Richtlijnen MFC Versie 2 bis: 30 oktober 2014 1 van 12 Inhoud 1 Inleiding ..............................................................................................................3 2 Definities ............................................................................................................3 2.1 Verblijf ........................................................................................................3 2.2 Dagopvang ....................................................................................................3 2.3 Begeleiding ...................................................................................................4 3 Toewijzing ...........................................................................................................5 4 Registratie ...........................................................................................................6 4.1 Richtlijnen m.b.t. registratie begeleidingsovereenkomsten in de CR voor startende MFC’s vanaf 1.1.2014 (zie ook bijlage)....................................................................................6 4.2 Richtlijnen m.b.t. registratie van prestaties ...........................................................7 4.2.1 b) Richtlijnen bij het registreren ...............................................................................8 c) Wanneer registreren ...........................................................................................8 4.2.2 5 Algemene richtlijnen voor alle MFC’s .................................................................7 Specifieke richtlijnen voor startende MFC’s vanaf 1.1.2014 m.b.t. registratie prestaties ..9 Bijdrageregeling (zie ook bijlagen) .............................................................................9 5.1 Bijdrage per functie en per leeftijd......................................................................9 5.2 Aftopping (inclusief bijdrage voor begeleiding) ...................................................... 10 6 Cliëntgebonden supplementen ................................................................................ 11 7 Vragen? ............................................................................................................. 12 Opmerking: De onderlijnde tekst in deze richtlijnen betreft inhoudelijke aanvullingen en wijzigingen ten opzichte van de vorige versie. Richtlijnen MFC 2 van 12 1 Inleiding Hieronder vindt u de richtlijnen omtrent de hantering van de diverse functies, de toewijzing, registratie en bijdrageregeling binnen een MFC in afwachting van een definitieve regelgeving. Deze richtlijnen gelden vanaf 1/1/2014. Deze versie 2 bis is dezelfde als versie 2 qua inhoud. De enkele aanvullingen m.b.t. de bijdrage op p.10-11 waren reeds opgenomen in de verduidelijkende infobundel en de excel-voorbeelden over bijdrageregeling die voorheen reeds werden gecommuniceerd. 2 Definities Binnen het MFC worden volgende functies gedefinieerd: Verblijf Dagopvang : schoolaanvullend en schoolvervangend (dagbesteding) Begeleiding Binnen de toegangspoort (zie verder) worden hiernaast nog andere functies aangeboden (bv. behandeling, training, diagnostiek, …). Dit dient om zo accuraat mogelijk ondersteuning toe te wijzen of toegang te krijgen tot bepaalde zorgvormen (diagnostiek dient bv. om toegang te krijgen tot een OBC). Wij gaan er van uit dat in al de bovenstaande MFC-functies de nodige ondersteuning en behandeling vervat zit. In de functies verblijf, dagopvang, dagbesteding zit de nodige behandeling en ondersteuning vervat en dienen dus niet apart geregistreerd te worden. Binnen de functie dagbesteding of dagopvang kan er dus bv. kinesitherapie of ergotherapie voorzien worden. Deze wordt dus niet apart gescoord. Binnen het protocol, charter en individuele dienstverleningsovereenkomst wordt afgesproken met de cliënt hoe de ondersteuning eruit ziet en in welke frequentie deze kan plaatsvinden. 