Untitled - Marecollege

advertisement
Inhoud
Programma ........................................................................................... 5
Een korte geschiedenis van de stad Rome ........................................... 7
Bezienswaardigheden......................................................................... 11
KLASSIEKE OUDHEID ........................................................................... 11
Circus Maximus........................................................................... 13
Het Colosseum ............................................................................ 14
Forum Romanum ........................................................................ 16
Ostia Antica................................................................................. 24
Kaart van Ostia Antica ................................................................ 25
Het Pantheon ............................................................................. 27
Monumenten, Pleinen en Fonteinen ............................................. 30
La Bocca della Verità................................................................... 30
De Engelenburcht ....................................................................... 31
Piazza Navona ............................................................................. 32
De Vierstromenfontein ............................................................... 32
Monumento Vittorio Emanuele II .............................................. 34
De Spaanse trappen.................................................................... 35
Fontana della Barcaccia .............................................................. 35
De Trevifontein ........................................................................... 36
Villa Borghese ............................................................................. 37
Catacomben van Priscilla ............................................................ 38
Kerken ............................................................................................. 39
San Clemente .............................................................................. 39
Santa Maria Maggiore ................................................................ 40
Santa Maria in Trastevere .......................................................... 41
De Mozes van Michelangelo....................................................... 42
San Paolo fuori le mura .............................................................. 43
De Sint- Pieter ............................................................................. 44
Vaticaans museum ......................................................................... 46
Raphael, Stanza’s ........................................................................ 46
Sixtijnse Kapel, Michelangelo .................................................... 47
Een korte woordenlijst ....................................................................... 49
Programma
Dinsdag
Monument Victor Emanuel
Capitolijns Museum
Forum Romanum
Colosseum
San Clemtente
Woensdag
Catacomben van Priscilla
San Paolo fuori le Mura
Piramide van Cestius
Circus Maximus
Santa Maria in Cosmedin
Bocca della Verita
Tempel van Hercules
Santa Maria in Trastevere
Avondeten in Trastevere we gaan niet eerst naar het hotel
Donderdag
Engelenburcht
Sint Pieter
Koepel
Praalgraven
Vaticaans museum
Museo Pio Clementino
Stanze’s van Raphael
Sixtijnse Kapel
Avondwandeling langs Highlights
Vrijdag
Thermen van Diocletianus
Santa Maria della Victoria
San' Andrea al quirinale
Trevi Fontein
Pantheon
Piazza Navona
San Luigi
Palazzo Altemps
Zaterdag
Het programma van zaterdag wordt in de loop van de week
verder ingevuld. Een aantal van de volgende
bezienswaardigheden zullen zeker voorbij komen.
Ostia Antica, ,Santa Constanza, Santa Maria Laterna,
Santa Maria Maggiore, San Pietro in Vincoli, San Giovanni in
Laterno, Villa Borghese, Ara Pacis, Mausoleum van Augustus
Zondag
Waarschijnlijk een keuzeprogramma
Maar aanraders die alleen op zondag kunnen zijn:
San'Ivo
Il Gésu
Een korte geschiedenis van de stad Rome
We zijn in Rome. Deze stad is om heel veel dingen erg bekend: ijs,
Berlusconi, Italianen, architectuur en nog heel veel andere dingen.
Het bekendst is de stad toch om zijn geschiedenis. Hier volgt een kort
overzicht.
Stichting stad (10e tot 4e eeuw v. chr.)
Volgens de mythe (bedacht in opdracht van keizer Augustus – aan de
macht van 27 v Chr. – 14 n. Chr.) werd Rome in
753 v. Chr.
gesticht door Romulus en Remus.
Volgens archeologen ontstond Rome vanaf de 10e eeuw uit op drie
verschillende heuvels gestichte nederzettingen. De nederzettingen
werden bewoond door de Latijnen. In de 7e eeuw werden alle drie de
nederzettingen verenigd door een binnenvallend volk: de Etrusken.
Toen werd Rome de stad. Maar pas in de 4e eeuw werden ook
nederzettingen op vier andere heuvels toegevoegd. Rome ligt dus op
zeven heuvels.
De Republiek (509 – 27 v. chr.)
In 509 verjaagden de Romeinen (deze Latijnen waren nu inwoners
van Rome) de Etrusken. De Romeinen kennen een ongekende
expansiedrang en veroveren in enkele eeuwen heel Italie, grote delen
van Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten. De stad werd
bestuurd door twee consuls (legeraanvoerders), de senaat (rijke,
wijze oude mannen) en volkstribunen (vertegenwoordigers van het
gewone volk).
Het Keizerrijk (27 v. Chr. – 476 n. Chr. )
De staatsinrichting van de Republiek voldeed niet meer bij het
besturen van een wereldrijk. Rome was enorm gegroeid, net als de
verschillen tussen arm en rijk. In de 1e eeuw v. Chr. ontstond een
burgeroorlog waarbij steeds vaker mannen met militaire steun de
Romeinse politiek naar hun hand zetten. In 49 v. Chr. deed Caesar dit
ook. Alleenheersers die hem opvolgden bleven zich Caesar noemen.
Zo werd Rome een keizerrijk. Dit kende enorme economische en
culturele bloei. De stad zou volgens conservatieve schattingen
minstens 1,2 miljoen inwoners hebben geteld in de 3e eeuw n. Chr.
Tijdens het keizerrijk werd in Israel (onderdeel van Rome) Jezus
geboren. Zijn volgelingen en de Joden werden vervolgd. Christenen
en Joden weigerden zich aan de Romeinse godsdienst aan te passen.
Het Christendom was vooral onder slaven en armen erg populair. Om
die reden verspreidde het zich snel in het Romeinse rijk.
Eén van Jezus’ apostelen, Petrus, werd in de eerste eeuw bisschop
van Rome en daarmee de eerste paus. In 311 n. Chr. werd het
Christendom toegestaan. In 381 n. Chr. werd het Christendom zelfs
officiële staatsgodsdienst. Men hoopte dat het de verdeeldheid in het
Romeinse rijk zou kunnen bestrijden. Zo werd Rome het centrum van
het Christelijk geloof en de katholieke kerk.
De Middeleeuwen (476 n. Chr. – 1420 n. Chr.)
Na de val van her rijk werd Rome geteisterd door invallers uit het
Noorden (Germanen) en het Oosten (Byzantijnen). De stad raakte
ernstig in verval. Het inwonertal viel terug tot ongeveer 50.000
volgens sommige wetenschappers.
In 754 n. Chr. ging Paus Stefanus II een bongenootschap aan met de
Frankische koning Pepijn de Korte. Hiermee wordt Rome de
hoofdstad van de pauselijke staat die een groot deel van middenItalië omvatte. De paus stond aan het hoofd. Tijdens de Renaissance
in de 15e eeuw slaagden de pausen erin hun macht in Midden-Italië
aanzienlijk uit te breiden.
De Nieuwe Tijd (1450 – 1850)
Gedurende de nieuwe tijd zijn pausen in Rome de baas. De kerk heeft
een dominante invloed op het sociale, culturele en economische
leven. De stad was bedevaartsoord voor Christelijke pelgrims uit heel
Europa. Onder Napoleon (1799 – 1815) verliest de pauselijke staat
veel gebied.
De Italiaanse eenwording (1861)
In de 19e eeuw kwam het Italiaanse nationalisme op. Onder leiding
van het Italiaanse koninkrijk Sardinië-Piemonte werd Italië in 1861
verenigd. De paus verloor veel gebied en weigerde Rome af te staan
als hoofdstad van het nieuwe land. Hij werd beschermd door
Frankrijk. Toen de Franse troepen in 1870 vertrokken, werd Rome de
hoofdstad van het koninkrijk Italië. Koning Vittorio Emanuele II werd
koning. De paus beschouwde zichzelf als gevangene.
20e eeuw
In 1922 greep de Italiaanse fascist Benito Mussolini de macht in Italië.
Hij stelde grondwet en parlement buiten werking. Hij had de steun
van koning Vittorio Emanuele III. In 1929 sloot hij met paus Pius XI het
verdrag van Lateranen. De paus riep katholieken op zich niet meer
met politiek te bemoeien. Dit was gunstig voor Mussolini. In ruil
hiervoor kreeg de katholieke kerk een klein gebied in Rome dat werd
uitgeroepen tot soevereine staat. De kerk kreeg grote belasting- en
andere voordelen. Zo ontstond Vaticaanstad. In 1942 werd Mussolini
vermoord. Na de Tweede Wereldoorlog werd Italië een democratie.
