20 Microbiologie C2W LIFE SCIENCES 15 - 6 SEPTEMBER 2013 Nieuwe kans voor de faag Ooit vormden fagen een veelbelovend wapen tegen schadelijke bacteriën. Ze krijgen nu een nieuwe kans en blijken ware hoeders van het micro-ecosysteem. JOP DE VRIEZE B ijna een eeuw na ontdekking van bacteriofagen − virussen die bacteriën infecteren − staan ze weer volop in de belangstelling. Dat komt vooral door de alarmerend toenemende resistentie tegen antibiotica en het gebrek aan een pijplijn met opvolgers – zelfs de farmaceutische industrie doet weer serieus onderzoek naar fagen − en de mogelijkheden om de fagen en hun gedrag in veel meer detail te bestuderen. Daarbij speelt de opkomst van het vakgebied dat zich richt op de microbiota een grote rol. “Een eeuw geleden was er veel te weinig bekend over fagen om de kennis op verantwoorde wijze toe te passen, zegt Jeremy Barr, faagonderzoeker aan de San Diego State University in California. “Dit keer vergeten we die fundamentele kant niet, waardoor de kans op toepassingen vele malen groter is.” INTERACTIES In eerste instantie ging alle aandacht van wetenschappers en medici uit naar lytische fagen (zie kader). Die zouden immers gebruikt kunnen worden om gericht bacteriën te doden. De laatste tijd echter is er ook meer aandacht voor lysogene fagen, omdat die een bijzondere interactie aan lijken te gaan met hun gastheren. Zo is inmiddels duidelijk dat ons lichaam barst van de fagen. Deels bevinden ze zich in bacteriën, maar deels zweven ze ook los rond. Dagelijks doden lytische fagen de helft van onze bacteriën en zo zorgen ze dat de populaties ons lichaam niet overwoekeren. Wat zorgt ervoor dat ze in Iedere faag is volledig aangepast op één gastheer. Er zijn lytische en lysogene fagen. Lytische fagen hebben maar één doel: bacteriën infecteren en er DNA in injecteren zodat deze bacteriën nakomelingen voor hen gaan produceren, waarna ze de bacterie kapot maken zodat die nakomelingen vrijkomen. Lysogene fagen daarentegen infecteren de bacterie wel, maar laten die in eerste instantie in leven. De bacterie produceert nakomelingen met daarin het virus-DNA. Pas in een later stadium kunnen ze alsnog lytisch worden, wanneer de bacterie stopt met delen. Microbiologie C2W LIFE SCIENCES 15 - 6 SEPTEMBER 2013 actie komen? Hoe doen ze dat? Over die dynamiek waarbinnen fagen functioneren wordt langzaam meer duidelijk. In een onlangs gepubliceerd PNAS-artikel toont Barr aan dat de concentratie fagen in de slijmvliezen van bijvoorbeeld onze darmen of longen vier keer hoger is dan elders in dierlijke gastheren. Ze leggen daar een soort hinderlaag aan in de slijmvliezen van bijvoorbeeld onze longen en darmen. Wanneer bacteriën ons lichaam binnen willen dringen, moeten ze die slijmlaag doordringen. Daar worden ze echter opgewacht door deze fagenlinie die hen direct infecteert en de nek omdraait. Ze doen dit in hun eigen belang, maar dienen daarmee ook dat van hun gastheer. Barr vermoedt dat het lichaam een heel assortiment fagen heeft, en dat het immuunsysteem die fagen mogelijk zelfs ‘rekruteert’. Hij gaat daarbij nog een stap verder: “Vermoedelijk zijn er ook lysogene fagen aanwezig die gewenste bacterien infecteren en hen juist beschermen. Een eenmaal geïnfecteerde bacterie is namelijk immuun voor andere fagen. Die bacteriën kunnen zich vervolgens in de slijmvliezen nestelen.” OVERLEVINGSKANSEN Ook werd onlangs aangetoond dat lysogene fagen hun gastheren van genen kunnen voorzien die hun overlevingskansen verhogen. Een voorbeeld hiervan zijn antibioticaresistentiegenen. De onderzoekers van de Nature-publicatie tonen aan dat fagen dit in het bijzonder doen onder druk van antibiotica. Antibioticaresistentie lijkt iets gevaarlijks, maar wanneer de gezonde darmbacteriën zich zo kunnen weren tegen medicatie terwijl de schadelijke infectie wel wordt bestreden, is dit natuurlijk een goede zaak. Al deze fundamentele