2.1 Verblijf Het verblijf met overnachting (met inbegrip van de nodige opvang en ondersteuning gedurende de ochtenden (incl. ontbijt) en de avonduren) Dit is een verschil ten opzichte van de oorspronkelijke definitie van de functie verblijf binnen een MFC waar zowel dag- als nachtopvang gecombineerd werden. Deze definitie is beter afgestemd met degene die we gebruiken binnen IJH en RTH. 2.2 Dagopvang De ondersteuning overdag voor een aangepaste opvang of een aangepaste dagbesteding. Deze functie wordt geconcretiseerd in modules die volgende activiteiten aanbieden: – Schoolaanvullende dagopvang: het aanbieden van handicapspecifieke opvang overdag zonder schoolvervangend karakter gericht op het stimuleren van de ontwikkelingskansen en –mogelijkheden van het kind of de jongere. – Schoolvervangende dagopvang (dagbesteding): opvang waarbij er binnen de schooluren een alternatief programma wordt aangeboden. Deze opvang dient aangeboden zoveel als mogelijk in samenwerking en in afstemming met een onderwijsinstelling. Richtlijnen MFC 3 van 12 Met schoolaanvullende dagopvang wordt vooral de klassieke voor- en naschoolse opvang bedoeld. Ook op dagen wanneer er normaal gezien geen school voorzien is (woensdagnamiddag, weekendopvang overdag, …) wordt de functie schoolaanvullende dagopvang ook gescoord. Schoolvervangende dagopvang (dagbesteding) wordt geregistreerd op dagen wanneer er normaal gezien onderwijs voorzien is én er een schoolvervangend programma wordt aangeboden (voor tijdelijk geschorste leerlingen of niet-schoolgaande gebruikers). Indien er bij het aanbieden van dagbesteding ook opvang is buiten de normale onderwijsuren wordt dit ook binnen deze functie vervat. Een jongere die in een dagdeel zowel (voor- of na)schoolse opvang krijgt als een schoolvervangende dagopvang dient dus enkel het laatste te registreren. Let op: Voor de niet-schoolgaande jongeren dient er enkel de functie dagbesteding te worden geregistreerd (dus ook tijdens de woensdagnamiddagen, weekendopvang overdag en vakantiedagen). De beide functies mogen gecombineerd worden op één dag (bv. halve dag dagopvang en halve dag dagbesteding) maar mogen samen nooit meer dan één dag vormen. 2.3 Begeleiding Hiermee wordt de algemene psychosociale ondersteuning of ADL-assistentie van minimaal één uur en maximaal twee uur bedoeld . Deze begeleiding kan zowel ambulant (het kind /de jongere en/of zijn netwerk verplaatst zich voor de ondersteuning naar de hulpverlener ) als mobiel (de hulpverlener verplaatst zich voor de ondersteuning naar het kind/ de jongere en/of zijn netwerk ) worden aangeboden. Mobiele begeleiding is dus psychosociale begeleiding of ADL-assistentie van de gebruiker en/of zijn context die plaatsvindt in de thuiscontext of in het secundair opvoedingsmilieu. Deze begeleiding vindt niet plaats op de vestigingsplaats(en) of dezelfde campus van de voorziening. Ambulante begeleiding is psychosociale begeleiding of ADL- assistentie van de gebruiker en/of op de vestigingsplaats of campus van de voorziening . Ambulante begeleiding is enkel mogelijk indien de cliënt op dezelfde dag geen gebruik maakt van (semi-) residentiële ondersteuning vanuit het VAPH. Beide begeleidingen dienen steeds duidelijk gekaderd te worden in de uitvoering van de diverse doelstellingen van het handelingsplan. Indien een gebruiker bv. ziek is en naar huis wordt gebracht, wordt dit niet als een mobiele begeleiding beschouwd aangezien dit niet in functie van de doelstellingen is. Het MFC zelf voorziet in een duidelijke omschrijving wanneer begeleidingen