Dalton Handboek Aldoende. - Openbare basisschool Aldoende

advertisement
Daltonhandboek – OBS Aldoende
Voorwoord
Voor u ligt het Daltonverslag van OBS Aldoende.
Onze school is een van de scholen van de Stichting Samen tussen Amstel en IJ.
De scholen binnen ons bestuur werken aan goed en eigentijds onderwijs.
In dit verslag kunt u lezen op welke wijze onze basisschool de Daltonprincipes geïntegreerd
heeft in haar onderwijs.
OBS Aldoende is sinds 2008 gestart met het aanbieden van Daltononderwijs en in 2010
daarvoor officieel gecertificeerd. De Daltonvisitatie die in mei 2015 zal plaatsvinden heeft de
school opnieuw uitgedaagd tot zelfreflectie. Met enige trots vermelden wij u dat de
voorbereidingen op de visitatie, die wij met ons voltallig team hebben getroffen, geheel
volgens Daltonprincipes verlopen is:
o
Aan dit verslag is samen gewerkt;
o
Er is in teamverband geëvalueerd en gereflecteerd op de uitwerking van de
Daltonkernwaarden bij ons in school;
o
Het gehele team heeft verantwoordelijkheid genomen;
o
Onze leerlingen spelen dagelijks een grote rol in het uitdragen van Dalton; door hen
wordt dagelijks volgens Daltonprincipes aan taken gewerkt.
In de hoofdstuk 1 leest u over onze school, onze visie en hoe Dalton daar onderdeel van is. In
hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de Daltonontwikkelingen, mede naar aanleiding van de
Daltonvisitatie in 2010. In de hoofdstukken 3 t/m 8 staan de zes kernwaarden centraal en
wordt per kernwaarde inzichtelijk gemaakt op welke wijze hier op leerling-, leerkracht- en
schoolniveau aan gewerkt wordt. In hoofdstuk 9 is ons Daltonontwikkelplan opgenomen.
Door de Daltonvisitatiecommissie zijn wij gevraagd aan te geven waar wij als school in het
bijzonder trots op zijn. Deze ‘parels’ staan in groen aangegeven. In gesprek met de visitatie
lichten wij dit graag verder mondeling toe. Wij zien uit naar dit moment op 21 mei 2015.
Namens ons voltallig team en de kinderen, wensen wij u veel leesplezier.
Kim van den Akker
Directeur OBS Aldoende
Aldoende 1
Tweede Boerhaavestraat 22
1091AN Amsterdam
Tel: 020-6652663
www.obsaldoende.nl
Aldoende 2
Tweede Boerhaavestraat 47
1091AL Amsterdam
Tel: 020-4685909
2
Inhoud
Voorwoord
2
Over onze school .......................................................................................................................... 5
Hoofdstuk 1
Waar Aldoende voor staat ..................................................................................... 7
1.1
Missie en visie.......................................................................................................................... 7
1.2
Een stukje Daltongeschiedenis ................................................................................................ 8
1.3
Van drie principes naar vijf kernwaarden ............................................................................... 9
1.4
De kernwaarden van het Daltononderwijs ........................................................................... 10
Hoofdstuk 2
Ontwikkelingen ................................................................................................... 12
2.1
Aanbevelingen ...................................................................................................................... 12
2.2
Alle Daltonontwikkelingen van de afgelopen 5 jaar in schema ............................................ 12
Hoofdstuk 3
Kernwaarde Vrijheid en verantwoordelijkheid ..................................................... 18
3.1
Leerlingniveau ....................................................................................................................... 18
3.2
Leerkrachtniveau ................................................................................................................... 21
3.3
Schoolniveau ......................................................................................................................... 21
Hoofdstuk 4
Kernwaarde Zelfstandigheid ................................................................................ 22
4.1
Leerlingniveau ....................................................................................................................... 22
4.2
Leerkrachtniveau ................................................................................................................... 24
4.3
Schoolniveau ......................................................................................................................... 25
4.4
De weektaak .......................................................................................................................... 25
Hoofdstuk 5
Kernwaarde Samenwerken .................................................................................. 29
5.1
Leerlingniveau ....................................................................................................................... 29
5.2
Leerkrachtniveau ................................................................................................................... 30
5.3
Schoolniveau ......................................................................................................................... 31
Hoofdstuk 6
Kernwaarde Reflectie .......................................................................................... 32
6.1
Leerlingniveau ....................................................................................................................... 32
6.2
Leerkrachtniveau ................................................................................................................... 32
6.3
Schoolniveau ......................................................................................................................... 32
6.4
Informatie en rapportage ...................................................................................................... 33
Hoofdstuk 7
Kernwaarde Effectiviteit en doelmatigheid........................................................... 34
7.1 Leerlingniveau........................................................................................................................... 34
7.2
Leerkrachtniveau .................................................................................................................. 34
3
7.3
Schoolniveau ...................................................................................................................... 35
Hoofdstuk 8
Kernwaarde Borging ............................................................................................ 37
8.1
Leerkrachten en team ........................................................................................................... 37
8.2
Daltonvakgroep en Daltoncoördinator ................................................................................. 37
Hoofdstuk 9
Daltonontwikkelplan ........................................................................................... 38
4
Over onze school
OBS Aldoende is een openbare basisschool met een voorschool, gelegen in stadsdeel Oostwatergraafsmeer. In totaal zijn er 420 leerlingen, verdeeld over 5 kleutergroepen, en twee
groepen van groep 3 tot en met 8. De school bestaat uit twee gebouwen, gelegen op
loopafstand van elkaar. De gymzaal van onze school bevindt zich in het gebouw van de HvA,
gelegen naast Aldoende 1.
5
Aldoende 1 – Tweede Boerhaavestraat 22
Aldoende 2 – Tweede Boerhaavestraat 47
In beide gebouwen is een speellokaal aanwezig voor de lessen van dans/drama en andere
activiteiten. In Aldoende 1 wordt het lokaal tevens gebruikt voor kleutergym.
In de aula van Aldoende 1 is het ‘jonge kindlab’ gecreëerd, in samenwerking met studenten
van de HvA. Aldoende 2 werkt met de ‘Pittige Plustorens’ onder leiding van
Pedagogiekstudenten. Tevens is er in Aldoende 2 een lokaal dat beschikbaar wordt gesteld
voor ‘Opleiders in school’. Dit lokaal zal volgend jaar in Aldoende 1 zijn, zodat de groepen 4
weer samen op Aldoende 2 zijn.
In 2010 is Aldoende gecertificeerd als Daltonschool. Alle toenmalige leerkrachten hebben
hun certificaat Daltonleerkracht gehaald. Nieuwe leerkrachten van Aldoende gaan het
certificeringstraject in hun tweede of derde jaar volgen. In schooljaar 2013-2014 nam Kim
van den Akker de directiefunctie over van Frank Lie-a-ling. Er zijn de laatste jaren meerdere
nieuwe leerkrachten begonnen bij ons op school. Nieuwe leerkrachten worden begeleid
door ervaren leerkrachten van Aldoende en ingewerkt in de werkwijze van Aldoende. Wij
vinden het belangrijk dat alle leerkrachten vanuit dezelfde visie werken en dat er een
doorgaande lijn is in de school.
Aldoende heeft een gecertificeerde Dalton-coördinator, Jolanda Brinkman-Hazel. Jolanda
werkt nauw samen met de Daltonvakgroep, welke bestaat uit leerkrachten van verschillende
bouwen.
Aldoende is een school waar kinderen zich thuis voelen, waar aandacht en ruimte is voor
hun talenten en waar op een ervaringsgerichte manier onderwijs wordt gegeven door een
professioneel team. In de tevredenheidspeiling 2014-2015 is onze school door zowel de
collega’s als ouders gewaardeerd met een 7,7 en door de leerlingen zelfs met een 8,1. In
woorden wordt dit uitgedrukt als “zeer tevreden”.
6
Hoofdstuk 1
Waar Aldoende voor staat
Aldoende leren we: ‘Wat gisteren nog moeilijk was, is vandaag gemakkelijk’
1.1
Missie en visie
Bij ons op school staat de ontwikkeling van het kind centraal. Je mag zijn wie je bent. We
scheppen een uitdagende, functionele leeromgeving in een sfeer van veiligheid en
geborgenheid. Wij streven naar een school waar respect voor jezelf en de ander centraal
staat.
Wij willen dat onze leerlingen straks sterk, competent en zelfbewust de wereld in gaan. In de
maatschappij van nu wordt er steeds meer een beroep gedaan op vaardigheden zoals:
zelfstandig zijn, goed kunnen samenwerken en verantwoordelijkheid. Dit zijn vaardigheden
die de kinderen nodig hebben in het dagelijks leven en op school maar ook straks op de
middelbare school, bij hun studie of op hun werk.
Wij zijn ervan overtuigd dat Dalton daarvoor de beste methode is. Een kind dat zichzelf en
anderen respecteert, initiatief neemt, pro-actief is, verantwoordelijkheid kan nemen en
verantwoording kan vragen en afleggen, staat sterk in het leven.
De Daltonmethode komt tegemoet aan de specifieke behoeften van ieder kind en geeft
ruimte aan zijn of haar talenten, kracht en karakter. Daltonkinderen leren zichzelf en de
wereld om hen heen goed kennen; ze weten wat ze waard zijn en kunnen goed omgaan met
keuzes en verantwoordelijkheid. Daarnaast zijn er zeer duidelijke voordelen als het zuiver
gaat om leren:
-
Leerlingen krijgen de ruimte om op hun eigen niveau te werken en te leren.
Leerlingen leren plannen en zelf hun werk in te delen, wat in het voorgezet onderwijs
en in de maatschappij goed van pas komt.
