H 4.1 Vragen over het onderwerp de Tweede Wereldoorlog. 1. a. In 1936 bezette Hitler het Rijnland. Leg uit dat dit eigenlijk niet mocht. b. Hitler lijfde in 1938 ook Oostenrijk in. Waarom zou hij juist dit land bij Duitsland willen voegen? 2. Lees nevenstaande bron. a. In welk land lag het Sudetengebied en waarom wilde Hitler dit gebied hebben? Conferentie van München Duitsland Groot-Brittannië, Frankrijk en Italië gaan akkoord dat het Sudetengebied aan Duitsland wordt overgedragen. De evacuatie zal op 1 oktober aanvangen. b. Waarom zou Chamberlain (de leider van Groot-Brittannië) in München hebben toegegeven aan de Duitse eisen c. Toen Chamberlain na de conferentie terugkwam in GrootBrittannië toonde hij het publiek met grote trots het bereikte resultaat (zie foto), en hij sprak de historische woorden: "My good friends, for the second time in our history, a British Prime Minister has returned from Germany bringing peace with honour. I believe it is peace for our time... Go home and get a nice quiet sleep." Heeft Chamberlain gelijk gekregen? Leg je antwoord uit. 3. a. Naar aanleiding van welke gebeurtenis zal nevenstaande spotprent getekend zijn? De schrik der mensheid, als ik me niet vergis! De bloedigste moordenaar, naar ik aanneem! b. De dode soldaat symboliseert een land, welk land? c. In welk verdrag was de “dood van deze man” afgesproken? d. Bij de vragen 1,2 en 3 was Hitler bewust bezig om het grondgebied voor de Duitsers uit te breiden. Met welk Duits begrip werd dit beleid aangeduid? 4. a. Met welke nieuwe vorm van oorlogsvoering hadden de Duitsers in de eerste oorlogsjaren veel succes? b. Bekijk nevenstaande poster. Naar aanleiding van welke gebeurtenis is deze poster gemaakt? c. Waarom had deze gebeurtenis ook nadelige gevolgen voor Duitsland? d. In 1943 stond onderstaande spotprent in een Russische krant. Naar aanleiding waarvan was dit? e. Stalin dacht dat de geallieerden met een tweefrontenoorlog Duitsland zouden kunnen verslaan. Met welke gebeurtenis in de oorlog werd deze wens uiteindelijk werkelijkheid? 5. a. Bekijk nevenstaande foto van 6 aug. 1945. Bij welke gebeurtenis uit de oorlog hoort deze bron? b. Welk gevolg had deze gebeurtenis voor de 2e wereldoorlog.?