versie 20090601 - Gids voor duurzame aankopen

(versie 20090601)
Duurzame overheidsopdracht-fiche: uitgebreid
1) Onderwerp
Met milieuvriendelijke materialen en processen geproduceerd schriften en zakboekjes.
“<…..> (naam van de openbare overheid) hecht belang aan de milieuzorg en de
sociale aspecten. Dit wordt verklaard in haar <strategisch beleid>, <missie>,
<aankoopbeleid>, ...”
2) Uitsluitingscriteria
De niet-naleving van de milieu- en sociale wetgeving, die het voorwerp is geweest
van een definitief vonnis of een beslissing met een gelijkwaardig effect, kan
beschouwd worden als een overtreding met betrekking tot het professionele gedrag
van de betrokken economische operator, of een ernstig vergrijp dat het mogelijk
maakt de betrokken partij uit te sluiten van de mededinging voor het contract.
Ref.:
Art. 53 en 54 van Richtlijn 2004/17/EG en Art. 45 van Richtlijn 2004/18/EG
3) Technische capaciteit (niet exclusief)
/
4) Technische specificaties
Grondstoffen
-
De vezels kunnen houtvezels zijn, kringloopvezels van hergebruikt papier of
andere cellulosevezels. Vezels van uitvalpapier van papierfabrieken worden niet
als kringloopvezels beschouwd. De vezelgrondstoffen (hout) komen uit duurzaam
beheerde bossen. (gestaafd door FSC en PEFC of door certificering volgens een andere
standaard voor duurzaam bosbeheer).
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Verven
-
Men mag geen pigmenten of verfstoffen gebruiken die op lood of hexavalente
chroomverbindingen gebaseerd zij.
De volgende grenswaarden gelden voor individuele stoffen in directe verven: Pb
100 ppm, Hg 4 ppm, Cd 20 ppm en Cr 100 ppm.
De volgende grenswaarden gelden voor individuele stoffen in pigmentverven: Pb
100 ppm, Hg 25 ppm, Cd 50 ppm en Cr 100 ppm.
Chemicaliën
-
Chloorgas wordt niet als bleekmiddel beschouwd.
Staving:
De naleving van alle bovenvermelde criteria kan gestaafd worden met een van de
volgende labels:
Blaue Engel
Milieukeur
NF Environnement
Österreichische Ümweltzeichen
(Ter info: enkel voor het criterium grondstoffen:
of gelijkwaardig)
Indien de inschrijver een van deze labels kan voorleggen, is geen bijkomende staving
vereist. Andere gepaste bewijsstukken van een erkend organisme kunnen eveneens
gebruikt worden.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
5) Gunning van de overheidsopdracht:
Criterium
1
Prijs
Weging
bijv. 70%
Berekening (bijv.): Laagste voorgestelde prijs / vermelde prijs x 0,70
2
Milieucriteria
bijv. 20%
(De openbare overheid formuleert de punten die zij aan de onderstaande criteria
wenst toe te kennen)
Berekening (bijv.): Totaal gescoorde punten / maximum aantal punten x 0,20
…
…
3
4
bijv. 5 %
bijv.….
Milieucriteria
Vereisten voor het papier van het schrift
Grondstoffen: kringloopvezels
- De papiervezels moeten van 95% na consumptie gerecycleerd afvalpapier gemaakt zijn.
-
De producten moeten ten minste 65% kringloopvezels uit papier van de
ondersoorten, middensoorten, krafthoudende soorten en bijzondere soorten
(categorieën 1, 2, 4 en 5, behalve voor de individuele soorten 2.091, 4.01 en 4.07)
bevatten in verhouding tot de totale vezelinhoud. Indien het gebruik van de
individuele kwaliteiten 2.05 en 2.06 niet kan worden vermeden, mag de inhoud
van carbonvrij kopieerpapier in deze papierkwaliteiten niet groter zijn dan 4%.
(zie bijlage 2) )
Optische bleekmiddelen en verfstoffen
-
Men mag voor de papierpulp of het papier geen commerciële verfsamenstellingen gebruiken waarop op het ogenblik van de toepassing een of meer
van de volgende risicozinnen van toepassing zijn:
o R50
o R51
o R52
o R53
volgens Richtlijn 1999/45/EEG en haar amendementen (zie bijlage 1).
