Verbeterplan - WordPress.com

advertisement
Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Verbeterplan
Namen:
Groep:
Studentnr:
Afstudeerinstelling:
Mieke koopman
Sarah Calissendorff
LV12-4GGZ
LV12-4GGZ
500539140
500600521
Mentrum, Eerste Constantijn
Huygensstraat 38, Amsterdam
Opdrachtgever:
Afstudeerbegeleider:
Examinator:
Barbara Meyer
Yvonne van Marle
Jos Dobber
Colofon
Studenten
Naam:
Studentnr:
Groep:
Email:
Mieke Koopman
500539140
LV12-4GGZ
[email protected]
Sarah Calissendorff
500600521
LV12-4GGZ
[email protected]
Afstudeerinstelling
Mentrum
Eerste Constantijn Huygensstraat 38
1054 BR Amsterdam
020-5904111
 Opdrachtgever
Barbara Meyer, afdelingshoofd 4B
[email protected]
 Begeleider van 4B
Marloes de Jong, verpleegkundige op afdeling 4B
[email protected]
Opleiding
Hogeschool van Amsterdam
Tafelbergweg 51
1105 BD Amsterdam Zuidoost
020-5954111
 Afstudeerbegeleider
Yvonne van Marle
[email protected]
 Examinator
Jos Dobber
[email protected]
2
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Voorwoord
Voor u ligt het verbeterplan voor het afstudeerproject zorgverbetering. Het verbeterplan is
onderdeel van het afstudeerproject zorgverbetering van de opleiding HBO-verpleegkunde aan
de Hogeschool van Amsterdam (HVA).
Het project zal gaan over het betrekken van naastbetrokkenen in de geestelijke
gezondheidszorg (GGZ). Het afstudeerproject wordt uitgevoerd op de besloten afdeling 4B
van psychiatrische kliniek Mentrum.
Het projectduo bestaat uit Mieke Koopman en Sarah Calissendorff. Beiden hebben meerdere
stages gelopen in psychiatrische klinieken, en beiden hebben gekozen voor de
afstudeerrichting GGZ. Het betrekken van naastbetrokkenen is een onderdeel van het werk
waar beide projectleden tijdens de stage moeite mee hadden. Het is niet altijd duidelijk wat
wij als verpleegkundigen kunnen bieden aan naastbetrokkenen. Om deze reden is het voor het
projectduo een heel leerzaam onderwerp om ons afstudeerproject op te richten.
Wij willen graag de volgende personen bedanken voor hun hulp en steun:
 Jos Dobber, examinator, voor het kritisch beoordelen van het gehele afstudeerproject,
 Yvonne van Marle, projectbegeleider, voor de feedback en begeleiding bij het project,
 Barbara Meyer, opdrachtgever en afdelingshoofd, voor het geven van de gelegenheid
om ons project in de kliniek uit te voeren, en voor de begeleiding in de kliniek,
 Marloes de Jong, voor de begeleiding op afdeling 4B,
 Verpleegkundigen en studenten van afdeling 4B, voor het meewerken aan de
interviews, en de hulp bij het benaderen van cliënten en naastbetrokkenen,
 Cliënten en naastbetrokkenen van afdeling 4B, voor hun openheid en tijd,
 Kees Kooy en Olga Gorbatsjewa, familievertrouwenspersonen van Mentrum, voor hun
informatie en tijd,
 Sandra Spruijt en Josephine Wassink, het andere duo van de projectgroep, voor het
overleggen over het project en de gegeven steun.
Mieke Koopman en Sarah Calissendorff
Amsterdam, juni 2013
3
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Inhoudsopgave
Colofon .................................................................................................................................................... 2
Voorwoord .............................................................................................................................................. 3
Inhoudsopgave......................................................................................................................................... 4
Inleiding .................................................................................................................................................. 6
Hoofdstuk 1: Probleemanalyse ................................................................................................................ 8
1.1 Deelvragen..................................................................................................................................... 8
1.2 Beginsituatie op de afdeling .......................................................................................................... 8
1.3 Wet-en regelgeving ..................................................................................................................... 10
1.3.1 Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst ................................................................. 10
1.3.2 Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen................................................. 10
1.4 Gewenste eindsituatie op de afdeling .......................................................................................... 11
Hoofdstuk 2: Setting.............................................................................................................................. 12
2.1 Kliniek Mentrum, locatie Eerste Constantijn Huygensstraat ...................................................... 12
2.2 Afdeling 4B ................................................................................................................................. 12
2.3 Samenstelling van het team. ........................................................................................................ 12
2.4 Het multidisciplinaire team ......................................................................................................... 13
Hoofdstuk 3: Methodiek........................................................................................................................ 14
3.1 Literatuuronderzoek .................................................................................................................... 14
3.2 Praktijkonderzoek........................................................................................................................ 15
3.3 Interviews cliënten ...................................................................................................................... 16
3.4 Interviews naastbetrokkenen ....................................................................................................... 16
3.5 Interviews verpleegkundige......................................................................................................... 16
3.6 Familievertrouwenspersoon ........................................................................................................ 16
Hoofdstuk 4: Resultaten van het literatuuronderzoek ........................................................................... 17
4.1 Opbrengst van de literatuursearch ............................................................................................... 17
4.2 Psychiatrische ziektebeelden en de daarbij mogelijke problemen met betrekking tot contact met
naastbetrokkenen. .............................................................................................................................. 17
4
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
4.3 Rol van naastbetrokkenen ........................................................................................................... 18
4.4 Belangen van naastbetrokkenen .................................................................................................. 19
4.5 Evidence-based verpleegkundige interventies............................................................................. 19
Hoofdstuk 5: Resultaten uit de interviews............................................................................................. 22
5.1 Goede punten en verbeterpunten ................................................................................................. 22
5.2 Verwachte problemen met ziektebeelden m.b.t. naastbetrokkenen ............................................. 22
5.3 Belangen van de cliënt ................................................................................................................ 23
5.4 Belangen van naastbetrokkenen .................................................................................................. 24
5.5 Belangen van verpleegkundigen.................................................................................................. 25
5.6 Verpleegkundige interventies op 4B .......................................................................................... 26
5.7 Knelpunten en barrières bij implementatie................................................................................. 27
Hoofdstuk 6: Analyse en conclusie ....................................................................................................... 28
Hoofdstuk 7 Aanbevelingen .................................................................................................................. 30
7.1 Stappenplan ................................................................................................................................. 34
Hoofdstuk 8: Discussie.......................................................................................................................... 35
Literatuurlijst ......................................................................................................................................... 36
Bijlage 1: Begrippenlijst ........................................................................................................................ 39
Bijlage 2: Zoekstrategieën ..................................................................................................................... 42
Bijlage 3: Interviews ............................................................................................................................. 44
Bijlage 4: Verwerking interviews in tabellen en grafieken ................................................................... 69
Bijlage 5: Enquête dec. 2012, afgenomen door twee hbo-v stagiaires .................................................. 91
5
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Inleiding
Het projectduo bestaat uit Mieke Koopman en Sarah Calissendorff. Eén van de studenten
heeft haar vierde stage gedaan op de gesloten afdeling van kliniek Mentrum, locatie Eerste
Constantijn Huygensstraat. Tijdens deze stage hebben twee derdejaars hboverpleegkundestudenten een enquête afgenomen onder 19 verpleegkundigen van vier
afdelingen van de kliniek Mentrum over het contact met naastbetrokkenen (zie bijlage 5).
Deze enquêtes zijn afgenomen in december 2012 voor een opdracht voor de opleiding
verpleegkunde. De conclusie van deze enquêtes was dat in de kliniek al veel aandacht is voor
het naastbetrokkenenbeleid, maar dat hier ook nog verbeteringen in mogelijk zijn.
De opdracht
Bovenstaande enquête is voor het projectduo de aanleiding geweest om met het
afdelingshoofd in gesprek te gaan over de mogelijkheid om het afstudeerproject op dit
onderwerp te richten. Hier is vervolgens overeenstemming over gekomen en het
afdelingshoofd is benoemd tot opdrachtgever. In overleg met de opdrachtgever is gekozen is
om het afstudeerproject op de besloten afdeling 4B uit te voeren. Hiervoor is gekozen omdat
op deze afdeling toegewerkt wordt naar ontslag. Aangezien veel cliënten na ontslag weer
ondersteuning krijgen van naastbetrokkenen, leek het de projectgroep en de opdrachtgever
belangrijk om juist in deze fase de naastbetrokkenen goed bij de opname te betrekken. De
cliëntencategorie op afdeling 4B betreft zowel mannen als vrouwen in de leeftijd van 18 tot
65 jaar, opgenomen voor behandeling van een psychose, schizofrenie, bipolaire stoornis,
stemmingsstoornis, angststoornis en/ of dwangstoornis.
De hoofdvraag van het afstudeerproject luidt: ‘Welke verpleegkundige interventies kunnen
worden toegepast om naastbetrokkenen meer te betrekken gedurende de opname van een
psychiatrische cliënt op de besloten opnameafdeling 4B van de psychiatrische kliniek
Mentrum?’
Achtergrond
Uit onderzoek in 2006 naar samenwerking met naastbetrokkenen in de psychiatrie, bleek dat
deze samenwerking nog erg klein was(1). Verpleegkundigen bleken wel meer bereid om met
naastbetrokkenen samen te werken, dan dat artsen dat waren(2). Ook uit onderzoek uit 2008
bleek dat toen het familiebeleid in ggz-instellingen nog niet goed van de grond kwam(3). In het
afstudeerproject wordt onderzocht op welke manier naastbetrokkenen meer betrokken kunnen
worden gedurende de opname van een cliënt op een psychiatrische afdeling.
Het afstudeerproject
Voor gestart is met het verbeterplan zijn het factsheet en de startnotitie goedgekeurd door de
opleiding. Voor u ligt het verbeterplan, wat het derde document van het afstudeerproject is:
 Literatuurstudie
6
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff




Projectplan
Verbeterplan
Implementatieplan
Overdrachtsrapport
In de literatuurstudie hebben de projectleden individueel een literatuuronderzoek gedaan naar
het onderwerp. Beide projectleden hebben op deze manier inzicht verkregen over het
onderwerp. In het projectplan zijn de hoofd- en deelvragen beschreven die in het
afstudeerproject onderzocht worden en is beschreven hoe dit wordt aangepakt. In het
verbeterplan wordt een analyse gemaakt over de afdeling en worden verpleegkundige
interventies en aanbevelingen opgesteld voor afdeling 4B. In het implementatieplan wordt
beschreven hoe deze aanbevelingen geïmplementeerd kunnen worden op de afdeling. Het
overdrachtsrapport vormt samen met het overdrachtsgesprek de overdracht van het
afstudeerproject ‘naastbetrokkenen in de GGZ’ aan de afdeling.
Opbouw
Het verbeterplan is als volgt opgebouwd:
 Probleemanalyse
 Setting
 Methodiek
 Resultaten van de literatuurstudie
 Resultaten van de interviews
 Analyse en conclusie
 Aanbevelingen
 Discussie
De begrippenlijst is weergegeven in bijlage 1. De zoekstrategieën zijn uitgewerkt in bijlage 2.
De uitwerking van de interviews zijn weergegeven in bijlage 3. De tabellen met de uitslagen
van de interviews zijn weergegeven in bijlage 4 en de enquête die de aanleiding is geweest
voor het afstudeeronderwerp staat in bijlage 5.
7
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 1: Probleemanalyse
In het hoofdstuk probleemanalyse worden de deelvragen beschreven waarmee de hoofdvraag
beantwoord zal worden. Teven worden de beginsituatie en gewenste eindsituatie op afdeling
4B, de visie van de kliniek en de wet- en regelgeving beschreven.
1.1 Deelvragen
Om de hoofdvraag: ´Welke verpleegkundige interventies kunnen worden toegepast om
naastbetrokkenen meer te betrekken gedurende de opname van een psychiatrische cliënt op de
open opnameafdeling 4B van de psychiatrische kliniek Mentrum?’ te beantwoorden, zijn de
volgende deelvragen opgesteld:
1. Informatie over het team:
 Uit hoeveel leden bestaat het verpleegkundig team?
 Wat is de opleidingsachtergrond van het team?
 Hoe lang werken de teamleden op deze afdeling? Hoeveel jaar werkervaring
hebben de teamleden in de psychiatrie?
 Hoeveel cliënten zijn opgenomen op de afdeling? Wat is de leeftijdscategorie
en sekse van cliënten die opgenomen worden?
2. Welke ziektebeelden komen op afdeling 4B voor en welke problemen zijn daarbij te
verwachten met betrekking tot het contact met naastbetrokkenen?
3. Wat is de huidige wet- en regelgeving en visie van de kliniek met betrekking tot het
betrekken van naastbetrokkenen bij de opname?
4. Wat zijn de belangen van de cliënt, de naastbetrokkenen en het verpleegkundig team
met betrekking tot het betrekken van naastbetrokkenen gedurende de opname van de
cliënt?
5. Wat is er in wetenschappelijk onderzoek bekend over de rol van naastbetrokkenen van
cliënten gedurende de opname van de cliënt in een psychiatrische kliniek?
6. Wat zijn mogelijke evidence-based verpleegkundige interventies om naastbetrokkenen
te betrekken bij de opname van cliënten in een psychiatrische kliniek?
7. Welke verpleegkundige interventies worden op dit moment toegepast of zijn in de
afgelopen periode toegepast om familie te betrekken gedurende de opname van de
cliënten op de open afdeling 4B?
8. Welke knelpunten zijn eerder opgetreden tijdens het implementeren van
verpleegkundige interventies om naastbetrokkenen meer te betrekken gedurende de
opname van de cliënt en welke barrières worden daarbij vanuit de teamleden ervaren?
1.2 Beginsituatie op de afdeling
Op afdeling 4B is de laatste jaren al veel verbeterd ten aanzien van het
naastbetrokkenenbeleid. De visie van de kliniek Mentrum met betrekking tot het
naastbetrokkenenbeleid is als volgt:
8
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff





De kliniek wil zo goed mogelijk bijdragen aan de kwaliteit van leven van de cliënt
door gedurende de opname uit te gaan van het standpunt van de cliënt en de
naastbetrokkenen en door gebruik te maken door kennis en ervaringen van de
cliënt en naastbetrokkenen.
Naastbetrokken worden zo veel mogelijk betrokken bij de behandeling van de
cliënt. Cliënt, naastbetrokkenen en hulpverleners werken hierbij zo goed mogelijk
samen. Indien de cliënt geen sociaal netwerk (meer) heeft, wordt getracht dit
netwerk te herstellen. Naastbetrokkenen wordt tevens ondersteuning aangeboden
om te leren omgaan met de mogelijkheden en beperkingen van de cliënt.
De wensen en behoeften van de cliënt staan centraal. Gedurende de opname wordt
hier en met de persoonlijke omstandigheden van de cliënt rekening gehouden.
In situaties dat een cliënt een gevaar vormt voor zichzelf of anderen en hij/ zij geen
zorg accepteert, neemt Mentrum de verantwoordelijkheid over om zorg te
verlenen. Dit gebeurt zo mogelijk in overleg met de naastbetrokkenen.
Om de kwaliteit van de zorg zo hoog mogelijk te houden, wordt de zorg met de
cliënt en naastbetrokkenen geëvalueerd. Ook de cliënt- en naastbetrokkenenraden
werken mee aan het verbeteren van de kwaliteit van de zorg(4).
Op iedere afdeling van Mentrum, Eerste Constantijn Huijgensstraat is een
naastbetrokkenenconsulent aangesteld. Het streven van de naastbetrokkenenconsulenten is om
eind 2013 de volgende punten te bereiken:
 Op alle afdelingen worden kennismakingsgesprekken gevoerd met naastbetrokkenen.
Hierbij krijgen de naastbetrokkenen uitleg over de afdeling en worden afspraken
gemaakt over het contact tussen hulpverleners en de naastbetrokkenen. De
naastbetrokkenen krijgen een informatiemap. Deze gesprekken kunnen op de afdeling
plaatsvinden of telefonisch.
 De gegevens van de naastbetrokkenen en afspraken die gemaakt zijn over het contact
met naastbetrokkenen staan beschreven in psygis. Verder staat in psygis beschreven
wat voor contact er is geweest met naastbetrokkenen.
 Tijdens verpleegkundige overdrachten wordt het systeem van de cliënten besproken en
worden ontwikkelingen met betrekking tot naastbetrokkenen besproken.
 Alle verpleegkundigen zullen een naastbetrokkenenworkshop volgen.
Uit de enquêtes (zie bijlage vijf) die in december 2012 afgenomen zijn, bleek dat in de kliniek
al veel aandacht is voor het naastbetrokkenenbeleid, maar dat er ook nog verbetering mogelijk
is. Voor de meeste collega’s is het een deel van het werk om naastbetrokkenen te betrekken.
Informatie over bereikbaarheid wordt door bijna iedereen verstrekt, en naastbetrokkenen
worden gastvrij bejegend. Wat beter kan is het rapporteren. Volgens bijna de helft van de 19
geïnterviewde verpleegkundigen is het onduidelijk welke afspraken met naastbetrokkenen zijn
gemaakt en meer dan de helft van de verpleegkundigen vraagt niet naar behoeften en wensen
van de naastbetrokkenen. Nadat verder onderzoek naar het betrekken van naastbetrokkenen
op 4B is gedaan, zal specifieker ingegaan worden op de mogelijkheden tot verbetering. Dit
wordt beschreven in de aanbevelingen.
9
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
1.3 Wet-en regelgeving
In hoofdstuk 1.3 wordt beschreven wat de huidige wet- en regelgeving is ten aanzien van het
betrekken van naastbetrokkenen gedurende de opname van de cliënt. De wetten die in dit
hoofdstuk behandeld worden en die het meest relevant zijn met betrekking tot dit onderwerp,
zijn:
 De Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst(5)
 De wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen(6)
1.3.1 Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst
In de Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst(5) wordt beschreven wat de regels zijn
omtrent de relatie tussen cliënt en hulpverlener. In de wet worden de rechten en plichten van
cliënt en hulpverlener beschreven.
1. Iedere wilsbekwame persoon van 16 jaar of ouder, mag zelfstandig een geneeskundige
behandelingsovereenkomst aangaan. Belangrijk doel hiervan is om de zelfbeschikking
van cliënten in de gezondheidszorg te waarborgen. De cliënt moet altijd toestemming
geven voor uitvoeren van de behandeling(5).
2. Indien een cliënt tijdelijk of langdurig wilsonbekwaam is, moet vervangende
toestemming gevraagd worden aan wettelijke vertegenwoordigers van de cliënt. Dit
kunnen familieleden of andere naastbetrokkenen betreffen, maar ook een curator of
mentor. Dit is ook mogelijk als de cliënt zich tegen de behandeling verzet. Bij cliënten
die vrijwillig zijn opgenomen, mag deze vorm van dwangbehandeling alleen
uitgevoerd worden als het uitvoeren ervan nodig is om ernstig nadeel voor de cliënt te
voorkomen(5).
