Van betrokkenheid naar invloed -12-18 december 2009 46 Onderzoek toont aan dat mensen meer plezier in het werk hebben op het moment dat ze zich daadwerkelijk eigenaar voelen van de ontwikkelingen op de werkplek. Niet vreemd dus dat zowel de commissie Dijsselbloem als het rapport LeerKracht als de Onderwijsraad met de suggestie kwam dat de docent weer eigenaar van het onderwijs moet worden. Oordeel van docenten “We hebben natuurlijk heel veel gesproken over de inhoud. Daarvoor hebben we ruimte gekregen. We hebben daardoor gezamenlijk spits gekregen waar we aan werken en zijn door de leiding ook gehoord in onze voorstellen.” In dit artikel delen we de uitkomsten van dat onderzoek door allereerst in te gaan op de afbakening van het begrip (gedeeld) eigenaarschap en de meerwaarde van gedeeld eigenaarschap voor de organisatie als geheel en de individuele docent in het bijzonder. Vervolgens reiken we handvatten aan om als individuele docent gedeeld eigenaarschap op uw eigen school te bevorderen. Meer plezier, minder afstand “Ik vind het belangrijk om feedback te geven en te vragen tijdens het samenwerken. Daardoor groei je als professional en dat heb ik nodig om gelukkig te zijn en te blijven in mijn werk.” “Ik ben ervan overtuigd dat als je het zolang wilt volhouden als ik (ongeveer 38 jaar) dan moet je voor jezelf telkens een nieuwe uitdaging zoeken.” – dan blijf je fris, vernieuwend. Dat is de valkuil voor veel andere collega’s. Voor mij heeft dat gewerkt. Daardoor ben ik nu in een positie dat ik in wezen kan doen wat ik zelf wil binnen de schoolorganisatie. De leiding vertrouwt mij volledig. Ik zet me op een goede wijze in en bereik veel voor de hele school.” “Het samenwerken op de verschillende niveaus levert gigantische mooie dingen op, vooral voor de leerlingen.” “Wanneer mensen in hun kracht worden gezet en verantwoordelijkheden nemen en krijgen die bij hen passen, verhoogt dit het arbeidsplezier en de kwaliteit van de werkzaamheden en daarmee de kwaliteit van het onderwijs op de school.” Tekst Muriëlle Springer en Evelien Loeffen Bent u een betrokken leraar? Of voelt u zich werkelijk mede-eigenaar van de school? Eigenaarschap in relatie tot onderwijs lijkt plots overal op te duiken. Het Ministerie van OCW gaf KPC Groep in 2008 en 2009 de opdracht onderzoek te doen naar de functie van eigenaarschap binnen de context van het voortgezet onderwijs. De onderzoeksvraag die daarbij centraal stond luidde: Wat is de relatie tussen gedeeld eigenaarschap en succesvolle schoolontwikkeling en welke factoren zijn bevorderlijk voor gedeeld eigenaarschap? Het onderzoek bestond uit een literatuurstudie en praktijkgericht onderzoek op scholen voor voortgezet onderwijs. De literatuur wees uit dat er een verband bestaat tussen duurzame schoolontwikkeling en de aanwezigheid van gedeeld eigenaarschap. Vijf scholen werden bezocht die een succesvolle schoolontwikkeling hadden doorgemaakt. Uit de gesprekken met gepassioneerde, gemotiveerde en zeer betrokken docenten ontstond een helder beeld van gedeeld eigenaarschap. Deze docenten ervoeren zeggenschap die verder reikte dan het klaslokaal en die ook buiten de formele besluitvormingsorganen om, zoals de MR, vorm kreeg. Zij voelden zich daadwerkelijk eigenaar van de schoolontwikkeling, hetgeen een belangrijke reden was voor hun werkplezier. Op deze scholen was er geen kloof tussen docenten en management, maar trokken beiden geledingen juist samen op. Een ideale situatie die veel scholen nastreven. De zoektocht ging verder; welke factoren op individueel docentenniveau, op teamniveau en op schoolniveau kunnen gedeeld eigenaarschap bevorderen? De werkdruk van docenten is hoog is. De beleving van werkdruk hangt nauw samen met de manier waarop het werk