4 Tips en adviezen. Wat te doen om het mondgedrag te verbeteren. Hier volgen enkele tips: Observeer wanneer het afwijkend mondgedrag optreedt. Treedt duimzuigen vooral op voor de televisie en in bed? En wanneer staat de mond nou precies open? Doorbreek de gewoonte. Aangezien afwijkend mondgedrag vaak een kwestie is van een gewoonte, is het belangrijk deze gewoonte te veranderen. Bedenk daarom samen met uw kind een beloningssysteem. Bijvoorbeeld: “Als je vandaag tijdens het televisie kijken 5 minuten de lippen op elkaar houdt, krijg je een sticker op een kaart. Bij 5 stickers krijg je een verrassing”. Die verrassing kan een klein cadeautje zijn of samen iets leuks doen. Stel haalbare doelen. Begin met een aantal minuten per dag en breid deze daarna uit. Maak eventueel gebruik van een klok of kookwekker om de tijd voor het kind zichtbaar te maken. Word bewust van het afwijkend mondgedrag. Praat samen met uw kind over wat u ziet en wat mogelijke gevolgen zijn. Motiveer en stimuleer uw kind bij deze moeilijke klus. © Logopédica, 2013 CORRESPONDENTIEADRES Willem Alexanderlaan 8 6074 AM Melick VESTIGINGEN in Roermond, Roerdalen en Maasgouw T I E 0475 535209 www.logopedica.nl [email protected] Revisie 01 Behandeling van afwijkende mondgewoonten 2 3 Algemeen Bij het kauwen, slikken en praten, de bewegingen die we met onze mond verrichten, zijn veel verschillende spieren betrokken zoals de kauw-, tong- en lipspieren. Een verkeerd gebruik van deze spieren kan de stand van het gebit (zelfs na een orthodontische behandeling) beïnvloeden. Schadelijk mondgedrag. De werking van de kauw-, tong- en lipspieren wordt negatief beïnvloed door schadelijk mondgedrag. Er zijn verschillende soorten schadelijk mondgedrag: 1. open mondgedrag 2. foutieve tongplaatsing in rust 3. foutieve slikgewoonten 4. foutieve spreekgewoonten 1. Bij open mondgedrag is de mond in rust geopend en verloopt de ademhaling heel vaak door de mond in plaats van door de neus. Mondademers hebben vaker infecties aan keel, neus of oren dan mensen die door de neus ademen, omdat de neusweg de lucht filtert, warm en vochtig maakt. 2. Bij een foutieve tongplaatsing in rust, ligt de tong (bijvoorbeeld) tussen de voortanden of slap op de mondbodem. De spieren worden hierdoor slap, waardoor ze hun werk niet goed kunnen doen. 3. Bij foutieve slikgewoonten wordt de tong tijdens het slikken (van voedsel en speeksel) tussen de tanden geperst. Dit is niet het geval bij een correct slikpatroon, waarbij de tongpunt tegen het tandvlees achter de voortanden staat. 4. Bij foutieve spreekgewoonten wordt de tong tegen of tussen de tanden geplaatst tijdens de spraak. We noemen dit ook wel lispelen of slissen. Het schadelijk mondgedrag kan negatieve gevolgen hebben voor onder andere de stand van de tanden, de ontwikkeling van de kaak en voor de uitspraak van klanken. Mogelijke oorzaken van schadelijk mondgedrag. De meest voorkomende oorzaken zijn duim-, vinger-, of speenzuigen en nagelbijten. Daarnaast kan regelmatig terugkerende neusverkoudheid en/of vergrote neusamandelen ook schadelijk mondgedrag veroorzaken. Dit zorgt ervoor dat men voornamelijk door de mond gaat ademen. Ook andere organische oorzaken kunnen afwijkend mondgedrag veroorzaken, bijvoorbeeld een algehele spierzwakte of een aangeboren verkeerde stand van de kaken, waarbij bijvoorbeeld de onderkaak te groot kan zijn. Meestal is afwijkend mondgedrag echter een (aangeleerde) gewoonte. Wanneer er zorgen bestaan over het mondgedrag kan een logopedist ingeschakeld worden. Logopedische behandelingen worden door de zorgverzekeraar(s) vergoed, mits er een verwijzing is van huisarts, tandarts, orthodontist of specialist. Wat doet de logopedist? Een logopedist zal beginnen met een vraaggesprek en daarop volgt een onderzoek om het probleem in kaart te brengen. Ze bekijkt o.a. de mondfuncties, de gebitsstand, de totale lichaamshouding en eventuele schadelijke mondgewoonten. Een ander aspect van het onderzoek heeft betrekking op de uitspraak van klanken en de algemene verstaanbaarheid van het spreken. Wanneer alle testen zijn afgerond, kan de logopedist bepalen of er inderdaad sprake is van afwijkend mondgedrag en hoe de behandeling er uit kan gaan zien. Dit plan wordt met de ouders besproken. De logopedist heeft veel materialen ter beschikking die als doel hebben de spierfunctie voor het kauwen, slikken en praten te herstellen. Een logopedische behandeling duurt gemiddeld een half uur en vindt eenmaal per week plaats. Daarnaast worden er adviezen verstrekt om hetgeen geleerd werd zo goed mogelijk in de praktijk te brengen. Na een aantal maanden logopedische behandeling, zal de logopedist de onderzoeken nogmaals uitvoeren. Zo kan zij zien of er vooruitgang is.