Extra oefenmateriaal Hoofdstuk 11 sk-Extra-V5-H11

advertisement
Extra oefenmateriaal
VWO 5
1.
2.
3.
4.
5.
Hoofdstuk 11
Evenwichten
sk-Extra-V5-H11-0809
Opgave 1
In een gesloten ruimte met een volume van 500 ml wordt bij een temperatuur van 500K het
gas koolstofdioxide met vast koolstof gemengd. De twee stoffen reageren met elkaar waarbij
koolstofmonooxide ontstaat. Het ontstane koolstofmonooxide zal weer ontleden in koolstof en
en koolstofdioxide.
Geef de reactievergelijking van het hierboven beschreven evenwicht.
Geef de evenwichtsvoorwaarde voor het hierboven beschreven evenwicht.
Leg met behulp van de evenwichtsvoorwaarde uit welke kant het evenwicht zal opschuiven als
aan de reactieruimte extra koolstofdioxide wordt toegevoegd.
Leg met behulp van de evenwichtsvoorwaarde uit welke kant het evenwicht zal opschuiven als
het reactievolume wordt gehalveerd.
Leg met behulp van de evenwichtsvoorwaarde uit of de vorming van koolstofmonooxide
exotherm of endotherm is. Gebruik hierbij de gegevens uit binas tabel 51.
6.
In de reactieruimte met een volume van 500 ml wordt 20 gram koolstof en 0,200 mol
koolstofdioxide samengebracht. Het hierboven beschreven evenwicht stelt zich in bij een
temperatuur van 500 K. De waarde van de evenwichtsconstante is te vinden in binas tabel 51.
Bereken de koolstofmonooxide concentratie na instellen van het evenwicht.
7.
8.
9.
Opgave 2
In een bekerglas met 250 ml water wordt een schepje van het slecht oplosbare zout
lood(II)bromide gedaan. Dit zout zal zich gedeeltelijk in ionen splitsen waarbij er een
evenwicht insteldt tussen de vaste stof en de opgeloste ionen .
Geef de reactievergelijking voor het oplossen van loodbromide in water.
Geef de evenwichtsvoorwaarde voor dit evenwicht. Zoek de evenwichtsconstante in binas op.
Bereken de concentratie van de bromide ionen in evenwicht.
10.
11.
12.
13.
14.
15.
16.
17.
Aan de hierboven beschreven oplossing wordt 0,10 gram kaliumbromide toegevoegd. De
hoeveelheid water (250 ml) verandert hierdoor niet.
Bereken de concentratie van de bromide ionen nadat het evenwicht zich opnieuw heeft
ingesteld.
Opgave 3
In een gesloten vat van een liter brengt men 15 gram calciumcarbonaat en verwarmd dit tot
een temperatuur van 750K. Bij deze temperatuur ontleedt calciumcarbonaat in calciumoxide
en koolstofdioxide.
Geef de reactievergelijking van dit evenwicht.
Leg uit waarom dit evenwicht zich niet in een open vat zal instellen.
Stel de evenwichtsvoorwaarde voor dit evenwicht op.
Bereken de koolstofdioxide concentratie in het evenwichtsmengsel.
Bereken het aantal gram calciumoxide dat in het evenwichtsmengsel aanwezig is.
Leg uit waarom het toevoegen van extra calciumcarbonaat geen invloed heeft op de ligging
van het evenwicht.
Zal de ligging van het evenwicht of de snelheid waarmee het evenwicht zich instelt
veranderen als het calciumcarbonaat verder vermalen wordt. Goed uitleggen.
Download