20 KIJK o p Valke n burg hart en haar man Jos volgde naar zijn geboortestad Sittard. Zij zijn daar een eigen brasserie De Trechter begonnen midden op de mooie markt van Sittard. Nu ook een zeer succesvolle zaak, waarvan oudste zoon Regja ook al volledig mee werkt. Zo gaat de cyclus verder. Gelukkig wilde onze middelste dochter Shtrojera samen met haar man Marcel La Casa gaan runnen. Regelmatig verblijf in Spanje en de lekkere tapas die zij daar aten, waren de motivatie dit ook uit te breiden met Spaanse specialiteiten. Dit was ook een goede zet, want La Casa staat bekend om de heerlijke Tapas en pasta’s. • Rechts de Valkenhof in de jaren 1960-1970. De Valkenhof is gestart als Balkanrestaurant, hoe is dat gekomen? Becir: ‘Omdat wij het restaurant meteen goed wilden aanpakken zijn we begonnen met een specialiteiten restaurant. Veel Nederlanders gingen in die tijd graag naar de kust in Kroatië, Istrië en Slovenië. Dus waarom niet de Balkan-cultuur naar Valkenburg brengen? Van mijn oom in Kosovo die journalist was, kregen José en ik een boek van toenmalig Balkan-kenner Ab den Doolard, die ons verder hielp om onze plannen uit te werken. Omdat wij ook graag iets wilden bieden voor het uitgaansleven hebben wij nagedacht hoe wij dit in onze zaak konden verwerken. Naast goede Balkan-specialiteiten die de Joegoslavische koks, die wij in dienst hadden, klaarmaakten, was er ook plaats voor live muziek in de avond uren. Niet alleen eten, maar ook uitgaan en dansen was het concept dat wij wilden neerzetten. Een prima combinatie, maar wel extra hard werken tot in de late uurtjes.’ Wanneer is De Valkenhof een steakhouse geworden? José: ‘Vroeger, tot 1989, was het van Pasen tot eind september erg druk, maar buiten het seizoen was veel gesloten. Vanaf 1989 zijn wij ook dagelijks open gegaan. In 1992 zijn wij gestopt met livemuziek. In die jaren kwam uiteten in opkomst, dus kwamen er steeds meer restaurantbezoekers en werd het ook drukker in het naseizoen. Er was dus eigenlijk geen plaats meer om live muziek en dansen voort te zetten. Niet iedere gast kon muziek tijdens het eten waarderen. Wij zijn toen verder Foto: Beeldarchief Valkenburg gegaan met alleen het restaurant. Het was geen gemakkelijke keuze omdat muziek tot ons leven behoorde, maar het bleek achteraf wel een goede keuze.’ Becir: ‘Begin jaren ’90 was toch al een moeilijke periode, omdat de oorlog op de Balkan ervoor zorgde dat het moeilijker werd om aan specifieke ingrediënten te komen. Wij zijn toen langzaam van een Balkan-specialiteitenrestaurant omgevormd naar Steakhouse Valkenhof. Dat heeft zich geloond.’ Uiteindelijk kozen jullie voor een tweede zaak. Waarom? Becir: ‘Het was inmiddels rondom het millennium. Onze kinderen voelden zich thuis in het bedrijf en zonder dat zij door ons gedwongen werden, werkten zij graag in ons restaurant. De kinderen hadden het zo naar hun zin dat zij alle drie eigenlijk wel hun toekomst zagen in De Valkenhof. Het was voor José en mij wel duidelijk dat alle drie de dochters in één restaurant niet zou gaan werken. In 1999 hebben wij de kans gekregen om Italiaans hotelrestaurant Casa te kopen, nu La Casa, aan de Grotestraat. Met veel passie hebben wij dit restaurant naar een goed niveau getild. De goede naam van De Valkenhof zorgde ervoor dat ook La Casa, dat inmiddels was verworden tot een Spaans-Italiaans restaurant, vrij snel genoeg klandizie kreeg.’ Inmiddels hebben jullie dochters alle drie hun eigen zaak. Hoe is dat zo gelopen? Becir: ‘Het was voor ons al snel duidelijk dat onze oudste dochter Natascha haar En de Valkenhof, waar het allemaal begon? Becir: ‘Wij waren erg blij dat onze jongste dochter Kujtessa nog in de zaak bleef om ons te helpen. Ondanks dat zij geen horeca-opleiding had, zij heeft een sportopleiding genoten aan het CIOS, wilde zij het restaurant graag overnemen. Vanaf 2007 zijn zij en haar man Mike formeel de eigenaars van De Valkenhof. Na de overname hebben zij nog enkele buurpanden bijgekocht. Naast het feit dat de restauratie de zaak goed heeft gedaan, is ook de aanblik van een aantal mergelpanden in de Berkelstraat een aanwinst voor de binnenstad van Valkenburg.’ een gezellige Valkenburgse motorclub, waar we ook mooie reizen mee maken. Samen met José maak ik ook graag vakantiereizen. Het samen ontdekken van nieuwe plekken doen wij het liefst.’ Onze grootste succesformule is dat we werken zien als hobby. Daarnaast is het belangrijk dat gasten zich bij jou thuis voelen. Wat is in al die jaren jullie succesformule geweest? José: ‘Onze grootste succesformule is misschien wel dat wij werken zien als hobby. Wij hebben altijd graag gewerkt. Daarnaast hebben wij kunnen meeliften op het succes van Valkenburg als toeristenstad die zich de laatste jaren zeer positief heeft ontwikkeld. De renovatie van de historische binnenstad met de twee nieuwe poorten als meest recente aanwinst, zal er voor zorgen dat het de komende jaren alleen maar beter zal gaan met het toerisme. De laatste jaren zien wij ook een groei van bewoners uit de regio die Valkenburg komen bezoeken, dat is jaren anders geweest. Door de formule ‘Valkenburg Kerststad’ is er ook een groei waarneembaar. De terrassen zijn verwarmd en zien er allemaal erg gezellig uit en er zijn ook in de winterperiode veel evenementen. Dat trekt zeer veel toeristen en regiobewoners naar de stad. Daar profiteren wij als horeca natuurlijk ook van.’ Becir: ‘Ik vind de eerlijkheid naar de gasten het belangrijkste. Daarnaast hebben wij ook gezorgd dat onze gasten zich bij ons thuis voelen. Wij zijn altijd correct geweest naar onze gasten en hebben ons ook steeds voor onze gasten geïnteresseerd, altijd tijd maken voor een praatje. Wat is het grootste verschil tussen ondernemerschap toen en nu? Becir en José: ‘Wij vinden het een positieve ontwikkeling dat er in het ‘nieuwe ondernemen’ ook plaats is voor collegiale hulp aan andere ondernemers, elkaar iets gunnen. Vroeger was dat er niet bij, zeker niet in de 70’er jaren toen wij onze onderneming startten. Nu gaan ondernemers bij elkaar iets eten of gezellig drinken. Je hebt elkaar toch nodig om succesvol te kunnen zijn. Nu is het gemeenschappelijker en is het motto ‘samen sta je sterk’. Dat hebben wij onze kinderen ook mee willen geven.’ Jullie zijn al geruime tijd ‘met pensioen’. Was dat in het begin lastig? Becir: ‘Vanaf 1 januari 2007 zijn wij formeel uit de zaak gestapt, maar waren wij nog regelmatig in de Valkenhof aanwezig. José: ‘Zelfs nu doen wij nog af en toe hand- en spandiensten, voornamelijk rond de gezellige Kerstmarkt periode. Van een zwart gat was bij ons niet echt sprake, omdat wij vanaf 2007 langzaam hebben afgebouwd.’ Becir: ‘Je wil graag helpen zodat je kinderen de zaken goed onder controle krijgen. Zij doen het gelukkig nu alle drie erg goed op eigen kracht.’ José: ‘Ik schilder graag, maak graag mooie schilderijen. Daarnaast wandelen wij samen graag en spenderen wij ook graag veel tijd aan onze vijf kleinkinderen die variëren in de leeftijd van vijf tot twintig.’ Becir: ‘Ik houd mij graag bezig met andere hobby’s en zit met een aantal bevriende ondernemers in een kookclub. Daarnaast ben ik al 25 jaar lid van de Bokkeriejers, • Pas verkering 1967. Samen sta je sterk! Gelukkig begrijpen ondernemers anno nu dat veel beter dan in de jaren ’70 Hebben jullie, terugkijkend op bijna 30 jaar ondernemerschap, nog ergens spijt van? Becir: ‘Eigenlijk hebben wij nergens spijt van. Als ik het moest overdoen zou ik het weer op dezelfde wijze aanpakken. Wij hebben altijd graag gewerkt, maar hebben nooit echte tegenslagen gekend. Door het werken, hebben wij wel vaker sommige zaken gemist, zoals bijvoorbeeld feesten of verjaardagen, omdat je altijd op zulke dagen werkte. Maar ondanks dat is ons gezin nooit iets tekort gekomen en konden wij altijd met elkaar op vakantie. Tot 1989 was de zaak immers in de wintermaanden dicht. Er was dus in de jaren dat de kinderen opgroeiden veel tijd voor het gezinsleven.’ Welke tips hebben jullie de kinderen meegegeven toen zij als ondernemer startten? Becir: ‘Wij hebben gezegd dat zij hun kinderen niet moeten dwingen om mee te draaien in het bedrijf. Als zij hart en passie hebben voor de horeca dan rollen zij er vanzelf wel in. Je moet hen ruimte geven voor hun eigen ontwikkeling. Als zij willen, dan komen ze vanzelf wel helpen. Kijk maar naar onze oudste kleinzoon, die nu met veel plezier bij zijn ouders werkt. Weer een generatie verder! Het gelukkig samen blijven als ouderpaar heeft er zeker ook voor gezorgd dat wij goede omstandigheden hebben geschapen waarin de kinderen zich konden ontwikkelen. Wij hopen dat dit onze dochters en hun echtgenoten ook lukt, zodat hun bedrijven ook in de toekomst zullen blijven bestaan.’ << • Met dochter Natascha naar de kermis in Brunssum in 1970.