3. Indien door wettelijke vertegenwoordigers, familieleden of andere naastbetrokkenen
vervangende toestemming gegeven is voor de behandeling, mag de hulpverlener
informatie aan deze personen geven, ook zonder toestemming van de cliënt. Deze wet
geldt niet als het verstrekken van informatie tegen de eisen van goed
hulpverlenerschap ingaat(5).
1.3.2 Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen
De Wet Bijzondere Opnemingen Psychiatrische Ziekenhuizen(6) richt zich op (gedwongen)
opnamen van cliënten in psychiatrische klinieken. In de wet worden de rechten van de cliënt
toegelicht en worden regels toegelicht die uitgevoerd moeten worden om gevaar voor de
cliënt af te wenden.
1. Indien een cliënt gedwongen opgenomen wordt in een psychiatrisch ziekenhuis,
moeten naastbetrokkenen zo snel mogelijk geïnformeerd worden over wie de
behandelaar is, de kliniek en de rechten van de cliënt. Indien de cliënt geen
toestemming geeft om informatie aan naastbetrokkenen te geven, mogen hulpverleners
alleen niet-cliëntgebonden informatie geven(6).
2. Indien een cliënt tijdelijk of langdurig wilsonbekwaam is, moet vervangende
toestemming gevraagd worden aan wettelijke vertegenwoordigers van de cliënt. Indien
sprake is van dwangbehandeling of toepassing van middelen of maatregelen, moeten
naastbetrokkenen/ mentor/ curator direct op de hoogte gesteld worden(6).
10
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
3. Als de cliënt met voorwaardelijk ontslag of met verlof gaat, moet vooraf overlegd
worden met naastbetrokkenen de cliënt na ontslag intrek zal nemen bij familie of op
hun zorg is aangewezen(6).
1.4 Gewenste eindsituatie op de afdeling
Het projectduo wil door middel van het implementeren van interventies en het doen van
aanbevelingen aan de afdeling, een aantal verbeteringen bereiken. Deze verbeteringen zijn
gebaseerd op de uitslag van de enquêtes, de visie van de kliniek en de wet- en regelgeving:
 De aandacht op en het belang van het betrekken van naastbetrokkenen bij de
behandeling vergroten en verduidelijken. Door middel van het maken van een
overzicht met verpleegkundige interventies om naastbetrokkenen bij de behandeling te
betrekken, wil het projectduo bereiken dat de aandacht voor het
naastbetrokkenenbeleid vergroot wordt en om naastbetrokkenen een vast onderdeel
van het werk te maken.
 Bij opname van een cliënt worden afspraken gemaakt met de naastbetrokkenen over
de mate en de manier van contact gedurende de opname.
 Afspraken en het beloop rondom naastbetrokkenen worden duidelijk en volledig
gerapporteerd in het dossier van de cliënt.
 Naastbetrokkenen worden indien de cliënt hier toestemming voor geeft, betrokken bij
opname, behandelplanbesprekingen, systeemgesprekken, verlofbesprekingen en
ontslagprocedure.
11
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 2: Setting
In hoofdstuk 2 wordt de setting beschreven waar het afstudeerproject uitgevoerd zal worden.
De kliniek, de afdeling en het team worden beschreven. De informatie in dit hoofdstuk is
verkregen uit folders en uit gesprekken met de stafverpleegkundige van 4B.
2.1 Kliniek Mentrum, locatie Eerste Constantijn Huygensstraat
De kliniek waar de afstudeeropdracht uitgevoerd zal worden is Mentrum, Eerste Constantijn
Huygensstraat. De kliniek heeft 144 klinische behandelplaatsen waarvan de klinische 24-uurs
zorg 100 plaatsen heeft. Deze bedden zijn verdeeld over twee intensive care afdelingen, twee
besloten afdelingen, twee open afdelingen, een afdeling complexe zorg, een vrouwenafdeling
en de tijdelijke overbruggingsafdeling (TOA). De overige 44 plekken zijn voor mensen die
ambulant in behandeling zijn, deze mensen slapen thuis en volgen therapie bij de instelling.
2.2 Afdeling 4B
De afstudeeropdracht zal uitgevoerd worden op de besloten afdeling 4B. Op deze afdeling
zijn 15 cliënten opgenomen. Hier verblijven zowel mannen als vrouwen. De cliënten zijn
vrijwillig opgenomen of door middel van een inbewaringstelling (IBS) of een rechterlijke
machtiging (RM). De meeste cliënten die op de besloten afdeling 4B zijn opgenomen, zijn
overgeplaatst vanaf een gesloten afdeling, een kleiner aantal wordt direct op de open afdeling
opgenomen.
Afdeling 4B is een besloten afdeling, dit betekent dat de deur in principe open staat, maar dat
de deur ook gesloten kan worden. Cliënten in de leeftijd van 18 tot 65 jaar worden
opgenomen voor behandeling van een psychose/ schizofrenie/ bipolaire stoornis/
stemmingsstoornis/ angststoornis en/ of dwangstoornis. Kenmerkend voor de afdeling is de
geboden structuur door middel van een vaste dagindeling en therapieprogramma. Het dag- en
nachtritme wordt bewaakt. Cliënten worden ondersteund bij het opstaan, de daginvulling,
dagelijkse zelfzorg en zorg voor de omgeving.
Op de afdeling zijn er 24 uur verpleegkundigen aanwezig, waardoor het contact met de
cliënten intensief is. Deze 24 uur zijn verdeeld in drie diensten: in de vroege dienst zijn twee
verpleegkundigen aanwezig, in de late dienst twee en in de nachtdienst één. Naast de
gediplomeerde verpleegkundigen kunnen er leerling-verpleegkundigen aanwezig zijn.
2.3 Samenstelling van het team.
Het verpleegkundig team bestaat uit twaalf verpleegkundigen. Dit zijn twee coördinatoren
continuzorg, één stafverpleegkundige, seniorverpleegkundigen en verpleegkundigen op hboen mbo-niveau. Daarnaast zijn leerlingen en stagiaires aanwezig vanuit hbo- en mboopleidingen. De verpleegkundigen zijn opgeleid op mbo- of hbo-niveau en de werkervaring
van de verpleegkundigen ligt tussen één maand en 20 jaar.
12
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
2.4 Het multidisciplinaire team
In de kliniek zijn verschillende disciplines aanwezig: psychiaters, arts-assistenten,
psychologen,
deeltijdverpleegkundigen,
transferverpleegkundigen,
casemanagers,
maatschappelijk werkers, verpleegkundigen en vaktherapeuten. Iedere discipline heeft zijn
eigen verantwoordelijkheden. De psychiaters zijn eindverantwoordelijk voor de behandeling
van de cliënt. De artsen werken onder de supervisie van de psychiaters. Aan afdeling 4B zijn
twee artsenteams verbonden. Elk team bestaat uit minimaal twee artsen en één psychiater.
13
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 3: Methodiek
De informatie voor het verbeterplan is verkregen door middel van literatuuronderzoek en
praktijkonderzoek in de vorm van semigestructureerde interviews met cliënten,
verpleegkundigen en naastbetrokkenen op afdeling 4B. Verder is er mailcontact opgenomen
met de familievertrouwenspersoon van Mentrum.
3.1 Literatuuronderzoek
In deze paragraaf wordt toegelicht op welke wijze gezocht is naar wetenschappelijk
onderzoek en op welke wijze de selectie van de artikelen heeft plaatsgevonden. De informatie
uit het literatuuronderzoek zal worden gebruikt in hoofdstuk 4: Resultaten uit het
literatuuronderzoek.
De vraagstelling van het literatuuronderzoek luidt: Welke verpleegkundige interventies
kunnen worden toegepast om naastbetrokkenen meer te betrekken gedurende de opname van
een psychiatrische cliënt op de besloten opnameafdeling 4B van de psychiatrische kliniek
Mentrum?’
De projectgroep heeft gezocht in de volgende informatiebronnen:




Databanken: Pubmed, Cochrane, Cinahl
Richtlijnen: Cliënten- en familieorganisaties, CBO, Trimbos-instituut, GGZNederland
Protocollen
Vakliteratuur
Aan de hand van de vraagstelling zijn de volgende onderwerpen beschreven:
patiëntencategorie (P), interventies (I), co-interventies (C) en de uitkomst (O):
P: Cliënten die zijn opgenomen in een psychiatrische kliniek
I: Naastbetrokkenen betrekken gedurende de opname van de cliënt
C:
O: Mate van betrokkenheid naastbetrokkenen gedurende opname cliënt
Databases waarin gezocht is: PubMed, Cochrane, Cinahl
Zoektermen:
 Inpatiens
 Mental disorders, mental illnesses, psychiatric disorders, psychiatric illnesses
 Family, relatives
 Family interventions, psycho-education, involving family, involving relatives
14
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Inpatients
Mental disorders
Mental illnesses
Psychiatric disorders
Psychiatric illnesses
Family
Relatives
Psycho-education
Psychoeducation
Involving family
Involving relatives
AND
OR
AND
AND
OR
OR
Limits: Artikelen van de laatste 10 jaar
Dit resulteerde in Pubmed in 48 artikelen, in Cochrane in 516 artikelen, en in Cinahl in 122
artikelen. In Cinahl resulteerde deze zoekstrategie in maar 7 artikelen. Daarom is het zoeken
met de zoekwoorden ‘psycho-education, psychoeducation, involving family en involving
relatives in Cinahl achterwege gelaten. Zie bijlage 2 voor de printscreens van de
zoekopdrachten.
Het selecteren van de artikelen voor het literatuuronderzoek is uitgevoerd op basis van de titel
en het abstract, rekening houdend met de volgende in- en exclusiecriteria:
Inclusiecriteria:
 Artikelen over cliënten met psychose/ schizofrenie/ bipolaire stoornis/
stemmingsstoornis/ angststoornis/ dwangstoornis. (Dit zijn de ziektebeelden die op de
betreffende afdeling voorkomen)
 Artikelen over cliënten die zijn opgenomen in een psychiatrische kliniek
 Artikelen over het betrekken van naastbetrokkenen gedurende de opname
Exclusiecriteria:
 Artikelen over kinderen of ouderen (jonger dan 18 of ouder dan 65 jaar)
3.2 Praktijkonderzoek
Het praktijkonderzoek in dit project bestaat uit semigestructureerde gesprekken met cliënten,
naastbetrokkenen en verpleegkundigen van afdeling 4B. Er is gekozen voor
semigestructureerde gesprekken omdat er dan enigszins gestructureerd kan worden, maar er
wel ruimte overblijft voor de geïnterviewde om zijn/ haar visie te geven op het
naastbetrokkenenbeleid. Persoonlijke interviews kosten veel tijd, maar hier is toch voor
15
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
gekozen om zo eerlijk en objectief mogelijke informatie te verkrijgen, zonder beïnvloeding
van anderen. Gekozen is om de interviews niet op band op te nemen, omdat verwacht werd
dat dit het aantal cliënten dat mee zou werken zou verminderen. Het projectduo achtte het
daarnaast belangrijk om een ontspannen en laagdrempelige sfeer te creëren, om zo
betrouwbaar mogelijke informatie te verkrijgen. Van tevoren zijn interviewvragen opgesteld.
Deze vragen zijn gebruikt als houvast gedurende de interviews. Tijdens de interviews had één
projectlid de rol als interviewer, het andere projectlid notuleerde het gesprek. Plan was om
van iedere doelgroep zeven personen te interviewen. Dit bleek na een aantal dagen niet
mogelijk omdat veel cliënten niet aanwezig waren of geen toestemming gaven. In verband
met de tijdsbewaking is toen besloten om gedurende twee weken zoveel mogelijk interviews
te voeren.
3.3 Interviews cliënten
In totaal zijn vijf van de negentien cliënten geïnterviewd. De andere cliënten konden om
verschillende redenen niet geïnterviewd worden (afwezigheid (3), geen medewerking (4), niet
in staat (7)). De cliënten zijn door de verpleegkundigen benaderd mee te werken indien zij de
cliënt in staat achtten om geïnterviewd te worden. Zie bijlage 3 voor de uitwerking van de
interviews. De uitkomsten uit de interviews zijn verwerkt in tabellen (zie bijlage 4). De
resultaten uit de interviews met cliënten zijn gebruikt in hoofdstuk 1: probleemanalyse en in
hoofdstuk 5: resultaten uit de interviews.
3.4 Interviews naastbetrokkenen
In totaal zijn twee naastbetrokkenen geïnterviewd. Bij de andere naastbetrokkenen was er
geen toestemming van de cliënt (11), was de naastbetrokkene niet bereikbaar (2) of werd het
afgeraden door de verpleegkundigen (2). De interviews met naastbetrokkenen hebben
telefonisch plaatsgevonden. Zie bijlage 3 voor de verwerking van de interviews. De resultaten
uit de interviews zijn gebruik in de hoofdstuk 1: probleemanalyse en hoofdstuk 5.4: belangen
van de naastbetrokkenen.
3.5 Interviews verpleegkundige
In totaal zijn vijf van de twaalf verpleegkundigen geïnterviewd. De andere verpleegkundigen
waren niet aanwezig (5) of hadden geen tijd (2). De resultaten uit de interviews zijn gebruikt
in de hoofdstuk 1: probleemanalyse en hoofdstuk 5.5: belangen van de verpleegkundigen.
3.6 Familievertrouwenspersoon
Het projectduo heeft mailcontact gehad met de familievertrouwenspersoon van Mentrum.
Hiervoor is gekozen vanwege het kleine aantal geïnterviewde naastbetrokkenen. Aan de
familievertrouwenspersoon is gevraagd een algemeen beeld te geven van belangen die
naastbetrokkenen hebben. Deze verkregen informatie staat los van de afdeling, maar heeft
geholpen een algemeen beeld te geven over naastbetrokkenen. Deze informatie is gebruikt in
het hoofdstuk 5.4: belangen van de naastbetrokkenen.
16
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 4: Resultaten van het literatuuronderzoek
In hoofdstuk 4 worden de resultaten uit het literatuuronderzoek beschreven. De resultaten uit
de artikelen worden verder gebruikt in hoofdstuk 6: Conclusie en hoofdstuk 7:
Aanbevelingen.
4.1 Opbrengst van de literatuursearch
Pubmed
29 artikelen konden aan de hand van de in- en exclusiecriteria geïncludeerd worden. Van 13
artikelen kon geen volledige tekst verkregen worden. 15 artikelen bleken na verdere analyse
niet bruikbaar voor het verbeterplan omdat in deze studies iets anders werd onderzocht dan op
basis van het abstract werd verwacht. De overgebleven 7 artikelen zijn gebruikt in dit
verbeterplan.
Cochrane
9 artikelen konden aan de hand van de in- en exclusiecriteria geïncludeerd worden. Van alle 9
artikelen is de volledige tekst verkegen.
Cinahl
11 artikelen konden aan de hand van de in- en exclusiecriteria geïncludeerd worden. Van 6
artikelen kon geen volledige tekst verkregen worden. De overige vijf artikelen zijn gebruikt in
dit verbeterplan.
De resultaten uit deze artikelen worden gebruikt in hoofdstuk 5 en 7.
4.2 Psychiatrische ziektebeelden en de daarbij mogelijke problemen met betrekking tot
contact met naastbetrokkenen.
In hoofdstuk 4.2 worden mogelijke problemen met betrekking tot het contact met
naastbetrokkenen beschreven bij mensen met schizofrenie, bipolaire stoornis of borderline.
Schizofrenie
Schizofrenie is een aandoening waarbij sprake is van wanen, hallucinaties, onsamenhangende
spraak, ernstig chaotisch of katatoon gedrag of negatieve symptomen(7). Bij mensen met
schizofrenie kan sprake zijn van verminderde zelfzorg en moeite bij het uitvoeren van
belangrijke zaken als financiën en dagbesteding. Mensen met schizofrenie kunnen moeite
hebben met het opbouwen van een sociaal netwerk, en hebben daarom de steun van hun
naasten hard nodig. Naastbetrokkenen kunnen aan de ene kant veel betekenen tijdens opname
van de cliënt (zoals informatie geven aan hulpverleners, steun geven aan de cliënt en helpen
met het maken van belangrijke beslissingen). Aan de andere kant kan het geven van deze zorg
aan de cliënt een zware belasting betekenen(8).
Bipolaire stoornis
Een bipolaire stoornis is een stemmingsstoornis waarbij perioden van manie, depressie,
hypomanie of combinaties hiervan elkaar afwisselen. Tussen deze perioden kunnen perioden
17
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
zijn waarbij weinig/ geen symptomen aanwezig zijn. Als gevolg van een bipolaire stoornis
kunnen onder andere relationele problemen ontstaan door roekeloosheid en ontremming. De
cliënt denkt in een manie alles aan te kunnen, en heeft moeite situaties juist in te schatten. Als
gevolg hiervan kan schade toegebracht worden aan de naaste omgeving(7).
Borderline
Borderline is een stoornis waarbij instabiliteit in relaties, zelfbeeld en emoties in combinatie
met impulsiviteit op de voorgrond staan. De persoon probeert uit alle macht om te voorkomen
in de steek gelaten te worden. Stemming, emotie en gedrag kunnen snel wisselen en er kan
sprake zijn van zwart-witdenken. Verder kunnen woede-uitbarstingen en paranoïde ideeën
ontstaan. 10% van de cliënten met borderline pleegt suïcide(7), terwijl pogingen tot suïcide en
(dreigen tot) zelfverwonding vaker voorkomen(9). Naastbetrokkenen kunnen veel moeite
hebben met deze problemen en hiermee in mee getrokken worden, zeker als zij met iemand
met borderline samenwonen. Naastbetrokkenen staan dichtbij de cliënt, en kunnen veel
betekenen voor de cliënt, maar bij mensen met borderline kunnen de gevoelens over de
naastbetrokkenen juist ook omslaan naar negatieve gedachten waardoor naastbetrokkenen
vanuit de cliënt gezien (tijdelijk) niets goeds kunnen doen. Het leven met een persoon met
borderline is voor sommige naastbetrokkenen als een ‘emotionele achtbaan’(10). De relatie
tussen de persoon met borderline en zijn/ haar naastbetrokkenen kan daardoor erg onder druk
staan(11). Deze moeilijkheden in de relatie tussen cliënt en naastbetrokkenen kunnen ertoe
leiden dat zowel de cliënt als de naastbetrokkenen op een punt kunnen komen dat ze (tijdelijk)
geen contact met de ander willen hebben. Dit kan gebaseerd zijn op gevoelens als schuld,
boosheid, schaamte of overspannenheid(12).
4.3 Rol van naastbetrokkenen
Naastbetrokkenen vervullen verschillende rollen met betrekking tot ondersteunen van cliënten
die opgenomen zijn in een psychiatrische kliniek(13). Deze rollen worden in dit hoofdstuk
verder toegelicht.
Samenwerking
Een goede samenwerking tussen verpleegkundige, cliënt en naastbetrokkenen gedurende de
opname van de cliënt kan een positief effect hebben op het herstel van de cliënt(14). Volgens
cliënten (percentage onbekend) wordt hun kwaliteit van leven verhoogd als gedurende de
opname naastbetrokkenen betrokken worden(15).