Bezienswaardigheden
KLASSIEKE OUDHEID
CAPITOOL EN CAPITOLIJNSE MUSEA
De Capitolijn bestaat uit een heuvel met twee toppen. Op de
noordelijke, waar tegenwoordig de Santa Maria in Aracoeli staat,
bevond zich in de vroege Romeinse tijd een burcht. Op de zuidelijke
top bevond zich de belangrijkste tempel van Rome, opgedragen aan
Jupiter (de oppergod), zijn vrouw Juno (heerseres over de hemelen)
en hun dochter Minerva (godin van het menselijk vernuft).
Oorsrponkelijk stond hier een nog ouder Etruskisch heiligdom.
In de Renaissance maakte Michelangelo een stedenbouwkundig
concept voor de Capitolijn. Een trap leidt naar een plein tussen de
beide heuveltoppen. Ook de (gevels van) de gebouwen links en rechts
op het plein zijn door hem ontworpen. Tegenwoordig bevinden zich
in die gebouwen de Capitolijnse Musea. Het bijzonder van het plein is
de trapeziumvorm (die je ook tegenkomt op het plein van de Sint
Pieter), in plaats van de rechthoekige
vorm. Daardoor wordt een indruk
van beslotenheid gewekt.
Op het plein stond tot 1979 het
ruiterstandbeeld van keizer Marcus
Aurelius. Het is het enige nog
bestaande levensgrote
ruiterstandbeeld uit de Romeinse
tijd en diende vanaf de Renaissance
als voorbeeld voor beeldhouwers die
koningen en hoge militairen
moesten vereeuwigen.
De Capitolijnse Musea herbergen kunst en archeologische vondsten
uit de Romeinse tijd en de Renaissance. Hier vind je beroemde
beelden als de Stervende Galliër en de Venus Capitolana.
De geschiedenis van het museum musea gaat terug tot 1471, en
maakt dit tot één van de oudste musea die er bestaan.
Een deel van de collectie is tegenwoordig elders in de stad
ondergebracht in een oude elektriciteitscentrale, de Centrale
Montemartini aan de Via Ostiense . Klassieke beelden staan daar
opgesteld tegen een achtergrond van machines uit 1912…
Circus Maximus
Het Circus Maximus was in de oudheid een groot stadion in het
centrum van Rome. Het circus werd voornamelijk gebruikt voor de
populaire wagenrennen.
In de 6e eeuw v.Chr. liet de vijfde koning van Rome, Tarquinius
Priscus, het Circus Maximus bouwen. De beek die door de vallei
stroomde, werd gekanaliseerd en overbrugd. De Romeinen zaten op
de glooiende hellingen van de heuvels om naar paardenraces te
kijken.
In de keizertijd (28 v. Chr – 473 n. Chr) werden voor het eerst houten
tribunes gebouwd. Later werd hiervoor steen gebruikt en werd het
Circus steeds verder uitgebreid. Op het hoogtepunt van het Romeinse
Rijk konden ongeveer 150.000 toeschouwers in het circus
plaatsnemen om de wedstrijden te aanschouwen, maar er zijn ook
bronnen die 250.000 tot 400.000 toeschouwers vermelden. Gezien de
beschikbare ruimte lijkt dat aantal echter overdreven. In het Circus
Maximus mochten vrouwen en mannen gewoon naast elkaar
plaatsnemen, iets wat in het Colosseum en de theaters zeker niet
gebruikelijk was.
Het Circus Maximus is tot 549 in gebruik geweest. In de eeuwen
daarna raakte het sterk in verval. De tribunes werden afgebroken
zodat de stenen en het marmer gebruikt konden worden om nieuwe
kerken en paleizen te bouwen. Na de Renaissance was er al bijna
niets meer van het grote bouwwerk overgebleven.
Het Colosseum
Het Colosseum is het grootste amfitheater van het Romeinse rijk. Het
ovale bouwwerk is 48.5 meter hoog, 188 meter lang en 156 meter
breed. De huidige benaming van het amfitheater komt uit de
middeleeuwen en is waarschijnlijk te danken aan de toen
nabijgelegen twintig meter hoge kolossus van Nero.
Keizer Vespasianus droeg in 72 na Christus de bouw van het
Colosseum op. Kort hieraan voorafgaand was het eerste stenen
amfitheater van Rome zwaar beschadigd door een brand.
Vespasianus koos een tactische locatie voor het nieuwe amfitheater.
Het betrof een stuk grond dat Nero bij zijn paleis getrokken had (
Domus Aurea). Nero had de locatie ingepikt nadat de brand van 64 na
Christus de bebouwing in as had gelegd. Vespasianus wilde zich
geliefd maken door de grond terug te geven aan het volk en afstand
te nemen van de gehate Nero. Het amfitheater werd in het jaar 80
voltooid onder zijn zoon Titus.
Keizers en prominente Romeinen organiseerden spelen om loyaliteit
te winnen. Populair waren de gevechten tussen gladiatoren.
Aanvankelijk waren gladiatoren soldaten in opleiding. In een later
stadium dwong men slaven, krijgsgevangenen en veroordeelden om
elkaar op leven en dood te bevechten.
Het Colosseum beschikte over ruim 40.000 zitplaatsen en ongeveer
5000 staanplaatsen op het dak. De plaatsen werden toegewezen op
rang en stand. De marmeren zittingen op de voorste rijen waren
bestemd voor senatoren. De keizer en de rijke bovenlaag zaten op
een groot terras.
Zesenzeventig genummerde ingangen droegen bij aan de logistiek.
Op de hoofdassen bevonden zich vier niet genummerde toegangen
die leiden naar de loge van de keizer, de loge van de consul en twee
voor hoogwaardigheids- bekleders gereserveerde ruimten. Onder de
zitplaatsen bevond zich een uitgekiend stelsel van gangen en trappen
waardoor het grote aantal bezoekers snel naar hun plaatsen konden
worden geleid.
Bovenop het Colossseum stonden palen waaraan een gigantisch zeil
(het velarium) werd bevestigd zodat het publiek tegen de zon was
beschermd.
Het bouwkundige vernuft van de Romeinen kwam goed tot zijn recht
in het twee verdiepingen tellende gangenstelsel onder de arenavloer.
Hier werden de wilde dieren opgesloten in cellen. Zij werden met
behulp van hijsschachten en trappen het podium opgejaagd via een
valdeur.
Bij normale spelen in het Colosseum werden ’s morgens wildedierengevechten gehouden waarbij bestiarii (wilde-dierenvechters)
vochten met allerlei wilde dieren in venationes (jachtpartijen). De
arena werd op passende wijze ingericht met rotspartijen, struiken,
e.d. Tussen de middag was er voor geïnteresseerden een
pauzeprogramma waarin veroordeelde gevangenen voor de wilde
dieren werden gegooid. In de latere Oudheid werden vooral veel
christenen tot de wilde dieren veroordeeld (damnatio ad bestias). Het
middagprogramma met de gladiatorenshows (munera) vormde het
hoogtepunt.
Historici schatten dat in de loop der eeuwen tussen de 300.000 en
500.000 mensen in het Colosseum zijn gestorven.
Forum Romanum
Het ontstaan van het Forum Romanum
Het Forum Romanum was voor het oude Rome het centrale plein
voor politiek, religie en handel. De plek van het Forum Romanum was
eerst een moerassig gebied en de oorspronkelijke bewoners van het
gebied woonden op de heuvels rondom dit moeras.
Door de dreiging van de Etrusken besloten deze afzonderlijke
leefgemeenschappen om samen te werken. Er werden wegen
aangelegd tussen de verschillende dorpen.
Waar deze wegen kruisten is uiteindelijk het Forum Romanum
ontstaan. Op deze plek ontstond een levendige handel, het gebied
eromheen werd met behulp van afwateringskanalen verder
drooggelegd en daar ontstond een markt. Daardoor ontwikkelde dit
gebied zich steeds verder, er werden basilieken en tempels gebouwd
en het werd het nieuwe centrum van de dorpjes.