geregistreerd worden en of hiervoor een bijdrage wordt aangerekend. Deze niet rechtstreeks toegankelijke ondersteuning is steeds cliëntgebonden. Enkel binnen rechtstreeks toegankelijke hulpverlening is expliciete subsidiëring voorzien voor handicapspecifieke outreach. Hieronder vindt u een aantal voorbeelden om dit te verduidelijken: Situatie 1 Dries komt ’s ochtends toe, ontbijt samen met de leefgroep, gaat naar school en de ouders komen hem na de avondmaaltijd ophalen. Dit wordt gescoord als dagopvang. Indien Dries in deze situatie uit de klas wordt gehaald om kinesitherapie te krijgen wordt dit niet bekeken als dagbesteding of ambulante begeleiding. Zoals gezegd zit ook in dagopvang de nodige ondersteuning en behandeling Richtlijnen MFC 4 van 12 vervat. Enkel indien het gaat om een echt schoolvervangend programma aanbieden dient dit als dagbesteding te worden gescoord. Situatie 2 Dries komt in de loop van de avond toe (bv. op een zondagavond), blijft slapen en vertrekt na een ontbijt meteen naar school waar hij naar de voorschoolse opvang gaat. Op het einde van de schooldag komen de ouders hem daar ophalen. Dit wordt gescoord als verblijf. Situatie 3 Dries komt ’s ochtends toe in de leefgroep, ontbijt samen met de leefgroep, gaat een halve dag naar school (niet woensdag), eet in de leefgroep en krijgt in de namiddag een schoolvervangend programma aangeboden. De ouders komen hem meteen na school ophalen. Dit wordt gescoord als een halve dag dagopvang, en een halve dag dagbesteding. Situatie 4 Dries blijft niet meer slapen in het MFC, gaat rechtstreeks vanuit thuis naar het school (die niet op de campus ligt), en krijgt in diezelfde school een uur sociale vaardigheidstraining door een therapeut van het MFC. Dit wordt gescoord als een mobiele begeleiding. Indien de jongere in dezelfde situatie naar het MFC zou komen (of een school die op de vestigingsplaats of campus ligt) om het uur sociale vaardigheidstraining te krijgen wordt dit gescoord als een ambulante begeleiding. Situatie 5 Dries komt rechtstreeks naar een school die op dezelfde campus ligt en vertrekt meteen na het school terug naar huis. Hij blijft ’s middags eten in een leefgroep van het MFC omdat er nood is aan extra ondersteuning. Dit kan gescoord worden als een halve dag dagopvang (er is ondersteuning vanuit de leefgroepbegeleiding nodig voor de maaltijd) omdat er enkel een beperkt deel van dagopvang wordt aangeboden. 3 Toewijzing Vanaf 1 maart 2014 wordt de toewijzing naar het ondersteuningsaanbod voor jongeren met een handicap geregeld door de Intersectorale Toegangspoort. Er worden geen tickets van zorgvormen uitgereikt maar modules (een hulpactiviteit bestaande uit een functie gekoppeld aan frequentie, intensiteit, duur en specifieke acties) geïndiceerd en toegewezen via de Intersectorale Toegangspoort. Door de principes van Integrale Jeugdhulp wordt ons ondersteuningsaanbod dus ook vertaald naar typemodules. Deze typemodules worden niet gemaakt vanuit onze zorgvormen (bv. Internaat) maar op basis van een functie (een specifiek kernproces van jeugdhulpverlening zoals verblijf, behandeling, diagnostiek, begeleiding,…). Er is dus bijgevolg geen typemodule ‘internaat’ of ‘semi-internaat’. Onze huidige zorgvormen combineren diverse functies. In een internaat bv. overnacht je niet enkel (functie verblijf) maar wordt er ook voorzien in opvang overdag binnen een orthopedagogisch kader (functie dagopvang) en krijgen de kinderen therapie (functie behandeling). Een typemodule moet opgebouwd worden op basis van één functie (dus geen combinatie van functies). Aangezien we vanuit het VAPH diverse functies aanbieden aan de gebruikers, resulteert dit ook in een relatief groot aantal typemodules. Integrale Jeugdhulp werkt