Proef Schakelingen Proef 1 1. Zet twee weerstanden in serie (R1 en R2), daaraan één parallel (R3), en met dit geheel weer één in serie (R4). 2. Teken de schakeling. Zet de weerstandswaardes erbij. 3. Zet een spanning van 3,0 V over de schakeling. 4. Meet de stroomsterktes door R1 en door R4 (laat eerst de schakeling controleren); en de spanningen over R2 en over R3 . 5. Controleer je resultaten met een berekening. Proef 2 1. Zoek van een gegeven samengestelde weerstand de weerstandswaarden op van de niet-zwartgeverfde weerstanden (zie Binas). 2. Teken de schakeling en zet het nummer erbij. 3. Meet de weerstand van de schakeling (gebruik 3,0 V). 4. Bereken de weerstand van de zwartgeverfde weerstand. 5. Herhaal de proef voor tenminste drie andere samengestelde weerstanden. Werk uit vóór de volgende les.