Leerlingen leren samenwerken, waardoor er meer respect voor elkaar ontstaat en er
rekening met elkaar wordt gehouden.
Leerlingen leren verantwoordelijk te zijn voor hun werk en materiaal.
7
1.2
Een stukje Daltongeschiedenis
Het Daltononderwijs bewijst al honderd jaar lang haar waarde. De onderwijsvorm is
gebaseerd op de ideeën van de Amerikaanse pedagoge Helen Parkhurst. Haar ideeën over
individuele en niet klassikale ontplooiing van leerlingen baseerde zij op haar ervaring als
leerkracht.
8
Helen Parkhurst (1886-1973)
René Berends en Hans Wolthuis (2014)
In 1905 werkt Parkhurst op schooltjes met slechts één klas. Daar kreeg zij te maken met
veertig leerlingen verdeeld over acht leerjaren. Vanzelfsprekend was ‘normaal lesgeven’
volstrekt onmogelijk. Daarom koos zij voor een aanpak met een gedeelte zelfstudie. Zij
overlegde met de leerlingen over wat hun eigen verantwoordelijkheid zou kunnen zijn en de
rol van de leerkracht. Eén en ander werd vervolgens schriftelijk vastgelegd in een soort van
contract: de taak. De leerlingen beloofden bij dit contract dat zij aan hun taak zouden
werken en die op tijd af zouden hebben.
Helen Parkhurst beloofde de leerlingen hulp te bieden indien dit noodzakelijk was. In eerste
instantie ging het Helen Parkhurst dus om praktische oplossingen om de efficiëntie van het
onderwijs te verhogen. In die situatie was zelfstandig werken noodzakelijk, maar al snel
raakte ze ervan overtuigd dat deze aanpak voor alle leerlingen goed was. Tussen 1913 en
1915 werkte Parkhurst in Italië met de beroemde pedagoge Montessori en kregen haar
ideeën een pedagogische grondslag.
Enkele jaren later legde zij haar visie op onderwijs vast in het boek: ‘Education on the Dalton
Plan’ (1922). Later werden haar ideeën toegepast in de ‘State Highschool’ in Dalton,
Massachusetts. Naar deze plaats is het Daltononderwijs genoemd.
Nu, ruim een eeuw later, gebruikt Aldoende deze ideeën van Parkhurst voor een eigentijdse
en effectieve invulling van ons Daltononderwijs. De maatschappij verandert en wij vinden
het belangrijk om hierop in te spelen. Daarom willen we kinderen vaardigheden meegeven
waarmee ze zichzelf steeds verder kunnen ontwikkelen. Deze vaardigheden, ook wel ‘21st
century skills’ genoemd, zijn: samenwerken, communicatie, creativiteit, ICT-geletterdheid,
sociale- en culturele vaardigheden, kritisch denken en probleem-oplossend vermogen. Wij
houden ons op de hoogte van de nieuwste literatuur en op dit moment staat het boek
‘Focus op Dalton’ van René Berends en Hans Wolthuis (2014) centraal.
1.3
Van drie principes naar vijf kernwaarden
De Nederlandse Daltonidentiteit was altijd gebaseerd op drie principes. Onderwijs en dus
ook Daltononderwijs is constant in ontwikkeling. De veranderingen op het gebied van
ontwikkelingspsychologie en didactische en maatschappelijke inzichten hebben in 2012
geleid tot een kritische bezinning op de Daltonuitgangspunten. Hieruit zijn vijf nieuwe
kernwaarden ontwikkeld die hieronder kort beschreven staan.
9
In de daltondriehoek zijn de uitgangspunten te vinden die als leidraad dienen voor ons onderwijs.
Verantwoordelijkheid nemen en geven en vertrouwen vragen en schenken zijn onlosmakelijk
verbonden met het afleggen van verantwoording en het vragen van verantwoording aan anderen.
Vertrouwen schenken-vragen
We vertrouwen erop dat kinderen willen leren, dat ze goede keuzes kunnen maken, dat ze kunnen
samenwerken en kunnen organiseren. Dat betekent voor de school, dat we kinderen serieus nemen
en ze dat vertrouwen moeten schenken.
Verantwoording afleggen-vragen
Leerlingen leggen verantwoording af over de taken die in vrijheid zelfstandig en/of in samenwerking
uitgevoerd moeten worden en leerkrachten begeleiden dit proces. Daardoor leren leerlingen
reflecteren op de wijze waarop er gewerkt is en op de resultaten van het werk. Dat afleggen van
verantwoording gaat dus niet alleen over het eindproduct van het leren, maar ook over het
leerproces zelf. In het Daltononderwijs wordt verwacht van de leerkracht zowel vooraf als achteraf.
Verantwoordelijkheid geven-nemen
Het vertrouwen in de kinderen vormt de basis voor het geven van verantwoordelijkheden. De
kinderen leren verantwoordelijkheid te nemen voor bijvoorbeeld het eigen leren, voor de
schoolomgeving, voor de medeleerlingen, uiteindelijk zelfs voor de maatschappij. Daltononderwijs
wil kinderen uiteindelijk opvoeden tot positieve, democratische, verantwoordelijke medeburgers;
"Mensen zonder vrees" (Helen Parkhurst).
1.4
De kernwaarden van het Daltononderwijs
Vrijheid en verantwoordelijkheid
‘Freedom and responsibility together perform the miracle’
Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken en eigen wegen te vinden.
Vrijheid in het daltononderwijs betekent de gelegenheid krijgen om taakwerk zelf te
organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet,
de werkafspraken en de schoolafspraken vormen de grenzen waarbinnen de kinderen hun
vrijheid leren te gebruiken. Een kind leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn
omgeving te dragen, als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt.
Door kinderen meer vrijheid te bieden kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve
leerhouding ontwikkelen. Het is de taak van de leerkracht om ieder kind een structuur te
bieden om vrijheid binnen grenzen te leren hanteren. Kinderen krijgen de ruimte om te
ontdekken en experimenteren, maar worden ook tegelijkertijd geconfronteerd met de
relatie tussen wat zij doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk
leerproces, waarin zelfkennis en zelfinschatting een grote rol spelen.
Zelfstandigheid
‘Experience is the best and indeed the only real teacher’
Zelfstandig leren en werken op een Daltonschool is actief leren en werken. Zelfstandigheid
kan alleen ontwikkelen als voldoende vrijheid en verantwoordelijkheid wordt geboden. Een
leerling wil doelgericht werken aan een taak of opdracht is in staat om indien nodig tijdens
dit leerproces hulp te zoeken. Deze manier van werken stimuleert het probleemoplossend
denken van de leerlingen. Om later als volwassene goed te kunnen functioneren moet een
leerling leren beoordelen welke beslissingen hij/zij moet nemen en wat de gevolgen daarvan
zijn. De keuzevrijheid dwingt een leerlingen tot het nemen van zelfstandige beslissingen die
voor hem effectief en verantwoord zijn.
Samenwerking
‘The school functions as a social community’
Een Daltonschool is een leefgemeenschap waar kinderen, ouders, personeel op een
natuurlijke en gestructureerde wijze samen leven en werken. Een daltonschool is ook een
leeromgeving waar kinderen en leerkrachten iets van en met elkaar leren. Doordat kinderen
samen met leerkrachten en andere kinderen aan hun leertaken werken, leren zij met elkaar
om te gaan en leren zij dat zij elkaar kunnen helpen. Het verwerven van kennis en
vaardigheden in samenwerking met anderen verdiept het leren. Samenwerken is iets dat net
als alle andere vaardigheden geleerd en geoefend moet worden.
10
Effectiviteit en doelmatigheid
‘Dalton is een efficiency measure’
Het Daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen. Wij
streven ernaar te differentiëren, zodat alle leerlingen zoveel mogelijk datgene wat zij
moeten leren, krijgen op de manier die het beste bij hen past. Als leerlingen een taak krijgen,
waar zij verantwoordelijkheid voor dragen en die zij in vrijheid zelf plannen en uitvoeren, het
onderwijs dan veel effectiever is dan het stilzit- en luisteronderwijs. Wij richten de leertijd zo
efficiënt mogelijk in, met als doel te zorgen dat de kinderen aan het werk zijn en
geholpen/begeleid kunnen worden door elkaar en/of door de leerkracht. Parkhurst maakt in
haar Dalton Plan van kinderen als het ware kleine ondernemers, die verantwoordelijkheid
leren dragen voor het schoolwerk, hun eigen werk, dat ze in vrijheid uitvoeren.
Reflectie
‘I would be the first to hear welcome criticism’
Reflectie en evaluatie, nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk, is op een
Daltonschool belangrijk. Eigenaarschap en verantwoordelijkheid worden bereikt door
vooruit en terug te kijken. Het 'leren leren' van het kind wordt gestimuleerd. Leren wordt
uitdagender wanneer het kind inzicht krijgt in het niveau van bekwaamheid. Reflectie
vergroot de zelfstandigheid van het kind. We kijken regelmatig met de leerlingen terug naar
de processen en de producten. Daarbij is het noodzakelijk dat doelen duidelijk zijn voor de
leerling. Wij leren de kinderen te reflecteren op het eigen handelen. Hiertoe stellen kinderen
zich de volgende vragen.
 Hoe is het werk gegaan?
 Snap ik het?
 Hoe leer ik het best?
 Waar ben ik trots op?
 Wat vind ik nog lastig?
Het reflecteren vindt plaats in gesprekjes met de leerkracht en klasgenoten, aan de hand van
het werk op de weektaak. Ook de leerkrachten reflecteren stelselmatig op hun eigen
handelen/ eigen onderwijspraktijk.