gewaardeerd wordt. Werkdruk is minder hoog op het moment dat je je werk leuk vindt. Mensen vinden hun werk leuk zodra ze een zekere controle hebben over de invulling en uitvoering van hun werk; zich eigenaar voelen van hun werk. De organisatiepsychologische literatuur legt een link tussen eigenaarschap en intrinsieke motivatie, professionele ontwikkeling, informele zeggenschap, commitment naar/aan de organisatie, behoefte om zichzelf zichtbaar te maken binnen de organisatie en de bereidheid zich extra in te zetten. Eigenaarschap kent ook negatieve kanten zoals territoriale bezitsdrang en weerstand tegen verandering. Een bekend voorbeeld is de docent die ‘zijn’ lokaal met hand en tand verdedigt en de hakken in het zand zet op het moment dat hij in een ander lokaal moet lesgeven. Volgens Pierce (2009) kan juist gedeeldeigenaarschap de negatieve effecten van eigenaarschap verminderen. Het eigenaarschap wordt dan niet alleen op individueel niveau beleefd maar ook op het niveau van een team en soms zelfs op het niveau van de organisatie. Dit kan alleen door tussen en binnen alle niveaus van de organisatie met elkaar samen te werken. Op het Amadeus Lyceum, een van de scholen binnen het onderzoek en een succesvolle cultuurprofielschool voelen zowel de individuele docenten, als het team, als de directie zich eigenaar van de cultuurprofilering. Op ieder niveau werken mensen samen aan de invulling en uitvoering van deze cultuurprofilering. Bijgedeeldeigenaarschapisperdefinitiesprakevaneen intensieveresamenwerkingtussencollega’senleidinggevenden Docenten ervaren eigenaarschap wanneer ze hun zeggenschap hebben of kunnen vergroten buiten het klaslokaal zonder gebruik te hoeven maken van formele, vaak omslachtige, bureaucratische procedures. Ze ervaren het ook wanneer ze bemerken dat de zeggenschap niet altijd bij dezelfde sleutelfiguren ligt. Bij gedeeld eigenaarschap is per definitie sprake van een intensievere samenwerking tussen collega’s en leidinggevenden. Dat zorgt voor meer plezier in het werk en draagt bij aan het verkleinen van de veelal ‘te groot’ ervaren afstand tussen docenten en management. Samenspel De docenten die we in het kader van het onderzoek spraken, werkten met veel plezier op hun school. Op de deelnemende scholen voelden zowel directie, als teams, als individuele docenten zich daadwerkelijk eigenaar van de schoolontwikkeling. Het gevoel ging verder dan betrokkenheid bij de schoolontwikkeling; ze hadden het gevoel eigenaar te zijn omdat ze daadwerkelijk invloed konden uitoefenen op de koers van de school. Hoe gebeurde dat op deze scholen? De cirkels van betrokkenheid en van invloed van Stephen Covey geven een goed kader om dit proces duidelijk te maken (zie figuur). -12-18 december 2009 47 4.Evalueer of onderzoek systematisch het door jou gegeven onderwijs of andere activiteiten, om invloed op de koers van de schoolontwikkeling uit te oefenen. Wat wil de school bereiken en hoe geef jij daar vorm aan binnen jouw lessen of activiteiten? Koppel het effect van jouw onderwijs of activiteiten terug naar de directie om daarmee je invloed te vergroten; 5.Geef eerlijke, open en constructieve feedback aan collega’s en vraag gericht feedback op jouw functioneren. Dit is voorwaarde om te kunnen leren en om professioneel te groeien. Culturen van leren Gedeeld eigenaarschap komt dus niet vanzelf. Het vraagt een pro-actieve houding waardoor er uiteindelijk LeerKracht ontstaat die verder reikt dan het klaslokaal. Daarnaast spelen ook de verhoudingen binnen de schoolorganisatie een belangrijke rol. Cruciaal daarbij is het antwoord op de volgende vragen: -Heerst er op school een cultuur waarbinnen samenwerken gerealiseerd is? -Is er een cultuur waarbinnen docenten en management