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
-
Men mag voor de papierpulp of het papier geen commerciële verfsamenstellingen gebruiken die meer van 2% per gewicht bevatten van stoffen waarop op
het ogenblik van de toepassing een of meer van de volgende risicozinnen van
toepassing zijn: R50, R51, R52 of R53 (of combinaties ervan) volgens
Richtlijn 67/548/EEG en haar amendementen. (zie bijlage 1)
Dit criterium geldt niet voor formuleringen waarvan de classificatie uitsluitend
het gevolg is van de aanwezigheid van een of meer verfcomponenten met een
fixatiegraad van ten minste 98%. De fixatiegraad wordt beschouwd als de
totale retentie van kleurstof op de vezels in het proces.
-
Verfstoffen of pigmenten in kleurstoffen (voor pulp of inkten) mogen niet
gebaseerd zijn op zware metalen, aluminium, cadmium, kwik, nikkel, lood,
hexavalante chroomverbindingen of koper (bijvoorbeeld aluminium in
zilverkleuren, koper in goudkleuren), met uitzondering van koper in
ftaalcyaninepigment.
-
De hoeveelheden ionische onzuiverheden in verfstoffen mogen niet groter zijn
dan: Ag 100 ppm; As 50 ppm; Ba 100 ppm; Cd 20 ppm; Co 500 ppm; Cr 100
ppm; Cu 250 ppm; Fe 2 500 ppm; Hg 4 ppm; Mn 1 000 ppm; Ni 200 ppm; Pb
100 ppm; Se 20 ppm; Sb 50 ppm; Sn 250 ppm; Zn 1 500 ppm.
-
Men mag geen optische bleekmiddelen toevoegen.
Gebruikte chemicaliën
-
Het afvalpapier wordt behandeld zonder gebruik van gehalogeneerde bleekmiddelen en slecht biologisch afbreekbare complexvormende middelen, zoals
ethyleendiaminetetra-azijnzuur (EDTA) en di-ethyleentriaminepenta-azijnzuur
(DTPA).
-
Alkylfenolethoxylaten of andere derivaten van alkylfenol zijn niet toegevoegd
aan reinigingchemicaliën, ontinkingschemicaliën, schuimremmers,
dispergeermiddelen of coatings. Derivaten van alkylfenol worden gedefinieerd
als stoffen die tijdens de afbraak alkylfenolen vrijgeven.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
-
-
-
-
-
De totale hoeveelheid residuele monomeren (met uitzondering van
acrylamide) die een of meer van de volgende risicozinnen toegewezen hebben
gekregen of zouden kunnen krijgen in coatings, retentiemiddelen, versterkers,
waterafstotende middelen of chemicaliën die in interne of externe
waterzuivering worden gebruikt, mag niet meer bedragen dan 100 ppm
(berekend op basis van het gehalte vaste stof) (zie bijlage 1):
- R45
- R46
- R49
- R50/53
- R51/53
- R52/53
- R60
- R61
zoals bepaald in Richtlijn 67/548/EEG van 27 juni 1967 betreffende de
onderling aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van
de lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van
gevaarlijke preparaten, en haar latere amendementen.
Acrylamide is een uitzondering op het bovenstaande. De hoeveelheid
acrylamide in coatings, retentiemiddelen, versterkers, waterafstotende
middelen of chemicaliën die in interne of externe waterzuivering worden
gebruikt, mag niet meer bedragen dan 1000 ppm (berekend op basis van het
gehalte vaste stof.
Wanneer in de ontinkingsformulering oppervlakte-actieve stoffen gebruikt
worden in hoeveelheden van ten minste 100 g/ADT (de som van alle
oppervlakte-actieve stoffen in alle verschillende formuleringen die gebruikt
worden voor het ontinkten van gebruikte vezels), moet elke oppervlakteactieve stof goed biologisch afbreekbaar zijn.
Wanneer dergelijke oppervlakte-actieve stoffen gebruikt worden in
hoeveelheden van minder dan 100 g/ADT, moet elke oppervlakte-actieve stof
ofwel goed biologisch afbreekbaar ofwel uiteindelijk biologisch afbreekbaar
zijn.
