SECT 2B-GLAS Bijlage 4: Inregelvoorschriften Optische zender (BOTNDW) Optische retourontvanger (BOR 4160) Optische node (ORT1000f/AC800Z/Vector Beta pro) ITU Grid tabel Node Teleste AC800 Z Node Hirschmann ORT 1000 F Node Vector BETA Pro © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 1 RF signaalniveaus PAL: 0 dB (referentie) FM stereo: -10 dB EuroDocsis QAM-256: -4 dB VoD QAM-256: -6 dB DVB-C QAM-64: -10 dB Instelling/gegevens van optische zender BOTNDW RF input level (ref.) 76dBµV op BC-in (onderste IEC) RF input -20dB (±1dB) op testpunt TP1 DWDM golflengte:1560.61nm Optisch uitgang vermogen: +9dBm © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 2 Instelling van optische ontvanger (4-voudig) gebruik poort 1 Optisch ingangsniveau: -6dBm ± 0,5 dB RF uit: 85dBµV (bediening via NEC) Referentielijn IMD: 80dBµV Settings BOR 4160 (retourontvanger)bediening via NEC - Regulation mode: Input Power based - Wavelength: 1550 of 1310 nm # - RF level mode: Default - Standby mode: Sleep when inactive - Setting RF Outputlevel: +4.0 dB(+/- 1,5 dB)* # afhankelijk van WC retourzender * juiste waarde (RF uit: 85dBµV) d.m.v. meting bepalen/instellen NEC BOR4160 Bediening NEC t.b.v. BOR 4160: #Druk op “Enter” en kies BOR 4160 #Kies de juiste ontvanger (Settings reciever 1) #Druk op “enter” en kies “select Wavelength (juiste golflengte) #Kies RF output level> enter #Selecteer “extended” #Enter keycode: 1111 #Selecteer “RF Output Level (RX 1) #Bepaal de juiste RF output Uitgangspunten: Locatie optische dempers: tussen (de-)multiplexer en ontvangers BOTNDW: geen aanpassingen nodig via NEC © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 3 Tabellen CWDM / DWDM ITU Channel No. CWDM Wave length 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 1271 nm 1291 nm 1311 nm 1331 nm 1351 nm 1371 nm 1381 nm 1411 nm 1431 nm 1451 nm 1471 nm 1491 nm 1511 nm 1531 nm 1551 nm 1571 nm 1591 nm 1611 nm ITU Channel No. 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 DWDM Frequency 191.900 THz 192.000 THz 192.100 THz 192.200 THz 192.300 THz 192.400 THz 192.500 THz 192.600 THz 192.700 THz 192.800 THz 192.900 THz 193.000 THz 193.100 THz 193.200 THz 193.300 THz 193.400 THz 193.500 THz 193.600 THz 193.700 THz 193.800 THz 193.900 THz 194.000 THz 194.100 THz 194.200 THz 194.300 THz 194.400 THz 194.500 THz 194.600 THz 194.700 THz 194.800 THz 194.900 THz 195.000 THz 195.100 THz 195.200 THz 195.300 THz 195.400 THz 195.500 THz 195.600 THz 195.700 THz 195.800 THz 195.900 THz DWDM Wavelength 1562.23 nm 1561.42 nm 1560.61 nm 1559.79 nm 1558.98 nm 1558.17 nm 1557.36 nm 1556.55 nm 1555.75 nm 1554.94 nm 1554.13 nm 1553.33 nm 1552.52 nm 1551.72 nm 1550.92 nm 1550.12 nm 1549.32 nm 1548.51 nm 1547.72 nm 1546.92 nm 1546.12 nm 1545.32 nm 1544.53 nm 1543.73 nm 1542.94 nm 1542.14 nm 1541.35 nm 1540.56 nm 1539.77 nm 1538.98 nm 1538.19 nm 1537.40 nm 1536.61 nm 1535.82 nm 1535.04 nm 1534.25 nm 1533.47 nm 1532.68 nm 1531.90 nm 1531.12 nm 1530.33 nm © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 4 Instelling optische node (ORT1000F/AC800Z/Vector BETA pro) Node Teleste AC800 Z Inregelprocedure AC 800 Z optische node Controleer voorafgaand aan het inregelen of de configuratie van de AC800Z als optische node conform onderstaand schema is uitgevoerd. OLC( AC6153) dB AGC(AC6153) DS attenuator O dB dB E Opt . level Service Controls Measurements HMS dB 8) AC 6153pilot detection RX Mem module Pross.( or TX transponder) Mem EMT 5) US position 1) DS equalizer JDA903 HMS / Spectrum analyzer Ingress monitoring dB dB F < 65 MHz 0 / - 6 /- 50 dB 6) US laser attenuator O dB E JDA904 Laser current 7) Laser AC68xx OMI test RF on/off Pilot Laser current Tp U S OMI Tp Tp AUX US Tp OUT2 Tp OUT 1 AUX DS © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 5 Inregelen downstream 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. Meet met een power meter het optische ingangsniveau (tussen -6dBm en +3 dBm). Controleer of de optische power LED groen is. Meet op testpunt OUT1 en regel de node in conform richtlijn. Controleer of de piloot 80,6 MHz. aanwezig is. Zet de ALC schakelaar op off. Stel de effening op meetpunt OUT1 in d.m.v. de betreffende steekdemper(pos.1). Zet de ALC schakelaar op on. Draai hierna de potmeter van de AC6153 totdat ALC led groen wordt. Draai daarna verder totdat het uitgangsniveau conform richtlijn is bereikt. (ALC led moet groen blijven branden) Inregelen upstream 1. Controleer of in pos. 6 een JDA904 is geplaatst. 