Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a 2513 AA ‘s-GRAVENHAGE Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer 05-SZW-B-169 AGSZW/2005/89425 Onderwerp Datum Volledige benutting ESF 4 november 2005 Contactpersoon Conform het verzoek van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 1 november 2005 informeer ik u hierbij over de volledige benutting van ESF. Hierbij geef ik het door de vaste commissie gevraagde cijfermatig overzicht van beschikbare middelen en ga ik in op de redenen van versnelling in het aantal aanvragen. Tenslotte ga ik in op het verzoek een overzicht te leveren van de projecten die nadelige gevolgen kunnen ondervinden van sluiting van het ESF-loket. Ik ben me er zeer van bewust dat vele aanvragers met nieuwe omstandigheden worden geconfronteerd en moeten zoeken naar alternatieve financiering van 50% van hun projectbegrotingen. Ik realiseer me dat dit tot teleurstelling leidt. Tegelijkertijd is het goed dat er waarschijnlijk geen Nederlands ESF-geld meer onbenut blijft voor belangrijke doelen zoals het opleiden en aan het werk helpen van mensen. Cijfermatig overzicht van beschikbare middelen Het totale budget dat vanuit de Europese Commissie beschikbaar is gesteld voor Nederland voor de periode van 2000-2006, bedraagt (na aftrek van het niet benutte bedrag van 294 miljoen euro over de tranches 2000, 2001 en 2002) 1.479,6 miljoen euro. In het Enig Programmeringsdocument (EPD) is de verdeling over prioriteiten en maatregelen als volgt: Prio Maatregel 1 Maatregel A 2 Maatregel B1 en B2 2 Maatregel C 2 Maatregel D 3 Maatregel E Omschrijving Activering werkzoekenden en arbeidsgehandicapten inzetbaarheid beroepsbevolking Begroot in EPD (laatst bijgestelde versie) 412,9 artikel 4 ESF 538,4 203,5 32,2 voortijdig schoolverlaten 189,6 scholing werkenden 2 3 Maatregel F beroepsbegeleidende leerweg 59,3 3 Maatregel G praktijkonderwijs en VSO 43,7 Totaal 1.479,6 De Europese Commissie heeft het EPD goedgekeurd. Uw Kamer is hierover in de brieven van 30 september 1999 en 25 augustus 2000 geïnformeerd. Lidstaten zijn vrij binnen prioriteiten (tussen maatregelen) te schuiven. Maatregel A is gericht op scholing van werkzoekenden en arbeidsgehandicapten. Vooral gemeenten zijn hiervan de aanvrager, maar ook het UWV, het CWI en het ministerie van Justitie. Maatregel B1 betreft aanvragen voor projecten gericht op scholing ten behoeve van arbeidsomstandigheden. Aanvragers hiervoor zijn vooral O&O-fondsen. Maatregel B2 is specifiek voor projecten die gericht zijn op de combinatie van arbeid en zorg. Aanvragers hiervoor zijn gemeenten en de ministeries van OC&W en SZW. Maatregel C is voor scholing van werkenden; aanvragers hiervoor zijn voornamelijk O&O-fondsen inclusief die van defensie en politie, maar ook gemeenten kunnen hiervoor aanvragen namens derden. Maatregel D is de zogenaamde global grant, speciaal bedoeld voor experimenten. Hiervoor geldt een ander regime: de bijdrage uit het ESF-fonds aan projecten in deze maatregel is 100% (voor de andere maatregelen geldt maximaal 50%). De Europese verordening schrijft voor dat een lidstaat niet meer dan 2% van het totale programmabudget mag uitgeven aan deze global grant. In Nederland betreft dit vooral projecten Dagindeling, maar ook kleinere projecten op het terrein van jeugdwerkloosheid en allochtone vrouwen op de arbeidsmarkt. Het ministerie van SZW is aanvrager hiervoor. Onder meer gemeenten voeren deze projecten uit. Voor de maatregelen E (voortijdig schoolverlaten), F (beroepsbegeleidende leerweg) en G (praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs) is het ministerie van OC&W aanvrager. Omdat sprake was van grote onderbenutting in de maatregelen B1 en B2 is medio 2004 ervoor gekozen deze aan te wenden voor aanvragen uit maatregel C, zodat op het niveau van de prioriteit, in dit geval prioriteit 2, geen onderbenutting zou ontstaan. Redenen