Borging
‘de zesde kernwaarde’
De afspraken die wij met elkaar maken, komen regelmatig terug. Wat is belangrijk, is het nog
zo als wij afgesproken hebben? Dit gebeurt op teamniveau en op klassenniveau. Hiervoor
hebben wij regelmatig gesprekken met groepen, individuele leerlingen, team en
leerkrachten onderling. Daltonscholen borgen hun kernwaarden door middel van een
planmatige zelfevaluatie en visitatie. De Nederlandse Dalton Vereniging geeft licenties en
certificaten af aan instituten, scholen en personen als zij er blijk van geven de kernwaarden
op goede wijze in de praktijk vorm en inhoud te hebben gegeven. Tot slot geeft een stuk
borging inzicht in de doelen en behaalde resultaten.
11
Hoofdstuk 2
2.1
Ontwikkelingen
Aanbevelingen
Op 28 januari 2010 zijn de heer P. Meuwese, de heer P.Dijkerman en mevrouw I. Faber bij Aldoende
op bezoek geweest. Zij gaven ons de volgende aanbevelingen:
Aanbeveling 1:
Maak van het item keuzewerk een ontwikkelingspunt. Stel daarbij vragen zoals: wat moet
en/of kan erin? Krijgen alle leerlingen kans aan keuzewerk te werken? Hoe kan keuzewerk
een geïntegreerd onderdeel zijn in de taak? Wanneer mogen leerlingen werken aan
keuzewerk?
Aanbeveling 2:
Ontwikkel het beoordelen (lees: nakijken) van het eigen werk door leerlingen. Er is meer
mogelijk dan alleen het nakijken van het rekenwerk.
Aanbeveling 3:
Ontwikkel een doorgaande lijn in het plannen van werk door de leerlingen. In de groepen 1/2
momenteel wel hier en daar aanwezig, in de middengroepen niet of nauwelijks en in groep
7/8 weer heel goed.
In de bijlage hebben we het bestand toegevoegd dat reeds verzonden is naar de
visitatiecommissie ter voorbereiding op het bezoek.
Teamverzoek: coöperatieve werkvormen
Vanuit het team kwam de vraag om meer te weten te komen over coöperatieve
werkvormen. In schooljaar 2011/2012 en 2012/2013 heeft het gehele team deelgenomen
aan een cursus ‘coöperatieve werkvormen’ van Marijke van Zelst.
2.2
Alle Daltonontwikkelingen van de afgelopen 5 jaar in schema
Wanneer?
Wat?
Afspraken/uitkomsten
2010-2011
Weektaak
schoolbreed
Kleuters van taakkaart naar taakbord.
Invoeren.
Groep 3 & 4 weektaak met afbeeldingen.
Groep 5-8 weektaak met tekst.
Leerlingen kunnen zelf inplannen en afkleuren.
2010/2011
Keuzewerktijd
In de groepen 1 en 2 is het keuzewerk
geïntegreerd in het onderwijs.
De groepen 3 t/m 8 hebben 1 uur in de week
keuzewerktijd, zij kunnen daarbij gebruik maken
van de kieskasten in de aula (groep 4 t/m 8). Het
12
keuzewerkmateriaal is ingedeeld n.a.v. de
meervoudige intelligenties.
Er wordt een start gemaakt met de aanvulling
van keuzewerkmateriaal.
In de groepen 1 en 2 wordt gewerkt met
zelfcorrigerend ontwikkelingsmateriaal.
In groep 3 wordt deels gewerkt met
zelfcorrigerend materiaal en er wordt een begin
gemaakt met nakijken van eigen werk.
In de groepen 4 t/m 8 is een nakijktafel aanwezig
die wordt gebruikt voor taal en rekenen.
Schoolbreed gaan we experimenteren met
maatjesgroepen.
Scholenbezoek bij Daltonscholen in de regio.
Doel: inspiratie opdoen, visie keuzewerktijd
ontwikkelen en experimenteren met
keuzewerktijd.
2010/2011
Nakijken door
leerlingen
2010/2011
Maatjesgroepen
2011/2012
Scholenbezoek /
keuzewerk
2011/2012
Keuzewerk
Keuzewerk: in de groepen 3 t/m 8 wordt gewerkt
met knapkasten aan de hand van MI, keuzewerk
staat op de weektaak of het planbord.
2011/2012
Coöperatief leren
Literatuur zelfstudie, cursus coöperatief leren
2012, collegiale consultaties, werkvormen in
praktijk brengen en presentaties geven aan het
team.
2011/2012
Coöperatief leren
Bij de groepen 1/2 is er minstens 1 werkvorm
zichtbaar op het planbord, daarnaast wordt de
coöperatieve kring op verschillende manieren
uitgevoerd. De groepen 3 t/m 8 gebruiken een
symbool op weektaak/planbord om coöperatief
leren aan te geven. In de beginfase wordt
minimaal 2 keer per week een coöperatieve
werkvorm gedaan.
2011/2012
Daltoncertificaat
Vier nog niet gecertificeerde leerkrachten in
opleiding voor Daltoncertificaat.
2011/2012
Informatieavond
Dalton
Met behulp van filmpjes en lesmateriaal
vertellen leerkrachten over ons Daltononderwijs.
2012/2013
Keuzewerk
In elke jaargroep is een keuzewerkkast met
materialen ingericht volgens de visie van Howard
Gardner.
Schoolbreed moet keuzewerktijd minimaal 30
minuten per week ingepland worden. Daarnaast
wordt er per jaargroep afgesproken hoe lang,
13
hoe vaak en in welke vorm.
2012/2013
Coöperatief leren
Literatuur zelfstudie, cursus coöperatief leren
2012/2013, collegiale consultaties, werkvormen
in praktijk brengen en presentaties geven aan
het team.
T-formulier per samengestelde groep vormgeven
en implementeren.
Eerste twee studiedagen door Marijke van Zelst.
Samenstellen van coöperatieve groepen door
leerkracht , rolverdeling, evaluatie etc.
2012/2013
Coöperatief leren
Bij alle groepen zijn de drie afgesproken
werkvormen zichtbaar d.m.v. T-formulieren. De
groepen 3 t/m 8 gebruiken een symbool op
weektaak/planbord om coöperatief leren aan te
geven. Elke werkvorm wordt minstens 1 keer per
week uitgevoerd.
2012/2013
Invoeren
maatjesgroepen
Elke groep heeft een maatjesgroep. Minimaal 2x
per jaar een gezamenlijke activiteit.
2012/2013
Indicatorenlijst
Indicatorenlijst invullen door team.
2013/2014
Weektaak
Tijdens een studiedag (werkvorm Daltoncafé)
worden de gemaakte afspraken m.b.t. de
weektaak herhaald. Vervolgens worden de
weektaken en werkwijze in kleine groepjes van
verschillende bouwen bekeken en besproken.
2013/2014
Coöperatief leren
Laatste twee studiedagen door Marijke van Zelst.
Tijdens een studiedag worden de gemaakte
afspraken m.b.t. coöperatief leren herhaald.
Vervolgens worden de werkvorm en werkwijze in
kleine groepjes van verschillende bouwen
bekeken en besproken.
2013/2014
Keuzewerk
Tijdens een studiedag worden de gemaakte
afspraken m.b.t. keuzewerk herhaald.
Vervolgens wordt de werkwijze in kleine
groepjes van verschillende bouwen besproken.
Op Aldoende 2 worden alle
keuzewerkmaterialen uitgezocht en wordt het
materiaal opnieuw verdeeld.
14
Op Aldoende 1 rouleren de verschillende
materialen.
Schoolbreed moet keuzewerktijd minimaal 30
minuten per week ingepland worden. Daarnaast
wordt er per jaargroep afgesproken hoe lang,
hoe vaak en in welke vorm.
In de groepen 3 t/m 8 wordt gewerkt met
knapkasten aan de hand van MI, keuzewerk staat
op de weektaak of het planbord.
2013/2014
Keuzewerk
Groep 5-8 experimenteren met ‘ik wil meer
weten over…’, ‘ik wil meer oefenen met…’ en ‘ik
kies deze week...’.
2013/2014
Daltoncertificaat
leerkracht
Alle vier de leerkrachten hebben hun
Daltoncertificaat gehaald.
2013/2014
Daltoncertificaat
coördinator
Twee leerkrachten hebben hun certificaat
Dalton-coördinator gehaald.
2014/2015
Coöperatief leren
Materialen maken en aan elkaar laten zien op de
studiedag (sept 2014) afspraken maken over hoe
en waar we het materiaal bewaren. Het nieuw
gemaakte materiaal wordt in de groepen
ingezet.
Als een leerkracht een coöperatieve les heeft
bedacht, noteert hij dit voor zijn opvolger in de
handleiding.
In de leerkrachtenmap onder vakgroep dalton
zijn voorbeelden te vinden, bijv. om snel kaartjes
te kunnen maken voor coöperatief werk.
Ieder jaar wordt in elk geval 1 nieuwe werkvorm
aangeleerd. De werkvormen die in de vorige
jaren aangeleerd zijn worden herhaald.
Op de weektaak staat aangegeven wanneer een
taak coöperatief gedaan gaat worden. Op de
weektaak is dit terug te vinden d.m.v. de .
Kinderen kunnen ook zelf kiezen om coöperatief
te gaan werken aan een taak.
2014/2015
Keuzewerk
Borgen van gemaakte afspraken. In
bouwvergaderingen elkaar informeren
15
Aldoende 2, gang boven: Keuzewerkmateriaal
staat onder toezicht van een leerkracht in de
tussenruimte
Aldoende 2, gang beneden: Keuzewerkmateriaal
is opgeslagen in een afgesloten kast in de gang.
De leerkracht haalt het materiaal voor een
bepaalde tijd naar de klas. Dit materiaal wordt
regelmatig gewisseld. Het materiaal dat in de
klas is, wordt vooraf met de leerlingen
besproken, zodat de leerlingen het materiaal
goed leren kennen.
