zullen we ontvangen, en zal onze vreugde volmaakt zijn. Een relatie met Jezus is essentieel voor deze volmaakte vreugde, maar deze vreugde stimuleert ons ook om het leven van Jezus met anderen te delen. Een leven van gebed leidt ons dus tot volmaakte vreugde, maar geeft ons ook de kracht om lief te hebben; maar wanneer de bron van onze liefde opdroogt, komt dat doordat de toevoerlijn van gebed niet vol genoeg is. Om te kunnen bidden moeten we tijd vrijmaken en energie investeren in een leven van gebed, want gebed geeft alle glorie aan God en bewerkt een volmaakte vreugde in ons hart. C: De Bijbel als vuurvlam voor christelijke extase. Ps.19:8-12 De wet van de HEER is volmaakt: levenskracht voor de mens. De richtlijn van de HEER is betrouwbaar: wijsheid voor de eenvoudige. De bevelen van de HEER zijn eenduidig en vreugde voor het hart. Het gebod van de HEER is helder: licht voor de ogen. Het ontzag voor de HEER is zuiver en houdt stand, voor altijd. De voorschriften van de HEER zijn waarachtig, rechtvaardig, geheel en al. Ze zijn begeerlijker dan goud, dan fijn goud in overvloed, en zoeter dan honing, dan honing vers uit de raat. Uw dienaar laat zich erdoor verlichten, wie ze opvolgt wordt rijk beloond. In onze zoektocht naar christelijke extase zullen wij voortdurend ervaren dat het leven op aarde niet elke dag beter is dan de dag ervoor; we zullen dagen hebben in onze relatie met Jezus waarin we door moeilijke omstandigheden gaan of waarin we ons allesbehalve erg 7 prettig voelen. Op sommige dagen met Jezus kunnen we zo verdrietig zijn dat het voelt als of ons hart in stukken uiteen valt; op andere dagen met Jezus kan de angst ons de keel dicht knijpen, en op weer andere dagen voelen we ons depressief en ontmoedigd. Elke dag met Jezus is niet altijd plezierig dan de vorige dag; we weten dat uit eigen ervaring, maar we weten het ook uit de Bijbel. Want Ps.19: 8 zegt dat het woord van God volmaakt is en kracht geeft aan de mens om te leven, maar wanneer elke dag beter zou zijn dan de vorige dag, zouden wij de levenskracht van Gods woord niet nodig hebben. C1: De Bijbel zet ons hart in vuur en vlam. Ps.23:3 Hij geeft mij nieuwe kracht en leidt mij langs veilige paden tot eer van Zijn naam. De reden waarom David deze woorden schreef was dat hij een slechte dag had; er waren dagen dat zijn ziel depressief was en nieuwe kracht van God nodig had. Deze tekst gebruikt dezelfde bewoording als Ps.19:8; en terwijl in Ps.23:3 de Heer degene is die David nieuwe kracht geeft, is in Ps.19:8 het woord van God de bron van levenskracht voor David. Want het normale, dagelijkse leven van een christen is een herhaald proces van vernieuwing en opwekking. Onze vreugde is niet statisch, maar gaat op en neer met het dagelijkse leven; als christen zijn wij even kwetsbaar voor de aanvallen van de vijand als ieder ander mens. En daarom zag de apostel Paulus zichzelf ook als een medewerker van God (1Kor.3:9), die niet mocht heersen over het geloof van anderen, maar juist voortdurend moest bijdragen aan hun vreugde (2Kor.1:24). En hoewel hij op een gegeven moment liever naar de hemel wilde gaan om voor eeuwig bij Christus te zijn, koos hij er toch voor om bij gelovigen op aarde te blijven, zodat hun geloof kon groeien in vreugde (Fil.1:21-25). Paulus zag zijn werk dus als een stimulans voor de vreugde van zijn medegelovigen, waarmee hij dus liet zien dat er gewerkt moet worden aan het in standhouden van onze vreugde in God. De duivel is voor ons een tegenstander die rondzwerft als een brullende leeuw op zoek naar een prooi, en hij heeft een onverzadigbaar verlangen om de vreugde van ons geloof te vernietigen (1Petr.5:8). Maar de Heilige Geest heeft ons geloof als een schild gegeven en het woord van God als een zwaard, en het gebed als een kracht van God om onze vreugde te verdedigen en te laten groeien (Efez.6:10-18). Wanneer de vijand