niet via de principes van ondersteuningsvelden maar wijst ondersteuning via modules toe op basis van de huidige vraag van de gebruiker. Een typemodule ‘verblijf’ geeft dus geen automatisch recht op typemodules binnen andere functies (bv. dagopvang). Alle typemodules kunnen wel ingezet worden in een lager gewicht dan de geïndiceerde typemodules, maar enkel binnen dezelfde functie. Zo zou men bijvoorbeeld vlot kunnen overschakelen van een voltijds, hoogfrequent verblijf naar een laagfrequent verblijf zonder de toegangspoort te passeren. Richtlijnen MFC 5 van 12 Dit is dus echter niet mogelijk indien men wil veranderen van functie. Een MFC kan dus enkel schakelen tussen de toegewezen functies. Indien er dus enkel een typemodule verblijf wordt toegewezen kan er dus niet automatisch dagopvang worden aangeboden. Omgekeerd betekent dit ook, dat als er geen typemodule verblijf toegewezen is, men geen verblijf kan aanbieden. Om naar een MFC doorverwezen te worden dient minimaal één van de geïndiceerde modules de NRTH-functie dagopvang en/of verblijf te bevatten. Wil men een gebruiker doorverwijzen naar een MFC met erkenning OBC dient minimaal één van de geïndiceerde modules de functie diagnostiek te bevatten. 4 Registratie Enerzijds worden de begeleidingsovereenkomsten in de Cliëntenregistratie (CR) geregistreerd, anderzijds worden de geboden prestaties geregistreerd in een registratietool MFC. Het is aan te raden tijdens het registreren in CR en in registratietool de onderstaande richtlijnen te gebruiken in combinatie met het document “Handleiding” dat u kunt vinden via het e-loket. 4.1 Richtlijnen m.b.t. registratie begeleidingsovereenkomsten in de CR voor startende MFC’s vanaf 1.1.2014 (zie ook bijlage) MFC’s startend vanaf 01.01.2014 of vanaf 01.01.2015 en dit tot zolang de definitieve migratie naar MFC nog niet is uitgevoerd, registreren voorlopig hun begeleidingsovereenkomsten in de CR nog verder zoals gekend onder hun klassieke services. In principe moet men vlot kunnen schakelen tussen (semi-)residentiële en ambulante ondersteuning. Maar in afwachting van de definitieve begeleidingsovereenkomsten MFC zullen de eventuele ontbrekende klassieke services niet meer toegevoegd worden. Wat nergens onder de erkende klassieke services hoort, wordt nog niet geregistreerd in deze tussentijdse fase. Zo kan het zijn dat bepaalde nieuwe MFC’s voor de cliënten die ambulant worden ondersteund, geen ambulante begeleidingsovereenkomst kunnen registreren omdat zij geen klassieke ambulante services hebben. De registratie van alle geboden prestaties daarentegen, zelfs indien er geen begeleidingsovereenkomst voor kon worden geregistreerd, kan echter wel steeds in de registratietool (zie hiervoor 3.2.2). Het VAPH zal nog verdere richtlijnen bezorgen hoe de migratie zal gebeuren en wat er nog verwacht wordt van de voorzieningen hiervoor. Het is dus wel van belang om reeds zoveel mogelijk te registreren wat logisch wel reeds kan onder een klassieke service, om nadien zo weinig mogelijk nog met terugwerkende kracht te moeten doen. Hieronder vind je een handig overzicht waarbij je voor de functies die je aan een cliënt aanbiedt de corresponderende klassieke werkvormen ziet waarop begeleidingsovereenkomsten kunnen worden geregistreerd. Je registreert dus volgens de functies die je aan een cliënt aanbiedt in de CR begeleidingsovereenkomsten in de corresponderende klassieke werkvormen waarvoor je erkend bent in de CR-webapplicatie. Het gekende concept in de CR blijft nog steeds dat je, nadat je een begeleidingsovereenkomst hebt geregistreerd, deze niet beëindigt, tenzij je cliënt definitief stopt om (terug) gebruik te maken van je geboden ondersteuning. Richtlijnen MFC 6 van 12 Functies MFC verblijf MFC