Inzichtelijk leren P.Timmermans 2 SA 2 Eline Rams Koen Van Calster Aïda Vandermeulen Pieter-jan Porreye Klara Dedeyne Sascha Diepvens Inzichtelijk leren P. Timmermans 1 1. Inleiding en experiment De psycholoog die het meeste onderzoek heeft verricht naar inzichtelijk leren is de Duitser Wolfgang Köhler. Met behulp van experimenten heeft hij onderzocht bij chimpansees of ze in staat waren om in probleemsituaties tot een oplossing te komen door hun inzicht. Het experiment ging als volgt: Een aap bevindt zich in een kooi. Boven in de kooi hangt een tros bananen waar de aap niet bij kan en in diezelfde kooi bevinden zich ook kisten. De aap heeft zin in de bananen, dus probeert hij ze te grijpen door er naartoe te springen. Dit lukt hem echter niet. Na een periode van frustratie zal de aap de kisten gebruiken om deze op elkaar te stapelen en zo bij de bananen te geraken. De aap ziet niet meteen een oplossing maar hij begint associaties te maken. Uiteindelijk zal hij de kisten gebruiken om naar de bananen te grijpen, hij heeft dus inzicht gekregen in de situatie. Het moment waarop de aap tot het inzicht komt om de kisten te gebruiken, noemt men de aha-erlebnis. Dit wijst op het feit dat de oplossing, of het inzicht, plots komt en dat er dus geen geleidelijk proces aan vooraf gaat. Dit inzichtelijk leren kan ook toegepast worden op mensen. Een kind heeft bijvoorbeeld zin in een koekje, maar de koekjestrommel staat in de kast op de derde plank. Het kind kijkt rond in de keuken en ziet een keukenstoel staan. Hij/zij zal het inzicht krijgen dat als je ergens niet bij kan, je een stoel of een trapje moet nemen. Op die manier zal het kind wel aan de koekjestrommel kunnen. In dit voorbeeld gaat het om mensen, je zou dus ook kunnen denken dat het kind dit gedrag aangeleerd heeft. Om aan te tonen dat het kind dit geleerd heeft aan de hand van inzichtelijk leren heeft Köhler gebruik gemaakt van apen, aangezien zij geen aangeleerd gedrag kennen moeten zij dus wel inzichtelijk leren. 2. Wolfgang Köhler Wolfgang Köhler was een Duitse psycholoog en leider van de school voor gestaltpsychologie. Tijdens WO I moest hij noodgedwongen op een Duits proefstation in Tenerife blijven. Hier observeerde Köhler enkele chimpansees. Na de oorlog keerde hij terug naar de Berlijnse Universiteit. Daar verwerkte hij de verkregen resultaten van zijn observaties, waarop hij het boek The mentality of apes baseerde. Hij werd bekend door de introductie van het plotselinge inzicht. Dit wil zeggen dat de oplossing van een probleem vaker het resultaat is van een plotselinge flits van inzicht dan van een leerproces van vallen en opstaan. 3. Kenmerken inzichtelijk leren Zoals blijkt uit het experiment van de apen wordt het inzicht niet geleidelijk dus niet door gissen en missen, maar plots en in zijn geheel verworven. Dit is een eerste kenmerk van inzichtelijk leren. De aap heeft op een discontinue manier geleerd hoe hij aan de bananen kan. Dit is een soort van leren dat niet tot stand kan komen door herhaling of dril. Zo zal ook uit het experiment blijken dat een aap die het inzicht niet heeft, en enkel de andere aap aan het werk zag, de handeling niet zal kunnen uitvoeren. Een tweede kenmerk is dat het verworven inzicht tot stand komt door een herstructurering van de elementen van een probleemsituatie. Zo kunnen belangrijke elementen details worden en aan dingen die eerst onbelangrijk leken, gaat men meer waarde hechten. Op die manier ontdekt de persoon dat eenzelfde element meerdere functies kan hebben. Dit leidt tot het ontdekken van een samenhang tussen gegevens die eerst als losse elementen beschouwd werden. Inzichtelijk leren P. Timmermans 2 Een derde kenmerk en eveneens een voordeel van inzichtelijk leren is dat eens we een oplossing voor een probleem gevonden hebben, we dit minder snel vergeten dan wanneer je alles van buiten zou leren. Bovendien is dit inzicht ook bruikbaar in andere situaties, dit noemt men een leertransfer. 