Anesthesie en de immuunrespons

advertisement
Anesthesie en de
immuunrespons
Leen Govaers
Dr. G. Dewinter
1. Het immuunsysteem
2. Volatiele anesthetica
3. Hypnotica
4. Opioïden
5. Lokale anesthetica
6. Temperatuur en bloedtransfusie
7. Besluit
1. Het immuunsysteem
• Definitie: een verdedigingssysteem met als doel
indringers of veranderde eigen cellen te bestrijden
• Opbouw en kenmerken
Aangeboren
Karakteristieken



Niet specifiek
Snelle respons
(minuten-uren)
Geen geheugen
Verworven



Antigen specifiek
Trage respons (dagen)
Geheugen
Aangeboren immuunsysteem
Verworven immuunsysteem
2. Volatiele anesthetica
• In vitro studies
→ NK cellen
 dosisdependente depressie door halothane en enflurane
↑ risico op kanker ?
→ Macrofagen
 Inhibitie van fagocytose
 Stijging van NO vrijzetting
→ protectief bij inflammatie
 Neutrofielen
 effect op chemotaxis niet duidelijk
 inhibitie van superoxide radicalen
 therapeutisch effect op ischemie-reperfusie
schade
Reperfusie
Leukocyt infiltratie
Productie superoxide
radicalen
Weefselschade
 Lymfocyten
 inhibitie van lymfocytfuncties
 mechanisme: apoptosis inductie
 klinische relevantie?
• In Vivo studies
 Niet duidelijk owv verschillende factoren
 Type chirurgie
 Uitgebreidheid van weefselschade
 Duur van anesthesie
 Type patient
3. Hypnotica
• Natural killer cellen
 Niet genoeg gegevens
• Neutrofielen: in vitro
Chemotaxis
Adherentie
Fagocytose
Superoxide
radicalen
Propofol
↓
↑↓
↓
↓
Thiopental
↓
↓
↑↓
↓
Ketamine
0
↓
0
0
Midazolam
?
↓
↓
?
Etomidaat
?
0
?
0
• Neutrofielen: in vivo
 Moeilijk de effecten van chirurgie en anesthesie te
onderscheiden
 voorbeeld in ICU
 thiopental bij ptn met serieus hoofdtrauma
↓ aantal neutrofielen en ↑ incidentie van pneumonie
• Macrofagen
 propofol  inductie apoptosis
↓ chemotaxis, fagocytose, productie van superoxide
radicalen en cytokine vrijzetting
• Lymfocyten
 propofol → slechts weinig effect
4. Opioïden
• Morphine  inhibitie immuunrespons
– Via opioïdreceptoren in ANS
– Via opioïdreceptoren in de HPA-as
• Synthetische opioïden
– ↓ Interactie met opioïdR  minder inhibitie
immuunrespons
• Natural killer cellen
 depressie van NK cel cytotoxiciteit
 tramadol: activatie cytotoxiciteit owv NA en ST activiteit
• Neutrofielen
 Morfine: Suppressie
 Fentanyl, Remifentanyl en alfentanyl: geen effect
• Macrofagen en Lymfocyten
 Inhibitie van functies
• Klinische relevantie
 Versch experimentele studies  ↑ infectie na gebruik
opioiden
 Maar limitaties
‐ Vb opioid druggebruiker: freq infectieuze complicaties 
moeilijk te onderscheiden van complicaties door risicogedrag
5. Lokale anesthesie
• Verschillende studies: minder kanker recidief
bij locoregionale anesthesie i.t.t. algemene
anesthesie
– ↓ stress respons
– minder nood aan opioïden
6. T° en bloedtransfusie
• Hypothermia induceert immunosuppressie
• Bloedtransfusie
- TRIM = transfusion-associated immunomodulation
- mechanisme: transfusie van allogene WBC
- mogelijks meer risico op kanker recidief of infectie
7. Besluit
• Bewijs dat algemene anesthesie het
immuunsysteem inhibeert
• Zowel voordelig (ischemie-reperfusie schade) als
nadelig (kanker recidief en infectie)
• Bewust zijn van immunologische eigenschappen
• Meer investigatie nodig!
Download