Steun
Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat 80% van de 641 respondenten het (enigszins)
belangrijk vindt dat gedurende de opname hun naaste betrokken wordt(9). Dit onderzoek is
echter specifiek gericht op persoonlijkheidsstoornissen. Naastbetrokkenen kunnen een grote
steun vormen voor cliënten. Als een cliënt opgenomen is in een psychiatrische instelling, is
hij/zij weg uit zijn normale leefwereld. Dit kan zorgen voor gevoelens van eenzaamheid(13).
Dat familie er voor de cliënt is, zorgt bij cliënten voor een beter gevoel van eigenwaarde en
het gevoel erbij te horen. Cliënten ervaren een groter gevoel van stabiliteit en steun, als
18
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
naastbetrokkenen meer inzicht hebben in de ziekte en behoeften van de cliënt. Dit kan bereikt
worden door naastbetrokkenen te betrekken bij de opname(16).
Geven van informatie
Naastbetrokkenen kunnen gedurende de opname uitgebreide informatie geven over de cliënt
aangezien zij de cliënt al lang kennen. Zij kunnen daarom vaak goed aangeven hoe het met de
cliënt gaat, en kunnen zo een rol spelen bij het stellen van een diagnose (13,17). Gedurende de
opname kunnen naastbetrokkenen een goed beeld geven of de cliënt al terug is op het oude
functioneren(13). De familie kan na verlof een indruk geven aan de verpleegkundige hoe het
thuis is gegaan, en waar er nog aan gewerkt moet worden(17). Na ontslag zijn het vaak
familieleden die signaleren dat de cliënt een terugval heeft(13). Daarnaast is de familie soms in
staat om net die zorg te geven waardoor opname in een ziekenhuis (nog) niet nodig is(16).
Praktische steun
Naastbetrokkenen helpen vaak bij praktische zaken als het schoonhouden van de woning en
het verzorgen van huisdieren en regelen van financiële zaken(13,18).
4.4 Belangen van naastbetrokkenen
Naastbetrokkenen kunnen zich veel zorgen maken om de cliënt en kunnen vanuit dat oogpunt
behoefte aan informatie hebben. Met betrekking tot het goed kunnen ondersteunen van de
cliënt, hebben naastbetrokkenen behoefte aan informatie als grote veranderingen zoals ontslag
in zicht komen(19).
4.5 Evidence-based verpleegkundige interventies
In paragraaf 4.4 worden evidence verpleegkundige interventies om naastbetrokkenen te
betrekken gedurende de opname, toegelicht.
Algemene interventies
 Stel een luisterende en steunende houding op naar naastbetrokkenen. Zeker als de
cliënt geen toestemming geeft om informatie aan naastbetrokkenen te geven, is dit een
belangrijk punt omdat naastbetrokkenen het gevoel kunnen krijgen buitengesloten te
worden of de schuld te krijgen van de opname van de cliënt. Door middel van een kort
gesprekje met de naastbetrokkenen waarbij naar hun verhaal geluisterd wordt, ervaren
naastbetrokkenen een groter gevoel van steun(20).
 In het dossier van de cliënt staan de afspraken en beloop rondom het contact met de
familie duidelijk beschreven, de contactpersoon is bekend en de gegevens van de
contactpersoon staan beschreven(21).
Interventies als de cliënt geen toestemming geeft voor contact
 Met de cliënt praten over de reden dat hij/zij geen toestemming geeft voor contact(22).
 Niet-persoonsgebonden informatie geven aan naastbetrokkenen indien daar behoefte
aan is(20).
 Naastbetrokkenen motiveren om contact te zoeken met de cliënt door bijvoorbeeld een
kaartje te sturen(21).
19
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
 Naastbetrokkenen steunen door te luisteren en te spreken over hun ervaringen en
gevoelens(20).
Interventies bij opname
 Bespreek met de cliënt in hoeverre de naastbetrokkenen bij de opname betrokken
mogen worden. Dit moet volgens de wet BOPZ(6).
 Naastbetrokkenen kunnen veel informatie geven over de cliënt omdat zij de cliënt al
lang kennen. Vraag daarom naar de visie van de naastbetrokkenen op de situatie(13).
 Met naastbetrokkenen wordt besproken in hoeverre zij betrokken willen worden
gedurende de opname en maak hier afspraken over. Bespreek wat naastbetrokkenen
kunnen bieden en waar zij behoefte aan hebben. Stel voor beide partijen een
contactpersoon vast(21). Slechte afspraken en bereikbaarheid worden als
naastbetrokkenen ervaren als barrières in het contact met verpleegkundigen(16).
 Geef naastbetrokkenen informatie over de kliniek, de afdeling en de behandeling en
over de toestand van de cliënt mits de cliënt hier toestemming voor geeft.
Naastbetrokkenen kunnen erg bezorgd zijn en om die reden behoefte hebben aan
informatie(16).
 Naastbetrokkenen lopen in het dagelijks leven tegen onbegrip aan. Geef daarom
informatie over familieverenigingen, waar ze mogelijk steun en begrip kunnen
ervaren(13).
Interventies tijdens de opname
 Nodig naastbetrokkenen uit voor behandelplanbesprekingen en systeemgesprekken(21).
Naastbetrokkenen kunnen hierbij informatie geven aan de behandelaren over hoe het
met de cliënt gaat, en naastbetrokkenen kunnen daarnaast steun bieden aan de cliënt en
meehelpen met het maken van belangrijke beslissingen(20).
 Betrek naastbetrokkenen bij verlofbesprekingen. Dit is zeker van belang indien de
cliënt tijdens het verlof bij naastbetrokkenen verblijft of op hun zorg is aangewezen.
Bespreek met naastbetrokkenen het verlof voor, help ze eventueel voorbereidingen te
treffen en vraag na het verlof hoe het is verlopen(16).
Interventies bij de ontslagprocedure
 Betrek naastbetrokkenen bij het toewerken naar ontslag. Naastbetrokkenen kunnen een
goed beeld geven wat er nog nodig is om naar huis te kunnen (evt naar aanleiding van
verlof). Zeker als de cliënt na ontslag op zorg van naastbetrokkenen is aangewezen, is
het belangrijk om naastbetrokkenen te steunen om voorbereidingen te treffen. Een
sterk systeem rondom de cliënt kan ertoe bijdragen dat de cliënt minder snel
heropgenomen hoeft te worden(16).
Psycho-educatie
Psycho-educatie is het onderdeel van de behandeling waarbij cliënten en naastbetrokkenen
worden uitgelegd wat de ziekte die de cliënt heeft inhoudt en hoe er met de ziekte omgegaan
20
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
moet worden(10). Als er psycho-educatie wordt gegeven aan cliënten en naastbetrokkenen
heeft dit de volgende effecten:
 Het helpt de naastbetrokkenen de ziekte beter te begrijpen(10).
 De opname van de cliënt verkort gemiddeld van 78 dagen naar 39 dagen(13).
 Het leidt tot minder terugval en opnames(24) .
 Medicatietrouw wordt verbeterd(24).
Triadekaart
De triadekaart is gemaakt voor mensen met schizofrenie of psychose. De triadekaart heeft als
doel om naastbetrokkenen meer te betrekken bij de zorg. Het geeft voor de naastbetrokkenen
duidelijkheid wat ze kunnen doen voor de cliënt. De triadekaart is hulpmiddel dat cliënt,
familie en behandelaar met elkaar in contact brengt. Op de triadekaart staan taken beschreven
die de cliënt, familie of behandelaar kunnen aankruisen wat ze met elkaar willen bespreken.
Er is ruimte op de kaart waar afspraken geschreven kunnen worden. De triadekaart moet
gezien worden als een hulpmiddel om de taken te verdelen(24,21).
21
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 5: Resultaten uit de interviews
De informatie uit dit hoofdstuk is verkregen door middel van het voeren van interviews met
cliënten, naastbetrokkenen en verpleegkundigen van afdeling 4B. Zie hoofdstuk 3 voor de
verdere uitwerking van de methode.
5.1 Goede punten en verbeterpunten
Uit de interviews die het projectduo met cliënten, naastbetrokkenen en verpleegkundigen
heeft gevoerd over het naastbetrokkenenbeleid, is een aantal punten naar voren gekomen die
goed lopen:
 Alle 5 geïnterviewde cliënten, 2 naastbetrokkenen en 5 verpleegkundigen geven aan
dat de gastvrijheid in de kliniek Mentrum prima is.
 Er is in Mentrum en op afdeling 4B veel aandacht voor het onderwerp
naastbetrokkenen.
Daarnaast zijn er uit de interviews punten naar voren gekomen die verbeterd kunnen worden:
 Cliënten worden niet altijd op de hoogte gesteld als er contact is geweest tussen hun
naasten en de verpleegkundigen.
 Afspraken over contact worden niet altijd nagekomen door verpleegkundigen of
artsen.
 Naastbetrokkenen kunnen actiever betrokken worden gedurende de opname als zij zelf
geen contact opnemen.
 Afspraken zijn niet altijd duidelijk en worden niet volledig gerapporteerd in het
dossier van de cliënt.
 Het kennismakingsgesprek met naastbetrokkenen vindt niet altijd plaats.
5.2 Verwachte problemen met ziektebeelden m.b.t. naastbetrokkenen
In hoofdstuk 4.2 is beschreven wat er in de literatuur bekend is over problemen met
betrekking tot contact met naastbetrokkenen bij schizofrenie, bipolaire stoornis en borderline.
Ook in de interviews werden schizofrenie en bipolaire stoornis genoemd in relatie tot
problemen in het contact met naastbetrokkenen (zie tabel 1). In de interviews met
verpleegkundigen wordt verteld dat cliënten met schizofrenie heel achterdochtig kunnen zijn
naar hun naastbetrokkenen, en daarom geen contact toestaan tussen verpleegkundigen en
naastbetrokkenen. Een andere reden om contact te weigeren is omdat het de naastbetrokkenen
kwalijk genomen wordt als zij meegewerkt hebben aan de opname van de cliënt. Dit komt
ook voor bij cliënten met een bipolaire stoornis. Verder komt het voor dat naastbetrokkenen
van zowel cliënten met schizofrenie als cliënten met een bipolaire stoornis (tijdelijk) geen
contact meer willen met de cliënt als gevolg van bijvoorbeeld bedreigingen, of ander
vervelend gedrag van de cliënt en om deze reden tijdens opname van de cliënt wat afstand
nemen om zelf tot rust te komen.
22
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in contact met naastbetrokkenen?
1 Ja, met schizofrenie
1 20,0%
2 Ja, met bipolaire stoornis
1 20,0%
3 Niet besproken
3 60,0%
Cliënten
Tabel 1
5.3 Belangen van de cliënt
Cliënten van afdeling 4B hebben een aantal belangen genoemd met betrekking tot contact met
naastbetrokkenen:
- Algemeen: 60% van de vijf geïnterviewde cliënten geeft aan dat het prima is als
naastbetrokkenen bij de behandeling worden betrokken. 20% geeft aan dat de familie
alleen steun mag geven maar niet inhoudelijk betrokken mag worden, en 20% heeft
hier geen mening over. (Zie tabel 2).
Naastbetrokkenen
2. Wat vindt u er van dat uw naasten wel/niet betrokken worden bij de opname?
1 Prima als ze bij de behandeling worden betrokken
2 Nee, niet betrekken bij behandeling, behalve voor steun. Ouders bemoeien zich te veel met de behandeling
3 Dit maakt niet uit.
Verpleegkundigen
Cliënten
3
1
1
60,0%
20,0%
20,0%
Tabel 2


20% van de vijf geïnterviewde cliënten geeft aan dat informatie aan hun
naastbetrokkenen alleen gegeven mag worden als de cliënt daar toestemming voor
geeft. Het wordt als disrespectvol ervaren als de verpleegkundigen achter de rug en
tegen de toestemming van de cliënt in contact hebben met naastbetrokkenen. 40% van
de cliënten geeft aan dat de verpleegkundigen dit anders moeten doen. (Zie tabel 3 en
4).
Communicatie: Verpleegkundigen moeten afspraken maken met de cliënt en dit
nakomen. Ook moeten verpleegkundigen aan de cliënt terugkoppelen als er contact is
geweest met de naastbetrokkenen. (Zie tabellen 3 en 4).
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
4. Hoe moeten verpleegkundigen zich opstellen m.b.t. uw naasten?
1 Neutraal opstellen, geen informatie geven over cliënt zonder overleg
2 Niet besproken
3 Cliënt is tevreden
Cliënten
1
3
1
20,0%
60,0%
20,0%
Tabel 3
Naastbetrokkenen
1
2
3
4
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen?
Verpleging moet meer initiatief nemen om naastbetrokkenen te betrekken
Er hoeft niets veranderd te worden
Geen informatie geven aan naastbetrokkenen als cliënt dit niet weet
Cliënt gaat er van uit dat er wordt overlegd over het contact met naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
2
1
2
1
40,0%
20,0%
40,0%
20,0%
Tabel 4
 Vorm van contact: 80% van de vijf geïnterviewde cliënten geeft aan dat vooral het
krijgen van steun een belangrijk onderdeel is van het contact met naastbetrokkenen.
20% geeft aan dat betrokkenheid bij planning en voorbereiding van ontslag gewenst is
en dat het prettig is als een bekend persoon aanwezig is bij gesprekken met de arts,
23
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
zodat de naastbetrokkenen goed op de hoogte zijn en kunnen helpen met het nemen
van beslissingen. (Zie tabel 5).
Naastbetrokkenen
3. Op welke gebieden vindt u het belangrijk dat uw naasten wel/niet betrokken worden?
1 Steun
2 Verlof
3 Gesprekken met behandelaren
Verpleegkundigen
Cliënten
4
1
1
80,0%
20,0%
20,0%
Tabel 5
5.4 Belangen van naastbetrokkenen
Naastbetrokkenen hebben tijdens de interviews een aantal belangen genoemd met betrekking
tot de betrokkenheid bij de behandeling:
 Mate van betrokkenheid: De tevredenheid van naastbetrokkenen over de mate van
betrokkenheid bij de opname van de cliënt verschilt. 50% van de twee geïnterviewde
naastbetrokkenen gaf aan dat het contact genoeg was, maar dat dat voornamelijk door
initiatief van de naastbetrokkene zelf kwam. Verder was 50% van deze
naastbetrokkenen van mening dat tijdens de opname de betrokkenheid goed was,
alleen in het laatste deel niet. (Zie tabel 6).
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
2. Vindt u dat u als naastbetrokkene genoeg, te veel of te weinig betrokken wordt bij de behandeling?
1 Genoeg, maar door initiatief van naastbetrokkene zelf
1 50,0%
2 Genoeg; naastbetrokkene heeft geen behoefte aan intensieve betrokkenheid
1 50,0%
3 Genoeg, maar naar het einde van de behandeling toe te weinig
1 50,0%
Cliënten
Tabel 6
 Afspraken: 50% van de twee geïnterviewde naastbetrokkenen gaf aan dat het is dat
afspraken worden nagekomen. Ondanks een toezegging tot het opnemen van contact,
wordt dit niet altijd gedaan. (zie tabel 7).
Naastbetrokkenen
3. Hoe loopt naar uw mening het contact tussen u en de verpleegkundigen van de afdeling?
1
2
3
4
5
Bejegening is gastvrij
Ondanks een toezegging daartoe bellen de verpleegkundigen niet altijd terug
Er wordt niet altijd achter de naastbetrokkenen aangebeld, dit moet vaker gebeuren
Het onderwerp staat op de agenda van Arkin
Dit is per cliënt verschillend
2
1
0
0
0
100,0%
50,0%
0,0%
0,0%
0,0%
Verpleegkundigen
5
0
3
1
4
Cliënten
100,0%
0,0%
60,0%
20,0%
80,0%
Tabel 7
 Communicatie:
Naastbetrokkenen
geven
aan
dat
zij
vooral
bij
kennismakingsgesprekken (100% van de twee) en behandelplanbesprekingen (50%
van de twee) meer betrokken kunnen worden. (Zie tabel 8).
24
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen te betrekken bij de opname van de cliënt?
Informatie over de behandeling via telefonisch contact met verpleegkundige
2 100,0%
5 100,0%
4 80,0%
Systeemgesprekken
1 50,0%
2 40,0%
1 20,0%
Altijd bij behandelplanbesprekingen
1 50,0%
1 20,0%
0
0,0%
Bespreken van verlof
2 100,0%
1 20,0%
0
0,0%
Altijd bij kennismakingsgesprekken
0
0,0%
1 20,0%
0
0,0%
Psycho-educatie
0
0,0%
2 40,0%
0
0,0%
Overhandigen van de familie-informatiemap
0
0,0%
2 40,0%
0
0,0%
Soms bij behandelplanbesprekingen
0
0,0%
3 60,0%
0
0,0%
Soms bij kennismakingsgesprekken
0
0,0%
4 80,0%
1 20,0%
Naaste wordt niet betrokken bij de opname van de cliënt
0
0,0%
0
0,0%
0
0,0%
Tabel 8
 Uit mailcontact met de familievertrouwenspersoon bleek dat de meeste
naastbetrokkenen voornamelijk behoefte aan informatie en voorlichting hebben. Dit
gaat over diverse onderwerpen als bezoektijden, bezoek bij separatie, aanwezigheid bij
behandelplanbesprekingen en opnamegesprekken.
5.5 Belangen van verpleegkundigen
Vanuit de kliniek wordt ingezet op het verbeteren van het beleid rondom naastbetrokkenen.
Verpleegkundigen vinden het belangrijk dat de band tussen cliënt en naastbetrokkenen goed
is, omdat zij toch vaak degenen zijn op wie de cliënt weer terugvalt als het minder goed gaat.
 Tijd: 80% van de vijf geïnterviewde verpleegkundigen geeft aan dat er weinig tijd is
om zich bezig te houden met het familiebeleid, zeker in de dagdienst. Dit komt door
de lage bezetting op de afdeling. (Zie tabel 9).
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van verpleegkundige interventies?
1 Er is geen tijd voor
4 80,0%
2 De uitvoering ervan verwaterd na een tijdje
3 60,0%
3 Verpleegkundigen vinden het niet belangrijk
2 40,0%
Cliënten
Tabel 9
 Rapportage: 80% van de vijf geïnterviewde verpleegkundigen geeft aan behoefte te
hebben aan een duidelijkere en volledigere rapportage, zodat iedere verpleegkundige
goed op de hoogte is van het familiebeleid rondom de cliënt. (zie tabel 10).
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit voor u duidelijk?
1 Rapportage over naastbetrokkenen is onduidelijk
4 80,0%
2 Afspraken staan duidelijk omschreven in het dossier
1 20,0%
3 Niet alle verpleegkundigen snappen hoe ze moeten rapporteren over naastbetrokkenen
2 40,0%
Cliënten
Tabel 10
 Overzicht: 40% van de vijf geïnterviewde verpleegkundigen geeft aan behoefte
hebben aan een aftekenlijst waardoor duidelijk is wat er is gedaan. (zie tabel 11).
1
2
3
4
5
6
Naastbetrokkenen
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ondersteuning geven?
