Titel Platte tekst Samen op ontdekkingsreis naar de beste versie van jezelf! Strategisch plan 2015-2018 Drenthe College 1 Samen op ontdekkingsreis naar de beste versie van jezelf! Strategisch plan 2015-2018 Drenthe College 3 Inhoudsopgave 1. Inleiding en verantwoording7 2. Analyse kader13 3. Externe ontwikkelingen19 3.1 Demografische ontwikkelingen19 3.2 Economie en arbeidsmarkt in Noord-Nederland 19 3.3 Verwachtingen van jongere studenten; de generatie Z 21 3.4 Onderwijsontwikkelingen22 3.5 Personeel23 3.6 Andere ROC’s23 3.7 Breukvlakken en inzichten23 4. Missie, visie en strategische lijnen en waarden 31 5. Ontwikkelingen en strategische keuzen 39 39 5.1 Kernprocessen; de inrichting van ons onderwijs 5.2 Leven Lang Leren40 5.3 Personeel 41 5.4 Structuur en sturing42 5.5 Cultuur en Communicatie44 5.6 Bedrijfsvoering, administratie en systemen 46 5.7 Financiën47 6. Wat is er bereikt in 2018? 53 5 1. Inleiding en verantwoording Het voorliggende strategisch plan 2015-2018 is in de periode april-december 2014 tot stand gekomen met inbreng van een delegatie van het MT en het CMT. Bureau Fresh Forward heeft het CMT, aangevuld met vier opleidingsmanagers, de coördinator P&O, het hoofd projectenbureau en de bestuurssecretaris, begeleid op weg naar het formuleren van een nieuwe missie en visie. De voorstellen daarvoor zijn besproken met het MT, een groep professionals (docenten), de Deelnemersraad en de Ondernemingsraad. De reacties daar waren positief. Verdere input op het plan was de review op de periode 2010-2014; de periode van het strategisch plan dat afloopt. 6 Het conceptplan is vervolgens besproken met de Raad van Toezicht in december 2014 en vervolgens in het licht van de gemaakte opmerkingen getoetst bij stakeholders in de periode januari tot mei 2015. Deze versie is het resultaat van alle ingezette acties. Het plan heeft draagvlak in de organisatie. Het jaarplan 2015 is op dit plan gebaseerd. Op 1 juli 2015 start een nieuwe Voorzitter College van Bestuur. Hij zal tot eind 2015 bezien welke accenten hij in de strategie zal willen liggen. Tot dat moment is dit plan uitgangspunt van handelen van Drenthe College. 7 Hier werk ik aan mijn passie, motortechniek én motorsport 8 9 Welke richting ga je op Heb je zelf al wat gekozen Of zit het binnen nog verstopt Moet je ontdekken wat het zelf nog gaat worden 10 Tekst Drenthe College Rap Deel 1- Max Korte 11 2. Analyse kader Voor het ontwikkelen van een strategisch plan gebruikt Drenthe College “het wiel”. Dit analyse kader is eerder voor het strategisch plan 2010-2014 gebruikt en is het format waarlangs ook het kwaliteitssysteem van Drenthe College is vormgegeven. De onderwijsmarkt Structuur en sturing Cultuur en communicatie Missie en strategie Bedrijf svoering, administratie en systemen Het model geeft niet meer en niet minder aan dan dat Drenthe College strategische keuzes maakt op basis van ontwikkelingen in de buitenwereld en de verhouding van Drenthe College daartoe. Vervolgens is een missie/visie ontwikkeld die leidt tot een strategie op alle aspecten van de organisatie. 12 De verhouding tot de buitenwereld en de voor 2015-2018 herijkte missie/visie leiden via een viertal strategische hoofdlijnen tot strategische keuzes Personeel Kern processen Financiën op elk van de aspecten. Dit alles tezamen vormt het strategisch plan 2015-2018. Op basis van dit strategisch plan en nieuwe ontwikkelingen stelt Drenthe College jaarlijks een jaarplan op met belangrijke prioriteiten voor dat jaar om het strategisch meerjarenplan te realiseren. Via resultaatafspraken op elk niveau van de organisatie en het systeem van resultaat- en beheer gesprekken wordt de voortgang in de realisatie bewaakt. 13 The price of greatness is responsibility Winston Churchill 14 15 Dit is wat ik wil: Analyseren en heel nauwkeurig werken 16 17 3. Externe ontwikkelingen 18 In dit hoofdstuk zijn ontwikkelingen opgenomen die de komende jaren van belang zijn voor de ontwikkeling van Drenthe College. Dat laatste zal gevolgen moeten hebben voor de kennis van medewerkers van in ieder geval Engels en voor sommige bedrijven ook Duits. 