in wij-/zij-beelden denken? -Is er een cultuur waarbinnen een lerende houding bij docenten en management normaal gevonden wordt? Afhankelijk van de mate waarin die cultuur af- of aanwezig is, kom je moeizamer of makkelijker tot gedeeld eigenaarschap. Matrix Cirkels van betrokkenheid -12-18 december 2009 48 We gaan er gemakshalve van uit dat iedere docent in meer of mindere mate betrokken is bij de school. Betrokkenheid is echter reactief. Er gebeurt iets waar je je toe kunt verhouden. Je reageert op iets. Daardoor ben je weliswaar betrokken, maar heb je geen invloed op datgene wat er gebeurt. Veel schoolontwikkeling gebeurt topdown. De directie komt met een nieuwe koers en de docenten tonen zich vanuit hun betrokkenheid bij de school, al dan niet bereid om deze koers te realiseren. Door je als organisatie, als directie, als team of als individuele docent pro-actief op te stellen kun je de cirkel van invloed, en dus het gevoel van eigenaarschap, vergroten. Het initiatief voor schoolontwikkeling kan dan zowel vanuit de directie als vanuit een groep enthousiaste docenten komen, maar het oppakken van het initiatief gebeurt gezamenlijk. Hoe kun je als individuele docent of als team je cirkel van invloed vergroten waardoor je mede-eigenaar wordt van de schoolontwikkeling? Het praktijkonderzoek leverde veel mogelijkheden op. Hier volgen er vijf: 1.Neem initiatief om de eigen professionele ontwikkeling vorm te geven en af te stemmen met de team- en de schoolontwikkeling. Geef aan in welke richting je jezelf als professional wilt ontwikkeling en zoek daarin de link met de koers van de school; 2.Maak de eigen passie kenbaar binnen de school en zoek mee naar mogelijkheden op welke wijze de passie vorm kan krijgen en benut kan worden in de schoolontwikkeling. Wat geeft jou energie en op welke manier zou jouw school hier gebruik van kunnen maken?; 3.Bouw netwerken op binnen maar ook buiten de school en opereer hier actief in. Deze netwerken fungeren als broedplaats voor nieuwe ideeën en bieden mogelijkheden om samen met anderen het idee om te zetten in een plan; Hoe breng je de dialoog op gang over gedeeld eigenaarschap binnen jouw schoolorganisatie of jouw team? Management en docenten kunnen gebruik maken van De Matrix voor Gedeeld Eigenaarschap. Dat is een analyseinstrument om het gedeeld eigenaarschap binnen een school in beeld te brengen. Een workshop met deze matrix levert niet alleen inzicht, maar ook concrete aanbevelingen op. Het filmpje over gedeeld eigenaarschap op: www.kpcgroep.nl biedt eveneens voldoende aanknopingspunten. Informatie: Evelien Loeffen [email protected] of Muriëlle Springer [email protected] Ontstaan van eigenaarschap Eigenaarschap ontstaat niet helemaal vanzelf en gedeeld eigenaarschap dus ook niet. Eigenaarschap ontstaat pas als er wordt voldaan aan onderstaande voorwaarden: 1. Het team moet zich kunnen identificeren met een taak; de taak moet passen bij de ervaring, overtuigingen en passie of interesse van de teamleden; 2. Inzetten van verschillende expertises om de taak te kunnen vervullen; de taak moet uitdaging bieden voor het team; 3. De taak moet significant zijn; de taak moet betekenis hebben voor het team en de organisatie of de omgeving; 4. Het team heeft voldoende ruimte om zelf een aantal zaken te mogen reguleren. De teams die wij spraken in het kader van het onderzoek hadden bijvoorbeeld een eigen budget dat ze zelf konden inzetten ten behoeve van de schoolontwikkeling; 5. Het team geeft en ontvangt feedback. Feedback geeft verbinding met andere taken, docenten en de organisatie en verschaft het team informatie over de plek en de betekenis van hun taak en hun functioneren. Hierdoor groeit zowel de school, als het team, als de individuele docent.