Basilica van Maxentius (20)
De Basilica van Maxentius is een basilica in Rome, gebouwd in
opdracht van keizer Maxentius. De bouw startte in 308, maar werd
voltooid door Constantijn de Grote nadat hij zijn rivaal Maxentius in
312 had verslagen in de Slag bij de Milvische brug. De basilica was het
centrum voor rechtspraak en burgerlijke zaken.
De drieschepige basilica stond op een enorm podium van 100 x 65m
en mat zelf 80 x 57m Hij had een middenschip van 80m lang, 25m
breed en 35m hoog. Aan weerskanten hiervan waren zijbeuken van
16 m. breed en 24,5m hoog.
De zijbeuken werden door enorme bogen in drieën gedeeld. Deze
bogen steunden op grote pijlers. Daarvoor en in de hoeken stonden 8
enorme monolithische zuilen. De vloer was bekleed met verschillende
soorten gekleurd marmer. De muren, die tot wel 6 m. dik zijn, waren
gemaakt van beton met baksteen.
Nu staat alleen nog de noordelijke zijbeuk overeind met zijn enorme
tongewelven met cassettenplafond. Hierdoor kan men een goede
indruk krijgen van de enorme omvang die het gebouw had.
De Curia Julia (6)
De Curia Julia was het senaatsgebouw van het oude Rome, gebouwd
op het Forum Romanum.
Eerst stond op deze plaats de Curia Hostilia, gebouwd in opdracht van
koning Tullus Hostilius, en daarna de huidige Curia Julia, die enigszins
anders georiënteerd op de plaats kwam van het eerste gebouw, en
op last van Julius Caesar werd gebouwd, nadat een brand in 52 v.Chr.
het oude senaatsgebouw had vernield.
De Curia Julia werd onder Augustus ingewijd in 29 v.Chr., en genoemd
naar de gens (familienaam) Julia. Augustus was geadopteert door
Julius Caesar. Deze Curia Iulia brandde eveneens af tijdens de grote
brand van Rome onder keizer Nero in 64 na Chr., en werd door keizer
Domitianus hersteld.
In de middeleeuwen was het gebouw in gebruik als kerkgebouw.
Hieraan heeft het zijn vrijwel ongeschonden overleven te danken
(hoewel het gebouw vroeger wel afgewerkt was met een kostbare
marmeren bekleding) tot in de huidige tijd evenals bv. het Pantheon
in Rome. De meeste gebouwen van het oude Rome die geen
kerkelijke bestemming kregen werden in de loop der eeuwen
gesloopt als goedkope bron van bouwmaterialen.
De boog van Titus (21)
De Boog van Titus is gebouwd op het hoogste punt van de Via
Sacra,de heilige weg, op de heuvel Velia. (Er lagen veel tempels langs
deze weg vandaar de naam.) Dit is de toegang tot het Forum
Romanum vanaf het dal van het Colosseum. De enkele boog is
vermoedelijk in 81 na Chr. door keizer Domitianus gebouwd, ter ere
van zijn vergoddelijkte broer en
voorganger Titus.
De reliëfs in de boog herinneren aan
het neerslaan van de joodse opstand in
Palestina en aan de verwoesting van
Jeruzalem door Titus en zijn vader
Vespasianus in 70 na Chr. Naar deze gebeurtenis verwijst ook de
versiering van de façade: op de fries aan de buitenkant is de
triomftocht van beide heersers afgebeeld – nu is alleen nog het reliëf
aan de oostzijde bewaard gebleven – en in de boogzwikken zijn
overwinningsgodinnen afgebeeld die de veldtekenen dragen.
Twee gebeurtenissen uit de triomftocht zijn op de grote reliëfvlakken
in de doorgang van de boog afgebeeld. De zuidzijde toont het begin
van de triomftocht. Hier voeren Romeinse legioensoldaten de
kostbaarste stukken van de buit met zich mee, waaronder de Tafel
met de Toonbroden, de menora en de zilveren Hazozratrompetten uit
de Tempel van Jeruzalem, die worden weggedragen door de
triomfboog. Op de andere zijde staat het hoogtepunt van de
triomftocht: Titus, begeleid door zijn bewakers, de lictoren, staat
midden in de door de stadsgodin Roma aangevoerde quadriga, een
tweewielige wagen met een vierspan ervoor, en wordt door de
overwinningsgodin Victoria gelauwerd. Representaties van Senaat en
Volk van Rome completeren het geheel.
De boog van Septimus Severus (8)
De Boog van Septimius Severus is gebouwd in het jaar 203 n.Chr. in
opdracht van de senaat. Het was een geschenk aan de keizer en zijn
zonen Caracalla en Geta ter ere van de twee overwinningen op de
Parthen in 195 en 197 n.Chr.
De boog is versierd met 8 composietzuilen en diverse afbeeldingen
van overwonnen volkeren. Boven de zijdoorgangen hangen vier grote
friezen die de overwinningen van Severus in het oosten afbeelden. Op
oude munten uit de tijd van Septimius Severus en Caracalla is te zien
dat bovenop de boog een beeldengroep stond van een strijdwagen
met vierspan. Hierin stond Severus samen met de godin Nikè en zijn
zonen Caracalla en Geta.
Na de dood van Septimus Severus in 211 worden de beide zonen
gezamenlijk keizer. Caracalla laat echter aan het eind van 211 zijn
broer Geta vermoorden zodat hij zelf alle macht in handen kan
krijgen. Hierna laat Caracalla alle herinneringen aan zijn broer
verwijderen, door middel van de Damnatio memoriae. De triomfboog
ontkomt hier ook niet aan en de namen en afbeeldingen van Geta
worden er van verwijderd.
Lapis Niger , De zwarte steen. (voor de Curia Julia)
De Lapis Niger geeft het graf van Romulus aan. Romulus was de
eerste koning van Rome. (6e eeuw v. Chr. )
Volgens het verhaal wilde zowel Romulus als zijn broer Remus een
stad stichten. Romulus wilde dit op de heuvel Palatijn doen en Remus
op de Aventijn. Zij brachten offers aan de goden en wachtten op een
voorteken s.
Remus zag op een gegeven moment 6 gieren overvliegen maar even
later zag Romulus 12 gieren overvliegen.
Beiden beginnen met het bouwen van een stad.
Op een dag maakt Remus tijdens een bezoek zijn broer Romulus
belachelijk door zijn stadsmuren (die op dat moment nog in aanbouw
zijn) te bespotten om hun zwakheid en eroverheen te springen.
Romulus wordt zo boos dat hij zijn broer doodsteekt en daarna de
woorden spreekt: “En zo zal het iedereen vergaan die over mijn
muren probeert te springen.”
De Tempel van Antonius Pius en Faustina (15)
De best bewaard gebleven tempel van het Forum. Faustina, de vrouw
van Antonius werd na haar dood (141 n. Chr.) goddelijk verklaard en
aanbeden in deze tempel. Later werd ook Antonius zelf hier vereerd.
De tempel is goed bewaard gebleven omdat hij rond 1100 werd
omgedoopt tot kerk. Men In de zuilen zijn nog inkepingen te zien van
touwen waarmee men de zuilen wilde omtrekken om ze her te
gebruiken in een ander bouwwerk. Het lukte echter niet om de zuilen
om te trekken Zo goed waren ze gebouwd en vastgezet.
Tempel van Vesta , Huis van de Vestaalse maagden. (17, 18)
Vesta was de Romeinse godin van het haardvuur, van de huiselijke
haard en ook van de eendracht en de veiligheid in de staat .
Oorspronkelijk was het vuur zelf de godheid maar later werd zij
afgebeeld als een vrouw die een vlam vasthoudt.
Omdat de eredienst van Vesta niet alleen van belang was voor de
huiselijke kring, maar ook voor de staatscultus, hielden de Vestaalse
maagden in het Atrium Vestae aan het Forum een eeuwig vuur
brandend, een dienst die van essentieel belang was voor de hele
Romeinse samenleving. Dit Vestaalse vuur mocht nooit doven, want
dat zou catastrofale gevolgen hebben voor de staat. Hierdoor
genoten de Vestaalse maagden veel aanzien in de Romeinse
samenleving.
Vestaalse maagden moesten 30 jaar in dienst blijven van de tempel.
In die tijd mochten ze niet niet trouwen en moesten dus ook maagd
blijven. Wanneer een Vestaalse Maagd toch haar onschuld verloor
werd zij na een rechtzitting levend begraven of van een hoge rots
gegooid.