3.1 Demografische ontwikkelingen Het aantal 16-jarigen in Drenthe groeit de komende vier jaar, maar zal na 2018 gaan afnemen. Het sterkst vanaf 2022. Daarmee moet Drenthe College zich voorbereiden op een afname van het aantal jongere studenten. Hoe groot die afname zal zijn is niet met zekerheid te voorspellen, omdat daarvoor ook relevant is welke schoolkeuze jongeren maken. Landelijk is het aandeel van jongeren dat naar het vmbo gaat in een aantal jaren gedaald van 60% naar minder dan 50%. Drenthe liep tot drie jaar geleden achter op deze ontwikkeling, maar heeft die achterstand ingehaald. Tegelijkertijd lijkt er nu een ontwikkeling gaande waarin studenten die de havo niet aankunnen naar het mbo gaan. Alles overziend lijkt het verstandig dat Drenthe College zich voorbereidt op een krimp van jongere studenten vanaf 2022. Drenthe College kiest ervoor om mee te doen in kristallisatiecentra. Op dit moment zijn dat het Centrum voor duurzame chemische technologie en het Enery College met specialisatie warmtepompen in Emmen. Het is de bedoeling in Assen een kristallisatiepunt rond het TT–Instituut te gaan vormgeven. Daarbij zal aangesloten worden bij de ontwikkelingen die in Assen plaatsvinden rond sensortechnologie. In Meppel is nog niet echt sprake van een kristallisatiepunt. Wat betreft de eigen opleidingen gaan de gedachten uit naar (internationaal) ondernemerschap, eventueel ook in combinatie met zorg. Inmiddels heeft een groep medewerkers met bureau Fresh Forward een voorstel gedaan voor een richting waarin het onderwijs van Drenthe College in Meppel zich zou kunnen onderscheiden. Besluitvorming zal onder leiding van de nieuwe Voorzitter College van Bestuur plaatsvinden. 3.2 Economie en arbeidsmarkt in Noord Nederland Voor de periode 2015-2020 hebben de drie provincies in Noord Nederland een Noordelijke Innovatie agenda opgesteld. Doel van die agenda is het MKB te stimuleren tot groei door samen te werken met kennisinstellingen in zogenaamde kristallisatiecentra. In die centra wordt samengewerkt op onderwerpen waarin het Noorden een voorsprong heeft en verwacht wordt dat zij kunnen bijdragen aan de versnelling van de economische groei. Een groei die overigens vooral ook gerealiseerd zal moeten en kunnen worden als het MKB meer toegang krijgt tot internationale markten. Los van de kristallisatiepunten kunnen groepen bedrijven ook behoefte hebben aan specifieke opleidingen. Waar bedrijven een wens van voldoende omvang hebben, werkt Drenthe College met deze ondernemers samen. Een voorbeeld is de bedrijvenschool verspanen die in 2014 in Emmen is gestart. Oudere samenwerkingsverbanden zijn het vakcentrum schilderen en afbouw met Savantis in Assen, de bouwopleidingen met de OCB in Emmen, en de opleiding Allround Operationeel Technicus in Emmen. Drenthe College heeft bij het samenwerken met (groepen) bedrijven in het organiseren van het onderwijs de voorkeur om met die bedrijven geen gezamenlijke stichting op te richten of daarin te participeren, 19 maar een samenwerkingsovereenkomst te sluiten met een juridische entiteit die door bedrijven is opgericht. Voor een goede aansluiting op de behoeften van bedrijven is het belangrijk dat zij het voortouw hebben. De snelle economische ontwikkeling leidt er toe dat kennis snel veroudert. In 2014 zijn in diverse gremia vraagtekens gezet bij de arbeidsmarktmogelijkheden voor studenten op de niveaus 2 en 3. Sommigen menen dat voor hen in bepaalde richtingen onvoldoende werk zal zijn. Anderen menen dat de ervaring uit het verleden leert dat er nieuwe beroepen voor in de plaats zullen komen. Drenthe College is aanhanger van de opvatting dat de arbeidsmarkt niet te voorspellen is. De arbeidsmarkt wordt dynamischer. De inhoud van beroepen zal veranderen. Er zullen sectoren verdwijnen en nieuwe ontstaan. Verder zal het