inzichten bieden kansen voor toegepaste faagwetenschap. Faagtherapie zou een nieuwe kans kunnen krijgen, en dan niet alleen om infecties te bestrijden maar om onze microbiota in balans te houden of krijgen. Een handjevol Belgische onderzoekers houdt zich hiermee bezig. Onder hen zijn Jean-Paul Pirnay en Daniël de Vos van het Koningin Astrid Militair Hospitaal in Brussel. “Eigenlijk gaat het over een ecologisch evenwicht dat je wilt herstellen”, zegt De Vos. “Het gebruik van fagen heeft daarin potentie, zonder de bijwerkingen van antibiotica, omdat ze specifieker zijn.” Even verderop in Leuven houdt ook post- 21 op de Europese markt. Lysogene fagen zijn uit den boze, omdat die zich letterlijk inbouwen en het karakter van bacteriën op soms onvoorspelbare wijze kunnen veranderen. Wat lytische fagen betreft lijken goedkeuringsinstanties er vooral niet gerust op dat ze alleen zullen doen waar ze voor bedoeld zijn: de schadelijke bacteriestam aanpakken. Ondanks dat er een enkele aanwijzing voor is, is het onzeker of fagen misschien sporadisch toch menselijke cellen kunnen infecteren. NOOD ‘Een geïnfecteerde bacterie is immuun voor andere fagen’ doc Pieter-Jan Ceyssens zich bezig fagen. Hij is sceptischer over therapeutische toepassing van ‘hele’ fagen. “Men ziet vaak over het hoofd dat het immuunsysteem de fagen herkent en opruimt. Het zijn vrij grote partikels. In de darm is dat misschien geen probleem, maar als je ze als antibioticum wilt toedienen wel.” Om die reden probeert Ceyssens geen fagen klaar te stomen voor de strijd in het menselijk lichaam, maar hun ‘wapens’ te kopiëren om ze als nieuwe generatie antibiotica in te zetten. Op basis van genoomanalyses ontdekte hij onder meer dat de helft van deze fagenwapens via een andere route werkt dan bestaande antibiotica. Op dit moment probeert hij het effect van die wapens na te bootsen met kleine moleculen. FAAGTHERAPIE Pirnay benadrukt het onderzoek in Leuven te steunen, maar zelf vooral in toepassing van hele fagen te geloven. “Fagen kunnen heel snel evolueren, waardoor er minder resistentie tegen optreedt. Het zou zonde zijn om daar geen gebruik van te maken.” De Brusselaren hebben op experimentele basis al faagtherapie bij een handjevol patiënten met succes toegepast. Toch zal het op zijn minst nog wel een paar jaar duren voor er een eerste faagtherapie wordt toegelaten Zelfs als de nood hoog is, houden ze de boot nog af, blijkt uit een recent voorbeeld. Harald Brüssow, onderzoeker in dienst van het Zwitserse bedrijf Nestlé, bood ten tijde van de Duitse EHECuitbraak in 2011 een door zijn lab geïsoleerde en grondig geteste faag aan de gezondheidsautoriteiten aan. Die faag zou een aan de uitbraakstam gerelateerde EHEC zou kunnen doden. Pirnay: “Op dat aanbod ging men niet in.” | FAAGCOCKTAIL MET EEN COMMUNISTISCH SMAAKJE Met de opkomst van de antibiotica verdwenen de fagen van de Westerse onderzoeksagenda. Heel anders was dat in de Sovjet-Unie, waar men stug faagtherapieën bleef ontwikkelen. Het grootste expertisecentrum voor faagtherapie staat nog altijd in de Georgische hoofdstad Tbilisi. In Georgië, maar ook in Rusland, werkt men normaal gesproken met cocktails van verschillende fagen. Soms worden die gewonnen uit bijvoorbeeld de darmen van de patiënt zelf – autofagen. De cocktails lijken veilig en redelijk effectief, maar ze worden zelden goed gekarakteriseerd en hun werking is nooit systematisch onderzocht. In het lab van Pirnay en De Vos in Brussel werkt sinds 4 jaar een Georgische onderzoekster, die de ervaring uit haar land moet omzetten in hier bruikbare wetenschappelijke kennis. “In het begin zag je haar denken: just put the damn patients into the patients”, aldus Pirnay. “Inmiddels werkt ze volgens onze standaarden en heeft ze al enkele bruikbare fagen weten te isoleren.” Nu maar hopen dat haar cocktails voldoende westers smaken om op termijn toegelaten te worden.