De actieve componenten van biocides of biostatische stoffen die worden
gebruikt voor de bestrijding van slijmvormende organismen in watercirculatiesystemen die vezels bevatten, mogen niet potentieel bioaccumuleerbaar zijn.
In de fabricage van de producten mogen als biociden uitsluitend stoffen
worden gebruikt die vermeld zijn als zogeheten “bestaande” stoffen in Bijlage
II van de Verordening van de Commissie (EG) nr. 2032/200310. Dit betekent
dat zij gedeclareerd moeten zijn voor het respectieve type biocide en
opgenomen in het EG-evaluatieprogramma.
Men mag geen tetramethylthiuram disulfide (CAS nr. 137-26-8) gebruiken.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
-
-
Men mag geen azokleurstoffen gebruiken die kunnen uiteenvallen in een van
de volgende aromatische amines (allemaal vermeld in Richtlijn 2002/61/EEG)
o 4-aminobifenyl (92-67-1)
o benzidine (92-87-5)
o 4-chloor-o-toluïidine (95-69-2)
o 2-nafthylamine (91-59-8)
o o-aminoazotolueen (97-56-3)
o 2-amino-4-nitrotolueen (99-55-8)
o 4-chlooraniline (106-47-8)
o 2,4-diaminoanisol (615-05-4)
o 4,4′-diaminodifenylmethaan (101-77-9)
o 3,3′-dichloorbenzidine (91-94-1)
o 3,3′-dimethoxybenzidine (119-90-4)
o 3,3′-dimethylbenzidine (119-93-7)
o 3,3′-dimethyl-4,4′-diaminodifenylmethaan (838-88-0)
o p-cresidine (120-71-8)
o 4,4′-methyleen-bis-(2-chlooraniline) (101-14-4)
o 4,4′-oxydianiline (101-80-4)
o 4,4′-thiodianiline (139-65-1)
o o-toluödine (95-53-4)
o 2,4-diaminotolueen (95-80-7)
o 2,4,5-trimethylaniline (137-17-7)
o o-anisidine (90-04-0)
o 4-aminoazobenzeen (60-09-3)
De hoeveelheid opspoorbaar formaldehyde in het eindproduct mag niet groter
zijn dan 0.5 mg/dm².
De hoeveelheid pentachloorfenol in het eindproduct mag niet groter zijn dan
0,15 mg/kg/dm².
Het papier wordt vervaardigd zonder gebruik van hulpstoffen die glyoxal
bevatten.
Men gebruikt geen kleurstoffen, afwerkingsmiddelen, hulpstoffen en coatings
die volgens Richtlijn 67/548/EEG geclassificeerd zijn of etikettering vereisen
met een van de volgende risicozinnen (zie bijlage 1):
o R40
o R43
o R45
o R46
o R49
o R60
o R61
o R62
o R63
o R68
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Wanneer het schrift bedrukt is: vereisten voor het drukproces en de inkt
- De in het drukproces gebruikte wasmiddelen moeten waterige, zure of
basische middelen zijn (vrij van organische solventen) of middelen op basis
van plantaardige solventen (kookpunt > 250°C).
-
De wasmiddelen, bevochtigingsoplossingen, inkten en afwerkingsproducten
(coating, hars) mogen geen nonylfenol (of derivaten), gehalogeneerde
koolwaterstoffen of glycolethers met het volgende CAS-nummer bevatten:
EGME (109-86-4), EGEE (110-80-5), EGMEA (110-49-6), EGEEA (111-159), EGDME (110-71-4), DEGDME (111-96-6) en TEGDME (112-49-2).
-
Men mag twee soorten drukprocedés gebruiken: Offsetdruk of flexodruk
Indien men offsetdruk gebruikt:
o Alleen de volgende technieken zijn toegestaan: rechtstreekse computer-toplate druk of thermische druk.
o De gebruikte biociden zijn niet potentieel bioaccumuleerbaar.
