Beeldende begrippen 01 Klas 1 & 2 tl/h/v Lesdoelen Aan het einde van deze les kun je uitleggen: • • • • wat de primaire kleuren zijn; wat secundaire kleuren zijn en hoe je die met verf kunt mengen; wat non-kleuren zijn; wat complementaire kleuren zijn en hoe je die kunt vinden in de kleurencirkel. robertdouw.nl | 2016 Lees verder op de volgende dia Beeldende begrippen Primaire kleuren Primair = voornaamst Dia 1 van 4 Van het Latijnse primus: eerste. Lees verder op de volgende dia Beeldende begrippen Dia 2 van 4 Secundaire kleuren Latijns secundus: tweede. Denk aan het Engelse second. + = + = + = secundaire kleuren = + + + = = secundaire kleuren Lees verder op de volgende dia Beeldende begrippen Dia 3 van 4 Non-kleuren Non = niet. ‘ + + = ’ ‘ - - = ’ etc. Lees verder op de volgende dia Beeldende begrippen Dia 4 van 4 pointillisme Complementaire kleuren Complement = aanvulling Denk aan ‘compleet’. primaire kleuren complementaire kleuren complementaire kleuren complementaire kleuren Lees verder op de volgende dia Beeldende begrippen Lesdoelen Je kunt nu uitleggen: • • • • wat de primaire kleuren zijn; wat secundaire kleuren zijn en hoe je die met verf kunt mengen; wat non-kleuren zijn; wat complementaire kleuren zijn en hoe je die kunt vinden in de kleurencirkel. Lees verder op de volgende dia Beeldende begrippen Kunstwerken in deze presentatie: • • • • • • Piet Mondriaan, Compositie met groot rood vlak, geel, zwart, grijs en blauw, 1921 Theo van Doesburg, Contra-compositie van dissonanten XVI, 1925 Gerrit Rietveld, Rietveld Schröderhuis (Utrecht), 1923-1924 Gerrit Rietveld, Rood-blauwe stoel, ca. 1918-1923 Paul Signac, Gezicht op St. Tropez, 1896 Vincent van Gogh, Zelfportret met verbonden oor en pijp, 1889 Dit is de laatste dia. Ga terug naar het begin