Welvaart = mate van behoeftebevrediging met productiefactoren

advertisement
Welvaart in enge zin
Productiegroei
Hoe meet je productie?
Bedrijven: toegevoegde waarde
Overheid: ambtenarensalarissen
Productie bedrijven+ overheid= BBP
Nu precies:
Bedrijven
Omzet
Onderlinge leveringen (inkoop en DvD) Bruto toegevoegde waarde
Afschrijvingen Netto toegevoegde waarde
Wordt gegeven aan iedereen die heeft
meegeholpen (primair inkomen)
KANO dus loon, rente, huur, pacht, winst
Dus productie = inkomen
Dit is de tweede manier om nationaal
inkomen(BBP) te berekenen
Derde manier:
Y=C+I+O+E-M
Welvaart meten met bij voorkeur:
Reëel inkomen per hoofd
(inflatie en bevolkingstoename niet
meerekenen)
Ook rekening houden met
inkomensverdeling, ruilhandel informele
productie (zwart werk en grijs werk)
Welvaart in ruime zin:
Productiegroei en externe
effecten (milieu; goede
beroepsbevolking – zie S en O)
Consumentensurplus (niet
formeel bekend)
Producentensurplus (winst zit
in toegevoegde waarde)
Welvaart = mate van
behoeftebevrediging met
productiefactoren
Toevoegingen: uitkeringen; subsidie; export, import direct door gezinnen
overheid; geld lenen gezinnen; bedrijven schrijven af; bedrijven betalen
belasting; indirecte belastingen
Nationaal inkomen = nationale bestedingen + nationaal spaarsaldo
Y=C+I+O+E–M
(S – I) + (B – O) = (E – M)
Particulier spaarsaldo; begrotingssaldo; saldo lopende rekening
Nationaal spaarsaldo
Welvaart en groei havo 5
1
Belastingen:
Zie pptx hierover
http://www.google.nl/url?sa=i&rct=j&q=lorenzcurve&source=images&cd=&cad=rja&
docid=wm_AL6QY8PJXqM&tbnid=oZV0zAUoY3eyBM:&ved=0CAQQjB0&url=http%3A
%2F%2Fwww.cuhk.edu.hk%2Fsoc%2Fcourses%2Fih%2Fglobalization%2Flect02%2Fqu
antitative_skills%2Feng%2Fgini_coefficient_eng.htm&ei=D1hmUdy9GcmN0wXpr4C4B
w&bvm=bv.45107431,d.d2k&psig=AFQjCNFdjhkNo4sfYNoY6P_7sWzkpwRyvw&ust=1
365748078492106
Personele inkomensverdeling: nationaal inkomen verdeeld over personen
Nivelleren = verhouding hoog/laag kleiner
Denivelleren = verhouding hoog/laag wordt groter
Primair (denk aan bruto loon)
Secundair (denk aan netto loon)
Primair – loonbelasting – sociale premies + uitkeringen + stufi + huurtoeslag
Loonbelasting (progressief): nivellerend
Uitkeringen (alleen laag inkomen): nivellerend
Curve die secundaire inkomensverdeling weergeeft: dichter bij diagonaal
Minder aftrekposten: denivellerend (secundaire inkomensverdeling)
Minimumloon lager: denivellerend (primaire inkomensverdeling)
Welvaart en groei havo 5
2
Nodig voor economische groei:
Vraag naar producten (C + I + O + E – M)
Mogelijkheden om te produceren (productiecapaciteit)
Menselijk kapitaal (scholing)
Technische vooruitgang (investeren; scholing; patenten)
Dit bepaalt ook of je arbeid of kapitaal inzet.
Voor meer productie is (een van) beide productiefactoren nodig.
Meer economische groei:
Meer vraag naar arbeid.
Krappe arbeidsmarkt
lonen stijgen
loonkosten stijgen
Bedrijven gaan investeren in kapitaal
(Relatief) minder arbeid nodig
Arbeidsbesparende diepte-investeringen
Loonquote (loon/toegevoegde waarde) daalt
Winstquote (winst/toegevoegde waarde) stijgt
Kennelijk is investeren goedkoper dan arbeid
Categoriale inkomensverdeling
Door internationale handel groeien landen naar elkaar (convergentie)
Divergentie: uit elkaar groeien (denk aan verschil in groeitempo Zuid
Europa en Noord-Europa; Azië en Europa)
Welvaart en groei havo 5
3
Download