schoolvervangend(dagbesteding) Huidige werkvormen Internaat GES+ Internaat schoolgaanden Internaat niet-schoolgaanden Internaat kort verblijf Internaat logeren OBC GES+ OBC schoolgaanden OBC niet-schoolgaanden OBC logeren Kort verblijf: kort verblijf dagopvang Semi-internaat niet-schoolgaand MFC dagopvang schoolaanvullend Semi-internaat schoolgaand MFC (ambulante en mobiele) begeleiding Internaat ambulante begeleiding Internaat GES+ ambulante begeleiding Internaat begeleide uitgroei GES+ Internaat begeleide uitgroei Semi-internaat ambulante begeleiding OBC Begeleide uitgroei OBC ambulante begeleiding OBC begeleide uitgroei GES+ Voor de MFC’s die reeds van start gingen in 2012 resp.2013 en die reeds waren gemigreerd naar de voorlopige MFC-services, verandert er niets en deze registreren verder zoals gekend tot zolang er nieuwe richtijnen van het VAPH komen. 4.2 Richtlijnen m.b.t. registratie van prestaties 4.2.1 Algemene richtlijnen voor alle MFC’s Vermits een MFC niet meer klassiek werkt, dienen er uiteraard geen kostenstaten meer ingediend te worden. Via een MFC-registratietool dient er wel geregistreerd te worden welke functies aan de individuele gebruiker worden aangeboden op dagbasis. Binnen de registratietool dienen enkel de functies verblijf, dagbesteding, dagopvang en begeleiding te worden geregistreerd. Deze registratietool vervangt de cliëntenregistratie niet. Het VAPH voorziet via het e-loket een scherm om de nodige MFC registraties te doen. Nadat je bent ingelogd op het e-loket kies je hiervoor "MFC" in de menubalk bovenaan. Het is geen verplichting om langs deze weg de registraties te doen, je automatiseerder kan hiervoor ook schermen voorzien in hun eigen pakket. Indien je in dat pakket nog geen toegang hebt tot deze functionaliteit kan je in afwachting reeds registraties doen via het VAPH e-loket. Richtlijnen MFC 7 van 12 a) Hoe registreren? Bij de functie verblijf dien je gewoon ‘ja’ of ‘neen’ te registreren Bij de functies dagopvang en dagbesteding heb je de mogelijkheid om “hele dag”, “halve dag” of “geen” op te geven. Bij de functie begeleiding tenslotte heb je de mogelijkheid om “Ja”, “Nee” of “blanco” op te geven. Op het scherm worden vier mogelijke begeleidingen (psychosociale ondersteuning, ADL, ambulante diagnostiek, mobiele diagnostiek) weergegeven. Enkel de volgende mogelijkheden dienen gekozen te worden: Psychosociale ondersteuning houdt alle activiteiten in die gericht zijn op de psychologische en sociale begeleiding van de cliënt en/of zijn context: dit kan gaan van oudergesprekken tot cognitieve ondersteuning. ADL is een afkorting voor 'Activiteiten Dagelijks Leven'. Dit is een koepelbegrip voor de al dan niet geplande handelingen uit het dagelijks leven die de cliënt niet zonder hulp kan stellen. Dat kan gaan om opstaan, wassen, aankleden, eten, iets vastnemen, iets oprapen, verplaatsen en dergelijke. Indien hulpverleners hierin de cliënt ondersteunen (bv. door een ergotherapeute) spreken we dus van ADL-ondersteuning. Ambulante en psychosociale diagnostiek dienen dus niet apart te worden geregistreerd. De activiteiten van een OBC kunnen worden gescoord binnen de basisfuncties (verblijf dagopvang/dagbesteding, begeleiding en dienen niet verder gespecifieerd te worden). Daarnaast moet in de registratietool de locatie aangegeven worden waar de ondersteuning plaatsvindt. Een ambulante begeleiding is dus locatie ‘op de voorziening’, de mobiele ondersteuning is ‘elders’. De duur van één begeleiding bedraagt één uur. Van zodra deze begeleiding de duur van twee uur overschreden heeft mogen er twee begeleidingen geregistreerd worden. b) Richtlijnen bij het registreren Per persoon wordt er dagelijks een registratie doorgegeven. De lijst personen worden