Indien men flexodruk gebruikt:
o Om het gebruik van gevaarlijke stoffen te beperken, genieten computer-toplate (CTP) en warmtetransferdruk de voorkeur.
o Als de ontwikkelaars voor de flexografische drukplaat op organische
solventen gebaseerd zijn, moeten deze minder dan 3% aromatische
componenten en minder dan 15% per gewicht VOC bevatten.
o De gebruikte inkten moeten inkten op waterbasis of UV-inkten zijn. Inkten
met meer dan 10% per gewicht VOC zijn niet toegestaan.
-
De inkten mogen niet geclassificeerd zijn als schadelijk voor het milieu
(aangegeven met het symbool N) volgens Richtlijn 99/45/EEG en haar
amendementen. (zie bijlage 1)
-
De pigmenten in de inkten mogen niet gebaseerd zijn op cadmium, antimoon,
lood, hexavalent chroom, kwik, arsenicum, selenium of hun verbindingen.
-
De inkten mogen niet meer dan 100 ppm cadmium, lood, hexavalent chroom
en kwik bevatten.
-
De inkten mogen geen stoffen bevatten die door het IARC (International
Agency for Research on Cancer) als carcinogenen klasse 1,2A of 2B worden
beschouwd. Men kan de lijst van deze producten raadplegen op
http://monographs.iarc.fr/
-
De inkten mogen geen stoffen bevatten die voorkomen op de lijst van de
CEPE (European Council of producers and importers of paints, printing inks
and artists’ colours), of stoffen die verboden zijn in drukinkten en aanverwante
producten. Men kan deze lijst raadplegen in de publicaties van de CEPE op
http://www.cepe.org
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
-
De inkt mag niet meer dan 2% per gewicht milieugevaarlijke chemische
stoffen met de volgende risicozinnen bevatten: R50 en R53 volgens Richtlijn
67/548/EEG en haar amendementen. (zie bijlage 1)
Vereisten voor de kleefmiddelen, lijm en coating die gebruikt worden voor de
productie en afwerking van het eigenlijke schrift.
-
De lijm en kleefmiddelen voor de productie van het schrift moet op waterbasis
zijn, van dierlijke oorsprong, warmhardend of polyurethaan. Lijm op basis van
solventen (met VOS > 15%) is niet toegestaan.
-
Een eventuele coating moet aangebracht worden met lijm op waterbasis of
polyurethaan of met thermovormen. Lijm op basis van solventen (met VOS >
15%) is niet toegestaan.
-
De kleefmiddelen, harsen en coatings mogen niet geclassificeerd zijn als
schadelijk voor het milieu (aangegeven met het symbool N) volgens Richtlijn
99/45/EEG en haar amendementen. (zie bijlage 1)
-
De kleefmiddelen, harsen en coatings mogen niet meer dan 2% per gewicht
stoffen bevatten die volgens Richtlijn 67/548/EEG en haar amendementen
schadelijk zijn voor het milieu.
Andere vereisten voor de schriften in hun geheel
-
De schriften mogen geen van de volgende ftalaten bevatten: DINP (28553-120); DIDP ( 26761-40-0); DEHP (117-81-7); DBP ( 84-74-2); DNOP (117-840); BBP (85-68-7).
-
Het schrift is van een enkel materiaal gemaakt en is in zijn geheel recyclebaar.
Verpakking
-
Ten minste 80% van de vezels van de verpakking zijn van materiaal na
consumptie.
-
PVC (polyvinylchloride) of PVDC (polyvinyleendichloride) worden niet in de
verpakking gebruikt.
-
Voor papieren verpakkingen: chloorgas wordt niet toegelaten als bleekmiddel.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
6) Uitvoeringsclausules:
/
Referenties
[Informatie van de openbare overheid die deze clausules in een aanbesteding gebruikt
heeft]
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Annex R-PHRASES:
(Bijlage
1 RISICOZINNEN:
(Risicozinnen worden vermeld op de etiketten van de producten en in de
veiligheidsbladen van de producten. Het zijn nuttige verificatie-instrumenten.)
R1:
In droge toestand ontplofbaar.
R2:
Ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.
R3:
Ernstig ontploffingsgevaar door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken.
R4:
Vormt met metalen zeer gemakkelijk ontplofbare verbindingen.
R5:
Ontploffingsgevaar door verwarming.
R6:
Ontplofbaar met en zonder lucht.
R7:
Kan brand veroorzaken.
