Afbouwen borstvoeding

advertisement
Afbouwen borstvoeding
Soms wil je of moet je vroegtijdig stoppen met het geven van borstvoeding aan je baby. De redenen kunnen
verschillend zijn maar tijdens het afbouwen is het belangrijk om rekening te houden met de verandering in je
borsten en de verandering voor de baby.
Als je ziek wordt, hoeft dat niet te betekenen dat je met de borstvoeding moet stoppen. Soms is het afkolven van
een paar voedingen genoeg om te zorgen dat de melkproductie op gang blijft. Veel medicijnen kunnen gebruikt
worden in combinatie met borstvoeding. Als je medicijnen voorgeschreven krijgt, vertel altijd over de wens om te
kunnen combineren met borstvoeding geven.
Hoe kun je het beste stoppen?
Bouw niet af als je kind ziek is of bij grote veranderingen in het leefpatroon van het kind. Borstvoeding is niet iets
waar je zomaar van de ene op de andere dag mee kunt ophouden. Je lichaam en de baby moeten de tijd krijgen
om aan die overgang te wennen. Trek er minimaal een dag of veertien voor uit om de voedingen één voor één te
vervangen door een fles. (zie afbouw schema).
Wil je weer gaan werken, dan hoeft dat niet automatisch te betekenen dat je met de borstvoeding moet stoppen.
Het is dan raadzaam om vanaf 6 weken je baby te laten wennen aan de fles. Elke dag 20 à 30 cc afgekolfde
moedermelk in de fles geven kan zorgen dat de overgang goed verloopt. Informatie over het afkolven kun je
vragen aan de jeugdverpleegkundige. Als het kolven niet lukt kun je aan de huisarts syntocin spray vragen die de
toeschietreflex stimuleert. Besluit je wel te stoppen, dan kun je de baby beter wat eerder aan de fles laten
wennen. Zo zul je, als het niet meteen lukt, ongetwijfeld minder gespannen zijn, dan wanneer alles op die laatste
twee weken aankomt.
Kun je ook borst en fles combineren?
Ja, dat kan zeker. Je kunt bijvoorbeeld de voedingen overdag vervangen door een flesje, terwijl je ’s ochtends en
’s avonds nog zelf de borst geeft. Dat kan een uitstekende oplossing zijn voor als je weer aan het werk gaat.
Dreigt de borstvoeding terug te lopen dan kun je op de dagen dat je vrij bent je kindje wat vaker aanleggen.
Het afbouwen
1. Laat als eerste de voeding vallen waarbij je toch al minder melk had. Vaak zal dat laat in de middag zijn. Geef
daarvoor in de plaats een fles.
2. Gaat het 4 à 5 dagen achter elkaar goed met een fles, dan kun je nog een borstvoeding vervangen door een
fles.
3. Ga zo door tot alle borstvoedingen vervangen zijn door een fles. Hanteer hierbij het afbouwschema niet te
strak.
4. Vitamine K: Vitamine K zit al in flesvoeding. Hoe meer flesje je geeft, des te minder extra vit K is nodig.
5. Vitamine D: Vitamine D geef je tot je kindje 4 jaar oud is. Ook als het de fles krijgt.
Is de baby ongeveer een half jaar oud?
Als je minder borstvoeding wil geven, probeer je kindje dan het liefst direct aan het drinken uit een beker (zonder
speen of tuitje) te laten wennen (opvolgmelk, water, thee). Dat is goed voor de ontwikkeling van de kaken en het
gebit. Natuurlijk zal het nog niet lukken om alle drinken in een bekertje te geven. Dat hoeft ook niet. Het gaat er
om dat hij er beetje handigheid in krijgt.
Hoe gaat het met je borsten?
Als je de borstvoeding geleidelijk afbouwt, zul je waarschijnlijk geen problemen krijgen met je borsten. Controleer
je borsten regelmatig. Draag een stevige BH. Voelen je borsten pijnlijk gespannen aan op het moment dat je
anders een voeding zou geven, dan zijn er twee mogelijkheden. Of je kolft voorzichtig een beetje melk met de
hand af, door met schone handen in de richting van de tepel te duwen. Of je legt de baby heel even aan. Een
halve minuut is vaak al genoeg om de spanning te verminderen. Langer is ook niet de bedoeling, omdat de
voeding anders weer zal toenemen. Overigens is het goed mogelijk dat er nog een tijdje wat melk uit je borsten
druppelt. Daar hoef je je geen zorgen over te maken.
En als de baby de fles weigert?
Dat komt wel eens voor. Probeer hem in ieder geval niets op te dringen, dat is verspilde moeite. Net als boos of
wanhopig worden, hoe begrijpelijk dat ook is. Wat waarschijnlijk wel helpt is het volgende:

Laat iemand anders de fles geven en blijf zelf op een afstandje. Jouw aanwezigheid is voor de baby alleen
maar een extra reden om te protesteren.

Probeer een andere speen. Heeft je kind een fopspeen, kies dan voor een vergelijkbare speen.

Spoel het speentje voor de voeding af met warm water of doop het in wat melk.

Kolf een beetje borstvoeding af en meng dat met wat flesvoeding. De vertrouwde smaak maakt de overgang
minder groot.

Voelt de baby zich niet lekker, bijvoorbeeld omdat er net een tandje doorkomt, dan kan het verstandig zijn de
pogingen een weekje uit te stellen.

Probeer het flesje tussendoor te geven, niet als de baby erg veel honger heeft.

Blijft de baby de fles weigeren? Vraag dan advies aan je jeugdverpleegkundige, bij de Vereniging Borstvoeding
Natuurlijk of La Leche League.

Kijk ook eens op de site borstvoeding.com voor veel informatie.
Waarom het soms ook voor jezelf moeilijk is
Afscheid nemen van de borstvoeding, betekent ook een beetje afscheid nemen van de eerste babytijd. Alsof de
afstand tussen jou en je kind alweer een beetje groter wordt. Logisch dat je het daar even moeilijk mee kunt
hebben. Een troost: er komen ongetwijfeld weer veel leuke nieuwe dingen voor in de plaats.
Afbouwschema van 5 borstvoedingen naar 5 flesvoedingen
Afbouwschema
stap 1
borst
borst
borst
fles
borst
stap 2
borst
fles
borst
fles
borst
stap 3
borst
fles
fles
fles
borst
stap 4
borst
fles
fles
fles
fles
stap 5
fles
fles
fles
fles
fles
Download