voorzien vanuit de “Cliëntenregistratie” aan de hand van de begeleidingsovereenkomsten die geregistreerd zijn. Mogelijke combinaties : Toegestane Combinaties op eenzelfde dag : Verblijf – dagbesteding- dagopvang Verblijf – mobiele begeleiding- dagopvang Verblijf - dagbesteding – mobiele begeleiding Verblijf- dagopvang- dagbesteding- mobiele begeleiding Dagopvang – mobiele begeleiding Dagopvang – dagbesteding Dagopvang – dagbesteding – mobiele begeleiding Dagbesteding – mobiele begeleiding Niet toegestane Combinaties op eenzelfde dag : Ambulante begeleiding kan niet worden aangeboden samen met verblijf, dagopvang en/of dagbesteding c) Wanneer registreren Het VAPH verwacht van elke gebruiker registraties op dagbasis. Deze dienen ten laatste op het einde van de maand volgend op de maand van de registratie ingevoerd te zijn. Richtlijnen MFC 8 van 12 Dit betekent dat bijvoorbeeld de registraties van de gebruikers van de volledige maand februari ten laatste op 31 maart geregistreerd moeten worden. 4.2.2 Specifieke richtlijnen voor startende MFC’s vanaf 1.1.2014 m.b.t. registratie prestaties Het VAPH heeft het mogelijk gemaakt dat zowel de huidige als de nieuwe MFC’s dagelijks hun prestaties kunnen registreren. Alle MFC’s kunnen hun prestaties elektronisch registreren in een MFC-registratietool (via e-loket of automatiseerdersapplicatie). Het is dus wel van belang om zo snel mogelijk alle MFC-prestaties te registreren, en maandelijks voldoende ruim voor de gekende deadline, te overlopen of alles erin correct geregistreerd werd. De nieuwe MFC’s dienen deze voorlopige registratie van prestaties in een elektronische MFCregistratietool op deze wijze verder te zetten. De 11 MFC-piloten, die reeds van start gingen in 2012 resp.2013 en die reeds waren gemigreerd naar de voorlopige MFC-services, dienen uiteraard al hun prestaties zoals gekend ook verder te registreren in een elektronische MFC-registratietool. Zij dienen wel op te letten dat zij ook de nieuwe definitie voor verblijf vanaf 01.01.14 hanteren (staat vanaf 01.01.14 enkel nog voor nachtopvang). 5 Bijdrageregeling (zie ook bijlagen) Op dit moment is er nog geen nieuwe bijdrageregeling van kracht. We werken dus met richtlijnen die gebaseerd zijn op de huidige bijdrageregeling maar vertaald naar de functies van een MFC. Alle huidige regels van de bijdragewetgeving moeten analoog worden toegepast in MFC. Er wordt bijv. ook rekening gehouden met beperkingsregels. Het MFC staat zelf in voor de correcte berekening van de bijdrage en voor de facturering. Het grootste verschilpunt met de klassieke bijdrageregeling is dat er een bedrag wordt betaald per functie en niet per zorgvorm. Net zoals vroeger wordt er ook gekeken naar de leeftijd van de gebruiker (dus opdeling in -21 jarigen en + 21 jarigen). We geven hieronder de vertaling weer, samen met eventuele aangepaste bedragen. 5.1 Bijdrage per functie en per leeftijd 5.1.1.1 Dagopvang en dagbesteding 5.1.1.2 -21 jarigen Voor een kind of een jongere die van de functie dagopvang gebruik maakt (voor-en naschoolse opvang) wordt er 5,25 euro per dag aangerekend (of 2,62 per halve dag) Voor een kind of een jongere die gebruik maakt van de functie dagbesteding als niet-schoolgaande wordt er 11,92 euro per dag en 5,95 euro per halve dag aangerekend. Voor een kind of jongere die ofwel gebruik maakt van de functie dagbesteding (zoals geregistreerd in de registratietool) middels een geïntegreerd aanbod tijdens de schooluren ofwel tijdelijk geschorst is wordt er de bijdrage van dagopvang aangerekend (5.25 euro of 2.62 per halve dag). + 21 jarigen Voor + 21- jarigen die van de functie dagopvang gebruik maken (voor-en naschoolse opvang) wordt er 9,52 per dag aangerekend( zonder vervoer ) of 11,92 (met