Gebedsdienst op de dankdag voor gewas en arbeid > zegen niet te

advertisement
Gebedsdienst
op de dankdag voor gewas en arbeid
> zegen niet te tellen <
Dorpskerk
5 november 2014
Voorganger: ds Marco Visser
Orgel: Sybren Boukes
M.m.v. het koor Con Amore o.l.v. Karin Ravenstijn
Welkom
Stilte
Bemoediging:
o.
Onze hulp is in de Naam van de Heer,
a.
DIE HEMEL EN AARDE GEMAAKT HEEFT,
o.
die trouw blijft tot in eeuwigheid
a.
EN NIET LAAT VAREN HET WERK VAN ZIJN HANDEN.
Zingen: Psalm 65: 1, 5 en 6
1. De stilte zingt U toe, o Here,
in uw verheven oord.
Wij zullen ons naar Sion keren
waar Gij ons bidden hoort.
Daar zal men, Heer, tot U zich wenden,
tot U komt al wat leeft,
tot U, o redder uit ellende,
die alle schuld vergeeft.
5. Gij komt het dorre land doorschrijden
met water uit uw beek
en tot een rijke oogst bereiden,
uw voetstap maakt het week.
Gij druipt uw zegen in de voren,
Gij roept het kiemend graan;
zo wordt het brood voor ons geboren
waar Gij zijt voorgegaan.
6. Gij kroont het jaar van uw genade.
Waar Gij getreden zijt
tooit de woestijn zich met een wade,
de heuvels zijn verblijd.
De weidegrond is wit van schapen,
het dal van koren blond.
Dit is het land door U geschapen,
uw lof schalt in het rond.
(gemeente gaat zitten)
2
Gebed
Zingen: Lied 647, Voor mensen die naamloos
Con Amore: 1 en 2 / allen 3 en 4
2. Voor mensen die roepend,
tastend en zoekend
door het leven gaan:
verschijnt hier een teken,
brood om te breken,
wij kunnen bestaan.
3. Voor mensen die vragend,
wachtend en wakend
door het leven gaan:
weerklinken hier woorden,
God wil ons horen,
wij worden verstaan.
4. Voor mensen die hopend,
wankel gelovend
door het leven gaan:
herstelt God uit duister
Adam in luister:
wij dragen zijn naam.
3
Lezing: Genesis 41: 47-57
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
In de zeven jaren van overvloed dróeg het land, bij handen vol.
Jozef verzamelde al het voedsel van de zeven jaren
die er in het land Egypte waren
en bracht het voedsel in de steden;
het voedsel van het veld dat rondom de stad lag,
bracht hij daarbinnen.
Jozef hoopte graan op als zand van de zee,
zo ontzettend veel, dat men ophield met tellen,
want er was geen tellen aan.
Aan Jozef werden twee zonen geboren
vóór het jaar van de honger kwam.
Zonen die Asnat, de dochter van Potifera,
de priester van On, hem baarde.
Jozef gaf de eersteling de naam:
Manasse, ‘Die-laat-wegvallen’, want:
God heeft al mijn moeite
en heel mijn vaderhuis voor mij laten wegvallen.
De tweede gaf hij de naam: Efraïm, ‘Dubbelvrucht’, want:
God heeft mij vruchtbaar gemaakt
in het land van mijn verdrukking.
De zeven jaren van overvloed die er waren
in het land Egypte, liepen ten einde.
De zeven jaren van honger begonnen er aan te komen,
zoals Jozef had gezegd.
Er was honger in alle landen,
maar in heel het land Egypte was brood.
Heel het land Egypte begon honger te lijden
en het volk schreeuwde tot Farao om brood,
maar Farao zei tegen heel Egypte:
Ga naar Jozef!
Wat hij jullie zegt, doe dat!
Honger was er over heel de aarde
en Jozef opende alle opslagruimten
en hield graanverkoop voor Egypte.
4
57
Want de honger werd sterker in het land Egypte.
Van heel de aarde kwam men naar Egypte
om graan te kopen bij Jozef
want de honger was sterk over heel de aarde.
Zingen: Lied 365: 1, 4, 6 en 7, Wij dragen onze gaven
Con Amore: 1 / allen: 4 / Con Amore: 6 / allen: 7
allen
4. Wij wijden U de schoven,
wij wijden U het brood,
want brood komt uit den hoge
van bij de Here God,
voor wie de halmen buigen
tot eer van U, o God en Heer – halleluja!
5
Con Amore
6. Het is en moet zo blijven
de gave van uw hand,
al wat wij van U krijgen,
de vruchten in de mand,
de broden op de tafel
tot eer van U, o God en Heer –
halleluja!
allen
7. Gij hebt U zelf gegeven
als zaad, voor ons ontkiemd,
uw hart en ziel en zegen,
Gij zijt het, die ons dient
met vlees en bloed en leven
o God en Heer, groot is uw eer –
halleluja!
Enkele woorden ter overweging
Zingen: Lied 714, Dat ik recht kan staan
Con Amore: 1, 2 en 3 / allen: 4, 5 en 6 / voorganger: 7 / allen: 8
Con Amore
2. dat ik spreek in taal,
dat ik U verhaal,
God zij dank,
3. dat ik licht ontvang,
naar de zon verlang,
God zij dank,
allen
4. dat het water vloeit,
het raakt nooit vermoeid,
God zij dank,
5. dat mijn adem is
in de duisternis,
God zij dank,
6. dat de mensen zijn
als bokalen wijn,
God zij dank,
voorganger, gesproken
7. dat de dood eens komt
en het lied verstomt,
zwaar valt het,
allen
8. dat de morgen daagt
die de liefde waagt,
God zij dank.
Dankgebed en voorbeden, stil gebed en gezamenlijk Onze Vader
Inzameling van de gaven
Con Amore: Lied 712, Het jaar neigt zich tot stille groet
Het jaar neigt zich tot stille groet,
het rijpte een zomer lang tot zin,
nu in de herfst houdt het zich in
en spreekt uit volheid: God is goed.
Maar wij, de mensen, zijn te klein.
Wij doen of het het onze is
wat God ons geeft. Of aan 't gemis
der naasten wij niet schuldig zijn.
De honger gaat de wereld rond,
wij danken God voor overvloed.
O geef, Heer, dat de hand toch doet
wat wordt beleden met de mond,
en niet meer neemt, maar voluit geeft
aan alle mensen in de nood,
zoals Gijzelf u in de dood
hebt uitgedeeld, o brood dat leeft.
Zingen (staande): Lied 263, Wees Gij mijn toevlucht
7
2. Wees Gij mijn wijsheid, de rust van mijn hart,
bevrijding van wat mijn ontstelt en verwart,
de hoop die mij grond geeft als alles verdwijnt,
het duister me aangrijpt, de zon niet meer schijnt.
3. Gij zelf moet meegaan, uw lichtend gelaat,
een gids die mij voorgaat en nimmer verlaat.
De dag loopt ten einde, de nacht is nabij,
wees Gij nu mijn toekomst, het duister voorbij.
Wegzending en zegen
Gemeente zingt:
8
Download