De moeder van Romulus en Remus, Rhea Silvia dochter van de
verstoten koning Numitorvan de stad Alba Longa, werd door de
Tiran Amulius gedwongen om Vestaalse maagd te worden zodat zij
geen nakomelingen zou krijgen.
De god van de oorlog, Mars, trekt zich het lot
van Rhea Silvia aan en ‘helpt’ haar. Rhea
wordt zwanger van een tweeling en zodra ze
bevalt wordt de tweeling bij haar weggehaald
en in een mand in de rivier de Tiber gezet.
Met hulp van Mars spoelt de mand aan en wordt de tweeling door
een wolvin de gevoed tot de tweeling door een herder gevonden
wordt. Uiteindelijk doden de volwassen Romulus en Remus de tiran
Amulius en wordt Romulus de eerste koning van Rome.
Ostia Antica
De oude havenstad van Rome, misschien zelfs de oudste (militaire)
kolonie van de stad, vermoedelijk uit de zevende eeuw voor Christus.
“Ostia” is misschien terug te voeren op “monding” of “ingang”, nl.
van de Tiber.
Belangrijke vloten zijn van hier uit gevaren, o.a. voor de strijd tegen
Hannibal. Onder keizer Augustus en zijn opvolgers werd de stad
enorm uitgebreid, tot er in de tweede eeuw na Christus zo’n 50000
mensen woonden. Maar na de val van Rome (vijfde eeuw) verviel de
havenstad. Rond 800 woonde er nauwelijks nog iemand.
De Romeinen waren briljante stedenbouwers. Zij begrepen dat de
bevolking alleen rustig zal leven en niet in opstand komt als in alle
dagelijkse behoeften is voorzien. In Ostia Antica bevond zich dan ook
alles wat je in een moderne Romeinse stad aantrof: tempels,
badhuizen (met beroemde mozaïeken), een theater, markten. Veel
van die gebouwen zijn (ten dele) behouden.
Al tamelijk vroeg in de christelijke tijd werd Ostia Antica een
bisschopsstad en werden er kerken gebouwd. De synagoge uit de
eerste eeuw, even buiten de stad, behoort tot de oudst bewaarde
buiten Palestina.
Kaart van Ostia Antica
Het Pantheon
Het Pantheon werd als tempel gebouwd tussen 118 en 125 na
Christus. Het is in gebruik als Rooms Katholieke basiliek en gewijd aan
de Heilige Maria en de martelaren. Pantheon betekent 'gewijd aan
alle goden'. Een andere mogelijke vertaling is: 'geheel goddelijk'. Het
is het bekendste Pantheon ter wereld.
Geschiedenis:
Het oorspronkelijke gebouw dateert uit 27 v Chr en werd gebouwd
onder het consulaat van Marcus Agrippa. In 80 n. Chr. werd deze
tempel tijdens de grote brand die Rome teisterde, verwoest. In 125
liet keizer Hadrianus het Pantheon geheel herbouwen. Na de val van
het West Romeinse Rijk bleef het Pantheon in bezit van de
Byzantijnse keizers, hoewel zij geen werkelijke macht meer hadden
in Rome. Keizer Phocas schonk de tempel in 609 aan Paus Bonifatius
IV. Deze Paus maakte van het Pantheon een kerk, de Santa Maria ad
Martyres. Om deze reden is het Pantheon nooit afgebroken, wat bij
de meeste andere heidense tempels in Rome wel gedaan is.
Vanaf de Renaissance werd het Pantheon gebruikt als begraafplaats
voor vooraanstaande Italianen, van wie Rafaël Santi en Victor
Emmanuel II de bekendste zijn.
Op de gevel aan de voorzijde staat een opvallend grote tekst in
bronzen letters: M · AGRIPPA · L · F · COS · TERTIUM · FECIT
Dit betekent: 'Marcus Agrippa, zoon van Lucius, voor de derde maal
consul, heeft dit gebouwd'. Het huidige bouwwerk stamt echter in
zijn geheel uit de tijd van Hadrianus.
Keizer Hadrianus liet niet zijn eigen naam op de gevel vereeuwigen,
omdat hij daarmee de senaat voor het hoofd zou stoten. Het kwam
Hadrianus bovendien niet slecht uit dat er op deze plek al eerder
gebouwd was. Door de verbinding aan te houden met Agrippa,
rechterhand van keizer Augustus , kon Hadrianus zich als legitiem
opvolger van Augustus presenteren.
Het Pantheon is nog in zeer goede staat, maar mist de bronzen
dakbekleding van de koepel. In opdracht van Paus Urbanus is de
bronzen omlijsting van de cassettes in het gewelf en de bronzen
ornamenten van de zuilengang omgesmolten. Dit brons is door
Bernini gebruikt om er het baldakijn boven het graf van Petrus in de
Sint-Pietersbasiliek van te laten gieten. Dit werd als een grof
schandaal beschouwd en leidde tot een beroemd geworden
uitspraak:
quod non fecerunt barbari, fecerunt Barberini, vrij vertaald: wat de
Barbaren niet hebben gesloopt, hebben de Barberini wel afgebroken.
Ook bouwde Bernini op de voorgevel twee kleine klokkentorentjes.
Deze zijn echter in de 19e eeuw weer verwijderd.
Opbouw:
Het Pantheon is een rond gebouw, met een zuilengang bestaande uit
drie rijen Korinthische zuilen (8 in de eerste rij, 16 in totaal). Het
heeft een betonnen koepel met een centrale opening (de oculus,
diameter 8,7 meter). Deze opening is ook echt open en het regent
dus soms naar binnen. De vloer is licht gebogen om het regenwater af
te voeren. De diameter van de koepel is gelijk aan de hoogte van de
vloer tot aan de oculus: 43,30 meter. Hierdoor zou het inwendige van
het gebouw perfect in een kubus met een ribben van 43,30 meter
passen, of anders gesteld: men kan perfect een bol met een diameter
van 43,30 meter in het gebouw plaatsen.
De grote koepel bleef tot 1434 de grootste betonnen koepel ter
wereld, toen in Florenze een grotere koepel werd gezet op de Santa
Maria del Fiore, die een diameter van 45 meter heeft. Om deze
enorme koepel te maken hebben de Romeinen enkele trucs
toegepast:


zo brachten ze bovenaan een oculus aan. Dit is een ronde
opening die ervoor zorgt dat de koepel soepel bleef en zo
gewapend was tegen aardbevingen;
de Romeinen beperkten het gewicht van de koepel, door
cassettes (uitsparingen) in de koepel aan te brengen, door
naar boven toe de koepel dunner te maken en lichter
materiaal te gebruiken en daardoor lichter werd. Zo is in de
basis van de koepel basalt gebruikt en bovenin rond het
oculus puimsteen, dat zo licht is dat het in water drijft. De
schil van de koepel is bovenaan bij de oculus 1,2 meter dik en
wordt naar onderen toe steeds dikker en rust tenslotte
rondom op 7 meter dikke muren.
Monumenten, Pleinen en Fonteinen
La Bocca della Verità
Dit is een beroemde gebeeldhouwde afbeelding van een menselijk
hoofd bij de Piazza Bocca della Verità in Rome. Het hoofd is afgebeeld
op een grote marmeren schijf die stamt uit de Romeinse oudheid en
vermoedelijk als onderdeel van een fontein of putdeksel gebruikt
was. Het gezicht stelt waarschijnlijk een riviergod voor. Sinds de 17e
eeuw hangt La Bocca della Verità in het voorportaal van de kerk Santa
Maria in Cosmedin.
De Mond der Waarheid staat bekend als een eeuwenoude
leugendetector. Een middeleeuwse legende vertelt dat van ieder die
zijn hand in de mond steekt en een leugen spreekt zijn hand
afgebeten zal worden.
De Bocca is beroemd geworden met de film Roman Holiday uit 1953
waarin Joe, acteur Gregory Peck, zijn hand in de mond steekt en
vervolgens doet alsof hij zijn hand echt verliest. Zijn tegenspeelster
Audrey Hepburn schrikt hier hevig van, en achteraf bleek dit niet te
zijn gespeeld. Dit deel van de scène stond niet in het script en Peck
heeft het geïmproviseerd, tot grote schrik van Hepburn die hier niet
op had gerekend.