vervoer). Indien +21- jarigen gebruik maken van dagbesteding geldt hier dezelfde bijdrage: 9, 52 per dag (zonder vervoer ) of 11,92 (met vervoer). Richtlijnen MFC 9 van 12 5.1.1.3 Verblijf -21 jarigen Aangezien het hier gaat om nachtopvang (en niet meer dag- en nachtopvang) In dit geval bedraagt de eigen financiële bijdrage voor het kind of de jongere 11,41 euro (16,66- 5,25). Er kan ook een minimumbijdrage voor verblijf worden voorzien. Deze bedraagt 4,89 euro (7,14/16,66 x 11,41). +21 jarigen Voor +21-jarigen die van de functie verblijf gebruik maken wordt de bijdrage van 33.35 euro behouden. 5.1.1.4 Begeleiding In dit geval kan er een financiële bijdrage van maximaal 5,00 euro per begeleiding per dag worden gevraagd. De bijdrage voor een begeleiding is dus niet verplicht. D.w.z. dat het ook mogelijk is om geen bijdrage of een bijdrage tussen 0 en 5,00 euro te vragen. Er mogen maximaal twee begeleidingen per dag gefactureerd worden. Hieronder vindt u de bedragen per ondersteuningsfunctie en per leeftijd -21 jaar/+21jaar. Het betreft de bedragen geldig voor het 1ste en 2e semester 2013, en het 1ste semester 2014. Functie Dagopvang zonder vervoer Met vervoer Dagbesteding zonder vervoer Met vervoer Verblijf Begeleiding Bedrag -21 5,25 € 11,92 € 11,41 € 5,00 € Bedrag +21 9,52€ 11,92€ 9,52€ 11,92€ 33,35 € 5,00 € 5.2 Aftopping (inclusief bijdrage voor begeleiding) -21 jarigen De huidige bijdragewetgeving blijft voorlopig de basis voor de MFC-bijdrageregeling. Voor een -21-jarige waarvoor er geen recht is op kinderbijslag en waarbij het netto jaarlijks belastbaar inkomen van de ouders of van de -21-jarige lager is dan de grens van 14.295,20 euro (+1.429,52 euro per kind ten laste), dient er geen bijdrage betaald te worden. Indien er geen recht op kinderbijslag is en het netto jaarlijks belastbaar inkomen in lager dan de indexveranderlijke grens, dient er toch een bijdrage betaald te worden alsof er recht is op kinderbijslag. Het kinderbijslagbedrag waarmee rekening wordt gehouden is nog steeds te berekenen conform de bijdragewetgeving (enkel basisbedrag + verhoging voor leeftijd + verhoging voor handicap). Deze kinderbijslagtabellen kunt u nog steeds vinden op de gekende plaats op de website. Ook de beperkingsregels blijven van toepassing. Voor de -21-jarigen mag de maximumfactuur op maandbasis, naast de aftopping op 16,66 euro op dagbasis, nooit hoger zijn dan de huidige internaatsbijdrage per maand (16,66 * max.31). Indien de maximale bijdrage lager is dan de kinderbijslag, wordt de maximale bijdrage gevraagd. Indien de kinderbijslag lager is dan de maximale bijdrage, wordt de kinderbijslag als bovengrens gesteld. Dit bedrag moet wel boven het minimumbedrag * aantal dagen aanwezigheid (volgens equivalent, zie ter Richtlijnen MFC 10 van 12 beschikking gestelde excel-voorbeelden; bijv. 11 registraties 0,5 dag = 5,5 dagen ) liggen, zoniet wordt dit opgetrokken tot het minimumbedrag. Indien het kind of de jongere in de loop van de maand nog verblijf scoort : Per dag dat het kind of de jongere afwezig is in de voorziening (dus op die dag geen registratie voor verblijf, dagbesteding en/of dagopvang voor de desbetreffende gebruiker, bij halve dagen volgens equivalent, zie ter beschikking gestelde excel-voorbeelden, bijv. 11 registraties 0,5 dag = 5,5 dagen) moeten de ouders 4,08 euro van de kinderbijslag behouden. Is het kind minstens 6 dagen per maand afwezig, dan kan de bijdrage beperkt worden tot 2/3 van de kinderbijslag. Indien de beperkingen leiden tot een bedrag lager dan het minimumbedrag, dan wordt dit opgetrokken tot het minimumbedrag. Is een kind of een jongere geplaatst in verblijf en/of dagopvang/dagbesteding door de jeugdrechter of door het comité voor bijzondere jeugdzorg of