2. Stel het output level van de retourlaser in op 3 dBm.(switch links). Pilot signal status switch op off(switch rechts). 3. Stel de retour pilootgenerator voor de 4 frequenties in.(15-65 MHz.). 4. Sluit de pilootgenerator aan op het bi-directionele meetpunt en regel de retourontvanger af conform voorgeschreven level. © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 6 Node Hirschmann ORT 1000 F Inregelprocedure ORT 1000 F optische node Controleer voorafgaand aan het inregelen of de configuratie van de ORT1000F als optische node conform onderstaand schema is uitgevoerd. G F © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 7 Inregelen downstream 1. Meet met een power meter het optische ingangsniveau (tussen -6dBm en +3 dBm). 2. Controleer of de AC en DC power leds branden. 3. Plaats de uitgangsverdeler links in het socket voor een uitgangsniveau van 1 x108 dBµV. 4. Controleer of in pos.B een PIM03, pos.C een PIM00 en in pos.E de default PIM waarde voor de piloot offset (zie de tabel) is geplaatst. 5. Controleer of de zwarte AGC jumper op de AGC80 op “regelen” is geplaatst. NB in de uitleverconfiguratie is de piloot AGC actief. De zwarte jumper moet niet doorverbonden zijn. 6. Sluit analyser aan op het RF OUT 1 meetpunt. 7. Effen het uitgangsniveau vlak met de PIM dempers in positie (A). Piloot 80,6 MHz offset t.o.v. PAL in dB 0 -6 -12 -16 PIM waarde (default) PIM 16 PIM 10 PIM 04 PIM 00 8. Controleer of de piloot 80,6 MHz aanwezig is. Als piloot 80,6 MHz. aanwezig is zal LED op AGC80 NIET branden. 9. Bepaal de offset van piloot 80,6 MHz t.o.v. de PAL kanalen. Wijzig indien nodig de default PIM demper in positie (E) zodanig dat deze gelijk is aan de gemeten waarde. 10. Controleer of het signaal (VHF+UHF) op het meetpunt 88 dBµV bedraagt. 11. Noteer de waarde van de gemeten uitgangsniveaus en het gemeten DC niveau op optisch in testpunt op de meetsticker. Inregelen upstream 1. Controleer of in pos. D een PIM06 is geplaatst. 2. Stel de retour pilootgenerator voor de 4 frequenties in op 81,5 dBµV (5-65 MHz). 3. Sluit de pilootgenerator aan op het retour injectiepunt RF out 1 en regel de retourontvanger af conform voorgeschreven level. © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 8 Node Vector BETA Pro 62G Normal mode functie In het “normal mode” menu zijn up- en downstream instelbaar en is het meten van het optisch niveau aan de ingang van de ontvanger mogelijk. Voor optisch niveau zie menu OPT.PWR. © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 9 Downstream AGC regeling Modes AGC regeling: - OF , de regeling is uitgeschakeld, 0 dB demping - OF, de regeling is uitgeschakeld en heeft een (ingestelde) demping van 2, 4, 6 of 8 dB - ON, de AGC regeling is ingeschakeld, 5 dB demping Het AGC regelbereik ligt tussen -2,5 en + 2,5 dB bij een optisch ingangsniveau van -6 to -1 dBm. Na het inschakelen van de AGC mode compenseert de regeling variaties in het optisch ingangsniveau ten opzichte van het ingegeven referentie level. Deze referentie dient eerst te worden ingegeven alvorens de AGC regeling in te schakelen. Dit gebeurt in de calibratie mode. © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 10 AGC Calibratie In bijgaand figuur een voorbeeld van de instellingen in de Calibratie mode. Als het optisch aangegeven niveau in het scherm gelijk is aan het referentie level, dan up- en down buttons 3 sec. ingedrukt houden. Hierna verschijnen 2 streepjes in display als bevestiging dat waarde is opgeslagen als AGC referentie level. Inregelen downstream 1. Meet met een power meter het optisch ingangsniveau 2. Op de ontvanger zijn 2 LED’s aanwezig welke een globale optische ingangswaarde weergeven. LED 1 geeft een indicatie van het ingangsnineau LED 2 geeft de operationele status van de node (groen is actief) 3. 4. 5. 6. 7. AGC instelling altijd ON AGC ON, dan eerst referentie level ingeven.(zie AGC regeling) Meet op testpunt TP2 het uitgangsniveau conform richtlijn. Regel het gewenste uitgangsniveau af met A1 (860 MHz.) Stel de gewenste effening in met E1. Inregelen upstream 1. 2. 3. 4. 5. Controleer of de juiste upstream zender aanwezig is Controleer of RBP (15-65 MHz) filter is geplaatst Injecteer retoursignaal op bi-directionele meetpunt Upstream inregelen met A3 Regel in met unity gain en zorg dat upstream level op retourzender(TPTX1-20) niet wordt overschreden. 70,5 dBµV © Cito 2014 – Examen Telecom CAI – Onderdeel 2B-GLAS – Bijlage 4: Inregelvoorschriften versie maart 2014 11