De Bocca della Verità is uitgegroeid tot een
grote toeristische attractie in Rome. Op
drukke dagen staan soms honderden
mensen in de rij om hun hand in de mond
te steken en de legende op waarheid te
testen.
De Engelenburcht
In het Italiaans Castel Sant' Angelo
is het grote mausoleum van keizer
Hadrianus, dat werd gebouwd
tussen 135 en 139.
De Engelenburcht ontleent zijn
naam aan een legende. Op kerstdag
590 hield Paus Gregorius I een grote plechtige kerkelijke optocht om
God te smeken een einde te maken aan de pestepidemie. Bovenop
het mausoleum verscheen de aartsengel Michaël. De engel stak zijn
zwaard in de schede, wat betekende dat Gregorius' bede was
verhoord en de strijd tegen de pestepidemie voorbij was. Paus Pius II
liet op de plaats waar de aartsengel zou zijn verschenen een kapel
bouwen.
Het mausoleum was in de late oudheid al getransformeerd in een
burcht. Door de opkomst van Christendom trokken steeds meer
pelgrims naar de oude Sint-Pietersbasiliek, die met zijn kunstschatten
vrijwel onverdedigd buiten de stad lag. Het mausoleum lag op een
zeer strategische positie tussen het Vaticaan en de brug over de
Tiber; de Ponte Sant' Angelo (Engelenbrug) en werd daarom in de
verdedigingswerken van de stad opgenomen.
Later werd de burcht ook als pauselijke schatkamer gebruikt.
Pas in 1870, toen het Vaticaan de Engelenburcht overdroeg aan het
Italiaanse leger, kreeg het voormalig mausoleum een rustige functie
als museum.
Een deel van het vestingwerk is nu hersteld en een park geworden.
Piazza Navona
De Piazza Navona ligt in
een van de oudste buurten
van Rome, de Campus
Martius. Het Pantheon, dat
gebouwd is in de eerste
eeuw v.Chr., staat vlakbij.
Keizer Domitianus (81 - 96)
liet op deze plaats een
groot stadion bouwen voor atletiekwedstrijden. Na de val van het
Romeinse Rijk bouwden de Romeinse burgers huizen op de
voormalige tribunes. De atletiekbaan zelf bleef onbebouwd en
evolueerde in de loop der eeuwen tot een groot plein.
In de 17e eeuw gaf paus Innocentius X de huidige vorm aan de Piazza
Navona. Hij liet de kerk Sant'Agnese in Agone, een paleis en een grote
fontein bouwen.
De Vierstromenfontein
De fontein heeft zijn naam te danken aan de beelden die erop
geplaatst zijn. Zij stellen namelijk vier belangrijke wereldrivieren voor.
De eerste staat voor de Ganges in Azië, uitgebeeld door een riviergod
die een roeispaan in zijn handen heeft, deze symboliseert de
bevaarbaarheid van de Ganges.
De Donau in Europa wordt uitgebeeld door een riviergod die met zijn
ene hand het wapenschild van paus Innocentius X vasthoudt. Dit
omdat de Donau de rivier is die het dichtst bij Rome ligt. Waarom
voor de Donau gekozen is in plaats van de Tiber is te verklaren door
de obelisk in het midden van de fontein. De opdrachtgever voor het
maken van deze obelisk, Domitianus, heeft ooit met zijn legioen een
ernstige dreiging gekend vanuit de rivier de Donau.
De Nijl uit Egypte wordt uitgebeeld door een boomgod met een doek
over zijn hoofd, dit omdat destijds de bron van de Nijl nog niet
bekend was.
Als laatste wordt de Rio de la Plata uit Zuid-Amerika uitgebeeld door
een riviergod met een stapel muntstukken eromheen. Dit zou
symbool staan voor bodemschatten in het gebied van de Rio de la
Plata (Zuid-Amerika).
Ook over het beeld van de Rio de la Plata is een kleine anekdote
bekend. De god steekt zijn hand uit en lijkt weg te duiken uit angst
dat de gevel van Sant'Agnese in Agone op hem valt. Bernini zou dit
gedaan hebben omdat die kerk door zijn grote rivaal Borromini is
gebouwd. Dit verhaal klopt zeer waarschijnlijk niet, aangezien de
fontein enkele jaren eerder gebouwd was dan de kerk.
Obelisk
Heel duidelijk aanwezig is de Egyptische
obelisk van rood graniet die in het
midden van de fontein omhoog rijst. Uit
de inscripties in hiërogliefen blijkt deze
in het jaar 81 gemaakt is voor de
Romeinse keizer Domitianus.
Paus Innocentius X besloot de intussen
omgevallen en gebroken obelisk te
hergebruiken. Op deze obelisk is zijn
familiewapen aangebracht: een duif
met een olijftak.
Het samenbrengen van architectuur en beeldhouwwerk in deze
fontein was revolutionair ten opzichte van andere fonteinen in Rome
uit die tijd.
Monumento Vittorio Emanuele II
Het Monument van Victor Emanuel II is een museum gewijd aan de
eenwording van Italië. Het gebouw is gebouwd tussen 1895 en 1935
ter ere van Victor Emmanuel II, de eerste koning van een verenigd
Italië.
De bouw ervan is grotendeels ten koste gegaan van de Capitolijn (1
van de zeven heuvels). Het gebouw bestaat uit puur wit marmer en
de grote trappen ervoor brengen je tot op de helft van het gebouw.
Er zijn veel zuilen en in het midden staat een standbeeld van Victor
Emanuel II.
De reliëfs onder dit
standbeeld beelden de
Italiaanse steden uit. De
grote reliëfs gedenken de
grote ontwikkeling van
Italië in kunst,
wetenschap, religie en
rechtswetenschap.
Het verwezenlijken van "il Vittoriano" stuitte op veel verzet bij de
Romeinen die het monument nog steeds gekscherend 'de bruidstaart'
of 'de typemachine' noemen. Tegenstanders vinden het gebouw te
kolossaal en totaal niet passen in het historische centrum van Rome.
Boven op het gebouw, aan de rechter- en linkerzijde, staan twee
standbeelden van de godin Victoria, die rijdt op een vierspan. Links
staat het standbeeld ter ere van de Unità (Eenheid). Rechts staat het
standbeeld ter ere van de Libertà (Vrijheid). Ook is er een Graf van de
Onbekende Soldaat aanwezig.
Links en rechts van het monument staan fonteinen. De linkerfontein
symboliseert de Adriatische Zee, die aan de rechterkant de Tyrreense
zee.
De Spaanse trappen
Hoge en brede trappen gebouwd tussen 1723 en 1726. De stijl van de
Trappen wordt als één van de mooiste voorbeelden van de vroege
Rococo in Rome gezien. De trappen horen bij de kerk Trinitá dei
Monti en zijn in opdracht van Lodewijk XII is gebouwd. Onderaan de
trappen moest er een groot standbeeld van Louis XIV komen. Al in de
17de eeuw wilden de Fransen deze kerk verbinden met het plein
beneden het Piazza di Spagna. Dit plan werd echter tegengehouden
en de naam van de trappen is afgeleid van de Spaanse ambassade,
die er vroeger gevestigd was. Bovenaan de trappen kom je uit op
Pincio, een prachtige, Romeinse heuvel. Erg kenmerkend voor
misschien wel 's werelds beroemdste trappen is het zeer efficiënte
afwateringssysteem dat ervoor zorgt dat de trappen nooit onder
water komen te staan. In de lente zijn de trappen voorzien van
mooie bloemen. De plek waar Rome samenkomt en met een flesje
wijn de dag doorneemt.
De Piazza di Spagna is ontworpen door Pietro Bernini en zijn zoon
Gian Lorenzo Bernini, in opdracht van paus Urbanus VIII (1623-1644)
in 1629. Het was de wens van paus Urbanus VIII dat er een
monument kwam ter herinnering aan de grote overstroming die
plaatsvond met Kerstmis 1598,
toen de Tiber buiten haar oevers
trad.
Fontana della Barcaccia
Het is algemeen bekend dat de
Fontana della Barcaccia
geconstrueerd is door Pietro Bernini, maar kunsthistorici houden het
liever op Gian Lorenzo Bernini, zijn zoon. De fontein biedt een goed
doordachte oplossing voor het lagedrukprobleem van de Aqua Virgo,
waardoor de normale hoge waterstralen niet mogelijk waren.
De Trevifontein
De Fontana di Trevi is de grootste en bekendste fontein van Rome.