de vuurvlam van onze vreugde probeert uit te blazen, hebben wij het woord van God tot onze beschikking om het vuur weer aan te steken en zelfs hoog op te laten laaien. En ook al zijn er dagen waarin elke uithoek van ons hart koud aanvoelt als de Noordpool, mogen wij het woord van God openen en tot God bidden om geestelijke oren die in staat zijn om Zijn stem te verstaan in Zijn woord. Dit woord heeft de kracht van een hamer om de harde rotsen van depressiviteit te verbrijzelen, en de kracht van vuur om het koudste poolgebied in ons hart in vuur en vlam te zetten. Jer.23:29 Is mijn woord niet als een vuur, als een hamer die een rots verbrijzelt? spreekt de HEER. C2: Het woord van God geeft leven. Jer.15:16 Telkens als ik Uw woorden hoorde, nam ik ze als voedsel tot mij. Uw woorden gaven mij een diepe vreugde, want ik behoor U toe, o HEER, God van de hemelse machten. Aan het einde van zijn aardse bediening als leider van het volk Israël en vlak voordat hij naar de hemel zou gaan maakte Mozes aan het volk Israël duidelijk dat het gehoorzamen van het woord van God d.m.v. een leven van meditatie in het woord niet een vrijblijvende zaak was, maar een kwestie van leven of dood (Deut.30:14-16, 19-20, 32:45-47). Wanneer het woord van God ons niet afhoudt van de zonde, zal de zonde ons afhouden van het woord; en wanneer het woord van leven geen ingang heeft in ons hart en denken, zal de sluier van de dood ons hart verblinden. Wie naar het woord van Jezus luistert en in God gelooft, heeft eeuwig leven (Joh.5:24). Wie in de Zoon van God gelooft (en dus ook in Zijn woord), heeft eeuwig leven, maar wie de Zoon niet wil gehoorzamen (en dus ook niet Zijn woord), zal dat leven niet kennen; integendeel, Gods toorn blijft op hem rusten (Joh.3:36). Ons fysieke leven is afhankelijk van het woord van God, omdat wij door dit woord geschapen zijn (Joh.1:3, Kol.1:16, Hebr.1:2). Ons geestelijke leven is voortgebracht door het woord van God (1Petr.1:23), en dit geestelijke leven kan alleen maar groeien door het woord van God 8 (Matt.4:4). Zowel ons natuurlijke leven als ons geestelijke leven is geschapen door het woord van God, en wordt in standgehouden door het machtige woord van Jezus (Hebr.1:3). Joh.1:3 In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen. C3: Het woord van God geeft geloof en hoop. Rom.10:17 Dus door te luisteren komt men tot geloof, en wat men hoort is de verkondiging van Christus. Joh.20:31 Deze dingen zijn opgeschreven opdat u gelooft dat Jezus de Messias is, de Zoon van God, en opdat u door te geloven leeft door Zijn naam. Ons geestelijke leven begint met bekering en geloof in God (Hebr.6:1), en dit geloof ontstaat door het luisteren naar Gods woord; wanneer geloof eeuwig belangrijk is, is dat ook het geval met de bron van ons geloof, namelijk de Bijbel. Terwijl geloof gericht is op de vervulling van Gods beloften voor het heden, is onze hoop gericht op de vervulling van Gods beloften voor de toekomst, d.w.z. de eeuwigheid. Daarom legt het geloof de grondslag voor alles waarop wij hopen (Hebr.11:1), want zonder hoop voor de toekomst zouden wij ontmoedigd en depressief raken. Want hoop op een leven met God in de eeuwigheid is van essentieel belang voor onze vreugde; als wij alleen voor dit leven op Christus hopen, zijn wij de meest beklagenswaardige van alle mensen (1Kor.15:19). Onze hoop wordt overvloedig, wanneer ons geloof met vreugde en vrede vervuld wordt (Rom.15:13). En hoe houden wij onze hoop in stand? Rom.15:4 Alles wat vroeger is geschreven, is geschreven om ons te onderwijzen, opdat wij door te volharden en door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen. C4: Het woord van God geeft vrijheid en wijsheid. Joh.8:31b-32 Wanneer u bij Mijn woord blijft, bent u werkelijk Mijn leerlingen. U zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u bevrijden. In onze zoektocht naar