van versnelling in aantal ESF-aanvragen Met uw Kamer deelde het kabinet vanaf het begin van de programmaperiode 2000-2006 de zorg voor onderbenutting. Tegelijkertijd is de sturing steeds gericht op zeer zorgvuldig omgaan met ESF mede in het licht van de ervaringen met de voorgaande periode ESF 19941999. Heldere regelgeving, de op- en inrichting van het Agentschap SZW en een uitvoeringspraktijk die is gericht op voldoen aan alle Europese verplichtingen naar de letter en de geest van Europese regels vormen de waarborg van een zorgvuldige uitvoering van ESF 2000-2006. In verband met de problemen met ESF 1994-1999 waaruit een Rekenkameronderzoek en veel publiciteit ontstond, werd pas op 21 juni 2001 in Nederland het ESF-loket opengesteld. Vanaf eind 2001 kwam de gemeenschappelijke zorg van kabinet en Kamer voor onderbenutting naar voren. In het verslag van het Algemeen Overleg van 5 december 2002 geeft de minister van SZW aan welke maatregelen en inspanningen er zijn om aanvragers te ondersteunen om het aantal aanvragen op te krikken. Deze maatregelen bestaan onder meer uit actieve voorlichting aan alle groepen aanvragers, inrichting van een ESF-loket voor Noord-Nederland en een ESF-steunpunt voor gemeenten. Door de regel dat de declaratie 3 voor het jaar 2000 uiterlijk 2002 moest worden ingediend benutte Nederland 47,9 miljoen euro over de jaartranche 2000 niet. Uit de verslagen van de Algemene Overleggen van 26 juni 2003 en 11 februari 2004 blijkt onze gemeenschappelijke zorg dat met de stand van zaken van dat moment een onderbesteding dreigde van 850 miljoen euro over de gehele programmaperiode. Eind 2003 werd over de jaartranche 2001 167,2 miljoen euro niet benut. De aanvaarde motie Algra van 9 maart 2004 “verzoekt de regering naast een actieve stimulering van aanvragen voor ESF-susbsidie tevens nadrukkelijker ondersteuning te bieden bij het correct opstellen van de aanvragen en het transparant maken van het uitvoeringstraject”. In de brief van 24 augustus 2004 meldde ik dat het goed ging met de ontwikkeling van de aanvragen: in de maanden januari tot en met juni 2004 voor 282 miljoen euro aan aanvragen, tegen in dezelfde periode in 2003 149 miljoen euro. Deze brief vermeldt de extra maatregelen die zijn genomen om het gebruik van ESF te verruimen. Dit betreft onder meer de verruiming naar activiteiten voor het voorkomen van arbeidsrisico’s, vermindering van verzuim en vermindering van de WAO-instroom. Scholing voor werkenden werd verruimd naar opleidingen tot en met HBO-niveau (was daarvoor opleidingen tot en met MBO). ESF-projecten die zich richten op het vergemakkelijken van de combinatie van arbeid en zorg werden mogelijk. Praktijkonderwijs werd verbreed naar ook het voortgezet speciaal onderwijs. Ook werd het mogelijk kinderopvangkosten te subsidiëren van personen die aan een reïntegratietraject deelnemen. In het Algemeen Overleg van 13 oktober 2004 toonde de Kamer zich ontevreden over de resultaten van benutting. In mijn brief van 1 februari 2005 meldde ik dat de maatregelen effect sorteren. Stand van zaken was op dat moment dat voor 1,6 miljard euro aan aanvragen was ingediend, waarvan 1 miljard was toegekend. Toen al was meer ingediend dan het beschikbare budget van 1.479,6 miljoen euro. Verder kondigde ik aan de maatregelen met kracht voort te zetten. Eind 2004 werd bekend dat 79,1 miljoen euro niet benut was over het jaar 2002. In het Algemeen Overleg van 2 februari 2005 met de staatssecretaris van Economische Zaken vroeg uw Kamer wederom om maatregelen ter voorkoming van onderbenutting. Staatssecretaris Van Gennip antwoordde dat het tijd kost om nieuwe ideeën door de Europese Commissie te laten goedkeuren en dat het vervolgens een tijd duurt voordat de mensen in de regio’s met plannen komen. Verder wees zij erop dat aanvragers nu in groten getale de weg naar de ESF-middelen hebben gevonden. De effecten van alle