Persoonlijke map op papier om alles te rapporteren over de naastbetrokkenen
Aandacht over naastbetrokkenen vergroten
Psycho-educatie
Actief naar naastbetrokkenen bellen
Duidelijker rapporteren
Standaard een kennismakingsgesprek met naastbetrokkenen voeren
Verpleegkundigen
2
1
1
1
1
1
Cliënten
40,0%
20,0%
20,0%
20,0%
20,0%
20,0%
Tabel 11
25
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
5.6 Verpleegkundige interventies op 4B
In hoofdstuk 5.6 wordt beschreven welke verpleegkundige interventies op afdeling 4B
uitgevoerd worden om naastbetrokkenen te betrekken gedurende de opname van de cliënt.
Iedere cliënt op afdeling 4B krijgt bij opname een persoonlijk begeleider (pb’er) toegewezen
die de zorg coördineert rondom de cliënt. De persoonlijk begeleider is tevens contactpersoon
voor de naastbetrokkenen van de cliënt. Bij opname van een cliënt krijgen naastbetrokkenen
een informatiemap met algemene informatie over de kliniek, de afdeling en de behandeling.
Uit de interviews met verpleegkundigen, cliënten en naastbetrokkenen blijkt dat de beleving
over de mate van betrokkenheid bij de opname verschilt op een aantal punten. Dit kan
gedeeltelijk komen door toeval door het lage aantal geïnterviewden. Het kan ook betekenen
dat de beleving van de drie groepen verschilt. Verpleegkundigen lijken de mate van
betrokkenheid van naastbetrokkenen hoger in te schatten dan de naastbetrokkenen en de
cliënten dit doen. (Zie tabel 12).
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen te betrekken bij de opname van de cliënt?
Informatie over de behandeling via telefonisch contact met verpleegkundige
2 100,0%
5 100,0%
4
80,0%
Systeemgesprekken
1
50,0%
2
40,0%
1
20,0%
Altijd bij behandelplanbesprekingen
1
50,0%
1
20,0%
0
0,0%
Bespreken van verlof
2 100,0%
1
20,0%
0
0,0%
Altijd bij kennismakingsgesprekken
0
0,0%
1
20,0%
0
0,0%
Psycho-educatie
0
0,0%
2
40,0%
0
0,0%
Overhandigen van de familie-informatiemap
0
0,0%
2
40,0%
0
0,0%
Soms bij behandelplanbesprekingen
0
0,0%
3
60,0%
0
0,0%
Soms bij kennismakingsgesprekken
0
0,0%
4
80,0%
1
20,0%
Naaste wordt niet betrokken bij de opname van de cliënt
0
0,0%
0
0,0%
0
0,0%
Tabel 12
Uit de interviews met de verpleegkundigen en naastbetrokkenen komt naar voren dat 100%
van de twee geïnterviewde naastbetrokkenen en de vijf geïnterviewde verpleegkundigen de
bejegening van de verpleging als gastvrij ervaart. Ook wordt er flexibel met de bezoektijden
om gegaan indien nodig. Wat volgens 50% (één naastbetrokkene) beter kan, is het nakomen
van belafspraken. (Zie tabel 13).
Naastbetrokkenen
3. Hoe loopt naar uw mening het contact tussen u en de verpleegkundigen van de afdeling?
1
2
3
4
5
Bejegening is gastvrij
Ondanks een toezegging daartoe bellen de verpleegkundigen niet altijd terug
Er wordt niet altijd achter de naastbetrokkenen aangebeld, dit moet vaker gebeuren
Het onderwerp staat op de agenda van Arkin
Dit is per cliënt verschillend
2
1
0
0
0
100,0%
50,0%
0,0%
0,0%
0,0%
Verpleegkundigen
5
0
3
1
4
Cliënten
100,0%
0,0%
60,0%
20,0%
80,0%
Tabel 13
80% van de vijf geïnterviewde verpleegkundigen vertelde dat er niet-persoonsgebonden
informatie gegeven wordt aan naastbetrokkenen als een cliënt geen toestemming geeft voor
contact tussen cliënt en naastbetrokkenen. Soms wordt wel persoonsgebonden informatie
gegeven als de verpleegkundigen van mening zijn dat er ernstige nadelen voor de cliënt
optreden als ze dit niet doen. Verder wordt met de cliënt gesproken over de reden dat hij geen
contact wil en er wordt geprobeerd om het contact te herstellen. (Zie tabel 14).
26
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
1
2
3
4
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
4. Hoe wordt er op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te nemen met naastbetrokkenen?
Er wordt helemaal niks verteld
0
0,0%
Er wordt alleen niet-persoonsgebonden informatie verteld
4 80,0%
Er wordt wel eens persoongebonden informatie verteld, ligt aan de situatie en de cliënt
1 20,0%
Vpk vraagt aan de cliënt waarom er geen contact gezocht mag worden
4 80,0%
Tabel 14
5.7 Knelpunten en barrières bij implementatie
In hoofdstuk 5.7 wordt beschreven welke knelpunten en barrières eerder opgetreden zijn
gedurende het implementeren van nieuwe interventies op afdeling 4B. De informatie uit deze
paragraaf is verkregen uit interviews met vijf verpleegkundigen van afdeling 4B. In tabel 15 is
weergegeven welke knelpunten door de vijf geïnterviewde verpleegkundigen zijn ervaren.
In de interviews met verpleegkundigen is aangegeven dat de laatste jaren bij het
implementeren van nieuwe interventies bleek dat de interventie goed uitgevoerd wordt zolang
de aandacht op de interventie en het belang van de interventie duidelijk onder de aandacht
gebracht wordt. Zodra de aandacht erover verslapt, verslapt ook de uitvoering ervan. Dit
wordt aangegeven door 60% van de vijf geïnterviewde verpleegkundigen. De implementatie
van interventies lukt tijdelijk, maar stagneert op gegeven moment. Dit heeft tevens de maken
met de werkdruk. (Zie tabel 15).
Iedere cliënt heeft een persoonlijk begeleider die tevens contactpersoon is voor de
naastbetrokkenen van de cliënt. Het probleem hierbij is echter dat sommige verpleegkundigen
alleen overdag werken, terwijl de naastbetrokkenen juist in de avond komen. In deze gevallen
is het contact moeilijker te onderhouden. In het geval dat een persoonlijk begeleider tijdelijk
afwezig is, wordt het contact met naastbetrokkenen minder goed onderhouden en wordt ook
minder goed gerapporteerd.
Tevens lijkt er bij het implementeren een probleem te zijn met de motivatie van de
verpleegkundigen om de interventies ook echt uit te voeren. 40% van de vijf geïnterviewde
verpleegkundigen geeft aan dat het niet altijd belangrijk gevonden wordt en daarom niet
uitgevoerd wordt.
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van verpleegkundige interventies?
1 Er is geen tijd voor
4 80,0%
2 De uitvoering ervan verwaterd na een tijdje
3 60,0%
3 Verpleegkundigen vinden het niet belangrijk
2 40,0%
Cliënten
Tabel 15
27
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 6: Analyse en conclusie
In de conclusie zal een antwoord gegeven worden op de hoofdvraag van het afstudeerproject.
De hoofdvraag luidt: ‘Welke verpleegkundige interventies kunnen worden toegepast om
naastbetrokkenen meer te betrekken gedurende de opname van een psychiatrische cliënt op de
open opnameafdeling 4B van de psychiatrische kliniek Mentrum?’
Uit praktijkonderzoeken en het literatuuronderzoek kunnen een aantal conclusie getrokken
worden over het betrekken van naastbetrokkenen gedurende de opname van de cliënt op de
besloten afdeling 4B van Mentrum.
Uit de interviews en vakliteratuur blijkt dat de meeste problemen tussen cliënten en
naastbetrokkenen optreden bij bipolaire stoornis, borderline en schizofrenie. Bij deze
ziektebeelden is extra aandacht van de verpleegkundigen gewenst op het betrekken van
naastbetrokkenen gedurende de opname van de cliënt.
Uit de interviews is naar voren gekomen dat cliënten het belang stellen aan hun privacy en
autonomie. Daarnaast vinden cliënten het belangrijk om terugkoppeling te krijgen als er
contact is geweest tussen verpleegkundigen en naastbetrokkenen.
Naastbetrokkenen gaven in de interviews aan dat ze op de hoogte gesteld willen worden hoe
het met de cliënt gaat. Het is per naastbetrokkene verschillend of ze ook informatie willen
over de behandeling. Verder geven naastbetrokkenen aan dat ze het prettig vinden als er naar
ze geluisterd wordt, en dat ze de gelegenheid hebben om hun visie op de situatie te geven. De
mate waarin en de manier waarop naastbetrokkenen bij de behandeling betrokken willen
worden verschilt, het is belangrijk hier afspraken over te maken, en deze na te komen.
De verpleegkundigen zijn van mening dat ze niet genoeg tijd hebben om aandacht te besteden
aan het naastbetrokkenenbeleid. Dit speelt voornamelijk in de dagdienst. In de avonddienst is
er wat meer tijd, maar worden andere prioriteiten gesteld. Verder is in het team
onduidelijkheid over waar gerapporteerd moet worden, en is de rapportage niet altijd volledig.
Er is in het verpleegkundig team behoefte aan meer overzicht welke verpleegkundige
interventies uitgevoerd kunnen worden met betrekking tot het naastbetrokkenenbeleid.
Er worden op de afdeling al verschillende verpleegkundige interventies uitgevoerd. (Zie
hoofdstuk 5.6: interventies op afdeling 4B) Er is daarnaast nog ruimte voor verbetering op de
volgende punten:
- Kennismakingsgesprek
- Betrekken bij behandelplanbespreking, signaleringsplan, opname en ontslag
- Duidelijke afspraken maken met naastbetrokkenen en deze nakomen
- Afspraken en contactmomenten duidelijk en volledig rapporteren
28
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
-
Actief contact zoeken met naastbetrokkenen als zij zelf geen contact zoeken.
De projectgroep heeft aanbevelingen gedaan die gebaseerd zijn op bovenstaande conclusies.
Deze aanbevelingen worden uitgelegd in het volgende hoofdstuk. De aanbevelingen zijn
gebaseerd op wetenschappelijke literatuur (Zie hoofdstuk 1.3: wet- en regelgeving), op de
uitkomsten van de interviews (zie hoofdstuk 5: resultaten uit de interviews) en op de
probleemanalyse (zie hoofdstuk 1).
Antwoord op de hoofdvraag
De hoofdvraag is ‘Welke verpleegkundige interventies kunnen worden toegepast om
naastbetrokkenen meer te betrekken gedurende de opname van een psychiatrische cliënt op de
besloten opnameafdeling 4B van de psychiatrische kliniek Mentrum?’ Het antwoord hierop is
schematisch weergegeven in het stappenplan (zie hoofdstuk 7.1). De interventies die de
verpleegkundigen uit kunnen voeren om de naastbetrokkenen beter te betrekken bij de
behandeling staan hierin uitgeschreven. De aanbevelingen die het projectduo doet aan de
afdeling staan beschreven in hoofdstuk 7.
29
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoofdstuk 7 Aanbevelingen
Toelichting op de Aanbevelingen
De aanbevelingen zijn gebaseerd op bovenstaande conclusies. Verder wordt in het opstellen
van de aanbevelingen rekening gehouden met de wetgeving.
Aanbevelingen als de cliënt toestemming geeft voor contact met naastbetrokkenen
Aanbeveling 1
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om aan het begin van iedere opname een
kennismakingsgesprek te voeren met naastbetrokkenen van de cliënt. In dit
kennismakingsgesprek dienen minimaal de volgende punten besproken te worden:
o
Nagaan of diegene contactpersoon wil zijn
o
Afspraken maken over de manier en mate van contact met naastbetrokkenen
o
Informatie geven over de afdeling
o
Informatiemap geven (indien de naastbetrokkenen op de afdeling zijn)
o
Informatie geven over familievertrouwenspersoon en klachtencommissie(16).
Onderbouwing: Duidelijke afspraken maken met naastbetrokkenen is een belangrijk punt van
aandacht dat naastbetrokkenen hebben aangegeven. Ook verpleegkundigen hebben in de
interviews aangegeven dat het niet altijd duidelijk is wat de afspraken zijn rondom het contact
met naastbetrokkenen. Verder hebben naastbetrokkenen aangegeven dat ze voornamelijk
behoefte hebben aan informatie en duidelijkheid. Door bovenstaande interventies uit te
voeren, kan tegemoet gekomen worden aan de belangen van de naastbetrokkenen en wordt
het voor verpleegkundigen duidelijker op welke mate en manier cliënten en hun
naastbetrokkenen willen dat de naastbetrokkenen bij de behandeling betrokken worden.
Aanbeveling 2
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om tijdens iedere opname een systeemgesprek
te plannen en te voeren(20).
Onderbouwing: Juist in een systeemgesprek kan veel aandacht besteedt worden aan
problemen die spelen in de naaste omgeving van de cliënt, en kan naar mogelijke oplossingen
gezocht worden om deze problemen aan te pakken. Ook is een systeemgesprek heel geschikt
om te bespreken welke knelpunten nog spelen en wat er nog verbeterd moet worden voor de
cliënt naar huis kan. Voor zowel de cliënt als de naastbetrokkenen kan het op een veilig plek
bespreken van eventuele problemen, prettig zijn en opluchting geven. Voor de
verpleegkundigen kan een systeemgesprek veel informatie opleveren, waar tijdens de rest van
de behandeling aandacht aan kan worden besteedt.
Aanbeveling 3
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om tijdens iedere behandelplanbespreking de
naastbetrokkenen uit te nodigen(21).
30
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Onderbouwing: In een behandelplanbespreking wordt besproken hoe de behandeling vordert,
en wat het doel van de komende tijd is. Naastbetrokkenen van cliënten hebben vaak een goed
beeld van hoe het met de cliënt gaat, en kunnen tijdens de behandelplanbespreking een indruk
geven waar knelpunten en mogelijkheid tot verbetering ligt. Cliënten geven aan dat het bij
belangrijke gesprekken ook prettig kan zijn om een bekend en vertrouwd gezicht te zien die
de cliënt kan steunen en kan helpen belangrijke beslissingen te nemen.
Aanbeveling 4
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om de naastbetrokkenen te betrekken bij het
bespreken, het voorbereiden en het nabespreken van verlofmomenten. Dit dient in ieder geval
te gebeuren als de naastbetrokkenen betrokken zijn bij het verlof(21).
Onderbouwing: Deze interventie moet in ieder geval uitgevoerd worden als de cliënt tijdens
het verlof of na ontslag bij naastbetrokkenen verblijft. Door het nabespreken van het verlof
met naastbetrokkenen, kunnen de verpleegkundigen een helder beeld verkrijgen hoe het gaat
met de cliënt en hoe het thuis gaat.
Aanbeveling 5
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om psycho-educatie te organiseren voor
naastbetrokkenen als zij hier behoefte voor hebben(23,24).
Onderbouwing: Zowel naastbetrokkenen als cliënten geven aan dat de naastbetrokkenen soms
niet begrijpen wat er met de cliënt aan de hand is, en dat de behoefte tot informatie hierover
bestaat. Voornamelijk informatie over de ziekte en hoe de familieleden het beste wel/ niet om
kunnen gaan met gedrag van de cliënt, is een aandachtspunt waar naastbetrokkenen graag
informatie over willen hebben. Verder geldt dat eventuele heropnames voorkomen of
uitgesteld kunnen worden als de naastbetrokkenen adequaat om kunnen gaan met de cliënt, en
hem/ haar kunnen ondersteunen en stimuleren tot bijvoorbeeld medicatie inname.
Aanbeveling 6
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om de naastbetrokkenen te betrekken bij het
ontslagtraject(21).
Onderbouwing: Naastbetrokkenen kennen de cliënt vaak heel goed. Door naastbetrokkenen te
betrekken bij het ontslagtraject kan belangrijke informatie verkregen worden over welke
knelpunten (nog) bestaan ten aanzien van de cliënt en of de cliënt al klaar is om weer naar
huis te gaan. Ook geven naastbetrokkenen aan dat het prettig is om betrokken te worden bij
het ontslagtraject omdat ze zich dan gezamenlijk voor kunnen bereiden op het ontslag van de
cliënt, wat een gevoel van steun geeft. Dit is zeker van belang als de naastbetrokkenen zorgen
voor de cliënt na ontslag, of als de cliënt bij naastbetrokkenen woont.
Aanbevelingen als de cliënt geen toestemming geeft voor contact met naastbetrokkenen.
Aanbeveling 7
31
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om cliënten te motiveren om toestemming te
geven voor contact met naastbetrokkenen(21)
Onderbouwing: Als de verpleegkundigen geen toestemming hebben van de cliënt om contact
op te nemen met naastbetrokkenen mogen ze dit ook niet doen. Het is mogelijk dat de cliënt
niet wil dat er contact wordt opgenomen met naastbetrokkenen omdat het op dat moment niet
goed met hem gaat. Als de verpleegkundige vaker aan de cliënt vraagt of er al contact met de
naastbetrokkenen opgenomen mag worden is er kans dat de cliënt het op een ander moment
wel goed vind omdat hij of zij zich dan beter voelt of van gedachten is veranderd. Het is dus
van belang dat verpleegkundigen dit meerdere malen vragen en de cliënt blijft motiveren tot
toestemming voor contact. Als er toestemming is voor contact kunnen de verpleegkundigen
contact opnemen met de naastbetrokkenen om de naastbetrokkenen te betrekken bij de
behandeling. Er wordt dan wel met de cliënt besproken in hoeverre de verpleegkundige de
naastbetrokkenen mogen betrekken. De cliënten kunnen gemotiveerd worden met de techniek
van motivational interviewing(24).
Aanbeveling 8
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om de reden uit te vragen waarom de cliënt
geen contact toestaat, en hierop actie te ondernemen(22).
Onderbouwing: Als de verpleegkundige de reden weet waardoor het komt dat de cliënt geen
contact toestaat kan de verpleegkundige de reden die de cliënt geeft indien mogelijk oplossen.
Als dit is gedaan is er meer kans dat de cliënt wel toestemming geeft tot contact en dan
kunnen de naastbetrokkenen betrokken worden bij de behandeling.
Aanbeveling 9
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om de naastbetrokkenen nietpersoonsgebonden informatie te verstrekken (20).
Onderbouwing: Als een cliënt geen toestemming geeft tot contact mag er wel nietpersoonsgebonden informatie worden gegeven. Dit houdt in dat er wel informatie gegeven
mag worden over de instelling waar de cliënt verblijft en de algemene behandeling die de
instelling aanbied. Als dit gedaan wordt aan naastbetrokkenen voelen naastbetrokkenen zich
meer gesteund.
Aanbeveling 10
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om een luisterende en steunende houding te
hebben tegenover de naastbetrokkenen(20).
Onderbouwing: Als de cliënt geen toestemming geeft tot contact, mogen de verpleegkundigen
wel een luisterend oor bieden aan de naastbetrokkenen van de cliënt. Het kan zijn dat
naastbetrokkenen het erg moeilijk hebben dat hun familielid is opgenomen, en geen contact
32
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
met hem wil. Als er dan steun wordt gegeven door te luisteren naar de naastbetrokkenen is dit
prettig voor de naastbetrokkenen.