Aldoende 1: Het keuzewerkmateriaal staat in de
kasten in de klas. Materiaal wordt met de
leerlingen besproken voordat zij het gaan
gebruiken.
Eenduidigheid van de symbolen vinden we
belangrijk. Het woordgebruik (‘rekenknap’) is
niet verplicht. Kinderen moeten de betekenis
van de symbolen goed kunnen uitleggen.
Groep 6 t/m 8: Het keuzewerk bestaat uit 3
onderdelen, aan elk wordt minimaal 20 minuten
gewerkt.
De afspraak is: minimaal een uur keuzewerk per
week. Dit kan op verschillende manieren: een
vast tijdstip voor iedereen, of: een door de
leerlingen gekozen tijdstip (binnen bepaalde
afspraken)
2014/2015
Zelf nakijken
Onderbouw: naamkaartjes bij het werk en deels
zelfcorrigerend materiaal.
De nakijkpen van de leerkracht is rood en van de
leerling groen.
Bij elke nakijktafel in de groepen 4 t/m 8 hangt
een stappenplan.
In groep 4 wordt de kinderen aangeleerd hoe ze
rekenen moeten nakijken. Begin groep 5 moet er
eerst aandacht worden besteed aan nakijken van
rekenen in het schrift (dit is nieuw). In groep 5
wordt aangeleerd hoe je taal en spelling zelf
nakijkt. Dit behoeft extra aandacht en
16
begeleiding i.v.m. de nieuwe taalmethode.
In de groepen 6,7 en 8 worden taal, spelling en
rekenen door de kinderen nagekeken.
Studievaardigheden, zaakvakken, begrijpend
lezen, Engels worden afwisselend zelf of
klassikaal nagekeken
Zelf nagekeken werk wordt in de inleverkast
gedaan, leerkracht controleert regelmatig.
2014/2015
Collegiale consultatie
Klassenbezoek bij maatjesgroep (2 keer per jaar).
2014/2015
Klassenbezoek
Klassenbezoek door daltoncoördinator,
gebruikmakend van kijkwijzer Dalton.
2014/2015
Informatievoorziening
voor ouders
Ouder/kind avond thema o.a. ‘hoe werken wij op
een Daltonschool’. Kinderen geven zelf
informatie aan hun ouders.
2014/2015
Indicatorenlijst
Indicatorenlijst leerkrachtgedrag invullen en
vervolgens collegiale consulatie in kleine
groepjes.
2014/2015
Daltonvisitatie
Daltonvisitatie zal plaatsvinden in mei.
17
Hoofdstuk 3
Kernwaarde Vrijheid en verantwoordelijkheid
De kernwaarden, zoals beschreven in paragraaf 1.4 vormen de leidraad bij het vormgeven
van ons onderwijs op Aldoende. Vrijheid in Daltononderwijs is de gelegenheid krijgen om het
werk zelf te organiseren.
3.1
Leerlingniveau
Keuzevrijheid
Na het gezamenlijk inplannen van de weektaak zijn onze leerlingen, buiten de gezamenlijke
instructie-momenten om, vrij om te werken aan de weektaak. Vrijheid zien we terug in de
keuzevrijheid van:
- Wanneer en in welke volgorde er geleerd wordt
Tijdens het zelfstandig werken kunnen de leerlingen kiezen wanneer er gewerkt wordt aan een
bepaald vak. Op de taak staan een aantal verplichte onderdelen. Leerlingen mogen daarbij echter zelf
kiezen in welke volgorde de taken uitgevoerd worden.
- Hoe er geleerd wordt en met welke hulpmiddelen
Voor sommige vakken zijn concrete materialen beschikbaar. Ook kan de computer worden ingezet
om extra te oefenen met leerstof
- Of er alleen gewerkt of samengewerkt wordt en met wie er wordt samengewerkt
De kinderen kunnen, bij het werken aan de taken, zelf bepalen of ze het werk alleen of samen willen
doen. De kinderen krijgen daarbij de ruimte om zelf te kiezen met wie er wordt samengewerkt. Soms
geeft de leerkracht aan of dat in tweetallen of in kleine groepjes mag gebeuren.
- Waar er gewerkt wordt
Soms mogen kinderen zelf een werkplek kiezen. In verband met samenwerken mogen de kinderen
ook bij elkaar aan tafel of aan een andere groepstafel gaan zitten. Vaak kan er voor bepaalde
opdrachten ook buiten het klaslokaal gewerkt worden en zijn daarvoor op de gang, in de aula of in de
‘tussenruimtes’ van de school tafels beschikbaar. Aldoende streeft ernaar om meer ‘stilteplekken’ te
creëren, in verband met de groepsgrootte wordt dit lastiger. Op dit moment gebruiken we de
koptelefoons om kinderen in stilte te laten werken.
- Wat er geleerd wordt
De keuzevrijheid komt tot uiting bij ‘keuzewerk’. Tijdens keuzewerk is de leerling vrij om te kiezen
wat en hoe er geleerd wordt.
Keuzewerk
Tijdens keuzewerk is de leerling vrij om te kiezen wat en hoe er geleerd wordt. De keuzekasten zijn
ingericht volgens de uitgangspunten van meervoudige intelligentie (M.I.) . Leerlingen zijn niet op alle
terreinen even sterk, ze zijn bijvoorbeeld wel rekenknap, maar niet woordknap. Als er dan uit de M.I.
keuzekast gekozen wordt, kan er compenserend of versterkend te werk gegaan worden. Leerlingen
kiezen werkjes op terreinen waar ze minder goed/extra goed in zijn en/of waar hun interesses liggen.
Met sommige kinderen zijn er individuele afspraken met betrekking tot het keuzewerk, de leerkracht
stuurt bij waar nodig.
18
groep 1/2




keuzewerk staat niet op de weektaak
twee keer per dag 45min-60min
eerste activiteit staat vast op het juffenbord, daarna mogen kinderen zelf kiezen
tijdens het spelen en werken (spelen in de hoeken, ontwikkelingsmateriaal,
constructiemateriaal, knutselen, tekenen, spelletje doen etc.)
‘mijn plan’ : kinderen geven zelf aan wat ze deze week willen leren
groep 3
19



keuzewerk staat op de weektaak
vaste momenten en zelf inplannen op de weektaak
uit sommige kasten mag er in de ochtend worden gekozen en andere kasten en de in
de middag.
groep 4/5





keuzewerk staat op de weektaak
moment is vrij, wordt op de weektaak ingepland
twee keer per week een 1/2 uur
een ‘ik wil meer weten over…’(informatieboekjes) en een ‘ik wil meer oefenen
met…’(uit één van de kieskasten) keuzetaak per week…
kasten zijn op basis van verschillende soorten intelligenties ingedeeld
keuzekast groep 4
keuzekast groep 7/8
groep 6/7/8



keuzewerk staat op de weektaak
moment is vrij, wordt op de weektaak ingepland
drie keer per week wordt er minimaal 20 minuten gewerkt aan de onderdelen: ‘ik wil
meer weten over…’ , ‘ik wil meer oefenen met…’ en ‘ik kies deze week…’
‘Ik wil meer weten over’
De kinderen kiezen zelf een onderwerp waarover zij meer informatie willen gaan zoeken op
het internet of in informatieve boeken. Vervolgens volgt de verwerking (mindmap,
muurkrant, gedicht, knutselwerkstuk, tekening, spel, interview, proefje,
powerpointpresentatie, quiz enz.) Kennis wordt op deze manier gedeeld met de klas. Het
kan zijn dat kinderen een langere tijd aan een onderwerp werken.
'Ik wil meer oefenen met'
De kinderen kiezen zelf waar ze meer mee willen oefenen: bijvoorbeeld begrijpend lezen,
spelling of een specifiek rekenonderdeel. Het oefenen kan op de computer, met een
leerspelletje uit de ‘kieskast’ of op papier en mag alleen, samen of in een groepje. Kinderen
in groep 8 kunnen er ook voor kiezen om te oefenen met uitdagende leerstof uit de
Topklassersboekjes: bijvoorbeeld Spaans, Frans, Scheikunde, Natuurverschijnselen,
Wiskunde, Sterrenkunde enz.
‘Ik kies’
De kinderen kiezen iets uit de keuzekast die in intelligenties is ingedeeld. Het aanbod bestaat
uit: rekenknap, woordknap, zelfknap, samenknap, natuurknap, beweegknap, beeldknap en
muziekknap.
Huishoudelijke taken
Het is belangrijk dat leerlingen leren verantwoordelijkheid te dragen voor hun eigen klas,
school en omgeving. Daarom werken we binnen de school met huishoudelijke taken. Groep
3 tot en met groep 8 werkt met een ‘takenbord’ waar alle klusjes op vermeld staan en door
welke leerlingen ze uitgevoerd moeten worden. Voorbeelden van taken zijn: vloer vegen,
kasten controleren, keukentje netjes houden, handdoeken halen, bord schoonmaken.
Bij de groepen 1/2 hebben de kleuters ook huishoudelijke taken en wordt er gewerkt met
daghulpjes die de juf/meester helpen.
klusjesbord kleuters
klusjesbord groep 6
klusjesbord groep 8
20
Zelfcorrectie
Wij hechten grote waarde aan het corrigeren door de leerlingen zelf. Op deze manier krijgt
de leerling meteen feedback op zijn of haar werk en hoeft niet te wachten tot hij/zij het
werk pas later terugkrijgt van de leerkracht. Het heeft een duidelijk leereffect, omdat de
leerling , als hij een fout ontdekt, zich meteen zal afvragen hoe deze fout kon ontstaan. Het
geeft de leerlingen hierdoor beter inzicht in wat ze zelf kunnen en waarbij we ze hulp
moeten vragen. Het is de taak van de leerkracht om deze vaardigheden en houding aan te
leren. Daarnaast controleert de leerkracht steekproefsgewijs het ingeleverde werk.
