beleid sociaal medische indicatie kinderopvang

BELEID SOCIAAL MEDISCHE INDICATIE KINDEROPVANG
Inleiding
De SMI-regeling vindt zijn oorsprong in de Wet Kinderopvang (2005) en is bedoeld om tegemoet te
komen in de kosten van kinderopvang op basis van een Sociaal Medische Indicatie. Het gaat om
gezinnen waarbij de opvoedcapaciteit van ouders door lichamelijke, zintuiglijke, verstandelijke of
psychische beperkingen (tijdelijk) te kort schiet. De SMI-regeling is een wettelijke taak, waarvoor
de gemeente zelf de regels vast stelt.
Doelgroep
Kinderopvang op SMI-basis is bedoeld voor mensen die op basis van de Wet Kinderopvang geen
recht hebben op (mede)financiering van hun kinderopvang, maar toch kinderopvang nodig hebben
om medische en/of sociale redenen. Zowel ouder als kind kunnen in aanmerking komen voor een
SMI.
Criteria:
Men behoort niet tot de in de Wet Kinderopvang benoemde doelgroepen;
Er is sprake van medische en/of sociale problematiek bij ouder of kind die plaatsing bij een
reguliere kinderopvanginstelling indiceert;
In belang van de ontwikkeling van het kind wordt gekeken of een eventuele overgang van
een kinderopvangdagverblijf naar een peuteropvang of andersom wenselijk is. Dit geldt
niet voor taalachterstand.
Er kan op basis van een sociale en/of een medische indicatie kinderopvang toegekend worden. Het
probleem is meestal gelegen in de ouder, maar het kan ook zijn dat het kind een sociaal/medisch
probleem heeft waardoor kinderopvang noodzakelijk is.
Sociale indicaties:
Bij kinderopvang op sociale indicatie valt te denken aan de volgende problemen:

Verslavingsproblematiek

Borderline

Laag opleidingsniveau

Wajong-uitkering

Gezinnen met een jeugdbeschermingsmaatregel (ondertoezichtstelling,
gezinsvoogd)

Verstandelijke beperking van de ouder(s) (begeleiding door Aveleijn, William
Schrikkerstichting, Humanitas, Begeleid wonen)

Psychische problemen

Opvoedingsproblemen die in het kind gelegen zijn
Medische indicaties:
Kinderopvang op medische indicatie wordt toegekend na een medisch verklaring van een
onafhankelijke specialist/hulpverlener.
Team Jeugd en Gezin
Indien het Meldpunt Kinderopvang van de gemeente Hengelo niet zelf kan beoordelen of er een
sociale/medische indicatie bestaat voor kinderopvang wordt de casus voorgelegd aan het team
Jeugd en Gezin. Het team Jeugd en Gezin is ondergebracht bij de afdeling WMO en werkt o.a.
samen met de jeugdzorg en de GGD. Er wordt ingestoken op het gezinssysteem en het belang voor
de ontwikkeling van het kind (waaronder ook opvoedingsondersteuning). Het belang van het kind
staat voorop en een goede startsituatie op de basisschool is belangrijk bij de beoordeling van een
sociale/medische indicatie.
SMI-beleid
Pagina 1 van 3
Aanvraag en indicatiestelling
Een aanvraag voor kinderopvang op basis van SMI moet worden gedaan bij het Meldpunt
Kinderopvang van de gemeente Hengelo. Het doorvragen bij ouders en hulpverleners om de
criteria helder te krijgen moet grote aandacht krijgen. Enerzijds om niet meer opvang in te zetten
dan noodzakelijk is en anderzijds om maatwerk te kunnen leveren.
Ouders zijn verplicht een aanvraagformulier in te vullen, waardoor zij zich meer bewust worden
van hun eigen verantwoordelijkheid en van mogelijke alternatieven.
Tevens moet de hulpverlener een hulpverlenersformulier invullen en een (medische) verklaring
opstellen. In deze stukken moet staan waarom er opvang noodzakelijk is en hoeveel dagdelen er
nodig zijn en welk soort opvang nodig is. Verder moet in de verklaring staan wat er aan de huidige
situatie/het probleem wordt gedaan om deze zo snel mogelijk te verbeteren.
Tenslotte moet er bij een sociaal medische indicatie voor het kind een toestemmingsverklaring
getekend worden waarmee het Meldpunt Kinderopvang gegevens over het kind mag opvragen bij
het consultatiebureau van de GGD.
Op basis van de verstrekte stukken beoordeelt het Meldpunt Kinderopvang van de gemeente
Hengelo of er mogelijk sprake is van een SMI aan de hand van de volgende maatstaven:
beide ouders zijn niet beschikbaar om de kinderopvang te verzorgen
uit de verstrekte gegevens blijkt dat er mogelijk sprake is van sociaal-medische
problematiek, bij (een van de) ouder(s) of bij het (de) kind(eren)
Als de aanvragen/indicatiestelling volledig naar het team Jeugd en Gezin gaan dan gaat de
aanvraagprocedure in lijn worden gebracht met de werkwijze vanuit het team Jeugd en Gezin.
Toekenningsmogelijkheden
Alvorens kinderopvang op SMI-basis toe te kennen wordt eerst gekeken of er geen andere
voorziening voorhanden is die een adequate oplossing kan bieden, zoals informele opvang
(kantelingsgedachte van de WMO, uitgaan van de eigen kracht). Verder kan gekeken worden naar
alternatieve opvangmogelijkheden.
De gemeente Hengelo hanteert de volgende SMI-regeling:
 kinderen van 0 tot 2 jaar
Een tegemoetkoming in de kosten van de kinderopvang voor maximaal 4 dagdelen.
Het maximaal aantal dagdelen is een gemiddelde gebaseerd op basis van ervaringen uit het
verleden. Dit blijkt voldoende en toereikend te zijn.
Vaak wordt kinderopvang op SMI-basis toegekend om het kind ook ritme/structuur te
geven, 2 dagdelen is dan te weinig. Ouders die niet in staat zijn de hele week voor hun
kinderen te zorgen, zijn met de voorgestelde opvang voor een deel ontlast.