Algemene aanbevelingen
Aanbeveling 11
De projectgroep adviseert de afdeling om extra aandacht aan het contact met
naastbetrokkenen te besteden als een cliënt met bipolaire stoornis, borderline of schizofrenie
wordt opgenomen(8,11,25).
Onderbouwing: Op de afdeling zijn cliënten opgenomen met verschillende stoornissen.
Cliënten met een bipolaire stoornis, borderline of schizofrenie hebben soms problemen
veroorzaakt in het contact met naastbetrokkenen. Dit zijn stoornissen waarbij er veel gevraagd
wordt van naastbetrokkenen als een familielid één van deze stoornissen heeft. Dit wordt als
erg zwaar ervaren door de naastbetrokkenen. Als er cliënten zijn op de afdeling met één van
deze stoornissen moet er op bedacht zijn dat de naastbetrokkenen al veel hebben mee gemaakt
met de cliënten, en dat de relatie tussen naastbetrokkenen en cliënten vaak moeizaam
verloopt.
Aanbeveling 13
De projectgroep adviseert de verpleegkundigen om het stappenplan op een overzichtelijke
plaats op te hangen in het kantoor.
Onderbouwing: Door het stappenplan op een overzichtelijke plaats te hangen, kan er
gemakkelijk gebruik van gemaakt worden. Het biedt verpleegkundigen overzicht op welke
manier zij naastbetrokkenen bij de behandeling kunnen betrekken gedurende verschillende
fasen in de behandeling, en wanneer de cliënt wel of geen toestemming geeft voor contact met
naastbetrokkenen. Door het ophangen van het stappenplan op een plaats waar het opvalt,
vergroot het verder de aandacht voor het naastbetrokkenenbeleid.
Aanbeveling 15
Het projectduo adviseert de verpleegkundige om de afspraken die met naastbetrokkenen
gemaakt worden duidelijk en volledig te rapporteren in psychis(26).
Onderbouwing: Het verpleegkundig team heeft aangegeven dat de afspraken die met
naastbetrokkenen gemaakt worden vaak niet worden gerapporteerd. Hierdoor vergeten
verpleegkundige soms afspraken of zijn ze niet op de hoogte van afspraken. Als dit duidelijk
gerapporteerd wordt op een duidelijke plek in psychis kunnen de verpleegkundige de
afspraken makkelijk vinden en teruglezen.
33
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Algemene aanbevelingen:
- Steunende en luisterende houding tegenover
naastbetrokkenen
- Extra aandacht geven mbt naastbetrokkenen bij
bipolaire, bordeline en schizofrene stoornis
- Afspraken duidelijk en volledig rapporteren
7.1 Stappenplan
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
34
Hoofdstuk 8: Discussie
De projectgroep heeft semi-gestructureerde interviews afgenomen met cliënten,
naastbetrokkenen en verpleegkundigen van afdeling 4B. Twee van de achttien
naastbetrokkenen zijn geïnterviewd, vijf van de twaalf verpleegkundigen en vijf van de
negentien cliënten. Deze aantallen zijn niet groot, en dit betekent dat de resultaten die de
projectgroep gebruikt heeft voor het verbeterplan, mogelijk niet valide of betrouwbaar zijn.
Om echt valide en betrouwbare uitkomsten te verkrijgen, adviseert de projectgroep om
schriftelijke enquêtes onder cliënten, naastbetrokkenen en verpleegkundigen af te nemen. In
deze enquêtes kan gerichter vragen gesteld worden over de wijze waarop naastbetrokkenen bij
de behandeling van de cliënt betrokken worden. De uitkomsten van de interviews die de
projectgroep afgenomen heeft, kunnen gebruikt worden om de enquêtevragen op te stellen.
De projectgroep heeft tevens gemerkt tijdens het afnemen van de interviews, dat het lastig is
om vragen zo te stellen dat ook antwoord gegeven wordt op die vraag. Verder waren de
gesprekken met de cliënten vaak lastig te structureren in verband met het ziektebeeld van de
cliënt. De gesprekken zijn niet opgenomen, maar tijdens het interview genotuleerd. Dit kan tot
gevolg hebben dat er interpretatiefouten zijn gemaakt, omdat de gesprekken niet uitgebreid
geanalyseerd konden worden. Echter denkt het projectduo dat er zonder opname een meer
ontspannen sfeer was, en dat hierdoor mogelijk eerlijkere antwoorden gegeven zijn.
35
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Literatuurlijst
1. Morée M, Lier W. Familiebeleid in de GGZ: Van moeilijkheden naar mogelijkheden.
Utrecht: NIZW Zorg/EIZ;2006.
2. Erp van N, Place C, Michon H. Familie in de langdurige GGZ deel 1: Interventies.
Trimbos-insituut:Utrecht;2009.
3. Bovenkamp H, Trappenburg M. Niet alleen de patiënt centraal: Over familieleden in
de geestelijke gezondheidszorg. Instituut Beleid en Management Gezondheidszorg,
Erasmus MC Universitair Medisch Centrum Rotterdam;2008.
4. Directies WGZ en HIZ. Richtlijn naastbetrokkenen, cliënten & hulpverleners.
Mentrum & Inforsa. 2013.
5. Overheid. Wet-en regelgeving. Burgerlijk Wetboek 7. 2012.
http://wetten.overheid.nl/BWBR0005290/volledig/geldigheidsdatum_20-092012#Boek7_Titel7_Afdeling5 (geraadpleegd op 01-04-2013)
6. Overheid. Wet-en regelgeving. Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische
ziekenhuizen. 2013.
http://wetten.overheid.nl/BWBR0005700/volledig/geldigheidsdatum_10-042013#HoofdstukI (geraadpleegd op 01-04-2013)
7. Hengeveld MW, Balkom van AJLM. Leerboek psychiatrie. Tweede, geheel herziene
druk. De tijdstroom:Utrecht;2009.
8. Spijker J, Bockting CLH, Meeuwissen JAC, Vliet IM van, Emmelkamp PMG,
Hermens MLM, Balkom ALJM van. Multidisciplinaire richtlijn Depressie (Tweede
revisie). Richtlijn voor de diagnostiek, behandeling en begeleiding van volwassen
patiënten met een depressieve stoornis. Trimbos-insituut:Utrecht;2012.
9. Trijsburg W, Kruis, E, Wijne I, Nass E, Rochol D. Onderzoek naar het cliëntenoordeel
over de diagnostiek en behandeling van persoonlijkheidsstoornissen ten behoeve van
de Multidisciplinaire Richtlijn Persoonlijkheidsstoornissen (Rapport). Utrecht;2008.
10. Ypsilon. Psycho-educatie voor familieleden. 2013
http://www.ypsilon.org/?page=5652442 (geraadpleegd op 02-05-2013)
11. GGZ centraal. Adviezen berokkenen/familie.
http://www.ggzcentraal.nl/ziektebeelden/borderline/adviezen-betrokkenen-familie
(geraadpleegd op 02/0602013)
36
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
12. Trimbos-instituut. Symptomen borderline. 2010.
http://www.trimbos.nl/onderwerpen/psychische-gezondheid/borderlinepersoonlijkheidsstoornis/symptomen (Geraadpleegd op 02-06-2013).
13. Perreault M, Paquin G, Kennedy S. Patients’ perspective on their relatives’
involvement in treatment during a short-term psychiatric hospitalization. Social
Psychiatry and Psychiatric Epidemiology 1999;34:157–165.
14. Marshall AJ, Bell JM, Moules JM. Beliefs, suffering and healing: a clinical practice
model for families experiencing mental illness. Perspectives in Psychiatric Care
2010;46(3):197–208.
15. Pitkänen A, Hätönen H, Kuosmanen L, Välimäki M. Patients' descriptions of nursing
interventions supporting quality of life in acute psychiatric wards: a qualitative study.
Int J Nurs Stud. 2008;45(11):1598-606.
16. Lakeman R. Family and carer participation in mental health care: perspectives of
consumers and carers in hospital and home care settings. J Psychiatr Ment Health Nurs
2008;15(3):203-11.
17. Mueser KT, Webb C, Pfeiffer M. Family burden of schizophrenia and bipolar
disorder. Perceptions of relatives and professionals. Psychiatric Services
1996;47:507–11.
18. Cleary M, Hunt GE, Walter G, Freeman A. The patient's view of need and caregiving
consequences: a cross-sectional study of inpatients with severe mental illness. J
Psychiatr Ment Health Nurs 2006;13(5):506-14.
19. MacFarlane MM. Family Treatment of Personality Disorders. Advances in clinical
practice. Haworth Clinical Practice Press;2004.
20. Sveinbjarnardottir EK, Svavarsdottir EK, Wright LM. What are the benefits of a short
therapeutic conversation intervention with acute psychiatric patients and their
families? A controlled before and after study. Int J Nurs Stud 2012.
21. Blauwbroek H. Kaasgaren M. Mannak M, Ponti K, Verhoef G, Zee van der H.
Betrokken omgeving. Modelregeling relatie GGZ-instellingen-naastbetrokkenen.
Utrecht;2004.
22. McCloskey JC, Bulechek GM. Verpleegkundige interventies. Tweede druk. Elsevier
Gezondheidszorg:Maarssen;2006.
23. Bauml J. Frobose T.Kraemer S. Rentrop M, Pischel-walz G. Psychoeducation: a basic
psychotherapeutic intervention for cliënts with schizophrenia and their families
2006;23:1-9
24. Miller W, Rollnick S. Motiverende gespreksvoering. Een methode om mensen voor te
bereiden op verandering. Tijdschrift voor psychiatrie 2006;48:973-974.
37
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
25. Familievan.nl. Ouder dan 24 jaar. Borderlinestoornis.
http://www.familievan.nl/volwassenen/253/349/P409 (geraadpleegd op 02-06-2013).
26. Pinkroccade healthcare. Optimale zorgondersteuning met ECD.
http://www.pinkroccade-healthcare.nl/oplossingen/psygis-quarant/ (geraadpleegd op
02-06-2013)
38
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Bijlage 1: Begrippenlijst
Bipolaire stoornis
Een ziekte waarbij manie en depressie elkaar afwisselen.1
Curator
Iemand die het geld beheerd van een cliënt die onder curatele is
gesteld.2
Depressieve stoornis
Een ziekte waar mensen een depressieve stemming en verlies van
interesse of plezier hebben.1
Electronisch cliënten Een digitale zorgregistratie waar gegevens van cliënten terug te
dossier (ECD)
vinden zijn en gerapporteerd wordt over cliënten.
Evindence-based
literatuur
Bewijs gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek.
Inbewaringstelling
(IBS)
Een IBS is een noodmaatregel die cliënten krijgen als ze een gevaar
zijn voor zichzelf of voor anderen. Een IBS wordt door de
burgemeester afgegeven. Door middel van een IBS te geven kan
iemand gedwongen worden opgenomen. Een IBS kan worden
omgezet in een rechterlijk machtiging.3 (zie Rechterlijke machtiging).
Manische stoornis
Een periode waarin iemand zijn stemming abnormaal is met een
voortdurende verhoogde of prikkelbare stemming met expansief
gedrag. Dit moet ten minste één week aanhouden.1
Mantelzorger
Een persoon die langdurig onbetaald zorg verlenen aan een familielid,
kennis of vriend.4
Mentrum
Een organisatie waar mensen behandeld worden met langdurige
ernstige problemen op het gebied van psychiatrie en/of verslaving. De
organisatie werkt vanuit twintig locaties.5
Naastbetrokkenen
Alle familieleden, vrienden en kennissen die in contact staan met de
cliënt. In dit project bedoelen we de naastbetrokkenen die het dichtst
bij de cliënt staan.
Naastbetrokkenenconsulent
Een verpleegkundige op de afdeling die het proces rondom
naastbetrokkenen coördineert. Iedere afdeling van kliniek Mentrum
heeft een naastbetrokkenenconsulent.
Psycho-educatie
Het geven van informatie en voorlichting over een psychische
aandoening. Psycho-educatie wordt gegeven aan cliënten en
naastbetrokkenen. Cliënten en naastbetrokkenen krijgen informatie
hoe ze om moeten gaan met de psychische aandoening, wat de
39
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
aandoening inhoud en wat voor problemen er te verwachten zijn. Ook
wordt er uitleg gegeven over medicatie, bijwerkingen en
behandeling.6
Psychose
Een persoon die een psychose doormaakt kan last hebben van
stemmen horen, hallucinaties, wanen, chaotisch gedrag of
onsamenhangend praten.7
Psygis
Het systeem waarin gerapporteerd wordt door de verpleegkundigen
van Mentrum. Hierin wordt gerapporteerd over de cliënt. In psychis
wordt beschreven wat de diagnose is van de cliënt, de verpleeg-en
zorgplannen en het beloop op de afdeling.
Rechterlijke
machtiging (RM)
Dit wordt gegeven aan een cliënt als de cliënt gedwongen opgenomen
moet worden. De rechterlijke machtiging wordt gegeven door de
rechter. Er zijn verschillende soorten rechtelijke machtigingen: de
voorlopige machtiging (VM) en de machtiging tot voortgezet verblijf
(MVV). Een cliënt kan op drie manieren een RM krijgen:
1. Door iemands psychiatrische toestand vinden mensen uit de
omgeving van de cliënt dat iemand een gevaar voor zichzelf is
of voor anderen.
2. Een cliënt kan een RM krijgen als hij al is opgenomen of na
een IBS.
3. Op eigen verzoek van de cliënt.8
Schizofrenie
Een ziekte waarbij mensen last hebben van positieve symptomen
(wanen, hallucinaties, onsamenhangende spraak, ernstig chaotisch of
katatoon gedrag), en negatieve symptomen (verwaarlozing,
verminderde zelfzorg, affectieve afvlakking, spraakarmoede en
vermindering van functioneren).1
Sociale netwerk
Alle familie, vrienden en kennissen die in contact staan met de cliënt.
Wilsonbekwaam
Iemand is wilsonbekwaam als hij of zij niet in staat is zelfstandige
belangrijke beslissingen te nemen. Dit houdt in dat iemand niet
zelfstandig informatie kan afwegen of begrijpen, niet begrijpt wat de
gevolgen zijn van zijn besluit en/of zelf geen besluiten kan nemen.9
40
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Literatuurlijst bijlage 1
1. Hengeveld MW, Balkom van AJLM. Leerboek psychiatrie. Tweede, geheel herziene
druk. De tijdstroom:Utrecht;2009.
2. Rijksoverheid. Informatiepunt dwang in de zorg. Curator. 2010.
http://www.dwangindezorg.nl/begrippenlijst/curator) (geraadpleegd 14 mei 2013)
3. Rijksoverheid. Informatiepunt dwang in de zorg. Inbewaringstelling. 2010
http://www.dwangindezorg.nl/begrippenlijst/ibs (geraadpleegd 14 mei 2013)
4. Mezzo, Landelijke vereniging voor Mantelzorgers en Vrijwilligerszorg. De definitie
van mantelzorg. http://www.mezzo.nl/definitie_mantelzorg (geraadpleegd op 27 mei
2013)
5. Mentrum. Over Mentrum. http://www.mentrum.nl/service-menu-top/Over-mentrum
(geraadpleegd op 14 mei 2013)
6. GGZ-Noord-Holland-Noord. Psycho-educatie. http://www.ggznhn.nl/nl/Behandelingen/Behandelingen-Psycho-educatie.html (geraadpleegd op 14
mei 2013)
7. Trimbos instituut. Schizofrenie. 2011.
http://www.trimbos.nl/onderwerpen/psychische-gezondheid/schizofrenie
(geraadpleegd op 31 mei 2013)
8. Rijksoverheid. Informatiepunt dwang in de zorg. Wat is een rechterlijke machtiging
(rm)? 2012. http://www.dwangindezorg.nl/procedures/gedwongenopname/rechterlijke-machtiging-1/copy_of_rechterlijke-machtiging (geraadpleegd op
31 mei 2013).
9. Rijksoverheid. Informatiepunt dwang in de zorg. Wilsonbekwaam. 2010.
http://www.dwangindezorg.nl/begrippenlijst/wilsonbekwaam (geraadpleegd op 31 mei
2013).
41
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Bijlage 2: Zoekstrategieën
Zoekstrategie Pubmed
Zoekstrategie Cinahl
42
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Zoekstrategie Cochrane
43
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Bijlage 3: Interviews
Totaal aantal naastbetrokkenen: 18
Aantal naastbetrokkenen geïnterviewd: 2
Aantal naastbetrokkenen niet geïnterviewd: 16
2 (afraden door verpleegkundige)
6 (geen toestemming cliënt)
1 (familie in het buitenland)
5 (cliënten niet aanwezig om toestemming te
geven)
2 (cliënt te kort opgenomen)
Interview 1 naastbetrokkenen
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens:
Relatie met opgenomen naaste: Moeder
Land van herkomst: Nederland
Diagnose van cliënt: Bipolaire stoornis
Aantal eerdere opnames: meerdere
Duur huidige opname: Sinds vlak voor kerst, vandaag met ontslag gegaan
Interview:
1. Op welke manieren wordt u gedurende deze opname bij de behandeling van uw naaste
betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling van uw naaste? (opname,
behandelplan, verlof, ontslag, systeemgesprekken)
- Krijgt u genoeg voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie,
familieavonden, algemene informatie over afdeling en instelling)
- Heeft u psycho-educatie gekregen? (van verpleegkundige of arts)
Mw. woont vrij ver weg, maar is 1 keer bij BHP en systeemgesprek geweest.
Heeft mw. genoeg informatie gehad? In beginperiode kreeg ze informatie, nu niet meer de
laatste tijd.
Mw. is zelf ook wel gebeld door de arts zelf, maar mw. maakte zich veel zorgen, en belde
daarom zelf veel. Laatste maand is dat niet gebeurd, en hoorde mw. ook vanuit Mentrum
weinig.
44
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Geen info over klachtencommissie en familievertrouwenspersoon, maar in verleden wel.
Psycho-educatie door zelf zoeken en vragen aan artsen en verpleegkundigen.
2. Vind u dat u als naastbetrokkene genoeg, te veel of te weinig betrokken wordt bij de
behandeling?
In het geval te veel of te weinig: waar ligt dat aan? Wat zou er moeten veranderen?
Welk cijfer geeft u in het algemeen aan de wijze waarop u bij de behandeling van uw naaste
wordt betrokken van 1 tot 10. (1 = zeer slecht, 10 = uitstekend)
Hoe belangrijk is het dat de onderwerpen die genoemd worden, verbeterd worden? ( 1= zeer
slecht, 10 = uitstekend)
Betrokken bij de behandeling door zelf heel veel te bellen met de artsen. Het contact kwam
vandaan bij mw., niet bij artsen of verpleegkundigen. Contact met arts ging wel goed toen het
slecht ging met cliënt.
Mw. vind dat het wel aan de familie ligt om te bellen als ze wat willen weten, en dat ze
daarom genoeg betrokken is geweest bij de behandeling.