de vraag zijn of er voor iedereen een voltijd baan zal zijn en zal een loopbaan bij een of twee werkgevers niet meer de norm zijn. Gezien deze ontwikkelingen zal Drenthe College studenten bewust maken van de noodzaak een leven lang te leren. Op 31 oktober 2014 heeft de minister een brief naar de Kamer gestuurd met haar voornemens voor het verbeteren van de infrastructuur voor een leven lang leren en het stimuleren van het gebruik daarvan. De brief is onder meer een reactie op de notitie van de Commissie Rinnooy Kan uit het najaar 2013, waarin gesteld werd dat de mogelijkheden voor een leven lang leren in Nederland de afgelopen jaren sterk zijn afgenomen. In de brief gaat de minister ook in op het niet bekostigd aanbod. De minister vindt het belangrijk dat mensen zich blijven ontwikkelen en bijscholen, maar het zou ook beter mogelijk moeten zijn om te scholen naar een andere branche. 20 De mogelijkheden die de minister ziet voor het mbo zijn het samen met hbo ontwikkelen van de Associate Degree (AD). Bij voorkeur een AD die is afgestemd op de regio. De minister gaat toestaan dat die AD ook op de locatie van het ROC wordt gegeven. Het mbo zou in het kader van een leven lang leren ook modules van een opleiding moeten aanbieden. Vanaf 2016-2017 gaat het mogelijk worden om voor dergelijke modules door de overheid erkende certificaten af te geven. Deze losse modules echter zullen niet door de overheid bekostigd worden. De minister overweegt ook certificaten te gaan afgeven aan mensen die een opleiding minus taal en rekenen afronden via de derde leerweg. Dat zijn niet bekostigde opleidingen, waarvoor geen urennorm zal gelden en de kwaliteit getoetst wordt door streng toezicht op de examinering. Verder zal er een steunpunt ingericht worden voor de validering van elders verworven competenties (EVC’s) voor hbo en mbo. Ten slotte zal het op termijn mogelijk moeten worden om onderdelen van een opleiding op verschillende niveaus af te sluiten. Om deze voornemens te realiseren zullen bekostiging en studiefinanciering gewijzigd moeten worden. Niet helder is hoe snel deze ontwikkelingen zullen gaan. Het vergroten van de flexibiliteit en de variëteit van opleidingen zal verder hoge eisen stellen aan het organisatievermogen van Drenthe College. Daarvoor is tijd nodig. Drenthe College zal zich de komende vier jaar voorbereiden op de geschetste ontwikkelingen, experimenten uitvoeren en mede op basis daarvan keuzes maken. Uiteraard heeft Drenthe College een rol om via het vergroten van kennis en vaardigheden van (potentiële) werknemers een rol te spelen in de economische ontwikkeling van de regio. Daarbij zal wel de vraag beantwoord moeten worden wat Drenthe College in dit verband zelf wil uitvoeren, wat zij aan anderen overlaat en wat Drenthe College in samenwerking met anderen wil uitvoeren. Drenthe College heeft een aantal criteria geformuleerd op basis waarvan zij tot besluitvorming wil komen over haar aanbod in het kader van een leven lang leren ( zie verder 5.2 ). Belangrijke vraag die daarbij ook speelt, is wat de toekomst is voor de BBL opleidingen. Met het afnemen van het aantal grote ondernemingen en de ontwikkeling dat werknemers in hun loopbaan meerdere werkgevers zullen hebben, vaste dienstverbanden afnemen en mogelijk meer werknemers dan thans aan het werk zullen gaan als ondernemer of ZZP-ér zullen er mogelijk minder bedrijven zijn die hun werknemers breed willen laten scholen via een BBL-opleiding. De laatste jaren is het aantal BBL-studenten zowel landelijk als bij het Drenthe College al sterk teruggevallen. In de sector Economie en Dienstverlening is het aantal BBL studenten ten opzichte van schooljaar 2009/2010 nagenoeg gehalveerd, bij Techniek is het teruggelopen tot een derde. Bij Zorg en Welzijn is ten opzichte van dat schooljaar sprake van een lichte daling. Deze sector heeft in 2011/2012 en 2012/2013 nagenoeg een verdubbeling gehad van het aantal BBL studenten vanwege een stimuleringsregeling. De