De fontein is circa 26 meter hoog en ongeveer 22 meter breed
gebouwd in de stijl van de late barok. De fontein is tegen de
achtergevel van het Palazzo Poli gebouwd. In het keizerrijk was het de
gewoonte om een monument op te richten op plaatsen waar water
vanuit nieuwe bronnen Rome binnen kwam.
De naam Trevi komt van de woorden tre via (drie wegen). Vroeger
kwamen er namelijk drie wegen uit op het plein van de fontein.
Het thema van het bouwwerk is de oceaan met majestueuze zeegod
Neptunus op een schelpvormige strijdwagen die door gevleugelde
paarden en jonge zeegoden (tritons) naar de oceaan wordt
getrokken. Het ene paard is rustig, het andere steigert. Dit
symboliseert de twee gezichten van de zee. In twee nissen staan links
en rechts de uitbeeldingen van Overvloed en Gezondheid. Rechts
bovenaan ziet men een afbeelding van een maagd die een soldaat de
plek van een bron aangewezen zou hebben.
De mythe van de Trevifontein is dat wanneer men met de rug naar de
fontein staat en met rechts over de linkerschouder twee muntjes in
gooit, de ogen sluit, aan Rome denkt en uitroept “Arrivederci Roma,
tibi gratia volo, in tiberis aqua tua fluit"( = tot ziens Rome, ik wil je
genade, je water stroomt naar de Tiber) men ooit zal terugkeren naar
Rome.
Een andere zienswijze zegt dat het werpen van de twee muntjes je in
staat moet stellen 'je geliefde' te ontmoeten in de Eeuwige stad.
Villa Borghese
Het landgoed is sinds 1580 (als een kleine wijngaard) in het bezit
geweest van de familie Borghese, maar werd in het begin van de
zeventiende eeuw door aankoop van aangrenzende landerijen en
wijngaarden uitgebreid tot de huidige omvang. Het park werd in 1605
in opdracht van kardinaal Scipione Borghese, neef van Paus Paulus V
en de mecenas van de schilder/beeldhouwer Gian Lorenzo Bernini,
aangelegd op de heuvel van Pinciano.
Het belangrijkste bouwwerk, dat in 1633 werd voltooid, is de Villa
Borghese Pinciana. Naast het hoofdgebouw, het Casino Nobile, dat
was bestemd voor de kunstcollectie van de familie en sinds 1903
fungeert als het nationale museum Galleria Borghese, bestond het
complex nog uit het Casino dell'Uccelliera, de volière, en het Casino
dei Giuochi d'Acqua, nu de oranjerie.
In de negentiende eeuw werd het park getransformeerd in een Engels
landschapspark. Het volledige bezit van de familie Borghese kwam in
1901 in staatsbezit. De tuinen zijn in 1903 aangekocht door de
gemeente Rome en sindsdien toegankelijk voor het publiek.
Catacomben van Priscilla
Catacomben zijn oudchristelijke, ondergrondse begraafplaatsen. In
deze catacomben kunnen we enorm veel informatie vinden over de
manier van denken van christenen en vooral hun manier van denken
over het leven na de dood. De oude christenen noemden zowel hun
bovengrondse als ondergrondse begraafplaatsen "coemeteria", dat
van het Griekse woord koimètèrion ("slaapplaats") komt.
Waarom die christelijke voorkeur voor ondergrondse kerkhoven? Tot
ongeveer het jaar 150 na Chr. werden christenen en heidenen naast
elkaar begraven. Op een gegeven moment wilden de christenen eigen
begraafplaatsen, afgezonderd van de heidenen. Maar om in grond te
mogen graven, moest je grond bezitten. De meeste christenen waren
echter arme mensen die nauwelijks iets bezaten, laat staan grond.
Ze waren dus afhankelijk van rijke christelijke families die hun grond
wilden afstaan voor het begraven van hun geloofsgenoten. De
begraafplaatsen raakten al snel overvol om twee redenen: 1) veel
mensen (en na Constantijn zelfs gigantisch veel mensen) bekeerden
zich tot het christendom, 2) christenen worden liever begraven dan
gecremeerd. Nu zat men met een probleem. Waar moesten ze nu de
doden begraven? De enige oplossing was onder de grond.
Men ging te werk volgens bepaalde systemen. Twee hoofdingangen
en daartussen gangen (roostersysteem), gangen die zich vertakken als
de twijgen van een boom.
Wanneer er geen plaats meer
was op een verdieping, dan
groef men gewoon weer
verder naar beneden.
Catacomben met vier of vijf
verdiepingen en een totale
diepte van over de 20 meter
zijn niet zeldzaam.
Kerken
San Clemente
De San Clemente is gebouwd in de twaalfde eeuw bovenop een kerk
uit de vierde eeuw. Onder de vroegchristelijke kerk bevinden zich
Romeinse restanten, waaronder een Mithrastempel. Dankzij deze
drie bouwlagen uit verschillende perioden is het mogelijk om op een
bijzondere wijze erfenissen uit verschillende perioden te bezichtigen.
Afdalen in de San Clemente lijkt daarom op reizen door de
geschiedenis.
De goed behouden en volledig
blootgelegde Mithrastempel
stamt uit het eind van de
tweede of het begin van de
derde eeuw na Christus. De
verering van Mithras is in de
eerste eeuw voor Christus uit
Perzië over gekomen. De
sterrenhemel heeft een grote rol gespeeld in deze astrale religie.
Alleen mannen hebben deelgenomen aan de door geheimen
omgeven erediensten. In een zaal voor rituele maaltijden, het
triclinium, staat het altaar. Dit type altaar wordt tauroktonie
genoemd. Het is voorzien van een reliëf waarop Mithras een stier
dood. Dit is het centrale religieuze motief in de Mithrascultus.
De onderkerk is uitgerust met romaanse fresco’s uit de achtste tot de
elfde eeuw. De fresco’s in de voorhal zijn opmerkelijk. Ze zijn in de
elfde eeuw geschilderd in opdracht van de familie Rapiza. Zowel het
gezin als de Heilige Clemens zijn afgebeeld in een tondo. In het
middenschip en het rechterschip zijn onder meer fresco’s uit de
negende eeuw te zien.
Santa Maria Maggiore
De geschiedenis van de Santa Maria Maggiore gaat terug tot het
pontificaat van paus Liberius (352-366). Volgens de legende is de kerk
gebouwd nadat Maria voor paus Liberius verscheen in een droom in
de nacht van 4 op 5 augustus 358. Zij droeg de paus op om een kerk
voor haar te bouwen op de plaats waar hij de volgende dag sneeuw
zou vinden. De volgende ochtend, op een hete zomerdag, viel er
sneeuw op de hoogste top van de Esquilijn. Dit zogenaamde wonder
van de sneeuw wordt jaarlijks herdacht door een mis waarin witte
bloemblaadjes van dahlia’s uit het plafond naar beneden dwarrelen.
Het Mariaheiligdom van paus Liberius is rond 420 vervangen door een
grotere kerk.
In de daaropvolgende eeuwen volgen verschillende verbouwingen in
diverse bouwstijlen. Ook de afwerking, decoraties en de kunstwerken
stammen uit ver uiteenlopende perioden in de geschiedenis. Toch
vormt de Santa Maria Maggiore een harmonisch geheel.
De Santa Maria Maggiore is
vooral bekend door zijn
mozaïeken. In het middenschip,
boven de architraaf, bevinden
zich mozaïeken uit de vijfde
eeuw. Ze illustreren verhalen uit
het Oude Testament in 36 door
pilasters van elkaar gescheiden
beeldvlakken. De mozaïeken op de triomfpoort dateren uit dezelfde
tijd. Enkele passages uit de evangeliën over Christus jeugd zijn
uitgebeeld. De verlossing door Christus (heilsgebeuren) is het
onderliggende onderwerp. Een hoogtepunt van de middeleeuwse
mozaïekkunst in Rome vormt het apsismozaïek uit 1295 van de
franciscaan Jacopo Torriti. Centraal in het ontwerp staat de kroning
van Maria door Christus.
Santa Maria in Trastevere
De Basiliek van Santa Maria in
Trastevere is waarschijnlijk de
oudste Mariakerk van Rome en
vormt met het ervoor gelegen
plein het centrum van de wijk
Trastevere, ten westen van de
Tiber.