4. Hoe loopt naar uw mening het contact tussen u en de verpleegkundigen van de afdeling, en
welk cijfer van 1 tot 10 geeft u daaraan? (1= zeer slecht, 10 = uitstekend)
- Bereikbaarheid
- Verhaal kunnen doen
- Bejegening
- Gastvrijheid
Het contact met verpleegkundigen in Mentrum is prettig. Mw. werd door de
verpleegkundigen altijd vriendelijk en correct te woord gestaan. De bejegening is goed.
5. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Mw. heeft geen verbeterpunten, omdat ze zelf zoveel gebeld. Mw. werd wel gebeld als er iets
aan de hand was.
Mw. had het wel netjes gevonden als de arts mw. op de hoogte had gesteld van het ontslag, en
als de arts met haar overlegd had over hoe na ontslag verder te gaan.
Afsluiting
- Bedanken voor de medewerking
45
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview 2 naastbetrokkenen
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens:
Relatie met opgenomen naaste: Vriend
Land van herkomst: Nederland
Diagnose van cliënt: psychotisch
Interview:
1. Op welke manieren wordt u gedurende deze opname bij de behandeling van uw naaste
betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling van uw naaste? (opname,
behandelplan, verlof, ontslag, systeemgesprekken)
- Krijgt u genoeg voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie,
familieavonden, algemene informatie over afdeling en instelling)
- Heeft u psycho-educatie gekregen? (van verpleegkundige of arts)
Dhr. Wil niet betrokken worden tijdens de behandeling. Hij is wel contact persoon van de
cliënt. Dhr. belt de cliënt en de cliënt komt bij dhr. op bezoek.
2. Vind u dat u als naastbetrokkene genoeg, te veel of te weinig betrokken wordt bij de
behandeling?
In het geval te veel of te weinig: waar ligt dat aan? Wat zou er moeten veranderen?
Dit vind dhr. wel oké. Hij heeft aangegeven dat hij niet bij de inhoudelijke behandeling
betrokken wil worden, en dit wordt wel gerespecteerd. Hij vind echter wel dat hij vaak gebeld
wordt.
3. Welk cijfer geeft u in het algemeen aan de wijze waarop u bij de behandeling van uw
naaste wordt betrokken van 1 tot 10. (1 = zeer slecht, 10 = uitstekend)
Hoe belangrijk is het dat de onderwerpen die genoemd worden, verbeterd worden? ( 1= zeer
slecht, 10 = uitstekend)
Dhr. vind dat hij genoeg wordt betrokken bij de behandeling.
4. Hoe loopt naar uw mening het contact tussen u en de verpleegkundigen van de afdeling, en
welk cijfer van 1 tot 10 geeft u daaraan? (1= zeer slecht, 10 = uitstekend)
- Bereikbaarheid
- Verhaal kunnen doen
- Bejegening
- Gastvrijheid
46
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Dhr. vind het vervelend dat verpleging zich niet altijd aan de afspraken houden. Hij wordt
soms niet gebeld terwijl de verpleging dat dan wel had afgesproken. Dit vind dhr. vervelend.
Dhr. vind het ook vervelend dat de verpleging niet eerst vraag of ze gelegen bellen. Hij wordt
vaak doorgeschakeld aan de cliënt terwijl hij daar dan geen tijd voor heeft.
5.Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Afsluiting
- Bedanken voor de medewerking
47
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Totaal aantal verpleegkundigen: 12
Aantal verpleegkundigen geïnterviewd: 5
Aantal verpleegkundigen niet geïnterviewd: 2 (geen tijd)
5 (niet aanwezig tijdens interviews)
Interview 1 verpleegkundigen
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
- Functie en opleidingsachtergrond: Verpleegkundige. Werkt 5 jaar op deze afdeling,
heeft hiervoor 9 jaar ambulant gewerkt en veel te maken gehad met gezinnen.
Interview
1. Hoe verloopt het contact met naastbetrokkenen op de afdeling?
- Wat verloopt er goed, wat verloopt er minder goed? Welk cijfer van 1 tot 10 geeft u
hiervoor?
Het contact met de familie loopt per cliënt verschillend. Dit ligt aan wat de cliënt en de
familie wil. Het contact loopt vaak aan het begin van de opname goed, maar verslapt tijdens
de opname. Dit is ook wel afhankelijk van de verpleegkundige. Cliënten komen vaak op de
afdeling vanaf de gesloten afdeling, en komen op de afdeling om naar huis toe te werken.
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen
te betrekken bij de behandeling van de cliënt?
- Voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie, familieavonden,
algemene informatie over afdeling en instelling)
- Krijgen naastbetrokkenen psycho-educatie aangeboden?
De familie krijgt bij het eerste contact een informatiemap. Ook wordt tijdens dit eerste contact
een gesprek gepland over wederzijdse verwachtingen. Dit gesprek vindt vrijwel altijd wel
plaats.
Soms wordt de familie voor behandelplan uitgenodigd, dit is afhankelijk van het contact met
de naastbetrokkenen en in hoeverre de cliënt en de familie willen dat ze erbij betrokken
worden. Er worden tevens systeemgesprekken gepland, dit wordt vaak gedaan.
Er wordt psycho-educatie gegeven over de ziekte en wat dat inhoudt. Er wordt 2 keer per jaar
een familie-avond georganiseerd op de afdeling.
3. Op welke momenten tijdens de behandeling worden naastbetrokkenen betrokken bij de
opname van de cliënt?
- opname
- behandelplan
48
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
-
verlof
ontslag
systeemgesprekken
andere momenten
Na opname zo snel mogelijjk voor gesprek over verwachtingen en kennismaken.
Behandelplan niet altijd. Verlof wordt vaak met familie over gepraat. Systeemgesprekken
worden vrijwel altijd gepland. Soms wordt er een psycholoog ingeschakeld om eerst met de
familie apart te gaan praten. Dit is als het contact tussen familie en cliënt slecht loopt of als de
familie erg overbelast is.
4. Hoe wordt op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te
nemen met naastbetrokkenen?
In dat geval wordt er geen informatie gegeven aan de familie, vaak ook nietpersoonsgebonden informatie. Wel wordt geprobeerd het contact te herstellen. Bijvoorbeeld
door een systeemgesprek of door inschakelen van een psycholoog.
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit
voor u duidelijk?
Belangrijke dingen zoals de afspraken worden wel goed gerapporteerd. Als het om
privédingen gaat niet. Als de pb’er er tijdelijk niet is, wordt het contact en het rapporteren wat
minder.
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in het contact met
naastbetrokkenen, en waar de projectgroep rekening mee moet houden?
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ ondersteuning geven om
contact met naastbetrokkenen te verbeteren? Hoe belangrijk van 1 tot 10 is het dat deze
punten verbeterd worden?
Schriftelijke map waarin aantekeningen gemaakt kunnen worden. Puntensysteem met alle
punten die gedaan moeten worden. Dit verwaterd vaak op gegeven moment.
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van
verpleegkundige interventies. Hoe komt het dat eerdere pogingen om interventies te
implementeren, zijn vastgelopen?
Vorige week is geïmplementeerd om tijdens iedere overdracht het systeem van een cliënt te
bespreken. Dit is tot nu toe 1 keer gelukt maar is al heel snel verwaterd. Vaak is er geen tijd
voor, of komen er belangrijkere zaken tussendoor.
9. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Afsluiting
- Korte uitleg geven wat er de komende periode gaat gebeuren
- Bedanken voor de medewerking.
49
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview 2 verpleegkundigen
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
- Functie en opleidingsachtergrond:
- Aantal jaar werkzaam op de afdeling
- Aantal jaar ervaring in de psychiatrie
Interview
1. Hoe verloopt het contact met naastbetrokkenen op de afdeling?
- Wat verloopt er goed, wat verloopt er minder goed? Welk cijfer van 1 tot 10 geeft u
hiervoor?
Contact verloopt meestal wel goed. Dit gaat vaak wat vanzelf. Als de familie veel behoefte
heeft aan contact, dan komen ze vaker op de afdeling of bellen ze op. Ze zijn dan ook vaker
aanwezig bij gesprekken. Dit gaat vanzelf en moeten ze zelf ook wel een beetje aangeven. Ze
worden wel uitgenodigd om langs te komen als er vanuit de familie geen initiatief komt. Als
er gesproken wordt met familie, wordt dit altijd gecommuniceerd aan de cliënt.
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen
te betrekken bij de behandeling van de cliënt?
- Voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie, familieavonden,
algemene informatie over afdeling en instelling)
- Krijgen naastbetrokkenen psycho-educatie aangeboden?
Pb-schap. Iedere cliënt heeft een persoonlijk begeleider die contactpersoon is voor de familie.
Probleem hierbij is echter dat sommige collega’s alleen overdag werken, terwijl de familie
juist in de avond komt. Dan is het contact moeilijker te onderhouden. Soms wordt aan de
familie ook aangeraden om wat afstand te nemen en wat tot rust te komen. Soms is er sprake
van een vaste belafspraak, als de familie dit prettig vindt.
Belangrijk is de gastvrijheid. Hier wordt op de afdeling echt aandacht aan besteedt, ook aan
de bezoektijden kan altijd wat veranderd worden als dat beter is voor de cliënt en zijn/ haar
familie.
3. Op welke momenten tijdens de behandeling worden naastbetrokkenen betrokken bij de
opname van de cliënt?
- opname
- behandelplan
- verlof
- ontslag
50
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
- systeemgesprekken
- andere momenten
Behandelplanbespreking soms, ligt aan wens van de cliënt en hoe goed het contact is met
naastbetrokkenen.
4. Hoe wordt op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te
nemen met naastbetrokkenen?
Dan wordt er geen persoonlijke informatie aan de familie gegeven, alleen algemene
informatie. Er wordt dan wel uitgezocht waarom de cliënt niet wil dat er contact is met
familie.
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit
voor u duidelijk?
Er was een kopje naastbetrokkenen, maar dit is er nu niet meer. Het is niet zo overzichtelijk in
het systeem, het verdwijnt vaak in de rapportage. De contactgegevens staan vaak wel goed
aangegeven, maar het verloop over het contact verdwijnt dus.
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in het contact met
naastbetrokkenen, en waar de projectgroep rekening mee moet houden?
Bij mensen die heel paranoïde zijn, spelen vaak wel problemen op. Er is vaak achterdocht
naar buren, minder vaak naar familie maar dat kan ook. Geadviseerd wordt dan aan de familie
om even afstand te houden, en de cliënt even tijd te geven om wat te herstellen zodat het
contact later wel weer mogelijk is. Echter wordt de cliënt wel aangespoord om contact te
onderhouden en toe te staan. Dit is vaak pas mogelijk als de achterdocht door behandeling wat
meer naar de achtergrond is.
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ ondersteuning geven om
contact met naastbetrokkenen te verbeteren? Hoe belangrijk van 1 tot 10 is het dat deze
punten verbeterd worden?
Op gebied van psycho-educatie.
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van
verpleegkundige interventies. Hoe komt het dat eerdere pogingen om interventies te
implementeren, zijn vastgelopen?
Er is de laatste jaren veel geïmplementeerd, waardoor waarschijnlijk de meesten denken dat
het goed gaat, maar er is altijd wel verbetering. Er is weinig tijd, vooral overdag om contact
met naastbetrokkenen goed te onderhouden.
9. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Afsluiting
- Korte uitleg geven wat er de komende periode gaat gebeuren
- Bedanken voor de medewerking.
51
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview 3 verpleegkundige
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
42 senior verpleegkundige. Naastbetrokkenenconsulent.
Naastbetrokkenen is hot item in Arkin en kliniek Mentrum. Taken staan wel op papier, maar
het werkt in de praktijk nog niet.
Interview
1. Hoe verloopt het contact met naastbetrokkenen op de afdeling?
- Wat verloopt er goed, wat verloopt er minder goed? Welk cijfer van 1 tot 10 geeft u
hiervoor?
Het contact met naastbetrokkenen loopt in principe wel, maar niet volgens structuur.
De verpleegkundige onderhouden genoeg contact met de naastbetrokkenen. De
verpleegkundigen bellen echter niet achter familie aan, ook niet bij opname. Dat zou wel
moeten, maar er zijn ook veel cliënten die al lang bekend zijn op de afdeling. Als bekend is
dat er vaak moeilijkheden bestaan tussen cliënt en familie, of als de familie veel behoefte
heeft aan contact, wordt er meer aandacht aan besteedt.
Wat beter kan, zijn de kennismakingsgesprekken. Het schiet niet te kort, maar er mag meer
achter de familie aangebeld worden, meer actie vanuit de verpleegkundigen, de puntjes op de
i.
Gastvrijheid is prima.
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen
te betrekken bij de behandeling van de cliënt?
- Voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie, familieavonden,
algemene informatie over afdeling en instelling)
- Krijgen naastbetrokkenen psycho-educatie aangeboden?
De naastbetrokkenenconsulent controleert regelmatig alle dossiers of het volledig is. Iedere
cliënt heeft een persoonlijk begeleider (pb’er). De pb’er is tevens contactpersoon voor de
naastbetrokkenen. Zij horen het dossier goed bij te houden, maar dit gebeurd niet altijd goed.
Info wordt soms wel teruggekoppeld aan de cliënt. Meestal wel. Familie krijgt ook
naastbetrokkenenmap met cliënt erbij.
3. Op welke momenten tijdens de behandeling worden naastbetrokkenen betrokken bij de
opname van de cliënt?
52
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
- opname
- behandelplan
- verlof
- ontslag
- systeemgesprekken
- andere momenten
De naastbetrokkenen worden lang niet altijd betrokken bij de behandelplanbespreking van de
cliënt. Dit doet de arts soms, vanwege de agenda van de arts. De familie wordt vaak wel
uitgenodigd, maar de organisatie ervan kan beter.
Het systeemgesprek vindt wel plaats.
4. Hoe wordt op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te
nemen met naastbetrokkenen?
Als cliënt geen toestemming geeft, dan wordt er algemene info gegeven, maar geen
persoonsgebonden. En dan gesprek met cliënt over waarom het niet mag. Dat doet de arts
vooral.
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit
voor u duidelijk?
Niet alles wordt genoteerd. Is vaak in rapportage, dan kop aanpassen maar dat gebeurt niet
altijd goed. Bij moeilijke dingen en bij belangrijke dingen wel.
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in het contact met
naastbetrokkenen, en waar de projectgroep rekening mee moet houden?
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ ondersteuning geven om
contact met naastbetrokkenen te verbeteren? Hoe belangrijk van 1 tot 10 is het dat deze
punten verbeterd worden?
Persoonlijke map op papier voor alle naastbetrokkenen. Om alles in bij te houden. De
aandacht voor naastbetrokkenen vergroten.
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van
verpleegkundige interventies. Hoe komt het dat eerdere pogingen om interventies te
implementeren, zijn vastgelopen?
Implementeren: sommige collega’s doen het gewoon niet, lijken het niet belangrijk te vinden.
Familie kan ons ook wel vinden. Als iemand goed in beeld is, dan wordt het wel gedaan. Als
de familie minder goed in beeld is, dan gebeurt dat minder, wordt er niet achteraan gebeld.
9. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Afsluiting
- Korte uitleg geven wat er de komende periode gaat gebeuren
- Bedanken voor de medewerking.
53
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview 4 verpleegkundigen
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
- Functie en opleidingsachtergrond: verpleegkundige ?
- Aantal jaar werkzaam op de afdeling: meerdere jaren
- Aantal jaar ervaring in de psychiatrie: ?
Interview
1. Hoe verloopt het contact met naastbetrokkenen op de afdeling?
- Wat verloopt er goed, wat verloopt er minder goed? Welk cijfer van 1 tot 10 geeft u
hiervoor?
Als er een nieuwe cliënt wordt opgenomen wordt er naar gestreefd om een gesprek met de
naastbetrokkenen te houden, in dit gesprek worden er regels besproken met betrekking tot het
contact. Dit lukt niet altijd omdat de naastbetrokkenen niet altijd beschikbaar zijn of het glipt
er door heen. Dit lukt in ongeveer 20-30% van de gevallen. Wel wordt er altijd telefonisch
contact opgenomen. Er is voor iedere client een persoonlijk begeleider die het contact met de
naastbetrokkenen regelt.
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen
te betrekken bij de behandeling van de cliënt?
- Voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie, familieavonden,
algemene informatie over afdeling en instelling)
- Krijgen naastbetrokkenen psycho-educatie aangeboden?
De verpleegkundige belt altijd met de naastbetrokkenen. Soms worden er systeemgesprekken
gehouden en worden naastbetrokkenen gevraagd bij een behandelplan aanwezig te zijn. Er is
altijd een gesprek als er een nieuwe cliënt wordt opgenomen en als er een cliënt met ontslag
gaat.
3. Op welke momenten tijdens de behandeling worden naastbetrokkenen betrokken bij de
opname van de cliënt?
- opname
- behandelplan
- verlof
- ontslag
- systeemgesprekken
- andere momenten
54
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Dit verschilt wel per cliënt, maar er worden wel systeemgesprekken gehouden en soms
worden de naastbetrokkenen uitgenodigd bij een behandelplan besprenkeling. Bij opname en
ontslag worden de naastbetrokkenen ook betrokken.
4. Hoe wordt op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te
nemen met naastbetrokkenen?
Dit verschilt per cliënt. Als de cliënt geen toestemming geeft is dat altijd moeilijk wat er wel
en wat er niet verteld mag worden. Er wordt vaak wel wat algemene informatie over de cliënt
gegeven maar dan wordt er niet in detail ingegaan hoe het gaat met de cliënt. In sommige
gevallen wordt toch wat persoonsgebonden informatie gegeven, om de familie gerust te
stellen. De cliënt wordt altijd gestimuleerd om contact te hebben met de familie en om contact
tussen familie en verpleegkundigen toe te staan.
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit
voor u duidelijk?
Dit kan duidelijker. Er is nu niet een apart kopje waar er informatie geschreven wordt wat
over de naastbetrokkenen gaat. Nu moeten de verpleegkundige zoeken naar informatie en
wordt er wel eens overheen gelezen of niet goed gerapporteerd.
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in het contact met
naastbetrokkenen, en waar de projectgroep rekening mee moet houden?
Sommige cliënten hebben zoveel meegemaakt met hun naastbetrokkenen en al zoveel schade
aangericht dat er bijna geen of geen contact meer in met naastbetrokkenen. Vooral bij mensen
met een bipolaire stoornis is dit te zien. Mensen met schizofrenie kunnen het contact vaak niet
aan of zijn paranoïde naar de familie toe.
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ ondersteuning geven om
contact met naastbetrokkenen te verbeteren? Hoe belangrijk van 1 tot 10 is het dat deze
punten verbeterd worden?
De standaard introductie gesprek kan beter, dit wordt nu nog niet altijd gedaan en een beter
systeem om te rapporteren.
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van
verpleegkundige interventies. Hoe komt het dat eerdere pogingen om interventies te
implementeren, zijn vastgelopen?
Er is vaak geen tijd om alle interventies uit te voeren of het wordt vergeten. Als er weer
aandacht aan besteed wordt dan doet het team het even heel goed en dan verwatert het weer.
9. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Afsluiting
- Korte uitleg geven wat er de komende periode gaat gebeuren
- Bedanken voor de medewerking
55
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview 5 verpleegkundigen
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
Functie en opleidingsachtergrond
hbo-verpleegkundige. Op deze afdeling 5 jaar. Hier voor in het andere gebouw op de
vergelijkbare afdeling 3 jaar.
Interview
1. Hoe verloopt het contact met naastbetrokkenen op de afdeling?
Wat verloopt er goed, wat verloopt er minder goed? Welk cijfer van 1 tot 10 geeft u hiervoor?
Het onderwerp naastbetrokkenen staat op de agenda, er wordt over gepraat in de kliniek en op
de afdeling. Er is beleid gemaakt door Arkin, het is onderdeel van de behandeling.
Op de afdeling denken steeds meer verpleegkundige eraan om familie te bellen. Er staan meer
mensen achter het beleid.
Volgende stap is om ook echt contact op te nemen met de familie. Er wordt niet altijd aan
gedacht. Vooral kennismakingsgesprek wordt vergeten, en soms ook bij overplaatsingen.
Ook afspraken zijn niet altijd duidelijk in het dossier. Worden niet gemaakt en staan niet in
dossier.
Gastvrijheid is prima, ook met betrekking tot bezoekuren.
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen
te betrekken bij de behandeling van de cliënt?
Voorlichting (PuntP, familievertrouwenspersoon, klachtencommissie, familieavonden,
algemene informatie over afdeling en instelling)
Krijgen naastbetrokkenen psycho-educatie aangeboden?
Voorlichting wordt gegeven over de afdeling, afdelingsregels en over het programma. Verder
wordt er bij het eerste contact een familiemap gegeven.
Psycho-educatie wordt in het systeemgesprek wel gegeven, of als de familie ernaar vraagt aan
de telefoon.
3. Op welke momenten tijdens de behandeling worden naastbetrokkenen betrokken bij de
opname van de cliënt?
opname
behandelplan
verlof
ontslag
systeemgesprekken
56
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
andere momenten
Als een cliënt opgenomen wordt, wordt een kennismakingsgesprek gepland met de
naastbetrokkenen.
Naastbetrokkenen worden gebeld als de cliënt ongeoorloofd afwezig is.
Naastbetrokkenen worden niet betrokken bij het signaleringsplan. Dit moet eerst verbeterd
worden voor de familie erbij betrokken kan worden.
Systeemgesprekken vinden wel plaats.
Bij ontslag wordt de familie betrokken als zij erg betrokken zijn geweest bij de cliënt
gedurende de behandeling, als er kinderen in het spel zijn of als de cliënt bij familieleden
woont. In deze gevallen wordt er ook overlegd als de cliënt met verlof gaat. Er is dan extra
aandacht voor en de familie wordt dan na afloop van het verlof ook gebeld.
4. Hoe wordt op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te
nemen met naastbetrokkenen?
Bij geen toestemming: bij nood toch bellen, toch iedere keer even aankaarten, algemene info
geven, bij twijfel wel bellen (sommigen doen dit), als het echt een heikel punt is belt de arts.
Als de cliënt echt niets wil, dan wordt dat gerespecteerd.
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit
voor u duidelijk?
Afspraken worden niet altijd goed beschreven. Ze worden niet altijd gemaakt en ook niet
altijd opgeschreven.
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in het contact met
naastbetrokkenen, en waar de projectgroep rekening mee moet houden?
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ ondersteuning geven om
contact met naastbetrokkenen te verbeteren? Hoe belangrijk van 1 tot 10 is het dat deze
punten verbeterd worden?
Wat kunnen wij verbeteren: betere afspraken, en duidelijke rapporteren. Actief naar familie
bellen en vragen naar hun wensen en behoeften.
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van
verpleegkundige interventies. Hoe komt het dat eerdere pogingen om interventies te
implementeren, zijn vastgelopen?
Het was onder de aandacht, maar het pakt niet door, het zakt weer in. Dit is met alles zo. Het
heeft te maken met de werkdruk (actief bellen naar naastbetrokkenen vervalt het eerst), het
stagneert, maar het staat nog wel op de agenda.
Zelf actief contact zoeken met naastbetrokkenen gebeurt weinig. In avonddienst zijn collega’s
passiever geworden door hogere werkdruk. Er is nu weer meer mogelijkheid om het op te
pakken. Motivatie ervoor komt op zich alweer op, maar de stap is nog niet gezet.
9. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
57
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Afsluiting
- Korte uitleg geven wat er de komende periode gaat gebeuren
- Bedanken voor de medewerking.
58
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Totaal aantal cliënten:
19
Aantal cliënten geïnterviewd: 5
Aantal cliënten geweigerd: 14
4 (geen toestemming)
5 (afraden door verpleegkundige)
2 (te kort op de afdeling: 1 dag)
3 (afwezig)
Interview cliënt 1
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
Geslacht: Man
Leeftijd: 48
Land van herkomst: Nederland
Opnameduur: ongeveer 6 weken, sinds gister op open afdeling.
Eerdere opnames: 1: ongeveer 2 jaar geleden. Dhr is ook ambulant behandeld.
Manisch depressief met psychotische verschijnselen
Interview
0. Wat voor contact met naastbetrokkenen heeft u tijdens de behandeling?
Dhr. is gisteren op de afdeling gekomen. Op vorige afdeling kwam vrouw langs. Vader kan
het niet aan, die komt niet. Met moeder telefonisch contact, maar kan niet naar afdeling
komen vanwege lichamelijke problemen.
Vrouw heeft gezin, kan soms komen. Kinderen komen niet langs, kan niet vanwege de
afdeling.
Vrouw is niet bij gesprekken geweest tijdens deze opname. Vrouw wilde niet bij rechtszitting
zijn, wilde dhr. zelf ook niet. Vrouw zal niet snel initiatief nemen om te komen voor
behandeling of gesprekken, alleen voor steun aan dhr. Verpleging neemt tot noch toe niet
zoveel initiatief om vrouw erbij te betrekken, maar dhr. is hier nog maar heel kort.
1. Op welke manieren wordt uw naasten gedurende uw opname bij de behandeling betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling? (opname, behandelplan, verlof,
ontslag, systeemgesprekken)
2. Wat vindt je ervan dat de naasten wel/ niet betrokken wordt bij de opname? Hoe belangrijk
van 1 tot 10 vindt u het dat uw naasten bij uw behandeling betrokken worden?
59
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Dhr. vindt aan de ene kant wel dat de verpleging meer initiatief moet nemen om de familie
erbij te betrekken. Dit is vooral omdat hij denkt dat zijn vrouw dat prettig zal vinden, maar
voor dhr. zelf maakt het niet zoveel uit.
3. Op welke gebieden vind je het belangrijk dat je familie wel/ niet betrokken wordt?
- Informatie over de behandeling
- Verlof
- Sociaal contact
- Persoonlijke spullen
- Steun
- Aanwezigheid bij gesprekken
- Hulp bij nemen van belangrijke beslissingen gedurende de behandeling
Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind het dat uw naasten bij deze gebieden betrokken worden?
Dit maakt dhr. niet zoveel uit. Vooral steun geven en sociaal contact is belangrijk. De rest
maakt niet zoveel uit.
4. Hoe zouden de verpleegkundigen zich naar jou mening moeten opstellen m.b.t. uw
naasten?
Verpleegkundigen zouden meer initiatief moeten nemen om familie erbij te betrekken.
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen? Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind u
dat?
Vrouw krijgt weinig informatie van verpleegkundige. Dhr. weet niet wat hij ervan moet
vinden. Dhr. weet niet of het nodig is dat zijn vrouw meer informatie krijgt, en ervaart dat
artsen weinig tijd hebben om hem al te vertellen wat er aan de hand is, laat staan zijn vrouw
informatie te geven.
Wat kunnen verpleegkundige beter doen? Beter afstemmen met cliënt m.b.t. afspraken.
Verpleegkundige zelf het initiatief nemen om vrouw erbij te betrekken. Er zijn maar weinig
gesprekken met vrouw erbij.
Mentrum is standaard, over een beetje dezelfde zorg aan iedereen. Op open afdeling meer
mogelijkheid tot ontplooiing van zichzelf. Weinig bezoektijd. Verzorgers geven weinig
feedback en informatie aan naastbetrokkenen. Hebben ook geen tijd. Maar dhr. persoonlijk
maakt het weinig uit.
6. Wat moeten verpleegkundigen zo blijven doen?
7. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Afsluiting
- Bedanken voor de medewerking
60
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview cliënt 2
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
Geslacht: Man
leeftijd: 56 jaar.
Land van herkomst: Nederland
Huidige opname: Dhr. is een week opgenomen op open afdeling. Daarvoor in ander gebouw
op crisisopvang.
Eerdere opnames: Op 16e voor het eerst opgenomen, al meerdere opnames sindsdien
Diagnose: Manische episode
Interview
0. Contact met naastbetrokkenen: Dhr. heeft contact met familie. Belt met zusjes die in
buitenland zitten. Broer woont ook in buitenland. Moeder is in polen geboren.
Dhr. heeft verder weinig familie over, heeft geen goede vrienden.
1. Op welke manieren wordt uw naasten gedurende uw opname bij de behandeling betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling? (opname, behandelplan, verlof,
ontslag, systeemgesprekken)
Familieleden kunnen moeilijk langskomen vanwege verblijf in buitenland.
2. Wat vindt je ervan dat de naasten wel/ niet betrokken wordt bij de opname? Hoe belangrijk
van 1 tot 10 vindt u het dat uw naasten bij uw behandeling betrokken worden?
Dhr. zou het erg prettig vinden als ze langskomen. Ze zijn hier vorige opname wel geweest,
maar dat was allemaal ruzie. Zus is tijdens deze opname langsgeweest in tesselschadestraat.
Vind het prima als ze bij gesprekken zouden zijn. Althans 1 zus want die ander gaat gek doen.
3. Op welke gebieden vind je het belangrijk dat je familie wel/ niet betrokken wordt?
- Informatie over de behandeling
- Verlof
- Sociaal contact
- Persoonlijke spullen
- Steun
- Aanwezigheid bij gesprekken
- Hulp bij nemen van belangrijke beslissingen gedurende de behandeling
Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind het dat uw naasten bij deze gebieden betrokken worden?
61
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Dhr. vind steun belangrijk. Maar ervaart dit niet erg vanuit zijn familie.
4. Hoe zouden de verpleegkundigen zich naar jou mening moeten opstellen m.b.t. uw
naasten?
Familie moet neutraal behandeld worden. Verpleegkundige mag alleen informatie geven als
dhr. hier vanaf weet en hier toestemming voor geeft.
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen? Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind u
dat?
Dhr. vindt het erg vervelend dat er af en toe informatie gegeven wordt aan de familie en dat
hij hier niets vanaf weet.
6. Wat moeten verpleegkundigen zo blijven doen?
7. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
62
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview cliënt 3
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
Geslacht: Man
Leeftijd: 50
Land van herkomst: Nederland
Opname duur: Op de open afdeling vanaf eind januari. Opgenomen vanaf eind
november/begin december
Eventueel aantal eerdere opnames: twee of drie keer eerder opgenomen geweest.
Interview
Contact naastbetrokkenen:
Dhr. heeft contact met een vriend. Verder geen contact met naastbetrokkenen.
1. Op welke manieren wordt uw naasten gedurende uw opname bij de behandeling betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling? (opname, behandelplan, verlof,
ontslag, systeemgesprekken)
Dhr. belt zijn vriend vaak en gaat op bezoek bij zijn vriend. Zijn vriend heeft ook telefonisch
contact met de verpleging hoe het met dhr. gaat. De vriend is verder niet bij andere momenten
van de behandeling aanwezig.
2. Wat vindt je ervan dat de naasten wel/ niet betrokken wordt bij de opname? Hoe belangrijk
van 1 tot 10 vindt u het dat uw naasten bij uw behandeling betrokken worden?
Dhr. vind het heel erg belangrijk dat zijn vriend wordt gebeld door de verpleegkundige .
3. Op welke gebieden vind je het belangrijk dat je familie wel/ niet betrokken wordt?
- Informatie over de behandeling
- Verlof
- Sociaal contact
- Persoonlijke spullen
- Steun
- Aanwezigheid bij gesprekken
- Hulp bij nemen van belangrijke beslissingen gedurende de behandeling
Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind het dat uw naasten bij deze gebieden betrokken worden?
De vriend van dhr. geeft Steun aan dhr. dit vind dhr. erg belangrijk. Ook gaat dhr. naar zijn
vriend toe als hij op verlof gaat.
63
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
4. Hoe zouden de verpleegkundigen zich naar jou mening moeten opstellen m.b.t. uw
naasten?
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen? Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind u
dat?
Dhr. weet niet altijd wat de verpleging bespreekt met zijn vriend, dit vind dhr. raar.
Ook neemt de verpleging dhr. niet serieus, dit moet de verpleging meer doen.
6. Wat moeten verpleegkundigen zo blijven doen?
7. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
64
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview cliënt 4
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
Geslacht: Vrouw
Leeftijd: 45
Land van herkomst: Nederland
Opname duur: Twee weken op de open afdeling
Eventueel aantal eerdere opnames: ja
Interview
Contact naastbetrokkenen:
Mw. heeft contact met haar ouders en haar ex.
1. Op welke manieren wordt uw naasten gedurende uw opname bij de behandeling betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling? (opname, behandelplan, verlof,
ontslag, systeemgesprekken)
Mw. heeft nu alleen telefonisch contact met haar ouders en haar ex komt soms op bezoek.
Verder worden ze niet betrokken bij de behandeling, dit vind mw. ook prettig. Er komt
binnenkort wel een gesprek met de ouders, psychiater en ambulante behandelaar.
2. Wat vindt je ervan dat de naasten wel/ niet betrokken wordt bij de opname? Hoe belangrijk
van 1 tot 10 vindt u het dat uw naasten bij uw behandeling betrokken worden?
mw. geeft duidelijk aan dat ze het wel prettig vind als ze contact heeft met haar ouders maar
ze vind dat haar ouders veel te veel met de behandeling bemoeien. Zo willen haar ouders dat
ze beschermd gaat wonen terwijl mw. dit nog niet wil. Mw. vind het lastig dat ouders zo veel
met haar bemoeien. Mw. wil niet dat haar ex zich met de behandeling bemoeid. Wel vind ze
het fijn als haar ex langskomt voor de steun.
Mw. denkt dat haar ouders niet door de verpleging wordt gebeld. Dit wil zo ook liever niet.
Ze wil liever zelf haar familie inlichten als dat nodig is. Mw. heeft er vertrouwen in dat de
verpleging met haar overlegd over contact met familie.
3. Op welke gebieden vind je het belangrijk dat je familie wel/ niet betrokken wordt?
- Informatie over de behandeling
- Verlof
- Sociaal contact
- Persoonlijke spullen
65
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
- Steun
- Aanwezigheid bij gesprekken
- Hulp bij nemen van belangrijke beslissingen gedurende de behandeling
Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind het dat uw naasten bij deze gebieden betrokken worden?
Mw. vind het belangrijk dat de naastbetrokkenen haar steunen, verder wil ze niet dat de
naastbetrokkenen betrokkenen worden tijdens de behandeling.
4. Hoe zouden de verpleegkundigen zich naar jou mening moeten opstellen m.b.t. uw
naasten?
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen? Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind u
dat?
Mw. vind niet dat de verpleging iets anders zouden moeten doen met betrekking tot
naastbetrokkenen.
6. Wat moeten verpleegkundigen zo blijven doen?
7. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Mw. geeft duidelijk aan dat de bemoeienis van naastbetrokkenen te veel kan zijn, het blijft
haar eigen leven.
66
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Interview cliënt 5
Inleiding
- Wie zijn we, opleiding, inleiding op het project, doel en structuur van het gesprek
- Toestemming vragen voor gesprek, bedanken voor toestemming
- Benadrukken dat de ander mag weigeren om antwoord te geven op vragen
- Benadrukken van de privacy en uitleggen wat met de informatie uit het gesprek gaat
gebeuren.
Demografische gegevens
Geslacht: Vrouw
Leeftijd: 50
Land van herkomst: Nederland
Opnameduur: enkele maanden, en sinds ongeveer twee maanden op afdeling 4B
Eventueel aantal eerdere opnames: Ja
Interview
1. Op welke manieren wordt uw naasten gedurende uw opname bij de behandeling betrokken?
- Op welke momenten gedurende de behandeling? (opname, behandelplan, verlof,
ontslag, systeemgesprekken)
Mw. Heeft veel contact met haar moeder. Haar moeder belt vaak. Haar moeder komt niet
vaak langs omdat haar moeder ver weg woont. Haar moeder is niet betrokken geweest bij de
behandelplan bespreking, dit zou mw. Wel willen.
2. Wat vindt je ervan dat de naasten wel/ niet betrokken wordt bij de opname? Hoe belangrijk
van 1 tot 10 vindt u het dat uw naasten bij uw behandeling betrokken worden?
Mw. Vind het heel belangrijk dat moeder wordt betrokken.
3. Op welke gebieden vind je het belangrijk dat je familie wel/ niet betrokken wordt?
- Informatie over de behandeling
- Verlof
- Sociaal contact
- Persoonlijke spullen
- Steun
- Aanwezigheid bij gesprekken
- Hulp bij nemen van belangrijke beslissingen gedurende de behandeling
Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind het dat uw naasten bij deze gebieden betrokken worden?
Mw. Vind de steun van moeder erg belangrijk. Ook vind zij het prettig als moeder aanwezig
is bij gesprekken. Als dit zo is dan kan moeder ook naar de informatie luisteren wat wordt
verteld. Mw. Zelf vergeet soms wat door de medicatie die ze slikt.
4. Hoe zouden de verpleegkundigen zich naar jou mening moeten opstellen m.b.t. uw
naasten?
67
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Mw. Is tevreden over hoe de verpleegkundige zich opstellen tegenover haar moeder. De
verpleging komt afspraken na en moeder wordt goed teruggebeld.
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen? Hoe belangrijk van 1 tot 10 vind u
dat?
Mw. Vind dat de verpleegkundige meer informatie konden vertellen vanuit de behandelaar
aan moeder. Moeder zelf zit belt veel naar de afdeling en zit er bovenop. Mw. Denkt dat
moeder minder informatie krijgt als moeder zelf niet zo veel belt. Moeder zelf vind dat ze nog
te weinig informatie krijgt van de verpleegkundige.
6. Wat moeten verpleegkundigen zo blijven doen?
Afspraken nakomen
7. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vind en die nog niet besproken zijn?
Mw. vertelt dat ze het belangrijk vind dat familie goed op de hoogte wordt gebracht vooral als
de familie band goed is. Het lijkt mw. Moeilijk om af te wegen wat er wel en niet gezegd mag
worden.