afgelopen jaren is de subsidiering van de BBL gewijzigd. De eisen voor taal en rekenen zijn voor diplomering verzwaard. De teruggang in BBL zal mede veroorzaakt zijn door de economische crisis. Mogelijk dat bij een aantrekken van de economie en het ontstaan van krapte op de arbeidsmarkt de behoefte aan de BBL weer wat zal aantrekken. De conclusie is dat het heel lastig is te voorspellen hoe de BBL zich zal ontwikkelen. Mogelijk is er ook een behoefte aan een vernieuwde BBL. Voor dit strategisch plan en de bijbehorende meerjarenbegroting is uitgegaan van een verhouding BOL/BBL van 80/20. Het zal zaak zijn de ontwikkelingen in leven lang leren, de BBL, en de kansen die daar mogelijk uit voortvloeien jaarlijks te blijven volgen. Uit de toetsing van het strategisch plan in het voorjaar bij een aantal bedrijven bleek niet dat zij voor het ROC een prominente rol zagen in een aanbod voor een leven lang leren. Belangrijk punt zal wellicht zijn in hoeverre de minister modules toch zou willen bekostigen of taaleisen zou willen versoepelen. Naast beroepsonderwijs en vavo voert Drenthe College ook educatieve trajecten en contractonderwijs uit voor gemeenten. Deze activiteiten zijn doorgaans gericht op het verkleinen van de afstand tot school en werk voor mensen die daar uitgevallen zijn. De komende jaren wordt het budget voor educatieve trajecten ingesluisd in het Participatiebudget van de gemeenten. De verplichte uitvoering door een ROC vervalt. Voor Drenthe College betekent dit dat er voor gemeenten een nieuw aantrekkelijk aanbod geformuleerd moet worden. Opdrachten zullen in concurrentie verworven moeten worden. De ervaring in andere markten heeft geleerd dat dit de eerste jaren een druk op de prijzen tot gevolg heeft. Drenthe College ziet het uitvoeren van activiteiten aan de onderkant van de arbeidsmarkt voor gemeenten de komende jaren als haar taak. Omdat groei gemakkelijker te managen is dan krimp en de risico’s in krimp vanwege vaste lasten in huisvesting en wachtgelden groter zijn, kiest Drenthe College voor het realiseren van een zodanige flexibiliteit in huisvesting en personeel dat 20% krimp door de organisatie zelf opgevangen kan worden (zie verder 5.3 Personeel en 5.6 Bedrijfsvoering, administratie en systemen). 3.3 Verwachtingen van jongere studenten; de generatie Z Jongeren verschillen. Niet iedereen is hetzelfde. Veel jongeren hebben vandaag de dag een hekel aan autoriteit en willen geïnspireerd worden. Gemiddeld is in hun beleving “niets”. Hetzelfde geldt voor standaarden, ze gaan voor eigenheid, willen wel graag uitblinken. Ze willen delen en samen nieuwe dingen doen (co-creatie). Ze zijn op comfort gesteld, maar willen zich ook onderscheiden. Ze zijn wars van negativisme. De meeste willen graag bijdragen aan het scheppen van een betere duurzame wereld. 21 Ze zijn uiteraard voortdurend “verbonden” met hun omgeving. Ze vinden het echter ook niet altijd gemakkelijk om beren op de weg op te ruimen. Een groot deel van onze studenten behoort tot deze generatie: ook wel generatie Z genoemd. Drenthe College zal met de kenmerken van deze jongeren in de vormgeving van de opleidingen rekening moeten houden. Punt van aandacht daarbij is dat succes in loopbaancompetenties als samenwerken en doorzettingsvermogen vaak van groter belang zijn dan cognitieve vermogens. Drenthe College zal in haar opleidingen aandacht besteden aan het ontwikkelen van deze competenties. 