4. Vakspecifieke toepassing voor inzichtelijk leren Frans Aan de hand van verschillende voorbeelden, moeten de leerlingen in staat zijn een regel te bedenken voor het gebruik van hoofdletters. Ze moeten binnen deze voorbeelden de juiste verbanden leggen en zo tot de correcte regel komen. Door het onderscheiden van de voorbeelden (met en zonder hoofdletter), is de leerling in staat om inzicht te krijgen in de begrippen en deze correct te interpreteren. Enig inzicht is wel nodig om de samenhang tussen de verschillende voorbeelden te zien. Eens men de regel zelf ontdekt heeft, zal men deze ook beter onthouden. Wat men zelf ontdekt, onthoudt men immers beter. Bijvoorbeeld: la Saint-Valentin, le boulevard Saint-Germain, l’église Sainte-Anne a été dédiée à sainte Anne règle : saint avec minuscule, quand on indique le saint même (sans trait d’union) ; Saint avec majuscule dans les noms de fête, église, … Natuurwetenschappen Tijdens een les natuurwetenschappen hebben de leerlingen het smeltproces van water bestudeerd. Gedurende een experiment moeten de leerlingen tijd en temperatuur noteren. Na twee minuten meten ze een temperatuur van 2°C, de leerlingen moeten kunnen voorspellen hoe warm het water is na 10 minuten. Dit doen ze aan de hand van een grafiek die ze zelf opgesteld hebben en die gebaseerd is op de waarnemingen van de leerlingen. Ze bekomen een rechte door de oorsprong. Dan kan het begrip rechtevenredigheid aangebracht worden. 5. Hoe komt inzichtelijk leren tot uiting in de eerste, tweede en derde graad? Inzichtelijk leren wordt belangrijker naarmate leerlingen ouder worden. In de eerste graad worden ze nog goed ondersteund door de leerkrachten. In de tweede graad wordt er verwacht dat de leerlingen zelfstandiger worden. In de derde graad zijn er stukken van de leerstof die de leerlingen thuis moeten verwerken. Wanneer je thuis zelfstandig studeert ga je gemakkelijker tot inzichtelijk leren komen dan wanneer de leerkracht op school alles voorkauwt. 6. Zijn er verschillen tussen vakken op gebied van inzichtelijk leren? Inzichtelijk leren komt meer aan bod bij vakken zoals wiskunde, fysica of chemie dan bij vakken zoals biologie, godsdienst of geschiedenis. Biologie, godsdienst en geschiedenis zijn eerder vakken waar je informatie verwerkt, die je moet opzoeken of die de leerkracht je geeft. Deze informatie of theorie, moeten de leerlingen kennen en begrijpen, ze moeten het kunnen “reproduceren”. Bij wiskunde, fysica of chemie is dit anders. Daar krijgen ze een basis van de theorie, maar ze moeten deze alsnog leren toepassen. Telkens ze een nieuwe oefening maken, moeten ze weer tot het inzicht komen om de theorie toe te passen op die specifieke oefening, dus telkens opnieuw vindt de “aha-erlebnis” plaats. Inzichtelijk leren P. Timmermans 3 7. Bronnen Boeken IHMSEN H., Pedagogische psychologie, KHLim, 2005-2006, p. 64, 65. STANDAERT R., TROCH F., e.a., Leren en onderwijzen, ACCO, 2008, p. 61, 62. Websites − − − TIMMERMANS, P., Leervormen, internet, 7 oktober 2009, (http://filos.dlo.khleuven.be/opvoedkunde2AV/PSYCHOLOGIE2AV/leerpsychologie/leren20062007.htm). BREYSBAERT, M., Psychologie, internet, 7 oktober 2009, (http://books.google.be/books?id=AmlVECig0ssC&pg=PA359&dq=Hoewel+deze+indeling+niet+door+ieder een#v=onepage&q=Hoewel%20deze%20indeling%20niet%20door%20iedereen&f=false ). LIUKKONEN, P., Wolfgang Köhler, internet, 7 oktober 2009, (www.kirjasto.sci.fi/kohler.htm). Inzichtelijk leren P. Timmermans 4