Preek over Matteüs 2,13-23 - Hans

advertisement
Preek over Matteüs 2,13-23
“Jezus is het antwoord”. Had iemand eens triomfantelijk op een
muur geschreven in grote grafitti letters. Waarop anderen na een
paar dagen in kleine letters erbij hadden gezet: “Maar wat is de
vraag eigenlijk?’” Het is een bekend voorbeeld van hoe mensen
kunnen reageren als je over Jezus begint. Goede vraag. Hoezo ‘Jezus
is het antwoord’? voor de meeste mensen in ons land geldt: Jezus
zegt me niks. Wie is Hij en wat heeft het grote verhaal over zijn
geboorte, lijden, sterven en opstanding ons eigenlijk te zeggen? Het
zelfde geldt voor het thema van vanochtend. God bevrijdt. Maar
waarvan? Ik voel me helemaal niet on-vrij. Behalve dan van de
aflossing van mijn persoonlijke lening of mijn hypotheek, maar het
lijkt me sterk dat Jezus daar iets aan zal veranderen. Bevrijd waarvan
/ waaruit? En het antwoord op wat?
Goeie vraag. Misschien wel van jou. Maar het moet zeker een vraag
zijn geweest van veel mensen in de tijd van Matteüs. Zij geloofden
wel in God, maar snapten niet hoe Jezus en de gemeenschap van
Jezus-volgers (de kerk) te maken had met grote verhaal van God met
Israël en de wereld waar zij in leefden. Hun vraag was bijvoorbeeld:
hoe komen we van de Romeinen af? Maar hoe is Jezus daar een
antwoord op?
Op televisie is een tijdje een serie geweest - Verborgen Verleden –
waarin bekende Nederlanders op zoek gingen naar hun ‘roots’. Zo
leerden ze hun familie en daarmee zichzelf en een beetje beter
begrijpen (Ruben Nicolai, Tom Egberts, Anna Drijver).
Zoiets gebeurt ook in Matteüs 1&2. Om een antwoord te geven op
de vraag wat Jezus mensen te zeggen heeft, of zou kunnen hebben –
waar hij een antwoord op is en waar de kerk op slaat – gaat Matteüs
terug in de tijd en volgt de voetsporen van Jezus. Hij begint bij die
stamboom, weet je nog? De familiegeschiedenis van Jezus. Dan
vertelt hij het verhaal van de zwangerschap van Maria, hoe Jozef
erin mee kwam en dan van drie koningen die na zijn geboorte komen
om de koning te aanbidden. Daarop volgt dan de geschiedenis van
de vlucht naar Egypte, die we net hebben gelezen.
Jezus werd al vroeg een asielzoeker, een asielzoeker in Egypte. Net
als al de andere mensen in de wereld die op dit moment een veilig
heenkomen zoeken vanwege de grillen van een of andere dictator.
Dat was bekend voor veel christenen in de tijd van Matteüs die zelf
ook een veilig heenkomen moesten zoeken. En het is nog bekend
voor veel mensen. Een Afrikaans commentaar zegt het zo (slide 4):
“the fact that Jesus was a refugee on African soil should teach us
many lessons. God was not ashamed to let his son become a
refugee.” Hij deelde het lot van talloze stateloze vluchtelingen die
ook vandaag leven in kwetsbare posities, en in kampen. In
bijvoorbeeld Turkije, Zambia, Libanon, Calais. Kwetsbaar,
hopeloos. Zoals zoveel mensen voor wie geen plaats is in deze
wereld vanwege de dwaze roekeloosheid van dictators.
Maar er is meer te zeggen over de vlucht van het gezin van Jozef
naar, en naar verloop van tijd terug uit Egypte. Matteüs vat het
samen in een citaat, vers 15 (slide 5): “Daar bleef hij tot de dood van
Herodes, en zo ging in vervulling wat bij monde van de profeet door
de Heer is gezegd: ‘Uit Egypte heb ik mijn zoon geroepen.’”
Wat wil Matteüs hiermee nou zeggen? Het is op het eerste gezicht
vreemd, want de profeet Hosea (daar komt dit citaat vandaan) heeft
het niet over Jezus, maar over het volk Israël, dat God door Mozes
bevrijdde uit Egypte. Vroeger.
(slide 5) Maar Matteüs wil dat we snappen dat Jezus het verhaal van
Israël overdoet. Waar Israël zelf faalde haar eigen koning te
erkennen (het verhaal van de magiërs), gaat Jezus opnieuw de weg
die Israël moest gaan. Jozef (!) vertrekt naar Egypte en neemt het
kind en zijn moeder mee. Weer is er een slachting, net als toen, in
Egypte. En weer ontsnapt er iemand op een wonderlijke manier
(zoals eerst Mozes in zijn rieten mandje en later alle eerstgeborenen
van Israël), en als Jezus terugkomt is er opnieuw een doop door de
Jordaan en een vestiging in het beloofde land.
Dat is het verhaal van Matt. 2 in het kort. Voor wie het wil zien.