22 3.4 Onderwijsontwikkelingen Regelmatig is er vanuit bedrijven en instellingen en de overheid kritiek op het beroepsonderwijs. Nu zijn zeker verbeteringen nodig en noodzakelijk, maar enige relativering is ook op zijn plaats. In een rapport van de OESO “Skills beyond School - The Netherlands” (november 2014) is deze organisatie positief over het Nederlandse beroepsonderwijs. Het rapport beschrijft onderstaande sterke kanten van het Nederlandse middelbaar beroepsonderwijs: •Nederland heeft een sterk ontwikkeld en goed gefinancierd beroepsonderwijs met een goede balans tussen publieke en private investeringen. •Nederland investeert veel in leren op de werkplek in de vorm van BPV en leerwerk- contracten, waardoor er sprake is van snelle arbeidsmarktintegratie met lage jeugdwerkloosheid. •Nederland heeft in de OESO het laagste percentage jongeren die niet werken of niet in opleiding zijn. •Er is groot maatschappelijk draagvlak door samenwerking met bedrijfsleven en andere maatschappelijke factoren. •Niet-bekostigd beroepsonderwijs is vitaal en vernieuwt zich goed. •De toevoeging van de Associate Degree, als missing link, geeft aan dat het stelsel beschikt over een adequaat adaptief v ermogen. Het rapport noemt de volgende aandachtspunten: •BPV en BBL staan onder druk door demo- grafische en economische ontwikkelingen. Constante samenwerking en steun vanuit de sociale partners is onmisbaar. •Samenwerking met en instroom vanuit het bedrijfsleven is noodzakelijk. Dit gezien de vergrijzing van docententeams en de noodzaak op de hoogte te blijven van de eisen die een veranderende arbeidsmarkt stelt. •Ondanks een ingewikkelde studentenpopulatie zouden de niveaus 1 en 2 geïntegreerd moeten worden om zo niveau 1 studenten optimaal te kunnen laten presteren en te laten doorstromen naar hogere niveaus. •Een leven lang leren is van nationaal belang, maar er zijn er te veel regels die een succes- volle inzet realisatie in de weg staan. •De arbeidsmarkt vraagt steeds meer van zijn werknemers. Het is dan ook noodzaak door- lopende leerlijnen te ontwikkelen en dit aanbod zichtbaar te maken. Studenten in het mbo bereiden zich voor op een plek op de arbeidsmarkt of doorstroom naar het hbo. Voor de student die de route vmbo-mbo-hbo doorloopt is het van belang dat hij soepel naar een zo hoog mogelijk diploma wordt begeleid. Voor de student die zich voorbereidt op een plek op de arbeidsmarkt is van belang dat het mbo de kennis en competenties aanleert die gevraagd worden op de arbeidsmarkt. Er gaan stemmen op om het voor studenten mogelijk te maken om examen te kunnen doen op verschillende niveaus en om een soepele overgang te creëren tussen vmbo en mbo: de vakmanschaps- of technologie routes. In alle gevallen zal de student voorbereid moeten zijn om een leven lang te leren. Dat kan in de ene branche zijn op het gebied van bredere vaardigheden. In een andere branche kan behoefte zijn aan smaller opgeleide vakmensen. In dit kader is overigens in de politiek nog niet de vraag beantwoord waar de publieke bekostiging ophoudt en de private investering begint. Voor het bepalen van de rol van het mbo zijn ook de uitvoerbaarheid en organiseerbaarheid belangrijke aandachtspunten. Los van bovenstaande vraagt beroepsonderwijs een nauwe relatie met bedrijven en instellingen in de branches waarvoor studenten worden opgeleid. Lessen door gastdocenten, stages en projecten moeten studenten de kennis en vaardigheden bijbrengen die van belang zijn voor de branche. In kristallisatiepunten als Centra voor Innovatief Vakmanschap moet in de kennisuitwisseling tussen bedrijven onderling en bedrijven en onderwijs innovatie ontstaan. Het WRR rapport “Naar een lerende economie” schetst het belang van het aanleren van 21 ste eeuwse vaardigheden in het onderwijs. Drenthe College zal deze vaardigheden inbedden in de curriculumontwikkeling voor de nieuwe kwalificatiedossiers. Deze nieuwe kwalificatiedossiers zullen begin 2015 zijn vastgesteld en Drenthe College zal ze per augustus 2016 gaan invoeren. Andere aspecten die bij de curriculumvernieuwing meegenomen worden zijn: internationale oriëntatie, ondernemerschap, en doorstroom naar het hbo. Dat alles tegen het licht van beheersbaarheid en flexibiliteit (zie verder 5.1 kernprocessen). 