R8:
Bevordert de ontbranding van brandbare stoffen.
R9:
Ontploffingsgevaar bij menging met brandbare stoffen.
R10:
Ontvlambaar
R11:
Licht ontvlambaar
R12:
Zeer licht ontvlambaar
R13 (verouderd):
Zeer licht ontvlambaar vloeibaar gas
(Deze risicozin wordt niet langer vermeld in de op 26.10.93 gepubliceerde versie van de GefStoffV.)
R14:
Reageert heftig met water.
R15:
Bij contact met water komt zeer ontvlambaar gas vrij.
Merck R15.1
Contact met zuur geeft licht ontvlambare gassen vrij.
R16:
Ontploffingsgevaar bij menging met oxiderende stoffen.
R17:
Spontaan ontvlambaar in lucht.
R18:
Kan bij gebruik een ontvlambaar/ontplofbaar damp-luchtmengsel vormen.
R19:
Kan ontplofbare peroxiden vormen.
R20:
Schadelijk bij inademing.
R21:
Schadelijk bij aanraking met de huid.
R22:
Schadelijk bij opname door de mond.
R23:
Giftig bij inademing.
Riedel-de Haen
R23K:
Eveneens giftig bij inademing.
R24:
Giftig bij aanraking met de huid.
Riedel-de Haen
R24K:
Eveneens giftig bij aanraking met de huid.
R25:
Giftig bij opname door de mond.
Riedel-de Haen
R25K:
Eveneens giftig bij opname door de mond.
R26:
Zeer giftig bij inademing.
Riedel-de Haen
R26K:
Eveneens zeer giftig bij inademing.
R27:
Zeer giftig bij aanraking met de huid.
Riedel-de Haen
R27A:
Zeer giftig in contact met de ogen.
Riedel-de Haen
R27K:
Eveneens zeer giftig bij aanraking met de huid.
Riedel-de Haen
R27AK:
Eveneens zeer giftig in contact met de ogen.
R28:
Zeer giftig bij opname door de mond.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Riedel-de Haen
R28K:
Eveneens zeer giftig bij opname door de mond.
R29:
Vormt giftig gas in contact met waterheftig met water.
R30:
Kan bij gebruik licht ontvlambaar worden.
R31:
Vormt giftige gassen in contact met zuren.
Merck R31,1
Vormt giftige gassen in contact met basen.
R32:
Vormt zeer giftige gassen in contact met zuren.
R33:
Gevaar voor cumulatieve effecten.
R34:
Veroorzaakt brandwonden.
R35:
Veroorzaakt ernstige brandwonden.
R36:
Irriterend voor de ogen.
Riedel-de Haen
R36A:
Traanvormend
R37:
Irriterend voor de ademhalingswegen.
R38:
Irriterend voor de huid.
R39:
Gevaar voor ernstige onherstelbare effecten.
R40:
Carcinogene effecten zijn niet uitgesloten.
LET OP: Deze risicozin werd tot 2001 ook voor mogelijke mutagene of teratogene gevaren gebruikt. Deze
risico’s worden nu geëtiketteerd met R68!
R41:
Gevaar voor ernstig oogletsel.
R42:
Kan overgevoeligheid veroorzaken bij inademing.
R43:
Kan overgevoeligheid veroorzaken bij contact met de huid.
R44:
Ontploffingsgevaar bij verwarming in afgesloten toestand.
R45:
Kan kanker veroorzaken.
R46:
Kan erfelijke genetische schade veroorzaken.
R47 (verouderd):
Kan misvormingen veroorzaken.
(Deze risicozin wordt niet langer vermeld in de op 26.10.93 gepubliceerde versie van de GefStoffV.)
R48:
Gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling.
R49:
Kan kanker veroorzaken bij inademing.
R50:
Zeer giftig voor waterorganismen.
R51:
Giftig voor waterorganismen.
R52:
Schadelijk voor waterorganismen.
R53:
Kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken
R54:
Giftig voor planten.
R55:
Giftig voor dieren.
R56:
Giftig voor bodemorganismen.
R57:
Giftig voor bijen.
R58:
Kan in het milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken
R59:
Gevaarlijk voor de ozonlaag.
R60:
Kan de vruchtbaarheid schaden.
