View PDF - ZorgSaam

advertisement
Voedingsadvies na een maagoperatie
De maag heeft een aantal belangrijke functies, namelijk het vermalen van voedsel
tot kleine deeltjes, het bewaren van voeding (=opslagfunctie) en het in kleine
porties afgeven van voeding aan de darmen. Door het verblijf van het voedsel in de
maag kan het maagsap (o.a. maagzuur) goed zijn werk doen. De voorbewerkte
voedselbrij wordt door een sluitspier (de maagportier of pylorus) in kleine
hoeveelheden aan de darmen afgegeven.
Klachten na een maagoperatie
Na een maagoperatie kan de maag gedeeltelijk of zelfs geheel verwijderd zijn en
zijn bovenstaande functies van de maag (deels) weggevallen. Hierdoor kunnen kort
na de operatie de volgende klachten optreden:
Het syndroom van de kleine maag. Doordat de maag veel kleiner is, kunt u
snel een vol en misselijk gevoel hebben. Hierdoor gaat u minder eten en kan
gewichtsverlies ontstaan. Raadzaam is om kleine porties meerdere keren per
dag te eten.
Brandend maagzuur (reflux) (het terugstromen van maaginhoud in de
slokdarm). De sluitspier tussen de slokdarm en de maag zorgt ervoor dat er
geen voedsel en maagsap vanuit de maag omhoog stroomt. De werking van
de sluitspier wordt beïnvloed door het hormoon gastrine dat in het onderste
deel van de maag wordt aangemaakt. Als dit deel van de maag is verwijderd,
neemt de productie van gastrine sterk af. De sluitspier werkt hierdoor minder
goed en voedsel en maagzuur kan zo gemakkelijk de slokdarm instromen.
Daarbij komt nog dat de maag een veel kleinere opslagruimte is geworden en
er dus sneller maaginhoud omhoog in de slokdarm geduwd wordt. Als het
bovenste deel van de maag is verwijderd is de sluitspier niet meer aanwezig.
Er is dus een open verbinding. Hierdoor komt de maaginhoud gemakkelijk in
de slokdarm. Reflux geeft klachten van brandend maagzuur, pijn achter het
borstbeen, oprispingen, een vol gevoel na de maaltijd, misselijkheid en braken.
Dumpingklachten. Dit zijn klachten die u kunt krijgen doordat het voedsel de
maag te snel verlaat. Bijvoorbeeld door het ontbreken van de sluitspier
(pylorus) tussen de maag en de dunne darm. Het voedsel komt dan te snel in
de dunne darm terecht. Het wordt als het ware gedumpt in plaats van
afgegeven in porties, zoals gebruikelijk. De klachten bij dumping zijn per
persoon verschillend. Het kan zijn dat uw klachten na verloop van tijd vanzelf
afnemen. Er zijn twee soorten dumping; vroege en late dumping.
Vroege dumping
Bij vroege dumping kunt u binnen een kwartier tot een half uur na het eten last
krijgen van pijn, een vol gevoel, misselijkheid, duizeligheid, hartkloppingen,
darmkrampen, slap gevoel en/of diarree. Ga bij hevige klachten even liggen.
Late dumping
Bij late dumping kan het zijn dat na zo’n anderhalf tot twee uur na het eten het
glucosegehalte in het bloed sneller daalt dan normaal. U kunt daardoor last krijgen
van zweten, beven, duizeligheid, hartkloppingen en/ of een hongergevoel.
Klachten die enige tijd na de operatie kunnen optreden
Gewichtsverlies. Ongeveer tien procent gewichtsverlies na een maagoperatie
is normaal. In zeldzame gevallen wordt het gewichtsverlies veroorzaakt door
een slechte vertering of een verminderde opname van voedingsstoffen. De
passage van voedsel door het maagdarm-kanaal verloopt sneller dan normaal.
Daardoor kunnen gal- en alvleeskliersap te laat in de dunne darm aankomen.
Hierdoor wordt voedsel minder goed verteerd en kunnen voedings-stoffen
minder goed opgenomen worden door het lichaam.
Afwijking van het botweefsel. Calcium (kalk) en vitamine D kunnen minder
goed opgenomen worden. Dit komt doordat deze stoffen in de maag worden
opgenomen. Na verloop van tijd kan er een tekort aan deze stoffen ontstaan,
waardoor uw botweefsel minder sterk wordt. De kans op botbreuken is
hierdoor vergroot.
Tekort aan ijzer, vitamine B12 en foliumzuur. Dit kan leiden tot verschillende
vormen van bloedarmoede. Voor de opname van ijzer is maagzuur nodig. Voor
de opname van vitamine B12 is “intrinsic factor” nodig. “Intrinsic factor” is een
stofje dat geproduceerd wordt in het maagslijmvlies. Na een maagoperatie wordt niet of nauwelijks nog “intrinsic factor” gevormd. Hierdoor kan vitamine
B12 uit voeding of vitaminetabletten niet worden opgenomen door het
lichaam. Na een maagoperatie hebben veel mensen injecties met vitamine B12
nodig. Een vitamine B12 tekort geeft in eerste instantie onduidelijke klachten
zoals vermoeidheid en gebrek aan eetlust. Na verloop van tijd kunnen ernstige
en onomkeerbare klachten ontstaan aan bijvoorbeeld het zenuwstelsel.
Verhoogd risico op galstenen. Mensen die een maagoperatie hebben
ondergaan, hebben waarschijnlijk een hogere kans op het krijgen van
galstenen. Door een verminderde motoriek wordt ook de galblaas minder
actief, waardoor deze minder krachtig gaat samenknijpen. De gal krijgt
daardoor meer kans om in te dikken, wat galstenen tot gevolg kan hebben.