maatregelen blijken duidelijk uit mijn brief van 22 augustus 2005 waarin de stand van ingediende aanvragen ESF 2,2 miljard euro bedraagt, waarvan 1,4 miljard toegekend. Tevens kon ik naar tevredenheid melden “dat er voorlopig geen tekorten optreden omdat de realisatiegraad van afgeronde projecten op dit moment gemiddeld rond 52% ligt”. In deze brief gaf ik ook aan dat de mogelijkheid bestond en nog steeds bestaat dat over de jaartranche 2003 13 miljoen niet wordt gebruikt. Dit komt doordat, voor de declaratie die Nederland eind 2005 over de jaartranche 2003 moet indienen bij de Europese Commissie, alleen einddeclaraties en jaarrapportages mogen worden meegenomen en dus geen toekenningen. Huidige stand van zaken De huidige stand is dat per 28 oktober 9.00 uur voor 2.818 miljoen euro (3.143 miljoen euro minus reeds ingetrokken en afgewezen aanvragen) is aangevraagd, waarvan 1.755 miljoen euro is toegekend. Als het huidige realisatiepercentage van projecten zich voortzet betekent dit dat het voor Nederland beschikbare budget zeer waarschijnlijk volledig wordt benut. 4 Onderstaande grafiek geeft het verloop weer van de aanvragen per maand in 2005. Hieruit blijkt het grillige verloop van de aanvragen: na een grote stijging in de maand juli een vermindering in de maanden augustus en september en vervolgens de zeer grote toename van aanvragen in oktober, met name in de laatste paar dagen. Grafiek met stijging van aanvragen tot sluiting ESF-loket 28/10/2005. 300 180 160 250 140 120 200 100 150 80 100 60 40 50 20 0 600 200 180 500 160 140 400 120 100 300 80 200 60 40 100 20 0 sep'04 jul'04 aug okt sep'04 nov dec okt jan.'05 nov dec feb jan.'05 mrt apr feb mei mrt apr jun mei jul aug jun sep jul aug okt € mln aantal Aanvragen aantal tot 1-9-04 sep'04 okt nov dec jan.'05 feb mrt apr mei jun jul aug sep okt 648 59 50 105 96 99 76 35 53 55 53 159 126 74 261 1949 bedrag gem.proj. € mln € mln 1.246,4 67,9 88,2 131,5 62,8 159,3 81,6 73,0 49,5 181,5 48,8 138,3 177,4 98,0 538,6 3.142,8 1,9 1,2 1,8 1,3 0,7 1,6 1,1 2,1 0,9 3,3 0,9 0,9 1,4 1,3 2,1 1,6 Om risico’s voor de rijksbegroting te voorkomen is het ESF-loket per direct en zonder vooraankondiging gesloten door middel van een bericht op de Internetsite van het Agentschap en een persbericht. Uw Kamer is hierover per omgaande geïnformeerd. Het besluit tot de facto sluiting per 28 oktober 9.00 uur is gepubliceerd in de Staatscourant van dinsdag 1 november. Een vooraankondiging van de sluiting van het ESF-loket zou hebben geleid tot anticipatiegedrag en daarmee budgettaire derving. Momenteel wordt een nadere analyse verricht op de recent ingediende aanvragen. De eerste indruk is dat de aanvragers komen uit alle categorieën. De afwikkeling van alle vóór 28 € mln. aantal Aanvragen in aantal en bedrag 5 oktober 9.00 uur ingediende aanvragen betreft honderden projecten waarmee ruim een miljard euro is gemoeid. Dit zal zeker nog enkele maanden duren. Projecten die nadelige gevolgen kunnen ondervinden van sluiting ESF Ook na de sluiting van het ESF-loket zijn nog tientallen aanvragen ontvangen, waarmee ruim 500 miljoen euro is gemoeid. Deze worden niet meer in behandeling genomen. Ook deze betreffen de diverse categorieën ESF-aanvragers. Deze groep bevat onder andere enkele tientallen gemeenten en O&O-fondsen. Met ESF worden enkele duizenden projecten in Nederland mede gefinancierd. Aanvragers zijn alle gemeenten, O&O-fondsen, UWV, CWI en de ministeries van OC&W, BZK, Justitie, Defensie en SZW. Bij veel aanvragers zijn ESF-projecten in voorbereiding, die nu niet meer kunnen worden ingediend. Een compleet overzicht is hiervan niet te geven. Vele aanvragen zijn immers niet ingediend. Op 1 december zal ik u nader informeren over de dan actuele stand van zaken rond de afhandeling van aanvragen en de declaratie over de jaartranche 2003. De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, (H.A.L. van Hoof)