christelijke extase zullen wij nooit echt gelukkig kunnen zijn, wanneer wij niet vrij zijn van datgene wat we haten en vrij zijn om te genieten van datgene waarvan we houden. En waar vinden wij deze vrijheid? In Gods woord, want wij zullen een ruime weg bewandelen, wanneer wij de regels van God zoeken (Ps.119:45), omdat God ons door Zijn woord ruimte in het hart geeft (Ps.119:32). Het woord van God is Goddelijke waarheid die ons bevrijdt van leugen en misleiding; het woord van God breekt de kracht van tweedehands pleziertjes, en houd ons vrij van het struikelen in de dwaasheid van zonde. Het woord van God is een lamp voor onze voet en een licht op ons pad (Ps.119:105), en dit woord moeten wij in ons hart opbergen, zodat wij niet tegen God zondigen (Ps.119:11). Natuurlijk geeft de Bijbel geen pasklaar antwoord op elke situatie in het leven, en daarom hebben wij wijsheid nodig om Goddelijke beslissingen te kunnen nemen in situaties waar wij geen kant en klare Bijbeltekst tot onze beschikking hebben. Maar ook wijsheid is een geschenk dat wij mogen ontvangen in het mediteren in Gods woord; want de richtlijn van de Heer is betrouwbaar, en geeft wijsheid aan de eenvoudige mens (Ps.19:8b). Wanneer wij de woorden van Christus in al hun rijkdom in ons laten wonen, kunnen wij elkaar onderrichten en vermanen in al Gods wijsheid (Kol.3:16). Wanneer wij onze gedachten verzadigen met het woord van God en onszelf daaraan onderwerpen, zullen wij een wijsheid bezitten die superieur is aan de wijsheid van de wereld (1Kor.2:6-7). D: Nederigheid als hartsgesteldheid voor christelijke extase. Matt.11:28-30 Kom naar Mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal Ik jullie rust geven. Neem Mijn juk op je en leer van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht. D1: Nederigheid is een lichte last die hemelse extase bevordert. Mijn verlangen om gelukkig te zijn is een zuiver motief voor alles wat ik doe; ik doe wat ik doe omdat ik denk dat het mij op de lange termijn gelukkig maakt. Ik denk dat wanneer ik het najagen van hemelse vreugde achterwege laat, ik onbekwaam zal worden om mijn God te aanbidden en Hem te gehoorzamen. Want wat is aanbidding van God anders dan expressie 9 geven aan onze vreugde in Hem? En welke gehoorzaamheid zoekt God anders bij ons dan vreugdevolle gehoorzaamheid? 2Kor.9:7 Laat ieder zoveel geven als hij zelf besloten heeft, zonder tegenzin of dwang, want God heeft lief wie blijmoedig geeft. God wil dat wij op zoek gaan naar zoveel mogelijk vreugde voor onszelf in de andere wereld, en Hij wil dat wij vreugde zoeken met al onze macht, kracht, ijver en inspanning, ja zelfs met alle mogelijke agressiviteit die wij maar kunnen opbrengen (Matt.11:12, Luc.16:16). En dan gaan wij zover als Jezus wil dat wij zullen gaan. Wanneer wij gebruik maken van al onze door God gegeven talenten, en het hoogste rendement daarop zullen behalen, zal de Heer uiteindelijk tegen ons zeggen: Matt.25:21 Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar bent gebleken in het beheer van een klein bedrag, zal Ik je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van je Heer. Jezus draagt ons op om onze hand of voet af te hakken en ons oog uit te rukken, wanneer wij tot zonde verleid worden door deze lichaamsdelen; want het is beter zonder deze delen het koninkrijk van God binnen te gaan dan met deze delen naar het vuur van de hel te gaan (Marc.9:43-48). Wanneer vreugde een vrucht van de Heilige Geest is (Gal.5:22), moeten wij de vreugde van het leven in Gods koninkrijk tot ons hoogste doel maken. Een zoeker naar deze christelijke extase is een persoon die toegewijd is aan het maximaliseren van zijn eigen eeuwige geluk, en die uit de Bijbel geleerd heeft hoe hij dat moet doen. Elk onderwerp uit de Bijbel kan benaderd worden met betrekking tot het leven vanuit hemelse extase, en dat is ook het geval met