PowerPoint-presentatie - MevrouwRijkelijkhuizen

advertisement
Fase 3
Controleren van de voorraad en
bestellen
Kerntaak: verzorgen ontvangst en
verwerking van goederen
Hoofdstuk: Controleren van de voorraad en
bestellen
Par: 4.4 bestelproces
Blz. 138 tm 151
4.4 Bestelproces
• Bestelproces bestaat uit 3 fases:
- Voorbereiding
- Bestelling plaatsen
- Afhandeling (administratief)
4.4.1 Fase 1: de voorbereiding
• Vraag: Wanneer, hoeveel en hoe vaak?
Wanneer? (bestelmoment)
- Tijdstip (hangt af van het bestelsysteem)
- Nee-verkoop moet voorkomen zien te worden
- Houd je aan de minimumvoorraad (dit punt is
het bestelpunt of bestelniveau of bij het
inkopen het orderpunt)
Wanneer?
Berekening bestelpunt (moment)
Bestelpunt = (Levertijd x afzet) + veiligheidsvoorraad
Berekening bestelpunt
Berekening veiligheidsvoorraad
Berekening levertijd
levertijd: tijd die een leverancier nodig heeft om de goederen
af te leveren.
Afzet: aantal stuk die verkocht worden
Veiligheidsvoorraad: is de extra voorraad die aangehouden
wordt om onverwachte schommelingen in de afzet op te
vangen
Berekening servicegraad
• Om nee-verkoop zo veel mogelijk te voorkomen moet je de
servicegraad uitrekenen.
• Servicegraad: de mate waarin een winkel in staat is om op elk
moment artikelen uit het gevoerde assortiment te verkopen.
Aantal aanwezige art. (per art. groep)
------------------------------------------------------------------ = servicegraad
Normale voorraad artikelen (per art. groep)
Berekening servicegraad
Norm: tussen de 95 en de 98%
Hoeveel?
• Bestelgrootte: is de hoeveelheid te bestellen
artikelen.
• Houd rekening met de besteleenheid. Dit is de
hoeveelheid artikelen in 1 verpakkingseenheid
tijdens het transport naar de winkel.
• Verpakkingseenheid: 1 collo, 1 container of
een pallet.
• Collo: doos, kist, container, pallet. Meervoud
is colli
Hoe vaak?
• Bestelfrequentie: het aantal keer dat je in een
bepaalde periode kunt/mag/wilt bestellen.
Afzet
--------------------------------------= bestelfrequentie
Bestelgrootte
Leveringsfrequentie: het aantal keren dat een leverancier
in een bepaalde periode de goederen kan leveren!
Of:
Besteleenheid berekening
4.4.2: Fase 2: het bestellen zelf
• Bestelling plaatsen:
- per telefoon
- per fax
- per post
- per e-mail
- via vertegenwoordiger
- elektronisch
Via vertegenwoordiger
• Veel in detailhandelsbedrijven
• Ook wel salesmanager of winkelaccountmanager
genoemd
• Bij het voor ordenen
bestel je de artikelen
4 of 5 maanden van
te voren. Daarna volgt
de levering. Vaak van
toepassing in de
modebranche!
Elektronisch bestellen
• 2 manieren
- handterminal (order-entrybestelsysteem)
- Volledig geautomatiseerd bestellen via
een voorraadinformatie- en
bestelsysteem (VIB)
Order-entry-systeem
• 2 fases:
- Vastleggen in het geheugen van de
handterminal (handmatig, streepjescode
of leespen)
- Doorgeven van het geheugen van de
handterminal
Voorraadinformatie- en bestelsysteem
(VIB)
• Kassa is gekoppeld aan bestelsysteem.
Wanneer kassa signaleert dat van een bepaald
artikelen de minimumvoorraad word
overschreden dan gaat het product bestelt
worden
Fase 3: de administratieve afhandeling
• Bestelformulier (nodig om te controleren of dat wat
binnen is gekomen ook dat gene is wat je hebt besteld).
Andere woorden zijn:
- inkooporder
- orderbon
- bestelbon
- bestellijst
- order
• Bestelboek (handmatig bijhouden wat er besteld is of
moet gaan worden) Andere woorden zijn:
- Inkoopbestelboek
- Orderboek
- Winkelaanvraagboek
• Belangrijk te weten om de optimale bestelgrootte
te bepalen zijn de volgende:
- De opslagruimte
- Het beschikbare vermogen (geld)
- De bestelkosten per bestelling (moeten
constant zijn)
- De afzet (moet gelijkmatig zijn)
- De inkoopprijs (moet constant zijn)
- Het artikel moet op elk moment geleverd
kunnen worden.
4.4.4: Optimale bestelgrootte
• De optimale bestelgrootte is de per keer te
bestellen hoeveelheid artikelen waarbij de
optelsom van de totale voorraadkosten (de 3 r’s)
en bestelkosten minimaal is.
• De optimale bestelgrootte is te berekenen
wanneer de voorraadkosten en de bestelkosten
bekent zijn.
Just-in-time (JIT-principe)
• Op het moment dat de klant er om vraagt moet
het artikel in het schap liggen.
• Doel; minimaliseren van de voorraad, dus kosten
verlagend!
• Gevolg: besteleenheden worden kleiner, de
leverancier moet nu wel vaker leveren.
• Vaak alleen geschikt voor de grootschalige
winkels, die aan rand van het centrum zijn
gevestigd.
• Voor de detailhandel moeilijk toepasbaar!
Download