3.5 Personeel Kennis is steeds meer voor iedereen op internet voorhanden. Uiteraard zullen in elke studierichting een aantal vakken essentieel zijn. In het traject van curriculumontwikkeling zal over de essentiële vakken binnen teams en sectoren overeenstemming bereikt moeten worden. Docenten bij Drenthe College zullen zich meer gaan ontwikkelen tot begeleiders voor onderwijsleerprocessen en er met de student op gericht zijn om samen de opleiding vorm te geven. Met het steeds helderder worden van het profiel van een mbo-docent en mbo-instructeur zal professionalisering de komende jaren nadrukkelijk aandacht moeten krijgen. Het blijft overigens van belang dat medewerkers kennis hebben van de branche waarvoor zij studenten opleiden. De komende jaren zal ook meer geïnvesteerd worden in docentstages. Naast professionalisering van het bij onderwijs betrokken personeel is professionalisering van ondersteunende medewerkers en managers van belang. Het professionaliseringsbeleid van de afgelopen jaren zal worden voortgezet en versterkt. 3.6 Andere ROC’s Drenthe College heeft in haar werkgebied te maken met Alfa-college in Groningen, Hoogeveen en Hardenberg, Noorderpoort in Groningen, Assen en Stadskanaal, Friesland College in Heerenveen, Friese Poort in Drachten, Deltion en Landstede in Zwolle. Conform de uitgangspunten van de macrodoelmatigheid heeft Drenthe College overleg met andere ROC’s over haar aanbod en met vo en hbo over doorlopende en goed aansluitende leerlijnen. 3.7 Breukvlakken en inzichten Drenthe College beschouwt de komende jaren de volgende ontwikkelingen als breukvlak met het verleden. •De flexibilisering van arbeid; minder vaste contracten, vaker wisselingen van baan, steeds meer zzp-érs. •Afname van aantal grote werkgevers in haar verzorgingsgebied •Snelle technologische ontwikkelingen •Afname routine arbeid, toename van niet routine arbeid. •Kortere productcycli en daardoor sneller verouderen van kennis en vaardigheden. 23 •Verhogen van eisen aan beroepsbeoefenaren op alle niveaus, tegelijkertijd verlagen van eisen van sommige beroepen aan de onderkant van het loongebouw. •Vervagen van verschillen tussen branches, bedrijfstakken en sectoren, verdwijnen van beroepen en komen van nieuwe beroepen. •Leven lang leren als de standaard •Toenemend belang om initiatieven te nemen en kansen zien. •Toegang tot netwerken en kennis worden belangrijker dan het bezit ervan •Verbindingen worden belangrijker dan organisaties •Grote toegankelijkheid van de wereld via internet en daarmee de mogelijkheid om vanuit de regio op wereldmarkt te acteren •Ook school meer en meer onderdeel van een netwerkketen •Einde gedwongen winkelnering Educatieve trajecten •Integraal participatie-beleid bij gemeenten met plaats voor educatieve trajecten •Inburgering die eigen verantwoordelijkheid van burger is •Grotere aandacht voor duurzaamheid •Toename van het aantal allochtonen in het onderwijs in Drenthe In haar aanbod, de opzet van opleidingen en de exploitatie van de instelling zal Drenthe College met deze ontwikkelingen meer en meer rekening houden. 24 25 Nu leg ik een stevige basis voor mijn vak waarin ik goed wil zijn 26 27 Je hebt een passie voor een vak Je wilt het later worden dus bewandel dan dat pad Misschien mis je nog kracht, vertrouwen in jezelf Nog niet de allerbeste maar daar gaan we nog aan werken Wil je in de keuken werken als een kok Monteur worden want je bent niet total loss In de bediening want serveren vind je tof Of de hulpverlening in, als dat is, wat je zocht 28 Tekst Drenthe College Rap Deel 2- Max Korte 29 4. Missie, visie en strategische lijnen en waarden Op basis van de onze inschatting van externe ontwikkelingen en dat wat jongeren beweegt, kiest Drenthe College voor de periode 2015-2018 de volgende visie (overtuiging): Een opleiding met ruimte om te groeien vanuit je eigen passie en talent is een belangrijke pijler voor een waardevolle & betekenisvolle toekomst Als onze maatschappelijke opdracht, onze missie formuleren wij: Samen op ontdekkingsreis gaan naar de beste versie van jezelf Samen, dus medewerkers en studenten. Met de keuze voor deze visie en missie kiest Drenthe College voor de student als uitgangspunt