In groep 1/2/3 wordt gebruik gemaakt van zelfcorrigerend ontwikkelingsmateriaal. De
leerling krijgt hierdoor meteen zicht op wat hij/zij goed of fout heeft gedaan. Vanaf groep 4
kijken de kinderen het rekenwerk zelfstandig na met behulp van een handelingswijzer (door
Aldoende ontwikkeld), welke bij de nakijktafel hangt. In principe wordt vanaf groep 5
spelling en taal ook door de leerlingen zelf nagekeken. In de bijlage is een handelingswijzer
voor nakijken toegevoegd. Gezien de implementatie van de nieuwe taal/spellingmethode
‘Staal’ in schooljaar 2014/2015 is het zelfstandig nakijken van taal en spelling nog in
ontwikkeling.
3.2
Leerkrachtniveau
Leerkrachten stimuleren leerlingen in vrijheid en eigen verantwoordelijkheid door
bovenstaande te faciliteren. Het is de taak van de leerkracht om werk op niveau aan te
bieden, zodat de leerling zo goed als zelfstandig zijn werk kan uitvoeren. Ook bij het
inplannen van de instructiemomenten dient de leerkracht rekening te houden met
differentiatie van niveaus. De leerkracht geeft de leerling vertrouwen door bijvoorbeeld te
ondersteunen in een beslissing of hij/zij baat heeft bij een instructie. De leerkracht maakt de
doelen van de leerstof zichtbaar in de klas en/of op de weektaak. Leerlingen leren van de
leerkracht kiezen, reflecteren en evalueren en eigen verantwoordelijkheid te nemen. De
leerkracht volgt iedere leerling systematisch, zowel of cognitief als op sociaal-emotioneel
niveau. Waar nodig stuurt de leerkracht de leerling bij en houdt rekening met de
verschillende aanpakken voor kinderen.
3.3
Schoolniveau
Het team ontwikkelt zich voortdurend op het gebied van Daltononderwijs. Niet alleen op
leerling- en leerkrachtniveau, maar ook op schoolniveau. Zo is er sprake van een duidelijke
taakverdeling, waarbij de leerkrachten zelf verantwoordelijk zijn voor het opstellen van
jaarplannen voor verschillende vakgebieden (vakgroepen). Deze jaarplannen vormen de
basis voor het schoolplan. Op deze manier is niet alleen directie, maar het voltallig team
verantwoordelijk voor de schoolontwikkeling. De leerkrachten ervaren een cultuur van
onderling vertrouwen, waardoor het mogelijk is om bij elkaar in de groep te kijken en elkaar
om hulp te vragen. Ook de leerkrachten leren van en met elkaar en nemen hun
verantwoordelijkheden.
21
Hoofdstuk 4
Kernwaarde Zelfstandigheid
Zelfstandig werken en leren is belangrijk op Aldoende. Wij doen een beroep op de
zelfstandigheid van de leerlingen. We willen de leerlingen zelfstandig, onafhankelijk en
verantwoordelijk maken voor hun eigen leerresultaten. De leerkracht heeft de rol van
begeleider, met als uitgangspunt ‘leer het mij zelf doen’. De leerkracht houdt in de gaten
welke hoeveelheid zelfstandigheid een leerling aan kan en waar hij/zij hulp of ondersteuning
van een klasgenoot of de leerkracht nodig heeft.
4.1
Leerlingniveau
De leerlingen nemen zelf initiatieven om leerdoelen te bereiken door op de weektaak te
plannen met dagkleuren. Soms kunnen zij zelf bepalen of zij instructie nodig hebben, al dan
niet in overleg met de leerkracht. Onze leerlingen vragen hulp van andere leerlingen en/of
de leerkracht en helpen anderen als er om hulp gevraagd wordt. Zij gebruiken daarbij hun
blokje.
De kinderen kunnen zelfstandig werken omdat er bij ons duidelijke afspraken, regels en
structuren in de groep aanwezig zijn. Hieronder beschrijven we de middelen waarmee er bij
Aldoende gewerkt wordt ter bevordering van zelfstandigheid.
Dagkleuren
Elke dag van de week heeft een kleur. Vanaf groep 1/2 staan deze kleuren centraal bij het
plannen van de weektaak. De kinderen plannen de weektaak in met behulp van de
dagkleuren. Als de opdracht af is, kleuren ze dit af in de dagkleur.
kleuren van de dag
dagritmekaarten
weektaak-bord
Dagritme
In groep 1/2 wordt gebruik gemaakt van dagritmekaarten, waarop de plaatjes van de
activiteiten van de dag staan. Op deze manier weten de kinderen wat er per dag op de
planning staat. Het biedt ze structuur en houvast en zorgt ervoor dat ze zelfstandig kunnen
functioneren.
22
In groep 3 tot en met 6 staat de planning van de hele week op het bord. De kinderen kunnen
zien op welk tijdstip de instructiemomenten zijn en wanneer er geen instructie is. Met
behulp van dit overzicht kunnen de leerlingen goed hun weektaak inplannen.
23
overzicht weekplanning groep 3
overzicht weekplanning groep 5
weektaak/planning groep 8
In groep 7 en 8 wordt groepsdoorbroken in niveaugroepen gewerkt. Deze werkvorm wordt
gehanteerd voor de vakken: rekenen, taal, spelling, begrijpend lezen, studievaardigheden.
Op de papieren weektaak staat het werk gepland voor de hele week, inclusief
instructiedagen. Op het bord staan, per dag, de tijden van de instructiemomenten per
niveaugroep genoteerd.
Uitgestelde aandacht
De leerlingen kunnen omgaan met uitgestelde aandacht door middel van de
‘bloemenketting’ in de onderbouw en ‘het grote blok’ en hun eigen kleine blokje in de
midden- en bovenbouw.
Met behulp van de bloemenketting of het blok oefenen de kinderen met ‘uitgestelde
aandacht’. Indien dit middel door de leerkracht ingezet wordt, mag de leerling de leerkracht
niets vragen. Zij moeten proberen om hun ‘probleem’ zelf op te lossen. Dit kan door hun
eigen blokje in te zetten. Het groene rondje betekent ‘je mag mij om hulp vragen’. Met het
rode rondje geef je aan ‘je mag mij niet storen’ en met het vraagteken geeft de leerling aan
‘ik heb een vraag voor de leerkracht’. Indien dit het geval is, gaan zij door met het werk op
hun weektaak. Als de leerkracht klaar is met de instructiegroep, maakt hij een rondje door
de klas. De leerkracht kan zien welke leerlingen hulp nodig hebben door het gebruik van de
blokjes op tafel.
Stoplicht
Elke groep heeft een stoplicht in de klas hangen. Dit stoplicht wordt ingezet om het
geluidsniveau in de groep te reguleren.
Rood: stil (niet praten)
Oranje: zachte stem/fluisteren (rekening houden met elkaar)
Groen: je normale stem
4.2
24
Leerkrachtniveau
Elke leerkracht op Aldoende creëert randvoorwaarden om leerlingen in staat te stellen zelfstandig te
kunnen werken, door gebruik te maken van verschillende hulpmiddelen. Daarbij is het van belang dat
de klas zo is ingericht, dat alle kinderen materialen zelf kunnen pakken en weer opruimen. In de klas
zijn de volgende randvoorwaarden zichtbaar:
time-timer
de bloemenketting
het grote blok
het kleine blokje
Weektaak, stoplicht, time-timer, blokje/ ketting voor uitgestelde aandacht, koptelefoons,
schoolregels, klassenafspraken, plekken voor zelfstandig werken, nakijkplekken, dag- en
weekplanning, handelingswijzers, maatjesbord, leerkrachtenbord, instructietafel, keuzewerkkast,
inleverkast en tot slot: de leerkracht als rolmodel en coach.
De leraar stimuleert leerlingen initiatieven te nemen en te tonen door het gebruik van de weektaak.
De leerlingen worden verantwoordelijk gemaakt voor hun taak en krijgen de ruimte en het
vertrouwen om deze zelfstandig of samen uit te voeren met afsluitend een evaluatiegesprek zodat
intrinsieke motivatie ontstaat. Ook het klassenmanagement (de randvoorwaarden) stimuleert de
leerlingen initiatieven te nemen en te tonen.
Er wordt tijd en ruimte geboden aan leerlingen om zelfstandig te kunnen werken. Deze tijd is
zichtbaar op de weektaak en de dag- of weekplanning op het bord. Om het ontwikkelen en laten zien
van hun talenten te stimuleren zijn op de weektaak keuzewerkmogelijkheden opgenomen. Bijv.
Speel-werktijd, MI-keuzewerkkast en onderdelen als: ‘ik wil meer weten over’, ‘ik kies deze week’ en
‘ik oefen met’.
4.3
Schoolniveau
Om de talenten van leerkrachten te laten zien en te kunnen ontwikkelen creëert de school
vakgroepen waaraan de leerkrachten aan deel kunnen nemen. De mogelijkheden tot
(bij)scholing kan vanuit de leerkracht zelf komen of op schoolniveau worden bepaald. De
leerkracht krijgt de ruimte om nieuwe ideeën en acties uit te proberen in de klas.
