Programma - Klassikaal: Overzicht – tot nu toe Klassikaal - opdracht 7 Voor opdracht 8 in groepjes zitten Je overlegt met elkaar over opdracht 8 Maak gezamenlijk formuleringen voor opdracht 8 op een apart papier. - Klassikale bespreking van de resultaten - Introductie op werkblad 3 - Werkblad 3 maken 0 • Elk paar gehele getallen heeft een ggd • 25 en 20 • 4 en 3 • 127 en 126 • Je kan dus altijd de ggd vinden van een paar gehele getallen. 1 Procedure van de Pythagoreeërs om de grootste gemeenschappelijke deler te vinden • • • • • • Neem beide getallen. Trek het kleinste getal af van het grootste getal Ga verder met het antwoord en het kleinste Trek weer het kleinste getal af van het grootste ga net zo lang door tot je twee dezelfde getallen hebt. Dat is de ggd 2 Onze eerdere conclusie en die van de Pythagoreeërs • Met gehele getallen en breuken hebben we oneindig veel getallen op de positieve getallenlijn • Daarmee hebben we alle positieve getallen die er zijn. toch? 3 b/a b ≅ 1 1 a a We kunnen altijd een eenheid zo kiezen dat lengten van de zijden van een driehoek een geheel getal zijn a en b zijn gehele getallen 4 In opdracht 3 hebben we gezien dat |BE| en |AB| geen ggd hebben. In opdracht 4 hebben we gezien dat: |BE|:|AB| = ½ + ½ √5 5 b/a b ≅ 1 1 a a 6 Opdracht 7 • a en b zijn gehele getallen. • De verhouding b/a is een vereenvoudigde breuk • Dus a en b kunnen niet beide even zijn. 7 Def 6: Een even getal is deelbaar in twee gelijke delen Def 7a: Een oneven getal is niet deelbaar in twee gelijke delen Def 7b: Een oneven getal verschilt 1 van een even getal Def 15: A maal B is de som van A getallen B (dus is B+B+B+ …. ) 8 De Pythagoreeërs kenden gehele getallen en breuken. Hebben we daarmee alle positieve getallen? Opdracht 8: Formuleer met je groepje een antwoord op deze vraag. Onderbouw je antwoord met verwijzing naar de voorgaande opdrachten. Wat zou dit hebben betekend voor de Pythagoreeërs? 9 b/a b ≅ 1 1 a a 10 a a b 11 12 C Q B A P C Q B A P 13