Afsluiting
- Bedanken voor de medewerking
68
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Bijlage 4: Verwerking interviews in tabellen en grafieken
Aantal gesproken mensen voor de interviews
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
Cliënt is niet aanwezig om toestemming te geven
5
27,8%
0
0,0%
0
0,0%
Cliënt heeft geen toestemming gegeven
6
33,3%
0
0,0%
4
21,1%
Onbereikbaar/afwezig
2
11,1%
5
41,7%
3
15,8%
Cliënt is te kort opgenomen
1
5,6%
0
0,0%
2
10,5%
Afgeraden door verpleegkundige
2
11,1%
0
0,0%
5
26,3%
Geen tijd
0
0,0%
2
16,7%
0
0,0%
Geïnterviewd
2
11,1%
5
41,7%
5
26,3%
18
100,0%
12
100,0%
19
100,0%
Totaal
69
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Naastbetrokkenen
11%
0%
28%
11%
Cliënten niet aanwezig om toestemming te geven
Geen toestemming cliënt
Onbereikbaar/afwezig
6%
Cliënt te kort opgenomen
Afgeraden door verpleegkundige
Geen tijd
11%
Geïnterviewd
33%
70
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Verpleegkundigen
0%
0%
Cliënten niet aanwezig om toestemming te geven
42%
41%
Geen toestemming cliënt
Onbereikbaar/afwezig
Cliënt te kort opgenomen
Afgeraden door verpleegkundige
Geen tijd
Geïnterviewd
0%
0%
17%
71
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Cliënten
0%
21%
26%
Cliënten niet aanwezig om toestemming te geven
Geen toestemming cliënt
Onbereikbaar/afwezig
Cliënt te kort opgenomen
0%
16%
Afgeraden door verpleegkundige
Geen tijd
Geïnterviewd
26%
11%
72
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Contact met naastbetrokkenen
Naastbetrokkene
n
Verpleegkundige
n
Cliënten
1. Wat voor contact met naastbetrokkenen heeft u tijdens de behandeling?
1 Telefonisch contact
5
100,0%
2 Bezoek op de afdeling
2
40,0%
3 Tijdens verlof
1
20,0%
120%
100%
80%
60%
40%
20%
0%
1
2
3
73
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Mening over betrokkenheid
Naastbetrokkene
n
Verpleegkundige
n
Cliënten
2. Wat vindt u er van dat uw naasten wel/niet betrokken worden bij de opname?
1 Prima als ze bij de behandeling worden betrokken
3
60,0%
Nee, niet betrekken bij behandeling, behalve voor steun. Ouders bemoeien zich te veel met de
2 behandeling
1
20,0%
3 Dit maakt niet uit.
1
20,0%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
1
2
3
74
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Betrokkenheid
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
3. Op welke gebieden vindt u het belangrijk dat uw naasten wel/niet betrokken worden?
1 Steun
4
80,0%
2 Verlof
1
20,0%
3 Gesprekken met behandelaren
1
20,0%
75
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Hoe moeten verpleegkundige zich opstellen
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
4. Hoe moeten verpleegkundigen zich opstellen m.b.t. uw naasten?
1 Neutraal opstellen, geen informatie geven over cliënt zonder overleg
1
20,0%
2 Niet besproken
3
60,0%
3 Cliënt is tevreden
1
20,0%
80%
60%
40%
20%
0%
1
2
3
76
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Veranderen aan verpleegkundige
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
5. Wat zouden verpleegkundigen anders moeten doen?
1 Verpleging moet meer initiatief nemen om naastbetrokkenen te betrekken
2
40,0%
2 Er hoeft niets veranderd te worden
1
20,0%
3 Geen informatie geven aan naastbetrokkenen als cliënt dit niet weet
2
40,0%
4 Cliënt gaat er van uit dat er wordt overlegd over het contact met naastbetrokkenen
1
20,0%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
1
2
3
4
77
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Niet veranderen aan verpleegkundige
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
Wat moeten verpleegkundigen zo blijven doen?
1 Afspraken nakomen
1
20,0%
2 Niet besproken
4
80,0%
100%
80%
60%
40%
20%
0%
1
2
78
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Betrokkenheid behandeling van naastbetrokkenen
Naastbetrokkene
n
Verpleegkundige
n
Cliënten
2. Welke verpleegkundige interventies worden op de afdeling toegepast om naastbetrokkenen te
betrekken bij de opname van de cliënt?
1 Informatie over de behandeling via telefonisch contact met verpleegkundige
2 100,0%
5 100,0%
4
80,0%
2 Systeemgesprekken
1
50,0%
2
40,0%
1
20,0%
3 Altijd bij behandelplanbesprekingen
1
50,0%
1
20,0%
0
0,0%
4 Bespreken van verlof
2 100,0%
1
20,0%
0
0,0%
5 Altijd bij kennismakingsgesprekken
0
0,0%
1
20,0%
0
0,0%
6 Psycho-educatie
0
0,0%
2
40,0%
0
0,0%
7 Overhandigen van de familie-informatiemap
0
0,0%
2
40,0%
0
0,0%
8 Soms bij behandelplanbesprekingen
0
0,0%
3
60,0%
0
0,0%
9 Soms bij kennismakingsgesprekken
0
0,0%
4
80,0%
1
20,0%
0
0,0%
0
0,0%
0
0,0%
10 Naaste wordt niet betrokken bij de opname van de cliënt
79
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Naastbetrokkenen
verpleegkundige
120%
120%
100%
100%
80%
80%
60%
60%
40%
40%
20%
20%
cliënten
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
0%
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
10%
0%
0%
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
80
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Mening over hoeveelheid betrokkenheid
Naastbetrokkene
n
Verpleegkundige
n
Cliënten
2. Vindt u dat u als naastbetrokkene genoeg, te veel of te weinig betrokken wordt bij de
behandeling?
1 Genoeg, maar door initiatief van naastbetrokkene zelf
1
50,0%
2 Genoeg; naastbetrokkene heeft geen behoefte aan intensieve betrokkenheid
1
50,0%
3 Genoeg, maar naar het einde van de behandeling toe te weinig
1
50,0%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
1
2
3
81
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Bejegening naar naastbetrokkenen
Naastbetrokkene
n
Verpleegkundige
n
1 Bejegening is gastvrij
2
100,0%
5
100,0%
2 Ondanks een toezegging daartoe bellen de verpleegkundigen niet altijd terug
1
50,0%
0
0,0%
3 Er wordt niet altijd achter de naastbetrokkenen aangebeld, dit moet vaker gebeuren
0
0,0%
3
60,0%
4 Het onderwerp staat op de agenda van Arkin
0
0,0%
1
20,0%
5 Dit is per cliënt verschillend
0
0,0%
4
80,0%
Cliënten
3. Hoe loopt naar uw mening het contact tussen u en de verpleegkundigen van de
afdeling?
82
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Naastbetrokkenen
verpleegkundige
120%
120%
100%
100%
80%
80%
60%
60%
40%
40%
20%
20%
0%
0%
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
83
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Verdere aandachtspunten
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
1 Verpleegkundigen vragen niet altijd of ze wel gelegen bellen.
1
50,0%
0
0,0%
2 Naastbetrokkene werd niet geïnformeerd over ontslag cliënt
1
50,0%
0
0,0%
3 Geen verdere aandachtspunten
0
0,0%
5
100,0%
Cliënten
4. Zijn er nog aandachtspunten die u belangrijk vindt en die nog niet besproken zijn?
Naastbetrokkenen
Verpleegkundige
60%
120%
50%
100%
40%
80%
30%
60%
20%
40%
10%
20%
0%
0%
1
2
3
1
2
3
84
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Momenten dat naastbetrokkenen worden betrokken
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
3. Op welke momenten tijdens de behandeling worden naastbetrokkenen betrokken bij de opname van de
cliënt?
1 Opname
3
60,0%
2 Altijd bij behandelplanbesprekingen
0
0,0%
3 Soms bij behandelplanbesprekingen
3
60,0%
4 Bij verlofbesprekingen
1
20,0%
5 Altijd bij ontslag
1
20,0%
6 Soms bij ontslag
1
20,0%
7 Altijd bij systeemgesprekken
4
80,0%
100%
80%
60%
40%
20%
0%
1
2
3
4
5
6
7
85
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Geen toestemming voor contact
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
4. Hoe wordt er op de afdeling gehandeld als de cliënt geen toestemming geeft om contact op te nemen met
naastbetrokkenen?
1 Er wordt helemaal niks verteld
0
0,0%
2 Er wordt alleen niet-persoonsgebonden informatie verteld
4
80,0%
3 Er wordt wel eens persoongebonden informatie verteld, ligt aan de situatie en de cliënt
1
20,0%
4 Vpk vraagt aan de cliënt waarom er geen contact gezocht mag worden
4
80,0%
100%
80%
60%
40%
20%
0%
1
2
3
4
86
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Dossier
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
5. Hoe staan afspraken over contact met naastbetrokkenen omschreven in het dossier? Is dit voor u duidelijk?
1 Rapportage over naastbetrokkenen is onduidelijk
4
80,0%
2 Afspraken staan duidelijk omschreven in het dossier
1
20,0%
3 Niet alle verpleegkundigen snappen hoe ze moeten rapporteren over naastbetrokkenen
2
40,0%
100%
80%
60%
40%
20%
0%
1
2
3
87
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Knelpunten bij ziektebeelden
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
6. Zijn er bij bepaalde ziektebeelden knelpunten te verwachten in contact met naastbetrokkenen?
1 Ja, met schizofrenie
1
20,0%
2 Ja, met bipolaire stoornis
1
20,0%
3 Niet, besproken in het interview
3
60,0%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
1
2
3
88
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Ondersteuning door projectgroep
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
7. Op welke gebieden kan de projectgroep meer duidelijkheid/ondersteuning geven?
1 Persoonlijke map op papier om alles te rapporteren over de naastbetrokkenen
2
40,0%
2 Aandacht over naastbetrokkenen vergroten
1
20,0%
3 Psycho-educatie
1
20,0%
4 Actief naar naastbetrokkenen bellen
1
20,0%
5 Duidelijker rapporteren
1
20,0%
6 Standaard een kennismakingsgesprek met naastbetrokkenen voeren
1
20,0%
45%
40%
35%
30%
25%
20%
15%
10%
5%
0%
1
2
3
4
5
6
89
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Knelpunten en barrières
Naastbetrokkenen
Verpleegkundigen
Cliënten
8. Welke knelpunten en barrières ervaart u bij het implementeren en uitvoeren van verpleegkundige interventies?
1 Er is geen tijd voor
4
80,0%
2 De uitvoering ervan verwaterd na een tijdje
3
60,0%
3 Verpleegkundigen vinden het niet belangrijk
2
40,0%
90%
80%
70%
60%
50%
40%
30%
20%
10%
0%
1
2
3
90
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Bijlage 5: Enquête dec. 2012, afgenomen door twee hbo-v stagiaires
Enquete Naastbetrokkenenbeleid
totaal 19
Gaarna aanvinken wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk)
Vraag 1: Op onze afdeling is het omgaan met naastbetrokkenen:
О
iets wat de arts eigenlijk hoort te regelen
О
vaak problematisch
ii
i
О
xviiii
gewoon een deel van ons werk
-Veel ingewikkelde systemen, dus heeft veel aandacht (2b)
-Er zijn altijd vragen die we kunnen beantwoorden
-Al veel meegemaakt, moeten gehoord worden en hebben ook veel
informatie over de client
-Er wordt veel naar ons gebeld, maar uiteindelijk zou de arts dit moeten vertellen i
-Worden door pb-er zsm uitgenogd voor informeel gesprek
-Erg belangrijk onderdeel, familie is een belangrijke spil in de behandeling
i
i
i
i
i
Conclusie: voor de meeste collega’s gewoon een deel van het werk
Vraag 2: Wanneer een familielid belt en vraagt hoe het gaat met een patient:
О
twijfel ik over wat ik zal vertellen
О
zeg ik dat ik niet telefonisch hierover mag praten
О
kan ik in het dossier terugvinden welke afspraken hierover zijn
-Collega vragen
-In de relatie die we hebben met NBen kunnen we hier open over zijn
-Weet ik uit overdracht of ik informatie mag geven of niet en verbind ik daarna
altijd door naar de patient
-wil ik eerst toestemming van client
-zolang het niet over de medische kant gaat en met toestemming van de client
-het is niet altijd duidelijk aan wie je wat mag vertellen en waarom
-staat vaak niet in het dossier, meestal wel duidelijk wat pt wil
-ik vraag meestal of de persoon de eerste contactpersoon is, zo nee dan verwijs ik
door naar de eerste contact persoon en geef geen informatie
-indien contactpersoon kan je makkelijk een open vertellen, zoniet vraag je aan de
client of het mag, en als er geen contact is tussen client en beller dan kun je
-een algemeen verhaal vertellen
i
iiii
iii
x
i
i
i
i
i
i
i
i
91
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Conclusie: Volgens bijna de helft is niet in het dossier terug te vinden welke afspraken
er bestaan over informatieverstrekking. Er wordt verschillend omgegaan hiermee. Soms
worden NB-en nog onterecht geen antwoord op hun vragen.
Vraag 3: In het dossier kan ik de volgende informatie terugvinden:
О
naam van de contactpersoon
О
telefoonnummer
О
adres
О
afspraken over informatieverstrekking
О
afspraken over noodsituaties
О
afspraken over betrekken bij de behandeling
xvii
xvii
vii
viiii
viiii
v
-Mag wel uitgebreid worden (over afspraken en de behandeling vaak niet expliciet)
-Soms wel, soms niet
i
-Willen regelmatig geen adres geven
i
-Kan ik weinig informatie terugvinden
-Laatste drie punten niet altijd
-Over noodsituaties niet altijd
-Soms adres
iii
iii
i
i
i
Conclusie: Basisgegevens zijn op orde. Volgens minder dan de helft zijn afspraken over
informatieverstrekking en noodsituaties terug te vinden. Volegns een kwart zijn
afspraken over betrokkonheid/rol bij de behandeling terug te vinden.
Vraag 4: Informatie die ik regelmatig verstrek aan naastenbetrokkenen:
О
de map met foldertjes
xi
О
informatie over bereikbaarheid en bezoekmogelijkheden op de afdeling
О
voorlichting over medicatie/behandelingen
xii
О
voorlichting over ziektebeelden
О
О
О
О
cursussen
klachtencommissie
lotgenotencontacten
familie vertrouwenspersoon
xvii
xiiii
vii
iiii
v
-Nvt (2a)
-wat maar ter sprake komt
-verwijs ook naar de arts bij vragen over ziektebeelden
i
i
-Ik heb nog nooit iets aan NB meegegeven
i
i
92
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Conclusie: Informatie over bereikbaarheid wordt door vrijwel iedereen verstrekt. Er is
nog ruimte voor verbetering op andere gebieden, met name familiecursussen van Punt P
lijken geheel onbekend. Ook de vertrouwenspersoon, en klachtencommissie voor
naasten staat minder in de aandacht.
(Waarschijnlijk wordt voorlichting over medicatie/behandeling ook gezien als taak van
de behandelaar.)
Vraag 5: Wanneer een contactpersoon zelf niet belt of langskomt dan:
О
laten we dat zo
О
zoeken we zelf contact om (niet-persoonsgebonden) informatie te geven
О
wordt de persoon uitgenodigd voor een BHP
О
wordt de persoon uitgenodigd voor een systeem gesprek
-Nvt (1b, 2a)
-Wel altijd met goedkeuring van de patient
-We zijn hierin actief (2b)
-Alle opties zijn mogelijk
-Vanuit toa gebruikelijk om familie in te lichten (vaak doet spor dat al)
ii
viiii
viii
viiii
ii
i
i
i
i
Conclusie: Er wordt verschillend omgegaan met deze situatie.
Vraag 6: Wanneer een cliënt bezoek krijgt is het op onze afdeling gebruikelijk dat we:
О
zorgen voor een prive plek om te praten
xvii
О
iets te drinken aanbieden
xviii
О
contactgegevens vragen
xi
О
vragen naar behoefte aan informatie
xiii
О
informeren naar de indruk over de cliënt
xi
Conclusie: Er wordt door vrijwel iedereen gastvrijheid getoond en rekening gehouden
met de privacy. Ruim de helft vraagt niet actief naar de behoefte aan informatie bij de
NB. Ook niet iedereen vraagt naar de indruk die de NB heeft van de patient op dat
moment – kans om meer te weten te komen over hoe de patient ‘’normaal’’ is.
Vrag 7: Wanneer er bij een cliënt een dwang- of drangmaatregel is toegepast:
О
licht ik alleen de contactpersoon in als het om separatie gaat
iii
О
licht ik de contactpersoon alleen in bij het toedienen van ingrijpmedicatie
i
О
licht ik de contactpersoon altijd in
viii
О
meld ik dit wel aan de contactpersoon van de cliënt, maar dat kan ook een paar
dagen later
iii
93
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
-Nvt (1b! toa!)
iii
-Wordt nog wel eens vergeten (toa)
i
-Want als mensen op bezoek komen, zouden ze ervan kunnen schrikken
i
-Eerste contactpersoon en met toestemming client
i
-Soms wordt het vergeten door de commotie en dan denkt de volgende dienst er gelukkig aan
i
Conclusie: Hier zijn veel verschillende antwoorden en het is ook niet door iedereen
ingevuld. Dit is een aandachtspunt: Wettelijk vertegenwoordigers (doorgaans zijn dit de
naastbetrokkenen) moeten op grond van de wet BOPZ op de hoogte gebracht worden in
de volgende situaties: gedwongen opname, dwangbehandeling, overplaatsing, verlof of
ontslag (van de BOPZ-cliënt). Onder kennisgeving aan derden verstaat de Wet BOPZ:
aan de wettelijk vertegenwoordiger, indien deze ontbreekt aan de schriftelijk
gemachtigde, en anders aan echtgenoot (partner) van de cliënt, dan wel ouder, kind,
broer of zus van de cliënt. Kennisgeving geschiedt in deze volgorde.
Indien een naastbetrokkene wordt betrokken bij de behandeling, dient dit vermeld te
worden in het cliëntendossier. Als er geen toestemming is van cliënt, dan dient
toegevoegd te worden waarom (de motivatie) ervoor gekozen is om informatie te
verstrekken.
Vraag 8: Wanneer een cliënt beslist geen contact te willen met naastbetrokkenen:
О
respecteren wij dat besluit altijd
vii
О
zoeken wij dus ook geen contact met de naastbetrokkenen
О
staan wij de naastbetrokken niet te woord als ze bellen
i
О
doen wij moeite om het contact tussen cliënt en naastbetrokkenen te herstellen
xv
-Hangt van de situatie af
ii
-Wanneer een client geen contact wil, stimuleer ik NB om een brief of kaart te sturen
i
-Moeilijk: zoeken naar gulden middenweg in overleg met team/arts
i
-Ik probeer gedurende opname meerdere keren op terug te komen bij de client, meestal
herstelt
het contact weer
i
-achterhalen van de oorzaak en eventueel een andere contactpersoon zoeken met de client
i
Conclusie: Het beeld is dat de meerderheid moeite doet om het contact te herstellen. We
hebben niet gevraagd naar de manier waarop dit dan wordt aangepakt. In
94
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
uitzonderlijke gevallen blijkt het nog voor te komen dat NB-en dan ook geheel niet te
woord worden gestaan.
95
Afstudeerproject zorgverbetering: Naastbetrokkenen in de psychiatrie
Mieke Koopman & Sarah Calissendorff
Download