Doet Jezus het verhaal van Gods volk over. Door lijden bevrijd op
weg naar Gods nieuwe wereld. Wat zegt dat je?
Dit helpt ook om je eigen leven als christen beter te begrijpen. Iedere
christen leeft het verhaal van Jezus. Door de doop, en de regelmatige
viering van het Heilig Avondmaal (de vervulling van die
Paasmaaltijd, de maaltijd van de bevrijding maar nu niet van een
letterlijk leven als slaaf maar van een leven dat beheerst wordt door
je eigen verlangens – jaloezie, afgunst, trots, enz.), op weg naar de
vernieuwing van de werkelijkheid. Logisch? Nou nee. Maar dat is de
weg van Christus. Door lijden bevrijd op weg naar een toekomst die
God belooft.
Die weg is een weg van solidariteit, zelfopoffering en liefde. Want
wie Jezus volgt merkt dat dat niet vanzelf gaat. Dat het iets kost.
Zoals Matteüs ons lijkt te zeggen: de schaduw van het kruis valt over
het leven van Jezus vanaf zijn babytijd. Daar zit een bemoediging in:
God is met ons in het diepste lijden. Maar het is ook een reality
check: zo bevrijdt God en brengt Hij gerechtigheid in deze wereld.
Kijk maar eens naar dat tweede citaat.
Jeremia 31,15:
Dit zegt de HEER:
In Rama hoort men klagen, bitter treuren.
Rachel beweent haar zonen,
zij wil niet worden getroost.
Haar kinderen zijn er niet meer.
16
Maar dit zegt de HEER:
Huil niet langer, droog je tranen.
Je zorg voor hen wordt nu beloond
– spreekt de HEER.
Ze keren terug uit het land van de vijand.
17
Je hebt een hoopvolle toekomst,
je kinderen keren naar hun eigen land terug
– spreekt de HEER.
Matteüs wil ook laten zien dat dit lijden, de geboorte van Jezus, de
vlucht naar Egypte, het begin is van Gods koninkrijk. Ja, er zijn een
hoop tranen. Rachel (haar graf ligt in Bethlehem) treurt om haar
kinderen, die in ballingschap gingen (thema in het leven van Israël!)
– maar om terug te keren onder Ezra en Nehemia. Zo zou
uiteindelijk ook de vlucht van Jozef en Maria hun redding zijn en die
van Jezus.
Ik wil ook nog een andere kant belichten van het leven met Jezus (tot
nu toe lijden, hij vervult om het zo te zeggen de slachtofferrol). Maar
Matteüs vermeldt nog dat Jezus Nazireeër genoemd wordt. Nu is er
steeds iets aan de hand met die citaten. Ze zijn niet zozeer bedoeld
om te laten zien hoe voorspellingen letterlijk in vervulling gaan,
maar Matteüs zoekt als het ware naar aanwijzingen die in het OT al
te maken hebben met de komst van Jezus, geeft teksten zo nodig een
nieuwe betekenis. Dat was al zo met de verwijzing naar Hosea, met
de verwijzing naar Jeremia. Maar ook met die aanwijzing Nazireeër.
Een nazorener kan betekenen: iemand uit het onbeduidende stadje
Nazareth. Maar een Nazireeër is/was ook iemand die speciaal aan
God gewijd was. Zoals Simson.
En in alle gewoonheid en lijden zit er ook inderdaad iets
triomfantelijks in het leven van Jezus en christenen. Niet omdat ‘wij
het antwoord hebben’. Maar omdat Jezus niet alleen het slachtoffer
was/is, maar ook een bedreiging voor de machten in alle onschuld en
oprechtheid.
Maw: je kunt lijden verwachten, maar je hoeft er niet naar te streven
als christen. Streef naar het goede, gelijkheid, respect, eerlijkheid,
transparantie, doe niet mee met pesten, gekonkel, anderen naar
beneden duwen. Maar spreek en doe recht. Dan komt het lijden
vanzelf, waaruit God redt.
Wat zegt dat ons? Het zegt honderdduizenden vluchtelingen iets, en
vervolgde christenen alles. En het zegt ons dat leven als christen in
deze wereld betekent dat we niet leven met logische antwoorden op
voor de hand liggende vragen. Maar dat we bereid zijn om risico’s te
nemen door te leven als Jezus. Het risico van kwetsbaarheid. Want
zo toont God zijn macht in deze wereld. Bedenk: Hij vertrouwde
twee tieners met zijn zoon. Beschermde hen niet tegen het politieke
geweld van die tijd. Maar zorgde er wel voor dat te midden van al
gevaren uiteindelijk zijn wil tot stand kwam.
Zou God vandaag niet net zo aan het werk zijn? Door onze
kwetsbaarheid, bereidheid om risico’s te nemen. Door onze
gastvrijheid? Iemand zei deze week: dat is naïef, mensen zullen
misbruik van je maken. Inderdaad … en toch.
Op welke vraag is Jezus het antwoord: op het lijden. Op het onrecht.
Maar misschien is Hij het antwoord wel helemaal niet. Maar is Hij
zelf de vraag. En ben jij het antwoord. Amen?
Download