Volgens de overleveringen van
de vierde eeuw ontsprong op de plaats, waar tegenwoordig het altaar
van de kerk staat, in het jaar 30 na Christus een olieachtige bron.
Deze werd door de joodse inwoners van de wijk als een aankondiging
van de Messias (=de Gezalfde) gezien.
Reeds in de derde eeuw zou er een christelijke huiskerk gestaan
hebben. Op dezelfde plaats liet paus Julius I in het midden van de
vierde eeuw een grote basiliek bouwen, die in de twaalfde eeuw door
paus Innocentius II door een nieuwbouw met campanile vervangen
werd.
Op de facade van het gebouw is Maria met het kind Jezus afgebeeld
omringd door tien vrouwen met olielampen.
De mozaïeken in de apsis stammen nog uit de twaalfde eeuw. De
mozaïeken op de triomfboog en in het onderste gedeelte van de apsis
werden een eeuw later door Pietro Cavallini gemaakt.
Deze tonen beelden uit het leven van Maria: Maria geboorte, Maria
boodschap, de Geboorte van Jezus, de Aanbidding der Wijzen, de
Opdracht van Jezus in de Tempel en de Dood van Maria.
San Pietro in Vincoli
In deze kerk worden de kettingen
bewaard waaraan Petrus in Jeruzalem
zou zijn gekluisterd. Het is een zeer
oud gebouw (vijfde eeuw), waar later
veel aan is veranderd.
Volgens de legende was Petrus op
bevel van koning Herodes in Jeruzalem aan de ketting gelegd werd,
verscheen er een engel die hem bevrijdde. Petrus ging naar Rome
waar hij gekruisigd werd. Voor de ketens (vincoli) die vanuit
Jeruzalem naar Rome kwamen, stichtte de echtgenote van keizer
Valentinianus een kerk binnen de muren van een paleis.
De Mozes van Michelangelo
Vooral belangrijk is het beeld van Michelangelo: Moses.
Oorspronkelijk was het bedoeld als één van de 47 levensgrote
beelden voor het graf dat Julius II voor zichzelf door Michelangelo liet
ontwerpen. Het graf werd niet uitgevoerd.
Zo ingetogen en verstild Michelangelo’s Pietá in de Sint Pieter is (zie
elders in dit boekje), zo krachtig is hier de uitdrukking van Moses. De
ledematen lijken iets te groot t.o.v. het hoofd, wat die kracht
accentueert, Moses lijkt op het punt te staan te gaan bewegen en
gezien de gespierde armen zal ook dat met grote kracht gebeuren.
Moses wordt beschouwd als één van de meest krachtddadige figuren
uit het Oude Testament – hij leidde het Joodse volk immers uit de
Egyptische gevangenschap naar het (huidige) Israel.
De hoorntjes op het hoofd zijn een attribuut van Moses. Zij zijn terug
te voeren op een dubbele (en misschien verkeerd begrepen) tekst in
het Hebreeuws, waarin staat dat er zich “stralen van licht” rond het
hoofd van Moses bevonden. “Stralen van licht” kun je in het
Hebreeuws ook lezen als: “hoorns”.
San Paolo fuori le mura
De Sint-Paulus buiten de Muren is een basiliek in Rome. Ze werd in
opdracht van keizer Constantijn als een kleine basiliek boven het graf
van Paulus gebouwd, gelegen aan de Via Ostiensis in Rome.
Paus Gregorius II heeft de basiliek tevens de kerk van een
benedictijnenabdij gemaakt. De pittoreske kloostergang die bij de
abdij hoort dateert uit 1200 n. Chr.
De sarcofaag onder het altaar waarin Paulus begraven zou zijn is
gedeeltelijk uitgegraven in 2006 en met behulp van C-14 datering is
vastgesteld dat de menselijke resten die in deze sarcofaag liggen
inderdaad stammen uit de 1e of 2e eeuw eeuw na Christus, rond de
tijd dat Paulus gestorven is.
Binnen in de kerk zijn uitsparingen voor
ronde mozaïeken van alle pausen, van
Sint-Petrus tot paus Benedictus XVI. De
legende zegt dat als alle uitsparingen
vol zijn, de Dag des oordeels aanbreekt.
De kerk behoort met de Sint-Jan van
Lateranen, de Sint-Pietersbasiliek en de
Basiliek van Santa Maria Maggiore tot
de vier grote basilieken van Rome. Alle
vier bezitten een Heilige Deur die in een
Heilig Jaar geopend wordt. Alle vier
behoren ze tot de zeven pelgrimskerken
van Rome.
De Sint- Pieter
De Sint-Pietersbasiliek is de hoofdkerk van de Rooms Katholieke Kerk.
Hij werd voornamelijk ontworpen door Michelangelo en tussen 1506
en 1626 gebouwd. Lange tijd was het de grootste kerk ter wereld. Hij
bevindt zich op de plaats waar Petrus zou zijn gekruisigd en begraven.
Oorspronkelijk stond op deze plaats een byzantijnse kerk van 1100
jaar oud, die in 1506 werd gesloopt.
De plattegrond is gebaseerd op een Grieks kruis (kruisvorm waarvan
de horizontale en verticale balken even lang zijn). Later is de kerk
naar voren toe verlengd.
Ook de reusachtige voorgevel en
het plein met een ellipsvormige
zuilengalerij, zijn van later
datum. Het plein, dat je kunt
beschouwen als de armen van de
kerk die de gelovige omhullen, is
ontworpen door Bernini, een
belangrijke architect en
beeldhouwer uit de Barok.
Momenteel bevinden zich in de Sint-Pieter 395 beelden, 44 altaren en
135 mozaïeken. De Sint-Pieter heeft een oppervlakte van 15 160
vierkante meter, en biedt ruimte aan ongeveer 60 000 mensen.
De koepel is één van de grootste in z’n soort. Hij bestaat uit twee
“schillen” die elkaar in evenwicht houden. Het exterieur is net zo
kenmerkend voor de skyline van Rome als bijvoorbeeld de Eiffeltoren
dat is voor Parijs.
De grote hoeveelheid schilderijen en beelden in het interieur zijn
kenmerkend voor de Barok. Het overrompelende was in de kunst van
die periode een manier om eenvoudige gelovigen te overtuigen van
het gelijk van de katholieke kerk. “Horror vacui” (= angst voor de
leegte) is een sleutelbegrip. Kerkgebouwen werden van onder tot
boven voorzien van beelden en schilderijen, geen plekje bleef leeg.
Alleen dat al overrompelt de toeschouwer.
Vooral het bekijken waard zijn:
De Pietá van Michelangelo, een beeldengroep van Maria met het
lichaam van de gestorven Christus op schoot. Michelangelo was
net in de twintig toen hij dit
beeld maakte; het beeld is
kenmerkend voor de
Renaissance: evenwichtig van
opbouw, ingetogen van
uitdrukking.
De baldakijn, een enorme
bronzen constructie op vier
gedraaide zuilen, gebouwd door
Bernini; hij overwelfd het graf
van Petrus; kenmerkend voor de Barok zijn aan deze baldakijn de
bovenmenselijke maat (dit geldt eigenlijk voor de hele Sint Pieter)
en het dramatisch-theatrale, wat in de gedraaide zuilen tot
uitdrukking komt.
Wanneer de paus in Rome is, geeft hij op zondag om 12.00 uur
iedereen de zegen vanuit het raam van zijn werkkamer (tweede raam
rechts van de bovenste verdieping) van het naast de SintPietersbasiliek gelegen Apostolisch Paleis.
Tijdens Kerstmis en Pasen houdt de Paus een toespraak, geeft hij de
zegen Urbi et Orbi en wenst iedereen zalige feestdagen in meer dan
zestig verschillende talen.
Vaticaans museum
Raphael, Stanza’s
Raphael (Raffaello Sanzio) is samen met Michelangelo en Leonardo de
belangrijkste schilder van de Italiaanse Renaissance.
In 1508 vestigde hij zich in Rome, waar hij de roem kreeg die te
vergelijken is met die van een pop-idool. Paus Julius II vroeg hem om
muurschilderingen (fresco’s) in zijn bibliotheek en studeervertrekken
te maken, de Stanza’s.
Het is opvallend dat Raphael thema’s uit de Grieks- Romeinse cultuur
mengde met christelijke thema’s. In de Renaissance werd de klassieke
oudheid gezien als een voorloper van het Christendom.