R61:
Kan het ongeboren kind schaden.
R62:
Mogelijk gevaar voor verminderde vruchtbaarheid.
R63:
Mogelijk gevaar voor beschadiging van het ongeboren kind.
R64:
Kan schadelijk zijn via de borstvoeding.
R65:
Schadelijk: kan longschade veroorzaken bij opname door de mond.
R66:
Herhaalde blootstelling kan een droge of gebarsten huid veroorzaken.
R67:
Dampen kunnen slaperigheid en duizeligheid veroorzaken.
R68:
Onherstelbare effecten zijn niet uitgesloten.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
COMBINATIES VAN RISICOZINNEN:
R14/15:
Reageert heftig met water en vormt daarbij zeer licht ontvlambaar gas.
R15/29:
Vormt giftig en zeer ontvlambaar gas in contact met water.
R20/21:
Schadelijk bij inademing en bij aanraking met de huid.
R21/22:
Schadelijk bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R20/22:
Schadelijk bij inademing en bij opname door de mond.
R20/21/22:
Schadelijk bij inademing, opname door de mond en aanraking met de huid.
R21/22:
Schadelijk bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R23/24:
Giftig bij inademing en bij aanraking met de huid.
R24/25:
Giftig bij contact met de huid en bij opname door de mond.
R23/25:
Giftig bij inademing en inslikken.
R23/24/25:
Giftig bij inademing, bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R24/25:
Giftig bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R26/27:
Giftig bij inademing en bij aanraking met de huid.
R27/28:
Zeer giftig bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R26/28:
Zeer giftig bij inademing en bij opname door de mond.
R26/27/28:
Zeer giftig bij inademing, bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R36/37:
Irriterend voor de ogen en de ademhalingswegen.
R37/38:
Irriterend voor de ademhalingswegen en de huid.
R36/38:
Irriterend voor de ogen en de huid.
R36/37/38:
Irriterend voor de ogen, de ademhalingswegen en de huid.
R39/23:
Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing.
R39/24:
Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij aanraking met de huid.
R39/25:
Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij opname door de mond.
R39/23/24:
Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing en bij aanraking met de huid.
R39/23/25:
Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing en bij opname door de mond.
R39/24/25:
Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij aanraking met de huid en bij opname door de mond.
R39/23/24/25: Giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing, bij aanraking met de huid en bij opname
door de mond.
R39/26:
Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing
R39/27:
Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij aanraking met de huid.
R39/28:
Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij opname door de mond.
R39/26/27:
Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing en bij aanraking met de huid.
R39/26/28:
Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing en bij opname door de mond.
R39/27/28:
Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij aanraking met de huid en bij opname door de
mond.
R39/26/27/28: Zeer giftig: gevaar voor zeer ernstige onherstelbare effecten bij inademing, bij aanraking met de huid en bij
opname door de mond.
R42/43:
Kan overgevoeligheid veroorzaken bij inademing en bij aanraking met de huid.
R48/20:
Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling door inademing.
R48/21:
Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling en aanraking met de huid.
R48/22:
Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij opname door de mond.
R48/20/21:
Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing en
aanraking met de huid.
R48/20/22:
Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing en opname
door de mond.
R48/21/22:
Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij aanraking met de huid
en opname door de mond.
R48/20/21/22: Schadelijk: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing, aanraking
met de huid en opname door de mond.
R48/23:
Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling door inademing.
R48/24:
Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling en aanraking met de huid.
R48/25:
Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij opname door de mond.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
R48/23/24:
Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing en aanraking met
de huid.
R48/23/25:
Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing en opname door
de mond.
R48/24/25:
Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij aanraking met de huid en
opname door de mond.
R48/23/24/25: Giftig: gevaar voor ernstige schade aan de gezondheid bij langdurige blootstelling bij inademing, aanraking met
de huid en opname door de mond.
R50/53:
Zeer giftig voor waterorganismen, kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken.
R51/53:
Giftig voor waterorganismen, kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken.
R52/53:
Schadelijk voor waterorganismen, kan in het aquatisch milieu op lange termijn schadelijke effecten veroorzaken.
R68/20:
Schadelijk: bij inademen zijn onherstelbare effecten niet uitgesloten.