4.4
De weektaak
Groep 1/2
In de kleutergroepen wordt gewerkt met een takenbord. Alle oudste kleuters hebben een
weektaak. Middelste en jongste kleuters krijgen een taak als zij dat graag willen en/of
aankunnen. De taken bestaan onder andere uit een taal- en/of rekentaak, een
samenwerktaak, een knutselactiviteit, een computeropdracht of een ‘mijn plan’-taak. De
leerkracht kiest de taken die hij of zij op dat moment nodig vindt en zorgt dat de taken
gedifferentieerd zijn.
De taken worden op maandag uitgelegd, daarna kunnen de leerlingen er zelfstandig mee aan
het werk. De leerlingen plannen de taken d.m.v. gekleurde magneten (in de dagkleur) met
een witte stip. Als het taakje af is, vervangen ze deze magneet voor een gekleurde magneet
zonder witte stip. Het doel van de weektaak bij kleuters is voorbereiden op het werken met
de weektaak op papier, waar groep 3 mee begint.
Naast het takenbord is er ook een juffenbord, daarop wordt o.a. aangegeven wat het eerste
taakje per leerling is en welke leerlingen instructie krijgen. Na de eerste geplande activiteit
zijn de kinderen vrij om de volgende activiteit te kiezen.
weektaak kleuters
juffenbord kleuters
Groep 3 en 4
In groep 3 en 4 worden de vakken op de weektaak aangegeven met pictogrammen.
Vanaf groep 5 staan de namen van de vakken erop. De leerkracht zorgt voor
gedifferentieerde weektaken.
25
Instructie
De instructiedag staat op de weektaak onder het kopje instructie of onder het pictogram ‘oor’.
Er staan geen instructietijden op de weektaak; deze staan op het instructiebord.
Op het instructiebord staan ook de gezamenlijke momenten en besprekingen.
Bijvoorbeeld wanneer de leerlingen dans/drama en gym hebben. De leerlingen kunnen
door het instructiebord duidelijk zien wanneer er tijd is voor zelfstandig werken. Ze
gebruiken het instructiebord bij het plannen van de taken.
De leerlingen plannen hun werk in onder het kopje plannen. Ze kleuren het vakje in met
de kleur van de dag waarop ze het werk maken. Groep 3: het eerste half jaar wordt voor
rekenen, taal en schrijven het vakje instructie en plannen ingekleurd door de leerkracht.
Na de kerstvakantie staan de afkortingen van de dagen erop en moeten de leerlingen
zelf kleuren.
Samenwerken, maatjes en coöperatief leren
In groep 3 vertelt de leerkracht wanneer de leerlingen iets met hun maatje of
coöperatief moeten doen. Vanaf groep 4: als ze een taakje met hun maatje moeten
doen, dan wordt dat op de weektaak aangegeven met  en als ze het coöperatief
moeten doen met 
Nakijken
Onder het kopje nakijken staat: ja, als er zelf nagekeken moet worden. Als de leerkracht
het werk nakijkt is het vakje leeg.
Groep 3: er is veel zelfcorrigerend materiaal, waardoor een nakijkplek niet nodig is.
Vanaf groep 4: de leerkracht leert de kinderen aan hoe ze zelf hun rekenen kunnen
nakijken. Er is een nakijktafel aanwezig in de klas met een handelingswijzer.
Vanaf groep 5: de leerkracht leert de kinderen aan hoe ze zelf taal en spelling kunnen
nakijken. In elke klas is een nakijktafel aanwezig. Kinderen kijken hier hun taal, spelling
en rekenen zelf na aan de hand van een handelingswijzer.
de instructietafel
samenwerken
nakijken
26
Evalueren
Groep 3 en 4: de leerlingen evalueren de week door één van de drie smileys in te
kleuren: blij, neutraal of sip. De leerkracht houdt toezicht op de vorderingen en
bespreekt dit tevens met de leerlingen.
Groep 5 tot en met 8
De weektaak voor groep 5 tot en met 8 van Aldoende is door onze eigen leerkrachten
ontwikkeld, in samenwerking met collega’s van andere Daltonscholen, onder leiding van
Daltonspecialist Marijke van Zelst. In de bijlage vindt u een artikel uit het Daltonvak blad
“Daltonvisie" waar onze weektaak als aanbeveling genoemd wordt. Hieronder
beschrijven we de inhoud van onze weektaak.
weektaak groep 5 tot en met 8
Verklaring van de verschillende onderdelen van de weektaak, zie voorbeeld bijlage:
1. De naam van de leerling, het maatje en de taak worden bovenaan de taak ingevuld.
2. Voornemen van de leerling; de leerling formuleert een concreet voornemen. Hierop
kunnen de leerlingen en de leerkracht reflecteren.
3. Daaronder staat de uitspraak van de week, dit kan gericht zijn op sociaal-emotioneel vlak
of de schoolregels, bijvoorbeeld ‘wij zijn zuinig op ons materiaal’.
4. Wat moet je doen; in deze kolom staat het overzicht per vak, per week.
5. Doel; bij ieder vak wordt een voorbeeld gegeven van de aan te leren leerstof, zodat de
kinderen weten wat ze moeten doen. De leerling krijgt dan zicht op eigen leren. Wij
streven ernaar om de leerdoelen tevens op de weektaak te vermelden.
27
Dan volgen er een aantal kolommen:
6. Instructie; indien er sprake is van leerkrachtgestuurde instructie dan vult de leerkracht in
op welke dag de instructie gegeven wordt.
7. Verwerking; In de tweede kolom is zichtbaar of de verwerking alleen moet: , samen
met je maatje:  of wanneer de leerling mag kiezen of het werk alleen of samen
gedaan wordt (in dat geval is het hokje leeg). Een coöperatieve werkvorm wordt
aangegeven met: . Naarmate de leerlingen ouder worden gaan we er vanuit dat de
leerlingen zelf verantwoordelijk genoeg zijn om te bepalen of samenwerken een
meerwaarde heeft.
8. Planning; leerlingen plannen wanneer wat gedaan moet worden. Leerlingen die
ondersteuning nodig hebben kunnen door de leraar gecoacht worden samen met de
leerkracht te plannen. In de groepen 3 tot en met 5 zal de leerkracht het plannen nog in
grote mate sturen.
9. Af; Wanneer werk is nagekeken, nabesproken of ingeleverd kleuren de leerlingen het
vakje in de kolom af.
10. Snap ik het; de leerling reflecteert vanuit het werk, toetsen en feedback van de leraar of
hij/zij de leerstof begrijpt. De leerling kan ondersteund worden om dit vak goed in te
vullen door de doelen te evalueren of met behulp van de gerichte feedback van de
leraar.
11. Ik wil oefenen met; in deze ruimte geeft de leerling aan wat hij/zij extra wil oefenen
vanuit de basistaak, speciaal programma of wanneer hij/zij juist nieuwe leerstof wil
oefenen.
12. Ik wil meer weten over; in dit vakje kan de leerling aangeven waar hij/zij meer over wil
weten. Dit kan zijn vanuit belangstelling , een andere werkvorm of een andere leerstijl.
Voor de leerling die behoefte heeft aan verdieping geeft deze ruimte mogelijkheden. De
leerling die een basisprogramma volgt kan deze ruimte ook gebruiken voor allerlei
onderwerpen die voor hem/haar boeiend zijn. De kennis die de leerling hier opdoet kan
weer ingezet worden voor de hele groep.
13. Ik kies deze week: Hier noteren de leerlingen uit welke ‘MI- intelligentie’ ze iets kiezen
uit de keuzewerkkast.
14. Evaluatie/Reflectie; Onderaan de taak staat ‘wat ging er goed/wat ging niet goed?’.
Zowel de leerkracht als de leerling vullen dit vakje in. De gerichte feedback van de leraar
en evaluatie van de leerling zijn de basis om te komen tot afspraken. Deze afspraken
worden meegenomen naar de nieuwe week.
15. Afspraak leerling-leerkracht; Bij deze afspraak kan er bewust gestuurd worden door de
leraar of juist meer door de leerling.
Het is de bedoeling dat de taken regelmatig mee naar huis gaan, zodat de ouders kunnen
zien wat er op school gedaan wordt.
28
Hoofdstuk 5
Kernwaarde Samenwerken
Samen werken en samenwerkend leren
Er is een verschil tussen ‘samen werken’ en ‘samenwerken’.
Onder ‘samen werken’ verstaan we dat leerlingen zelf aan een opdracht werken, elkaar
helpen en rekening houden met elkaar. Dit betekent dat je je verantwoordelijk voelt voor je
medeleerlingen en voor de sfeer in de groep. Bij Aldoende zijn leerlingen gewend om hulp te
vragen aan elkaar en elkaar dus ook te helpen. De leerlingen die hier moeite mee hebben,
worden begeleid door de leerkracht. Tijdens het zelfstandig werken is de leerkracht een
begeleider en observator en geeft hij of zij de verantwoordelijkheid aan de kinderen. Ook
problemen in de sociale sfeer proberen de leerlingen in eerste instantie zelf op te lossen.
Indien nodig helpt de leerkracht bij dit proces.
Onder ‘samenwerken’ verstaan we samen aan een opdracht werken, waarbij van iedere
leerling een zelfde mate van betrokkenheid, verantwoordelijkheid en inzet wordt verwacht,
aangezien de samenwerking tot één resultaat moet leiden. Bij samenwerkend leren is de
samenwerking het voornaamste doel van de opdracht. Echt goed samenwerken leer je niet
zomaar, hier besteedt Aldoende al vanaf groep 1/2 structureel veel aandacht aan. Wij
vinden het belangrijk dat kinderen van en met elkaar leren op alle niveaus. Samen weet je
meer.
elkaar helpen
5.1
samenwerken
samen spelen
Leerlingniveau
De leerlingen krijgen elke dag de tijd en gelegenheid om te oefenen en zich te bekwamen in
samenwerkingsvaardigheden. Bij ons op school wordt dit onder andere gedaan door
maatjeswerk. Maatjeswerk begint al bij de kleuters. Zij zijn de hulpjes van de juf en hebben
als maatje verantwoordelijke taken voor de dag. In (bijna) iedere groep zijn huishoudelijke
klusjes, deze worden gedaan door de maatjes.