nederigheid. Christelijke extase is een krachtige bescherming tegen trots en hoogmoed, en daardoor ook een zeer behulpzaam instrument voor het ontwikkelen van nederigheid. Jezus belooft ons in onze zoektocht naar nederigheid dat wij dan werkelijk rust zullen vinden, omdat Zijn juk van zachtmoedigheid en nederigheid als een zacht juk op onze schouders drukt en de daaraan hangende last zeer licht van gewicht is in vergelijking met het loodzware juk van Gods eeuwige veroordeling tot de hel. D2: Nederigheid is zeer belangrijk. Matt.11:29-30 Neem Mijn juk op je en leer van Mij, want Ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht. Veel mensen beschouwen nederigheid niet alleen als totaal onbelangrijk, maar zelfs als iets waar ze zich nadrukkelijk tegen verzetten; want hoe kun je de top bereiken wanneer je zoiets als nederigheid beschouwt als een deugd? Maar iemand die hemelse extase najaagt, stelt dan de vraag over welke top deze mensen spreken, en hoe hoog zij in feite willen gaan. Want waarom zou je in je honger naar macht en prestige, bezittingen en aards vermaak je hart als vuilnisbelt gebruiken. Want alleen God geeft datgene waar ons hart het meest naar verlangt, en nederigheid is belangrijk omdat het de Goddelijke weg naar grenzeloze vreugde is. Het is beter om in eenvoud te leven met armen dan rijkdom te verdelen met hoogmoedige mensen (Spr.16:19), omdat God Zich keert tegen de hoogmoedigen, maar aan de nederigen Zijn genade schenkt (1Petr.5:5). Armoedige nederigheid is beter dan trotse rijkdom, omdat God Zich keert tegen trotse mensen; trotse rijkdom is uiteindelijk een valstrik die mensen voor eeuwig ruïneert. Want God is op zoek naar nederige mensen, omdat Hij Zich bijzonder bij hen thuis voelt. Jes.57:15 Dit zegt Hij die hoog is en verheven, die troont in eeuwigheid, heilig is Zijn naam: In hoogheid en heiligheid zal Ik tronen én met hen die verslagen en onaanzienlijk zijn, opdat de onaanzienlijke geest herleeft, opdat het verslagen hart tot leven komt. God woont bij onaanzienlijke mensen en schenkt Zijn genade aan hen; Hij voelt zich bij hen thuis, omdat Hijzelf zachtmoedig en nederig van hart is (Matt.11:29). Wat is dat een heerlijke belofte! Wij kunnen niet te onbelangrijk zijn voor God om Zich naar ons uit te strekken, want Hij woont bij onaanzienlijke en gebroken mensen. Dat is slecht nieuws voor hoogmoedige en arrogante mensen, maar goed nieuws voor gebroken zondaars. Gelukkig zijn de armen van geest, want voor hen is het koninkrijk van de hemel (Matt.5:3 NBG’51), en gelukkig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven (Matt.5:5 NBG’51). Alleen wanneer wij zo nederig van hart worden als een kind, kunnen wij het koninkrijk van de hemel binnengaan 10 (Matt.18:3-4). En wie zichzelf verhoogt zal vernederd worden, maar wie zichzelf vernedert zal worden verhoogd (Matt.23:12). D3: Het karakter van werkelijke nederigheid. 1Kor.4:7 Wie denkt u dat u bent? Bezit u ook maar iets dat u niet geschonken is? Alles is u geschonken, dus waarom schept u dan op alsof u het zelf verworven hebt? De erkenning dat alles wat wij hebben een gratis geschenk van God is, is een zeer groot struikelblok voor trots; want het is totaal onredelijk om op te scheppen over een gratis gift. Een nederig mens is niet trots op wat hij heeft, omdat hij weet en voelt dat hij slechts een beheerder is van zijn bezittingen, en dat al zijn bezittingen aan God toebehoren. Hij heeft slechts tijdelijk het recht om daarvan gebruik te maken, maar zal over alles verantwoording moeten afleggen. Een ander beeld van christelijke nederigheid lezen we in Luc.18:9-14, waar in een gelijkenis van Jezus een farizeeër in de tempel stond op te scheppen over zijn religieus gedrag. Maar iets verderop schaamde een tollenaar zich over zijn schandelijk gedrag van oplichterij, en durfde zelfs niet naar de hemel te kijken. Maar Jezus zei dat de