1.1 Hoe zijn stoffen opgebouwd - Stoffen zijn opgebouwd uit moleculen - met één soort moleculen = zuivere stof - met meerdere soorten moleculen = mengsel - - Moleculen zijn opgebouwd uit atomen Elke atoomsoort of element heeft een naam en een symbool. Zie PSE p. 145 1.2 Hoe is een atoom opgebouwd? a) Overzicht van de atoommodellen Model 1 = Dalton: atoom = massieve bol 1.2 Hoe is een atoom opgebouwd? a) Overzicht van de atoommodellen Model 2 = Thomson: atoom = massieve bol (positief geladen) met a/d buitenkant negatieve deeltjes = elektronen 1.2 Hoe is een atoom opgebouwd? a) Overzicht van de atoommodellen Model 3 = Rutherford: atoom = een kleine kern (protonen + neutronen) en een elektronenwolk 1.2 Hoe is een atoom opgebouwd? a) Overzicht van de atoommodellen Model 4 = Bohr: atoom = een kleine kern + elektronen die met grote snelheid bewegen op schillen 1.2 Hoe is een atoom opgebouwd? b) Wij gebruiken het atoommodel van Bohr - kern (positief): p+ en n0 - e- verdeeld over de verschillende schillen Elk element (atoomsoort) - atoomnummer: Z = aantal e- = aantal p+ - massagetal (atoommassa afgerond): A = aantal p+ + aantal n0 1.2 Hoe is een atoom opgebouwd? b) Wij gebruiken het atoommodel van Bohr - De e- zijn verdeeld over de schillen - K, L, M, N, O, P, Q - met schilnummer n = 1, 2, … , 7 - met max. aantal e- per schil = 2.n2 - maar niet meer dan 32 e- per schil Schil K L M N O P Q n 1 2 3 4 5 6 7 2.n2 2 8 18 32 32 32 32 - Elektronenconfiguratie = verdeling over de verschillende schillen (zie PSE) 1.3 Waar vind je info over atomen? - In het PSE: atomen gerangschikt volgens stijgend atoomnummer Z - Gerangschikt in - perioden (horizontaal): periodenummer = aantal schillen - groepen (verticaal): groepsnummer = aantal valentie-esterke overeenkomst qua chemische eigenschappen - Drie categorieën: M, nM en E 1.4 Hoe kan je moleculen voorstellen? D.m.v. een brutoformule - H2O : 2 is de index en stelt het aantal atomen H in één molecule water voor - 3 CO2 : 3 is de coëfficiënt en stelt het aantal moleculen CO2 voor