29
Samenwerken gebeurt op verschillende manieren: met maatje, met zelfgekozen leerling
en/of in kleine groepjes (coöperatief). Vanaf de middenbouw plannen de kinderen het werk
wat ze met hun maatje moeten doen, samen in. In de groepen 3/4 wordt dagelijks
‘duolezen’ gedaan. Soms krijgen kinderen de rol van tutor: zij moeten dan aan kleine
groepjes ‘lesgeven’, bijvoorbeeld in groep 8 tijdens het vak Engels.
De samenwerkingsvaardigheden worden geëvalueerd. Hierbij worden sociale vaardigheden
getraind. En wordt er gevraagd hoe de samenwerking ging en hoe het eventueel de
volgende keer beter kan. Wij geven de leerlingen de gelegenheid met elkaar te werken. Dit
bevordert de socialiteit en groepsinteractie. De vakleerkrachten integreren de kernwaarde
‘samenwerken’ ook in hun onderwijs.
Naast maatjes in de klas, werken we ook met ‘Maatjesgroepen’. Ieder jaar worden er twee
groepen aan elkaar gekoppeld. Zij organiseren samenwerk-activiteiten, zoals bijvoorbeeld:
groep 7 leert de kinderen van groep 4 schaken, de kinderen van groep 8 begeleiden kinderen
van groep 1/2 met het techniekcircuit in het ‘jonge kind-lab’ en/of de kinderen van groep 5
komen de kleuters voorlezen tijdens de eetpauze. Ook treden kinderen voor elkaar op of
geven een presentatie aan elkaar.
samen spelen
5.2
tutorlezen
samen leren
elkaar helpen
Leerkrachtniveau
Voordat er samengewerkt kan worden is het belangrijk om elk jaar aan het begin van het
schooljaar veel aandacht te besteden aan sociale vaardigheden. Ook schept de leerkracht
een pedagogisch veilig klimaat voor samenwerking met de leerlingen en tussen de leerlingen
onderling.
De leerkracht geeft op de weektaak aan wanneer er samengewerkt wordt. De weektaak
wordt samen met de collega van de parallelgroep gemaakt. Ook zorgt de leerkracht dat er
verschillende vormen en niveaus van samenwerken wordt toegepast. Er wordt zowel in
heterogene als in homogene groepen samengewerkt. In de klassen wordt na een
samenwerkingsopdracht gereflecteerd en geëvalueerd. Onze leerkrachten gaan uit van de
mogelijkheden van de leerlingen en zijn er op gericht om de motivatie en het zelfvertrouwen
van zijn of haar leerlingen te vergroten.
30
De leerkracht kiest per periode de maatjes. Het doel hiervan is dat de kinderen op alle
niveaus met elkaar leren samen werken. Soms op eigen niveau, soms in de rol van tutor.
Voor andere opdrachten mogen de kinderen zelf kiezen.
31
maatjes
5.3
elkaar helpen
samen werken
Schoolniveau
In het team vindt veel overleg plaats. Naast met het team te praten over inhoudelijke
onderwerpen wordt er op groepsniveau en in bouwen overleg gevoerd. De weektaak wordt
in overleg voorbereid. Vergaderingen en studiedagen worden door directie, ib en
leerkrachten voorbereid. Het leren van en met elkaar staat centraal. Wij gebruiken daarbij
graag coöperatieve werkvormen, zodat ieders inbreng ter sprake komt.
Samenwerking van leerkrachten vindt plaats in de vorm van werkgroepen. Samenwerking
met ouders vindt plaats in de ouderraad. Samen organiseren zij verschillende activiteiten
voor school. Hierbij kunt u denken aan de sportdag, het kerstfeest en de sponsorloop. In de
MR buigen ouders en leerkrachten zich over het schoolbeleid.
Hoofdstuk 6
Kernwaarde Reflectie
Binnen het Daltononderwijs op Aldoende spelen evaluatie en reflectie een belangrijke rol.
De leerling en leerkracht kijken terug op het doel en het proces en kunnen hun eigen
handelen aanpassen. Zij leren zich bewust te worden van het eigen leerproces en kunnen
hierbij eigen doelen stellen.
6.1
Leerlingniveau
In alle groepen is aandacht voor het evalueren van de taak. Bij de kleuters wordt aangegeven
met een smiley op het planbord hoe de opdrachten van de weektaak hebben ervaren. Bij
groep 3/4 wordt op de weektaak aangegeven met smileys hoe de week is gegaan. In groep 5
tot met 8 schrijven de leerlingen zelf op de weektaak van goed ging en wat beter kan.
Daarnaast geven de kinderen met een -, +/- , + aan of ze de taak snappen.
Vanaf de kleuters wordt na een activiteit of aan het einde van de dag
geëvalueerd/gereflecteerd. Regelmatig vinden er ook korte reflectiemomenten plaats met
individuele leerlingen of met de groep. De leerlingen leren op deze manier om naar hun
eigen gedrag te kijken en hoe ze aan elkaar kunnen vertellen wat goed ging en wat minder
goed ging. Ze bespreken samen wat ze de volgende keer anders zullen doen. Soms worden
er afspraken gemaakt en deze worden genoteerd op de weektaak.
Vanaf groep 7 zijn de leerlingen aanwezig bij de voortgangsgesprekken met ouder en
leerkracht. In dit gesprek komen het welbevinden en de resultaten van de leerling ter
sprake, maar ook werkhouding en gedrag worden besproken. Leerlingen kunnen tijdens dit
gesprek ook aangeven waar zij aan gaan werken.
6.2
Leerkrachtniveau
De leerkracht plant regelmatig reflectiemomenten in. Hij/zij reflecteert op eigen handelen
eind van de dag n.a.v. les, probleem, gebeurtenis, taak. Reflectiegesprekken kunnen ook
plaatsvinden met collega (parallel- / bouwoverleg), directie (functioneringsgesprek), ib-er
(groepsbespreking), leerlingen (leerkracht-kindgesprek / kringgesprek). De leerkracht
evalueert zichzelf met behulp van een door Aldoende op maat ontwikkelde kijkwijzer.
6.3
Schoolniveau
De kijkwijzer voor leerkrachten wordt in groepjes besproken. Iedere leerkracht kiest 3
ontwikkelpunten uit waar hij/zij aan wil werken en samen wordt gekeken hoe er aan de
ontwikkelpunten gewerkt kan worden. Uit deze groepsgesprekken kunnen ontwikkelpunten
naar voren komen waar het hele team aan wil werken. Deze ontwikkelpunten worden
meegenomen in het nieuwe beleidsplan. In schooljaar 2014/2015 komt naar voren dat we
een doorgaande lijn willen ontwikkelen voor reflectie. Dit wordt één van onze ambities.
Elke leerkracht gaat 2x per jaar op bezoek bij zijn of haar maatjesklas. We bezoeken eens in
de twee jaar verschillende Daltonscholen ter inspiratie en om te zien waar we zelf staan en
wat we nog zouden kunnen verbeteren. Studiedagen worden ingezet om te reflecteren op
32
ons Daltononderwijs. Een voorbeeld hiervan is ‘het Daltoncafé’. We blijven als team op de
hoogte van de nieuwe ontwikkelingen en reflecteren hoe Aldoende hier mee om gaat.
6.4
Informatie en rapportage
We willen ons Daltononderwijs graag uitdragen: naar ouders, belangstellende nieuwe
ouders, leerkrachten, vervangers, stagiaires, leerlingen, bezoekers. Dat doen we voor ouders
en andere belangstellenden onder andere met de volgende middelen:
- algemene informatieavond
- wekelijkse inloopochtend bij de kleuters van 8:15-8:45 uur
- maandelijkse inloopochtend bij groep 3 t/m 8 van 8:15-8:45 uur
- thematische ouderavond
- OR- en MR-vergaderingen
- Digitale nieuwsbrief aan de ouders
- website
- schoolgids en schoolplan
- Daltonboek
- 3x per jaar voortgangsgesprekken, waaronder 1x een ‘omgekeerd 10minutengesprek’, vanaf groep 7 zijn zowel de ouders als de kinderen bij deze
gesprekken aanwezig
- 3x per jaar een informatieochtend met rondleiding van kinderen van Aldoende voor
nieuwe ouders
- De ‘rode map’ met werk van kinderen: ouders en kinderen kunnen op elk moment
deze map inzien
- 2x per jaar digitaal rapport vanaf groep 3 tot en met 8
- 1x per jaar digitale ontwikkelingslijst voor de kleuters
- 1x per maand informatieve koffieochtenden voor ouders
33
Hoofdstuk 7
Kernwaarde Effectiviteit en doelmatigheid
Aldoende vindt het belangrijk om tijd, menskracht en middelen effectief in te zetten. Dit
heeft invloed op de klasseninrichting en de manier van instructie geven. Het belangrijkste
onderdeel om dit te bereiken is de taak. Een taak op maat houdt de leerling doelmatig en
functioneel bezig met zijn of haar ontwikkeling. Het is aan de leerkracht om die omgeving
goed in te richten, gebruik te maken van doelgerichte instructie en een gedifferentieerd
leerstofaanbod bieden.
7.1 Leerlingniveau
34
De inrichting van de klassen moet zo zijn, dat de leerlingen alle materialen die zij nodig
hebben, zelfstandig kunnen pakken en opruimen. Voor het inleveren van het gemaakte werk
zijn in elke groep inleverplekken, zoals laatjes of bakjes. Deze plekken zijn duidelijk zichtbaar
in de groep. In elke groep is tevens een instructietafel en/of een rolkruk aanwezig. Het
inzetten van de hulpmiddelen zoals het stoplicht, uitgestelde aandacht en het bokje zorgt
tevens voor effectieve leertijd.
