1.telspel tot 200

advertisement
1. Telspel tot 200
Leeftijdsgroep
12-16 jaar
Kerndoel
Kerndoel 2: de leerlingen leren rekenhandelingen
uitvoeren voor het functioneren in alledaagse situaties.
Leerstofonderdeel
2.1-2.9 de telrij opzeggen tot en met 200 vanaf een
willekeurig getal.
Doel van de les
Vlot tellen vanaf een willekeurig moment onder de 200
Benodigdheden
-
Korte samenvatting
Een telspel waarbij een groepje een getal zegt onder de
200 en het andere groepje om de beurt telt vanaf dat
getal tot 200. Als het mis gaat mag de andere groep
weer. Als het goed gaat (tot 200) dan krijgen ze een
punt.
Organisatie
Klassikaal
Activiteiten
Introductie:
Laat de getallenlijn zien tot 200. Noem een getal,
bijvoorbeeld 165. Vraag een leerling om het getal op te
schrijven. Vraag een andere leerling een getal dat er
direct op volgt (166). Doe die oefening ook met andere
getallen.
Kern:
Vertel de leerlingen dat ze nu een spel gaan doen, waarbij
ze gaan door tellen vanaf een bepaald getal. Geef een
getal en vraag een leerling een voorbeeld van dat
doortellen, bijvoorbeeld zeg 7 en vraag een leerling vanaf
8 verder te tellen tot 20.
Verwerking:
Stel nu voor om door te tellen tot 200. Deel de groep in
twee groepen. Groep A start doordat groep B een getal
onder de 200 noemt. Als groep A de 200 haalt, waarbij ze
om de beurt een getal verder gaan), dan krijgen ze een
punt. Als het fout gaat mag de andere groep starten (met
een nieuw getal).
Afsluiting:
Tel de punten en vraag aan de leerlingen of je nog op
andere manieren zou kunnen tellen.
Vraag aan de leerlingen of ze spelletjes kennen waarbij je
moet tellen (denk aan verstoppertje).
Vraag de leerlingen tot hoever je dan zou moeten tellen
en of tellen tot 200 niet veel te lang duurt.
Maak een transfer naar het getal 200, bijvoorbeeld € 200.
Aandachtspunten
Het kan wat lang duren als ze om de beurt moeten tellen.
Er zijn daarom ook andere varianten denkbaar. Zie
vervolgactiviteiten.
©Rekenboog.zml, rekenhandelingen, telspel tot 200
1
Differentiatie
Makkelijker:
- Zet een getallenlijn met sprongen van 10 op het
bord. Noem een getal. Laat dit getal op de
getallenlijn aanwijzen en dan verder tellen tot het
volgende streepje/tiental.
Moeilijker:
- laat groep B een getal noemen. Iemand van groep
A telt vanaf dat getal door totdat de leerkracht
aangeeft dat een ander verder telt uit groep A.
- doortellen tot 10 verder op de getallenlijn,
bijvoorbeeld van 108 tot 118
Vervolgactiviteiten
Koop een zachte bal
- deel briefjes uit met daarop getallen geschreven
willekeurig tussen de 50 en 180 en laat de leerling
met het laagste getal beginnen. Zodra iemand een
getal heeft dat aansluit, gaat die volgende leerling
doortellen tot het hoogste getal is bereikt
- laat leerlingen doortellen totdat de leerkracht weer
een ander aanwijst (geen groepen). Wissel snel en
willekeurig
- gooi een bal naar een leerling in de groep en noem
een getal. De leerling zegt drie achtereenvolgende
getallen die erna komen. Daarna gooit de leerling
de bal terug
©Rekenboog.zml, rekenhandelingen, telspel tot 200
2
Download