voor haar strategie. Uiteraard heeft en houdt Drenthe College verbinding met de bedrijven en instellingen in de branches en sectoren waar Drenthe College haar studenten op voorbereidt. Drenthe College wil haar studenten stimuleren hun talenten te ontwikkelen en een zo hoog mogelijk diploma te behalen, maar vooral ook die competenties te ontwikkelen die ervoor zorgen dat de student met zelfvertrouwen de arbeidsmarkt kan betreden of een succesvolle doorstart maakt op het hbo. 30 Uiteraard houdt Drenthe College bij de realisering van missie en visie rekening met de kaders die vanuit wet en regelgeving aan haar worden gesteld. Ook heeft het bewaken van de continuïteit van de organisatie de aandacht. Drenthe College voelt zich medeverantwoordelijk voor een infrastructuur voor een leven lang leren in de regio, maar zal de komende jaren bepalen hoe zij zich tot die infrastructuur wenst te verhouden. Een instelling als Drenthe College heeft beperkingen als flexibiliteit en variëteit worden gevraagd. Drenthe College onderscheidt in de realisering van haar missie en visie de komende vier jaar de volgende vier strategische hoofdlijnen: •De ontwikkeling van inspirerende opleidingen die recht doen aan de visie en missie. Dat betekent dat curricula de student als uitgangspunt nemen. Voor hen ontwerpt Drenthe College uitdagende opleidingsprogramma’s die passie en talent van studenten aanspreken en ontwikkelen. Meer opdrachten en ontdekkingsgerichte leerprogramma’s, waarin kruisbestuiving mogelijk is, en keuzevrijheid, flexibiliteit en excellentie aandachtspunten zijn. •De professionalisering van medewerkers om studenten te begeleiden in de richting van de visie/missie, maar ook zichzelf te ontwikkelen. Met het oog op studenten is een prioriteit het waar nodig aanleren van coachingsvaardigheden, het leidinggeven aan integrale projecten en LOB. Verder aandacht voor eigen professionele ontwikkeling en de ontwikkeling van het team, zodat teams verantwoordelijkheid kunnen nemen voor de vormgeving van het onderwijs. •Het oog houden op ontwikkelingen in onze omgeving. De wereld verandert snel. Drenthe College vindt het belangrijk de komende jaren steeds te blijven zoeken naar mogelijkheden waar zij naast het opleiden van studenten ook een bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling en de economische groei van de regio. Zij houdt daarvoor actief contact met overheden, bedrijven/instellingen en maatschappelijke organisaties in de regio. 31 •Bewaken van de financiële continuïteit. Dit vraagt in ieder geval aandacht voor: de rationalisatie van onderwijsprocessen en een niet te groot aanbod aan opleidingen. Met deze randvoorwaarden wordt echter maximaal gestreefd naar een positieve en stimulerende leeromgeving. Verder vraagt de financiële continuïteit een voldoende mate van flexibiliteit in huisvesting en personeel. De ontwikkeling van inspirerende opleidingen De professionalisering van medewerkers VISIE Een opleiding met ruimte om te groeien vanuit je eigen passie en talent is een belangrijke pijler voor een waardevolle & betekenisvolle toekomst Samen op ontdekkingsreis gaan naar de beste versie van jezelf MISSIE Het oog houden op ontwikkelingen in onze omgeving. 32 Van belang is het besef dat het realiseren van deze missie en visie een veranderingsproces van enige jaren vraagt. De missie en visie zijn het uitdagend perspectief dat Drenthe College langs boven geduide Bewaken van de financiële continuïteit strategische hoofdrichtingen wil realiseren. Per jaar zullen voor elke strategische hoofdrichting prioriteiten in het jaarplan worden opgenomen. Bij het vormgeven van de missie en visie staat Drenthe College ook voor de volgende drie waarden: •Ambitie; wij gaan met plezier uitdagingen aan in het besef dat iedereen de lat hoog legt •Aandacht: wij zien en erkennen elkaar. Wij z ijn nieuwsgierig en laten ons verwonderen •Verantwoordelijkheid: een ieder neemt regie van de eigen rol; je doet wat je zegt