Kinderen van 2 tot 4 jaar
Voor kinderen van 2-4 jaar wordt de peuteropvang als basis van de opvang gezien.
Kinderen van 2 tot 4 jaar kunnen regulier 2 dagdelen per week naar de peutersopvang.
In sommige SMI-situaties is deze opvang echter onvoldoende, bijvoorbeeld als ouders
verstandelijk beperkt zijn of een intensieve therapie moeten volgen. De gemeente Hengelo
biedt deze ouders de mogelijkheid om voor hun kinderen van 2 tot 4 jaar 2 extra
dagdelen peuteropvang aan te vragen als de behoefte er is. Voor deze kosten worden
SMI-middelen ingezet (via de bijzondere bijstand). Ook voor de 2 dagdelen reguliere
peuteropvang als er een SMI indicatie is en peuteropvang mogelijk is.
N.B.
Naast de reguliere 2 dagdelen kinderopvang is er voor kinderen die een extra stimulans
nodig hebben in hun (taal)ontwikkeling de mogelijkheid 2 extra dagdelen naar de
peuteropvang te gaan en Voor- en Vroegschoolse Educatie te volgen.
Is opvang bij een peuteropvang niet voldoende toereikend dan kan de mogelijkheid van
kinderopvang worden bekeken. Er wordt een vergoeding voor maximaal 4 dagdelen
kinderopvang toegekend op SMI-basis.

Kinderen van 4 tot 12 jaar
Een tegemoetkoming in de kosten van buitenschoolse opvang is er in principe niet.
Er wordt vanuit gegaan dat de schooluren van de kinderen vanaf 4 jaar, inclusief
overblijfmogelijkheden, voldoende ruimte bieden om rust te creëren en om therapie
vanwege psychische/fysieke klachten te volgen.
SMI-beleid
Pagina 2 van 3
Ouderbijdrage
Bij de toekenning van een vergoeding in de kosten van kinderopvang op basis van een
sociaal/medische indicatie wordt er gekeken of de ouder een bijdrage kan leveren in de kosten.
Voor de bepaling van de hoogte van deze bijdrage wordt de bijzondere bijstand berekening
gehanteerd.
Hardheidsclausule
Ouders kunnen een beroep doen op toepassing van de hardheidsclausule als er sprake is van
crisisachtige situaties zoals een plotselinge opname van een ouder in het (psychiatrisch)
ziekenhuis, het overlijden van een ouder of bij huiselijk geweld, waarbij tijdens de
onderzoeksperiode het kind tijdelijk in een veilige omgeving geplaatst moet worden.
Ook kan er afgeweken worden van het maximale aantal dagdelen, indien dit in een bepaalde
situatie niet voldoende/toereikend is.
SMI-beleid
Pagina 3 van 3