Het bekendst is de zgn. “School van
Athene” waarop in het midden Plato en
Aristoteles te zien zijn, in een gebouw dat
doet denken aan één van de ontwerpen van
de Sint Pieter. Om hen heen beeldde
Raphael belangrijke kunstenaars, filosofen
en wetenschapsmensen uit de klassieke tijd
en uit zijn eigen tijd af. Zo zou de
piekerende man op de trap Michelangelo
zijn en tegelijk de Griekse filosoof Heraclitus
(die ervan uit ging dat alles in voortdurende
verandering is: “Je kunt nooit twee keer in dezelfde rivier stappen.”)
Op de “Parnassus” toont Raphael grote mensen uit heden en
verleden, waaronder Homerus, Virgilius, Dante, samen met Griekse
goden, waaronder Apollo.
Op de “Disputa” heeft Raphael een verbinding tussen hemel en aarde
proberen uit te beelden; boven een altaar is de goddelijke wereld te
zien. Alle mensen op aarde en in de hemel stellen personen voor die
in het Christendom en in de christelijke (cultuur)geschiedenis een
belangrijke rol hebben gespeeld.
De schilderijen hebben allerlei betekenislagen, die lang niet allemaal
even duidelijk zijn. Maar één ervan is evident: Raphael laat zien dat
de tijd waarin hij leefde werd opgevat als een opnieuw opbloeien en
evenaren van de kunstzinnige, wetenschappelijke en filosofische
verworvenheden van de klassieke oudheid.
Sixtijnse Kapel, Michelangelo
Michelangelo Buonaroti was in de twintig toen hij in 1508 de
opdracht kreeg in de Sixtijnse Kapel, de privé-kapel van de paus, een
plafondschildering te maken. In de kapel bevonden zich langs de
wanden al fresco’s van beroemde voorgangers.
Micherlangelo werkte er vier jaar aan, liggend op zijn rug, op een
hoge houten stellage. Vanwege de enorme omvang van het plafond
moest hij een indeling in “compartimenten” maken. In het midden
zien we het scheppingsverhaal tot en met de uitdrijving uit het
paradijs. Aan weerszijden zijn profeten (mannelijke Joodse
waarzeggers) en sibyllen (vrouwelijke Griekse waarzegsters)
afgebeeld.
In totaal heeft Michelangelo in dit plafond zo’n 300 gestalten
geschilderd.
Het bekendst is de “Schepping van Adam” waarop God naar de nog
krachteloze Adam reikt – je snapt als toeschouwer: zodra de beide
handen elkaar raken kan Adam opstaan en mens zijn. Dit is een
vondst van Michelangelo zelf. Achter God kijkt Eva mee naar wat er
gebeurt. Zij is dus geestelijk (=
niet-lichamelijk) al aanwezig! Dit
gaat terug op de gedachte dat de
mens al bestond voordat hij z’n
lichamelijkheid kreeg – in
bepaalde stromingen van het
Rooms Katholieke geloof kom je
deze gedachte tegen.
Toen hij al flink op leeftijd was, kreeg Michelangelo de opdracht om
boven het altaar van de kapel een voorstelling te maken van het
“Laatste Oordeel”: het moment waarop Christus als rechter oordeelt
wie naar de hemel mag en wie naar de hel moet.
Christus is in het midden weergegeven als een haast Grieks-Romeins
aandoende jonge man. Om hem heen zielen die naar de hemel
mogen, waaronder grote personen uit het verleden. Rechts onder
Christus is Bartholomeüs te zien, een martelaar die levend is gevild. In
zijn huid, die hij vasthoudt, is een zelfportret van Michelangelo te
herkennen…
Een medewerker van de paus beklaagde zich over de vele naakten in
het schilderij. Daarop beeldde Michelangelo hem rechtsonder af, in
de hel, als koning Minos wiens penis door een slang wordt
weggehapt.
Na de dood van Michelangelo werden alle naakten voorzien van een
onderbroekje. De schilder die de opdracht daartoe uitvoerde, heette
vanaf toen de “onderbroekjesschilder.”
Een korte woordenlijst
Enkele basiswoorden
Goedemorgen
Goedeavond
Goedenacht
Tot ziens
Hallo /dag
Alstublieft
Sorry
Vandaag
Morgen
Zee
Ingang
Uitgang
Open
Gesloten
Links
Rechts
Centrum
Kerk
Bioscoop
Strand
Postzegel
Hollandse krant
Slager
buongiorno
buonasera
buonanotte
arrivederci
ciao
per favore
scusa
oggi
domani
mare
l’entrata
l’uscita
aperto
chiuso
sinistra
destra
centro
chiesa
cinema
spiaggia
francobollo
giornale olandese
macellaio
Seizoenen:
Winter
Lente
Zomer
Herfst
inverno
primavera
estate
autunno
Dagen van de week:
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
lunedi
martedi
venerdi
giovedi
venerdi
sabato
domenica
Korte zinnen:
Wat kost het?
Hoe laat is het?
Hoe gaat het?
Goed, slecht
Ik kom uit Nederland
Mijn naam is ( Ik heet)
Waar is de markt
Ik heb het niet begrepen
Ik spreek geen Italiaans
Ik versta u niet
Aangenaam kennis te maken
quanta costa?
che ora e?
come sta?
sto bene /male
sono olandese
mi chiamo …..
dove il mercato?
non ho capito
non parlo italiano
non la sento
piacere
Weer:
Wat voor weer is het morgen?
Mooi weer
Slecht weer
Regen
Warm
Koud
Wind
che tempo fa domani?
bel tempo
brutto
piove
caldo
freddo
vento
Op de markt (Groenten en Fruit)
Tomaat
Citroen
Sla
Paprika’s
Komkommer
Aardappel
Aubergine
Paddestoelen
Ui
Appel
Peer
Perzik
Frambozen
Aardbeien
Pruim
pomodore
limone
lattuga
peperoni
cetriolo
patate
melanzane
Funghi
cipolla
mele
pere
pesche
lamponi
fragole
prugna
In een winkel
Wat kost het?
Zonnebril
Badpak
Ondergoed / lingerie
Slippers
Zonnebrandcrème
Zoeken
Passen
Korting
Maat
Paskamer
Schoenen
Kleur
Spijkerbroek
Trui
Riem
Jas
Jurk
Broek
Hoed
Rok
t-shirt
stropdas
overhemd
kostuum
quanto costa?
occhiale da sole
costume da bagno
Lingerie
pantofole
sun screen
Cercare
provare
Sconto
Taglia
Cabina
Scarpe
Colore
Jeans
maglione
Cintura
cappotto
Vestito
pantalone
cappello
Gonna
maglietta
cravatta
camicia
l’abito
Uit eten:
Antipasti: ( voorgerechten, diverse kleine hapjes: bijvoorbeeld
geroosterde tomaten, rauwe ham, meloen, ui, vitello tonnato (
kalfsvlees in tonijnsaus), stukje koude omelet)
Primo piatto ( 1ste gerecht) ( pasta: spaghetti, tortelini, trofi, ravioli of
risotto)
Secondo piatto ( hoofdgrecht / 2de gerecht) ( vlees, vis, gevogelte,
wild)
Dolce ( nagerecht / desert) bijvoorbeeld: tiramisu, pannacotta, creme
caramel, gelato, formaggio)
In het restaurant:
Voorgerecht
1ste gerecht
Hoofdgerecht
Desert
Bijgerecht
Dagmenu
Kindermenu
Tafel
Raam
Bord
Servet
Mes
Vork
antipasto
primo piatto
secondo piatto
dolce
contorno
menu del giorno
menu per i bambini
tavola
finestra
piatto
tovagliolo
coltello
forchetta
Lepel
Peper
Zout
Olijfolie
Azijn
cucchiaio
pepe
sale
olio di olivia
aceto
Drinken:
Fles
Glas
Plat water
Water
Huiswijn
Bier
Cola
Limonade sinasappel
Wijn
Proost
Eten:
Soep
Vlees
Vis
Salade
Eet smakelijk
Desert
De rekening
Bijgerecht
Minestre
Carne
Pesce
Insalata
buon appetito
Dolce
il conto
Contorno
bottiglia
bicchiere
aqua naturale
acqua frizzante / gassato
vino della casa
birra
Coca
aranciata
vino
cin cin
Download