via OCJ maatschappelijke noodzaak, dan is naast de hierboven vermelde beperkingen, de eigen financiële bijdrage indien voordeliger altijd beperkt tot 2/3 van de kinderbijslag (zelfs als dit bedrag lager is dan het minimumbedrag). Ook binnen de Integrale Toegangspoort blijven deze principes gelden (plaatsing door de jeugdrechter of aanmelding door een gemandateerde voorziening bij de toegangspoort wegens maatschappelijke noodzaak). Dit is dus enkel van toepassing indien de plaatsingsmaatregel verblijf en/of dagopvang/dagbesteding betreft (dus niet voor maatregelen die ambulant/mobiel betreffen). Deze maatregel voor in verblijf en/of dagopvang/dagbesteding geplaatsten blijft lopen binnen de geldigheid en de functie zoals bepaald in de maatregel, op voorwaarde dat deze cliënten verder nog minimum 1x per maand de functie scoren zoals bepaald in de maatregel, waardoor de voordeligere bijdrage voor geplaatsten verder kan worden toegepast. Een cliënt die bijv. enkel in verblijf werd geplaatst moet dus nog minimaal nog 1x verblijf scoren. + 21 jarigen Voor +21- jarigen bedraagt het maximum 33.35 euro op dagbasis of (33.35 * max 31) op maandbasis. Dit bedrag mag in geen geval hoger zijn dan inkomsten – gereserveerd inkomen op basis van de doelgroepen die aan de beslissing hangen en matchen met de doelgroepen van de erkenning van de voorziening. De bepaling van het gereserveerd inkomen via de gematchte doelgroepen gebeurt als volgt : ->Indien enkel motorisch en/of zintuiglijk en/of licht verstandelijk en/of autisme en/of NAH : hoog gereserveerd inkomen. ->Indien (ook) de doelgroep matig verstandelijk of ernstig verstandelijk : laag gereserveerd inkomen. Tot slot herinneren we eraan dat conform de Beheersovereenkomst, enkel het volledige totaalbedrag financiële bijdragen overheen het hele MFC, maar zonder de eventueel geïnde bijdragen voor ambulante of mobiele begeleidingen, dienen doorgegeven te worden aan het VAPH na het einde van een jaar om afgetrokken te worden van de subsidie van dat jaar bij de vereffening. 6 Cliëntgebonden supplementen Zakgeld jongeren: kinderen en jongeren die geplaatst zijn in verblijf blijven het recht op zakgeld behouden binnen de periode van de toegekende maatregel, zolang deze cliënten nog 1 maal per maand verblijf scoren. Socio-culturele toelage: + 21- jarige cliënten hebben in verblijf recht op deze toelage binnen de subsidiabele periode, zolang deze cliënten min. 10 maal op 14 dagen verblijf scoren. Het wordt enkel toegekend voor de dagen waarop verblijf wordt gescoord. Dit is in MFC van toepassing tot eind 2014. Richtlijnen MFC 11 van 12 Het bedrag socio-culturele toelage wordt bepaald op basis van de doelgroepen die aan de beslissing hangen en matchen met de doelgroepen van de erkenning van de voorziening. De bepaling van de socio-culturele toelage via de gematchte doelgroepen gebeurt als volgt : ->Indien enkel motorisch en/of zintuiglijk en/of autisme en/of NAH : hoog socio-culturele toelage. ->Indien (ook) de doelgroep licht of matig verstandelijk : laag socio-culturele toelage. ->Indien (ook) de doelgroep ernstig verstandelijk : geen socio-culturele toelage. Vanaf 2015 geldt in MFC volgende regeling : Het socio-bedrag (hoog/laag) vermenigvuldigd met het aantal dagen verblijf + daarbij te tellen het socio-bedrag (hoog/laag) vermenigvuldigd met aantal dagen verblijf x 0,65. 7 Vragen? Voor vragen omtrent bijdrageregeling en registratie kan u terecht bij de Helpdesk Cliëntenadministratie (02/225 86 05 of [email protected]) Voor vragen omtrent afrekeningen kan u terecht bij de dienst afrekeningen (02/225 85 64 of [email protected]) Voor verdere inhoudelijke vragen kan u terecht bij Sven Pans (02/225 85 28 of [email protected]) Richtlijnen MFC 12 van 12