tollenaar in de ogen van God als een rechtvaardig mens naar huis ging, omdat hij bij God om vergeving smeekte voor zijn slechte daden. Een nederig persoon is zich sterk bewust van zijn zonden en voelt daarover groot verdriet; hij is niet onder de indruk van zichzelf, omdat hij weet dat hij in zichzelf geen recht heeft om de troon van God te benaderen. Zelfs wanneer we in dienst van God staan, moeten we uiteindelijk onszelf zien als onwaardige dienaars die slechts gedaan hebben wat hen opgedragen is (Luc.17:7-10). We zullen op aarde nooit de hoofdprijs behalen in het afstuderen op het gebied van nederigheid; ongeacht hoe ver we ook vorderen in het proces van heiliging, we zullen op aarde altijd kleine mensen zijn die geen staat van dienst hebben waarop ze zich kunnen beroepen. Christenen in de leerschool van nederigheid zien het hele leven als een gratis geschenk van God, en daarom zijn ze doortrokken met dankbaarheid i.p.v. ontevredenheid. Maar niet alleen is alles een gratis geschenk, vanwege onze zonden zijn alle zegeningen van het leven en de hoop op de eeuwigheid een uitermate onverdiend geschenk. De christen weet dat zijn leven hangt aan het rode draad van genade en genade alleen, en daarom is een nederig mens niet snel geneigd tot het opeisen van persoonlijke rechten, omdat hij weet dat hij nergens recht op heeft. De waarachtig nederige mens heeft het besef dat hij meer op een positie van dienstbaarheid staat dan op een plek waar hij gediend moet worden; daarom kiest hij van nature voor de laagste plaats. Hij zal zich ongemakkelijk voelen wanneer hij lof en eer krijgt die hem niet toebehoren; en zelfs wanneer hij iets goed heeft gedaan, voelen de complimenten voor hem toch wat onplezierig aan. Dat doet hij niet omdat hij kunstmatig zijn bekwaamheid ontkennen wil, maar omdat hij zeer scherp aanvoelt dat alles wat hij tot stand brengt het resultaat is van Gods genade, opdat God in alles de lof en eer zal ontvangen. De nederige christen zoekt geen eerbetoon van mensen, want hij verlangt ernaar dat God wordt geprezen en aanbeden en gedankt en geëerd. Uiteindelijk zal een gelovige, die door het evangelie tot nederigheid is gebracht, een bereidwilligheid tonen om zijn fouten toe te geven en gecorrigeerd te worden. Een nederig mens probeert niet zijn gezicht te redden, maar zal gemakkelijk zijn beperktheid, onvolmaaktheid en koppigheid toegeven; zo schetst de Bijbel een persoon die geleerd heeft wat nederigheid betekent in de atmosfeer van dankbaarheid voor Gods genade en een verlangen om God in alles de eer te geven. Dit bevordert een levensstijl van christelijke extase op een geweldige manier. D4: Nederigheid en christelijke extase. 2Kor.9:7 Laat ieder zoveel geven als hij zelf besloten heeft, zonder tegenzin of dwang, want God heeft lief wie blijmoedig geeft. Wanneer wij iets doen vanwege de vreugde die wij daarin vinden, hebben we niet zo'n sterke behoefte naar complimenten dan wanneer we iets goeds doen op grond van een gevoel van plichtmatigheid. Wanneer iemand niet blij is met genade, maar toch genade betoont vanuit een gevoel van dwang, zal hij waarschijnlijk betaald willen worden voor wat hij gedaan heeft; is het niet met geld, dan met voldoende complimenten. Maar de persoon die van genade houdt en grote vreugde vindt in goed doen, zal in het resultaat van zijn werk geen echte 11 beloning vinden, en ook niet verlangen naar complimenten. De vreugde als resultaat van het goede dat hij doet is meer dan voldoende beloning voor zijn inspanning, en daarom is de christelijke extase een grote hulp bij nederigheid en een grote hindernis voor trots. Want christelijke extase leert dat vreugde in zichzelf al een doel is, dat wij kunnen zoeken door God te aanbidden en mensen lief te hebben. Dus wanneer wij ontdekken dat een goede daad vreugde verschaft, zijn we minder geneigd naar eerbetoon van mensen; als