R68/21:
Schadelijk: bij aanraking met de huid zijn onherstelbare effecten niet uitgesloten.
R68/22:
Schadelijk: bij opname door de mond zijn onherstelbare effecten niet uitgesloten.
R68/20/21:
Schadelijk: bij inademing en aanraking met de huid zijn onherstelbare effecten niet uitgesloten.
R68/20/22:
Schadelijk: bij inademen en opname door de mond zijn onherstelbare effecten niet uitgesloten.
R68/21/22:
Schadelijk: bij aanraking met de huid en opname door de mond zijn onherstelbare effecten niet uitgesloten.
R68/20/21/22: Schadelijk: bij inademing, aanraking met de huid en opname door de mond zijn onherstelbare effecten niet
uitgesloten.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
BIJLAGE 2: Lijst van de toegelaten papiersoorten
Papiersoorten
Categorie 1 Ondersoorten
1.01 Ongesorteerd papier, ongewenste materialen verwijderd: Een mix van
verschillende soorten papier- en karton, zonder beperking van het percentage
kortvezelig materiaal.
1.02 Gesorteerd gemengd afvalpapier: Een mix van verschillende soorten papier en
karton, met maximaal 40% kranten en tijdschriften.
1.03 Grijskarton: Bedrukt en onbedrukt, wit gedekt en ongedekt grijs karton of
gemengd karton, vrij van golfkarton.
1.04 Magazijnafval: Gebruikte papieren en kartonnen verpakkingen, die tenminste
70% golfkarton bevatten, het overige bestaat uit massief karton en papieren
verpakkingen.
1.05 Gebruikte golfkartonverpakkingen: Gebruikte verpakkingen en vellen golfkarton
van verschillende kwaliteiten.
1.06 Onverkochte tijdschriften: Onverkochte tijdschriften, met of zonder lijmrug.
1.06.01 Onverkochte tijdschriften zonder lijmrug.
1.07 Telefoongidsen: Nieuwe en gebruikte telefoonboeken, inclusief doorgekleurde
bladzijden, met of zonder lijmrug. Rijfels toegestaan.
1.08 Kranten en tijdschriften 1, gemengd: Een mix bestaande uit kranten en
tijdschriften die ten minste 50% kranten bevat, met of zonder lijmrug.
1.09 Kranten en tijdschriften 2, gemengd: Een mix bestaande uit kranten en
tijdschriften die ten minste 60% kranten bevat, met of zonder lijmrug.
1.10 Kranten en tijdschriften, gemengd: Een mix bestaande uit kranten en tijdschriften
die ten minste 60% tijdschriften bevat, met of zonder lijmrug.
1.11 Ontinkingsvezels: Gesorteerd grafisch papier afkomstig uit de huishoudens,
bestaande uit kranten en tijdschriften met een minimumaandeel van beide 40%. Het
procentuele aandeel van papier en karton dat niet van inkt te ontdoen is, moet in de
loop van de tijd tot 1,5% gereduceerd worden. Het respectieve percentage moet tussen
koper en verkoper afgesproken worden.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Categorie 2 Middensoorten
2.1 Kranten: Kranten die maximaal 5% doorgekleurd papier of doorgekleurde bijlagen
bevatten.
2.02. Onverkochte kranten: Onverkochte kranten, zonder toegevoegde doorgekleurde
bijlagen of doorgekleurde reclamefolders.
2.02.01. Onverkochte kranten, flexodruk niet toegestaan: Onverkochte dagbladen, vrij
van doorgekleurde bijlagen of doorgekleurde reclamefolders, touwtjes toegestaan.
Flexodruk niet toegestaan.
2.03 Witte rijfels met lichte opdruk: Witte rijfels met lichte opdruk, overwegend
bestaand uit houthoudend papier.
2.03.01 Witte rijfels met lichte opdruk, zonder lijmrug: Witte rijfels met lichte
opdruk, overwegend bestaand uit houthoudend papier, zonder lijmrug.
2.04 Witte rijfels, zwaar bedrukt: Witte rijfels, zwaar bedrukt, overwegend bestaand
uit houthoudend papier.