Algemene voedingsadviezen
De basis van de voeding voor iemand die een maagoperatie heeft ondergaan, is
een gewone gezonde voeding, zoals die voor iedereen geldt. Het kan echter zijn dat
u bepaalde voedingsmiddelen niet goed verdraagt. Het is per persoon verschillend
wat wel en niet verdragen wordt. U zult dit dus zelf uit ervaring moeten leren. Het
voedsel waarvan u last heeft, kan beter voorlopig vermeden worden. Na verloop
van tijd gaat het lichaam zich aanpassen en zullen de meeste klachten langzaam
verdwijnen. Wel is het belangrijk altijd goed te kauwen.
Voedingsadviezen bij klachten
Pijn, misselijkheid en/ of vol gevoel na het eten
Eet rustig en kauw goed
Eet in het begin kleine hoeveelheden per keer
Voer de hoeveelheden langzaam op
Eet zes tot zeven keer per dag een kleine maaltijd (zo krijgt u toch voldoende
voedingsstoffen binnen)
Drink weinig tot niets bij de maaltijd
Drink voldoende tussen de maaltijden door; minimaal anderhalf tot twee liter
(twaalf tot zestien kopjes)
Brandend maagzuur (reflux)
Gebruik liever geen pepermunt, koffie, thee, cacao, chocolade, alcohol,
koolzuurhoudende dranken en/ of kauwgom
Gebruik kleine maaltijden verspreid over de dag
Vermijd grote maaltijden en vetrijk voedsel
Een goede stoelgang is belangrijk want bij verstopping kan reflux toenemen.
Gebruik een voeding met voldoende voedingsvezels. Voedingsvezels zijn de
onverteerbare deeltjes in plantaardige voedingsmiddelen. Voedingsvezelrijke
producten zijn volkorenproducten (brood, macaroni en spaghetti,
zilvervliesrijst), fruit, groente en peulvruchten.
Drink voldoende tussen de maaltijden.
Eet uw laatste maaltijd drie uur voordat u gaat slapen
Verhoog eventueel het hoofdeinde van uw bed
Vermijd strakzittende of knellende kleding en vermijd voorover bukken.
Dumpingklachten
Eet rustig en kauw goed
Verdeel het vocht goed over de dag
Drink weinig bij de maaltijd
Gebruik zes tot acht kleine maaltijden per dag
Gebruik liever geen suikers die snel worden opgenomen in het lichaam; denk
hierbij aan frisdrank, limonade, ijs en/ of vruchtensap
Gebruik niet meer dan twee stuks fruit per dag
Eet niet te veel koek, gebak, snoep en zoet beleg
Gebruik niet te veel zuivelproducten met melksuiker (lactose) zoals melk, vla
en pap. Gebruik per dag twee tot drie porties, totaal 300 – 450 ml. Zure
melkproducten zoals yoghurt en karnemelk worden vaak beter verdragen.
Ongewenst gewichtsverlies
Probeer te streven naar 6-7 maaltijden per dag. Gebruik zo min mogelijk
producten die wel een vol gevoel geven, maar geen energie leveren zoals
bouillon, koffie en thee zonder suiker en melk, rauwkost en grote
hoeveelheden fruit. Maak royaal gebruik van vettere producten:
Besmeer uw brood dik, voeg boter toe aan aardappelpuree, groenten en
dergelijke
Verwerk bijvoorbeeld zoveel mogelijk ongeklopte slagroom, crème fraîche of
zure room in de gerechten. Room kunt u bijvoorbeeld verwerken in pap, vla,
yoghurt, vruchtenmoes, soep, aardappelpuree, saus en koffie
Kies de vettere vleessoorten zoals saucijsjes, schouderkarbonade, worst, spek
en gepaneerd vlees.
Beleg uw brood dik met vette vleeswaren zoals worstsoorten, bacon, salami,
schouderham, gebraden gehakt en paté.
Andere vette en energierijke producten voor op brood zijn kaas, smeerkaas,
roomkaas, pindakaas en chocoladepasta.
Neem de vettere vissoorten, bijvoorbeeld paling, haring, zalm, gerookte
bokking en gebakken vis
Kies voor tussendoor bijvoorbeeld blokjes kaas, plakjes worst, ei, kroket, salade
met mayonaise, milkshake of roomijs.
Indien er geen sprake is van dumpingklachten, maak dan royaal gebruik van
producten die rijk aan suiker zijn:
Gebruik veel suiker in de thee, koffie, pap, yoghurt en dergelijke.
Gebruik producten waar al suiker in zit zoals limonade, vruchtensappen,
drinkyoghurt, chocolademelk. Controleer uw gewicht door u één keer per week te wegen op een vast tijdstip met
dezelfde kleding aan, bijvoorbeeld ’s morgens voor het douchen in uw pyjama.
Meer informatie
Heeft u vragen of wenst u meer informatie dan kunt u contact opnemen met de
diëtist. ZorgSaam Zorggroep Zeeuws-Vlaanderen, afdeling diëtetiek: tel. 0115 –
688262. E-mail: [email protected]
U kunt ook onderstaand adres raadplegen voor meer informatie.
Maag Lever Darm Stichting
Telefoon: (033) 752 35 00. Infolijn: 0900 202 56 25 (€ 0,15 p/m). Website:
www.mlds.nl. E-mail: [email protected]
Download