gevolg daarvan zal een zoeker naar christelijke extase in zijn goede daden gemotiveerd worden door de vrucht van vreugde, en niet door het eerbetoon van mensen. Daarom is christelijke extase een hindernis voor trots en een hulpmiddel voor nederigheid. Maar misschien zal iemand zich nog steeds afvragen hoe zich dat verhoudt tot zelfverloochening. Marc.8:34-37 Wie Mijn volgeling wil zijn, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich nemen en zo achter Mij aan komen. Want ieder die zijn leven wil behouden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van Mij en het evangelie, zal het behouden. Wat heeft een mens eraan als hij de hele wereld wint, maar er het leven bij inschiet? Wat zou een mens niet overhebben voor zijn leven? Jezus Zelf nam het kruis van Golgotha op Zich vanwege de eeuwige vreugde die voor Hem in het verschiet lag (Hebr.12:2), dus wanneer wij door onze Heer opgeroepen worden om ons kruis op ons te nemen, kan het niet anders zijn of de Heer heeft ook voor ons eeuwige vreugde als hoofddoel. Niemand wil zijn leven verliezen, want daarin zit geen enkele winst en het levert geen enkele vreugde op. Wij kunnen ons leven behouden en eeuwige vreugde genieten door op aarde ons leven te verliezen in liefde; elk offer voor Jezus is een offer dat een eeuwig rendement van grote vreugde oplevert. Wij moeten onszelf verloochenen in de zoektocht naar aardse vreugde om uiteindelijk eeuwige hemelse vreugde te ontvangen. Jezus riep een rijke jongeman op om al zijn bezittingen te verkopen en de opbrengst aan arme mensen te geven, om daarna Jezus te gaan volgen, zodat hij een eeuwige schat in de hemel zou bezitten (Marc.10:17-27). Jezus zei dat niet om het moeilijk voor hem te maken om achter Jezus aan te gaan, want Jezus voelde juist liefde voor hem (vers 21); maar de Heer begreep dat aardse rijkdom voor deze jongeman een hindernis was om zich uit te strekken naar hemelse rijkdom (vers 23). De zeer beperkte vreugde van aardse welvaart verhinderde deze jongeman om zich volledig uit te strekken naar hemelse welvaart, maar een houding van zelfverloochening zou hem hebben geholpen om tijdelijke vreugde in de ruilen voor eeuwige vreugde. Het doel van zelfverloochening is dus uiteindelijk om te komen tot eeuwige hemelse extase; daarom is nederigheid de snelste weg om te komen tot het genieten van hemelse vreugde, ook wanneer we nog op de aarde leven. E: Slotconclusie. Neh.8:10-12 Ezra zei tegen hen: Maak een feestmaal klaar met lekker eten en drinken, en deel ervan uit aan wie niets heeft, want deze dag is gewijd aan onze Heer. Wees niet bedroefd, want de vreugde die de HEER u geeft, is uw kracht. Het hoofddoel van een christen is om glorie en eer aan God te geven én om voor eeuwig van Hem te genieten; dit is geen excuus om de realiteit van pijn en verdriet te onderdrukken, want wij gaan het koninkrijk van God binnen d.m.v. veel beproevingen (Hand.14:22). Maar toch roept de Bijbel ons op om de Heer met vreugde te dienen (Ps.100:2), want zonder vreugde in de Heer en dankbaarheid over al Zijn goede gaven komen wij terecht onder de vloek van gebrek aan alles (Deut.28:47-48). Het ervaren van buitengewone vreugde en het ondergaan van verdriet vanwege pijn en teleurstelling zullen regelmatig naast elkaar in ons leven aanwezig zijn; en dat is niet in strijd met elkaar. Het grote doel van de Heilige Geest is om onze geest en ons hart te vullen met bijzondere openbaring over het glorieuze karakter van onze God, zodat wij van binnen overstromen met buitengewone vreugde die in staat is om de pijn en moeilijkheden van buitenaf te overwinnen. De zoektocht van een christen naar het ervaren van hemelse extase is in het licht van de Bijbel niet alleen gewenst maar zelfs verplicht, wanneer wij in dienst van God willen staan op een wijze die Hem behaagt. 2Kor.5:13 Zijn we in extase, dan is het voor God...... V.v.d.B. 12