2.04.01 Witte rijfels, zwaar bedrukt: Witte rijfels, zwaar bedrukt, overwegend
bestaand uit houthoudend papier, zonder lijmrug.
2.05 Gesorteerd kantoorpapier: Gesorteerd kantoorpapier.
2.06 Kleurschrijf: Druk- en schrijfpapier, gemengd, doorgekleurd papier, bedrukt of
onbedrukt schrijfpapier. Zonder carbonpapier en harde kaften.
2.07 Witte boekdruk, houtvrij: Boeken, inclusief misdrukken van boeken, zonder
harde kaft, overwegend bestaand uit houtvrij wit papier, uitsluitend zwart bedrukt. Het
percentage gestreken papier bedraagt maximaal 10%.
2.08 Tijdschriften, houtvrij: Gestreken of ongestreken tijdschriften, wit of
doorgekleurd, zonder harde kaften, lijmruggen, niet-oplosbare drukinkten en lijmen,
papieren voor posters of etiketten. Zwaar bedrukte bijlagen en doorgekleurde rijfels
zijn toegestaan. Het percentage houthoudend papier bedraagt maximaal 10%.
2.10 Gebleekt, PE-gecoat karton, houtvrij: PE-gecoat karton, gebleekt, houtvrij,
afkomstig van kartonindustrie en verwerkers.
2.11 Ander PE-gecoat karton: Ongebleekt papier en karton van kartonindustrie en
verwerkers is toegestaan.
2.12 Kettingformulieren, houthoudend: Kettingformulieren, houthoudend op kleur
gesorteerd, mag gerecyclede vezels bevatten.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Categorie 4 Krafthoudende soorten
4.02 Gebruikt kraftkarton 1: Gebruikte verpakkingen van golfkarton, uitsluitend van
kraftliners. Golf van pulp of semi-chemische pulp.
4.03 Gebruikt kraftkarton 2: Gebruikte verpakkingen van golfkarton, van kraft- of
testliner met minstens een laag van kraftliner.
4.04 Gebruikte kraftzakken: Schone gebruikte kraftzakken, watervast en niet
watervast.
4.04.01 Gebruikte kraftzakken met kunststofgelaagde papieren: Schone gebruikte
kraftzakken, watervast en niet watervast, kunststofgelaagd papier is toegestaan.
4.04 Ongebruikte kraftzakken: Ongebruikte kraftzakken, watervast en niet watervast.
4.05.01 Ongebruikte kraftzakken met kunststofgelaagde papieren: Ongebruikte
kraftzakken, watervast en niet watervast, kunststofgelaagd papier is toegestaan.
4.04 Gebruikt kraftpapier: Kraftpapier en -karton, gebruikt, ongebleekt of gebleekt.
4.08 Ongebruikt draagkraftkarton: Ongebruikt draagkraftkarton, watervast papier
toegestaan.
Categorie 5 Bijzondere soorten
5.01 Oud papier, gemengd: Ongesorteerd oud papier, gescheiden verzameld.
5.02 Verpakkingen, gemengd: Een mix van verschillende soorten gebruikte papieren
en kartonnen verpakkingen, zonder kranten en tijdschriften.
5.03 Drankenverpakkingen: Gebruikt verpakkingskarton voor vloeistoffen, inclusief
PE-gecoate drankenverpakking (met of zonder aluminiumbestanddeel), waarvan het
gewicht tenminste voor 50% uit vezels bestaat. De rest bestaat uit aluminium of
coatings.
5.04 Kraftpakpapier: Gebruikt kraftpakpapier met kunststoflagen, gespoten of
gelamineerd. Zonder bitumen- of paraffinecoating.
5.05 Natte etiketten: Gebruikte, vochtige etiketten van watervast papier, maximaal 1%
glas is toegestaan en hoogstens 50% vochtigheidgehalte, zonder andere ongewenste
stoffen.
5.06 Witte watervaste houtvrije papieren, onbedrukt: Onbedrukte, witte, watervaste,
houtvrije papieren.
5.07 Witte watervaste houtvrije papieren, bedrukt: Bedrukte, witte, watervaste,
houtvrije papieren.
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be
Deze fiche is een product van de Programmatorische federale overheidsdienst duurzame ontwikkeling,
http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be