De Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 2018 2500 EA Den Haag Onderwerp: Wet ‘Werk en Zekerheid plaats en datum Geachte leden van de Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Graag vragen wij uw aandacht voor het volgende. In de wet ‘Werk en zekerheid’ (kamerstukken I 2013-14, 33818, A) is onder andere de ketenregeling aangepast: de regeling die bepaalt wanneer een tijdelijke medewerker recht krijgt op een vast contract. De nieuwe wet bepaalt dat als een medewerker binnen 6 maanden (nu 3 maanden) volgens meerdere tijdelijke contracten werkt er na een periode van 2 jaar (nu 3 jaar) of bij een vierde contract een vast dienstverband volgt! In het basisonderwijs is bij verlofsituaties bijna altijd vervanging nodig. Dat betekent, dat er vooral in een griepperiode vele vervangers in het basisonderwijs actief zijn. Als de wet ongewijzigd wordt ingevoerd, dan betekent dit, dat iedere invalkracht die een aantal keren bij een schoolbestuur invalt (en let wel, het gaat dan vaak maar om enkele dagen) een vast contract moet krijgen. Voor een schoolbestuur is dit financieel onmogelijk. Dat betekent, dat de schoolbesturen moeten voorkomen, dat invallers recht krijgen op een vast dienstverband. Dat kan door deze invallers een half jaar niet te laten invallen. Het aantal vervangers is beperkt en de consequentie is, dat vooral in een griepperiode geen vervanging meer kan worden geregeld. De scholen hebben mij verzekerd, dat ze alles er aan doen om te voorkomen, dat kinderen naar huis worden gestuurd. Ze werken b.v. met een vervangingspool, voegen groepen samen en personeelsleden, die ambulant zijn vangen groepen op. Toch zullen er door de ketenbepaling in de wet ‘Werk en zekerheid’ vanaf 1 augustus 2015 groepen naar huis moeten worden gestuurd. Dit komt de kwaliteit van ons onderwijs zeker niet ten goede en kan bij mij thuis voor organisatorische problemen zorgen. De oplossing voor dit probleem is ervoor zorgen dat een gedeelte van de wet niet van toepassing is op invalkrachten in het primair onderwijs. Het primair onderwijs is een unieke sector waarbij een afwezige leraar bijna altijd wordt vervangen. Die unieke positie moet het basisonderwijs behouden in het belang van onze kinderen! Ik verzoek u dan ook dringend de wet aan te passen, zodanig, dat de ketencriteria niet van toepassing zijn op verlofsituaties in het basisonderwijs! Hoogachtend,