De weektaak en het gegeven instructierooster zorgen ervoor dat er efficiënt gebruik wordt
gemaakt van de leertijd. We streven ernaar om de doelen zichtbaar te maken, zodat de
kinderen weten waar ze aan werken. Kinderen kunnen op verschillende manieren werken
aan hun taak: samenwerken, hulpmiddelen inzetten, eigen werkplek kiezen, gebruik maken
van stilteplek/koptelefoon. De kinderen kunnen het keuzewerk inzetten om aan hun eigen
ontwikkeling te werken.
zelf een plek kiezen
7.2
werken op de gang
een eigen plek
Leerkrachtniveau
De weektaak, de duidelijkheid van het instructierooster en de niveaugroepen zorgen ervoor
dat de leerkracht op een efficiënte en verantwoorde wijze omgaat met zijn lestijd.
Coöperatieve werkvormen, (activerende) instructies, maatjeswerk, tutor-leren en duo-lezen
zorgen voor afwisseling van leeractiviteiten tijdens de les.
Het leerstofaanbod wordt afgestemd op de leerbehoeften en mogelijkheden van de
kinderen door het werken in niveaugroepen. Waar nodig wordt gebruik gemaakt van een
eigen leerlijn en de inzet van aanvullend materiaal.
Vanaf groep 3 t/8 hanteren we diverse vormen van instructie:
- Basisinstructie: uitleg van nieuwe lesstof/opdrachten
- Verlengde instructie: sommige leerlingen krijgen verlengde instructie aan de
instructietafel of individueel op hun eigen plek
- Individuele instructie: sommige leerlingen hebben een eigen leerlijn of
verrijkingsstof
Niet alle leerlingen hoeven deel te nemen aan de instructie. Wanneer een leerling denkt
geen instructie nodig te hebben, maakt hij of zij de les zelfstandig.
Om kinderen uit te dagen het beste uit zichzelf te halen, maakt keuzewerk onderdeel uit van
de weektaak. Daarnaast is er een mogelijkheid om het werk te ‘compacten’ en
verrijkingsstof aan te bieden. De ‘Pittige Plus Torens’ en ‘Het jonge kind lab’ geven kinderen
de mogelijkheid om onderzoekend en ontwerpend te leren. Ook ons aanbod van naschoolse
activiteiten, zoals schaken, ballet, gitaarles, yoga en handwerken draagt bij aan de brede
ontwikkeling.
de lichttafel
magnetisme
de pittige plustorens
een eigen knikkerbaan
De leerkracht kan de leerdoelen van de leerling bijstellen door middel van reflectie en
analyse van de leerresultaten. De leerkracht past de niveaugroepen regelmatig aan op basis
van deze gegevens. Indien nodig wordt er een handelingsplan opgesteld op het gebied van
leer- en of gedragsproblemen. Uiteraard gaat dit in overleg met de IB-er en de ouder(s).
De leerkracht zelf behaalt zijn leerdoelen door deel te nemen aan team/ en of individuele
scholing, door samen te werken met collega’s en door eigen leerdoelen te stellen die
worden besproken tijdens de gesprekscyclus.
7.3
Schoolniveau
Het Daltononderwijs is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen.
Daarbij kijkt de leerkracht telkens kritisch of de gebruikte methodieken wel geschikt zijn. Bij
de aanschaf van nieuwe methodes wordt rekening gehouden met inzetbaarheid volgens
35
Daltonprincipes. De weektaak en de geplande instructietijden zorgen voor een optimaal
gebruik van de leertijd. De ruimtes binnen de school worden zo efficiënt mogelijk benut. In
ieder lokaal staat een instructietafel, waar mogelijk zijn er stilteplekken en er kunnen
werkplekken gekozen worden in tussenruimtes, aula of gang. Middelen waar we gebruik van
maken zijn: aanvullend lesmateriaal, keuzemateriaal, koptelefoons, Daltonblokje, stoplicht,
teken voor uitgestelde aandacht en time-timers.
Aldoende heeft een kijkwijzer gemaakt om de doorgaande lijn van onze Daltonafspraken in
de klas te waarborgen. Tevens gebruiken we een door ons gemaakte indicatorenlijst voor
leerkrachten. Op deze manier krijgen we inzicht in de ontwikkelpunten.
36
De vakgroepen van Aldoende zijn zelfsturend. Ze maken het beleidsplan, de jaarplannen en
houden het team op de hoogte. De bestaande vakgroepen zijn: Dalton, taal, rekenen,
wereldoriëntatie, meer- en hoogbegaafdheid/techniek, sociaal-emotioneel, schrijven,
cultuur, Engels.
De school werkt met Pedagogiekstudenten, onder de verantwoordelijkheid van de IBer/leerkracht. Zij begeleiden onder andere leesgroepjes, Pittige Plustorens, spellinggroepjes
en geven extra instructie aan kinderen met een eigen leerlijn.
Hoofdstuk 8
Kernwaarde Borging
Naar aanleiding van de vorige visitatie is een Daltonbeleidsplan gemaakt voor de periode van
2010-2014 (zie bijlage). De praktische uitwerkingen staan in de jaarplannen beschreven.
Regelmatig worden deze besproken op studiedagen en indien nodig aangepast en opnieuw
vastgesteld.
8.1
Leerkrachten en team
Het Daltononderwijs van een school laat zich slechts voor een deel vastleggen in afspraken.
Het belangrijkste is en blijft altijd de leerkracht, ‘Dalton ben je’. De houding van een
Daltonleerkracht kenmerkt zich doordat de leerkracht kinderen stimuleert zelf oplossingen
te zoeken. Hij/zij daagt de leerlingen uit zelf na te denken. De leerlingen leren om zelf
werkvormen in te zetten die samenwerking bevorderen. De rol van de leerkracht is de rol
van begeleider en hij/zij geeft de kinderen de mogelijkheid om zelf verantwoordelijkheid te
dragen. De leerkracht heeft vertrouwen in de mogelijkheden van kinderen en investeert in
een overzichtelijk, gestructureerd en gedifferentieerd aanbod van lesstof. Om dit te
waarborgen zorgt Aldoende dat alle leerkrachten in het bezit zijn of komen van het
Daltoncertificaat. Aldoende investeert waar nodig in de scholingskosten.
Iedere leerkracht werkt in een team en draagt actief bij aan alle voorbereidingen,
uitwerkingen en ontwikkelingen binnen de school. We leren van en met elkaar en zijn samen
verantwoordelijk voor de doorgaande lijn en de gestelde doelen. Twee keer per jaar gaan
leerkrachten bij elkaar op bezoek en geven elkaar feedback op persoonlijke
ontwikkelpunten. Daarnaast worden de kijkwijzer en de indicatorenlijst ingezet. Tijdens de
studiedagen en op team- en gebouwvergaderingen vindt overleg en afstemming plaats. We
bespreken en evalueren onze Daltonwerkwijze, maken nieuwe plannen en ontwikkelen een
goede doorgaande lijn voor de leerlingen en leerkrachten.
8.2
Daltonvakgroep en Daltoncoördinator
De Daltonontwikkeling wordt aangestuurd door de Daltonvakgroep onder leiding van de
Daltoncoördinator. De Daltoncoördinator bezoekt samen met teamleden de
Daltonregiodagen en heeft contact met andere Daltoncoördinatoren en Daltonopleiders.
Wij dragen onze Daltonidentiteit uit in onze schoolgids, op de website en door middel van
informatieochtenden en -avonden. Het schoolbestuur ondersteunt de school in haar
Daltonontwikkeling. Na iedere Daltonvisitatie maakt de Daltonvakgroep een
Daltonontwikkelplan, waarin wordt beschreven hoe wij ons de komende jaren willen
ontwikkelen. In het plan worden ontwikkelpunten voor de komende jaren omgezet in
actiepunten, ook aanbevelingen van de visitatiecommissie worden hierin meegenomen.
37
Hoofdstuk 9
Daltonontwikkelplan
Aldoende mag zich sinds 2010 een Daltonschool noemen. Na het bezoek van de
visitatiecommissie is het gehele team aan de slag gegaan met de aanbevelingen. We hebben
een enthousiast team met vele plannen. Ondanks de wisselingen in directie en teamleden
(pensioen, zwangerschappen) zijn wij trots op wat we de afgelopen jaren hebben bereikt.
Dalton is altijd in ontwikkeling, zo ook Aldoende. Ieder schooljaar zullen we een
ontwikkelplan maken, waarin we als team een keuze maken welke van deze onderwerpen
we in een schooljaar gaan aanpakken.
Ontwikkelpunten:
- We willen een doorgaande lijn ontwikkelen met betrekking tot reflectie. Op dit
moment zijn de leerkrachten aan het experimenteren met verschillende vormen van
reflectie.
- We willen een doorgaande lijn ontwikkelen met betrekking tot het zichtbaar maken
van de doelen van de leerstof. Ook hier zijn de leerkrachten nu op verschillende
manieren mee bezig.
- We willen een doelgerichte en goed functionerende leerlingenraad opzetten.
- We willen ontwikkelingslijnen per kernwaarde gaan opstellen die op meerdere
manieren te gebruiken zijn. In overleg met elkaar gaan we vaststellen hoe we dit
materiaal gaan inzetten. Het uitgangspunt van deze lijst is het kind, bijvoorbeeld: ik
kan…, ik weet…,, ik kies…, ik durf…,
- De aanbevelingen naar aanleiding van de Daltonvisitatie in mei 2015
38
Download