en bent aanspreekbaar Dat vraagt op elk van de waarden van medewerkers onder meer het volgende gedrag: Ambitie: •Ik ga uitdagingen aan; binnen en buiten de school •Ik neem initiatief in het realiseren van de ontdekkingsreis naar de beste versie van m ijzelf •Ik kan met tegenslag omgaan •Ik maak keuzes •Ik daag mezelf uit •Ik vier successen; van mijzelf, mijn team enDC •Ik zoek actief naar leersituaties in interactie met mijn omgeving •Ik haal mezelf en anderen uit de comfortzone •Ik ga verandering niet aan vanuit ja, maar.., maar vanuit ja, en…. •Ik ga voor een goed idee •Ik help anderen in het realiseren van hun ambitie Aandacht: •Ik investeer in de ander, ik geef en ontvang feedback en complimenten •Ik ontmoet anderen in gesprek; ik stel vragen, ik luister en onderzoek •Ik ben oprecht geïnteresseerd in de ander: ik begroet, toon belangstelling en handel vanuit mogelijkheden in plaats van beperkingen •Ik praat met de ander en niet over de ander •Ik exploreer het onbekende; ik sluit op voor- hand niets uit Verantwoordelijkheid •Ik hou me aan afspraken, als ik moet afwijken, meld ik dat geargumenteerd •Ik bied een helpende hand en vraag een helpende hand als dat nodig is •Ik leer van mijn fouten •Ik benoem mijn argumenten , luister naar anderen en weeg af •Ik verbind me aan besluiten die genomen zijn, handel ernaar en ben aanspreekbaar •Ik zoek de beste oplossing voor mijn probleem; alleen of met anderen •Ik geef in elke situatie het goede voorbeeld •Ik spreek collega’s en studenten aan op hun verantwoordelijkheid Besloten is dat er op elke locatie groepen aan de slag gaan om de missie, visie en waarden de komende jaren te laten leven. 33 Ik leer organiseren en motiveren in een sportieve omgeving. Mijn wereld. 34 35 Titel Platte tekst Intelligence without ambition is a bird without wings Salvador Dali 36 37 5. Ontwikkelingen en strategische keuzen In dit hoofdstuk wordt ingegaan wat de gekozen missie en visie betekenen voor elk van de aspecten van de organisatie. Uiteraard geldt ook hier dat er een fors verandertraject nodig is om de doelstellingen te bereiken. 5.1 Kernprocessen; de inrichting van ons onderwijs Uitgangspunt bij het vormgeven van onze onderwijsprocessen is uiteraard onze overtuiging dat een waardevolle en betekenisvolle toekomst start met een opleiding waarbij er vrijheid is om te groeien vanuit je eigen passie en talent. Onderwijsinhoud Kennis veroudert snel, door digitalisering is kennis overal voor iedereen voor handen. Niet kennisoverdracht maar het betekenis toekennen, verwerken en toepassen van kennis wordt onze kernopdracht. Een leven lang leren is het uitgangspunt in een snel veranderende samenleving. Daarbij zijn vaardigheden als creativiteit, kritisch denken, communiceren (vooral ook digitaal), samenwerken, ondernemend zijn - de zogenaamde vaardigheden voor de 21-ste eeuw - van doorslaggevend belang. Continu verbeteren en innoveren is ook voor de Drentse regio aan de orde. De rol van de mbo-er bij innovaties is vooral het meedenken en meedoen in stapsgewijs verbeteren van processen, het zogenaamde incrementeel innoveren. In het onderwijs bereidt Drenthe College studenten op die rol voor door te werken aan projecten rondom levensechte vragen en opdrachten. 38 Generatie Z Hoewel jongere studenten gekenschetst worden als generatie Z leert niet iedereen op dezelfde manier en er is geen aanpak denkbaar die alle studenten op dezelfde manier aanzet tot echt leren en ontwikkelen. Dit gegeven vraagt om een variëteit in didactische werkvormen. Met ons onderwijs wil Drenthe College de persoonlijke en professionele ontwikkeling van studenten bevorderen en talent ontwikkelen. In een positief pedagogisch klimaat groeit het zelfvertrouwen en krijgt talent de mogelijkheid zich te ontwikkelen. Door een band met de student aan te gaan en samen te werken aan inspirerende en uitdagende opdrachten kan Drenthe College snaren raken en echt leren op gang brengen. Versterking van de ingezette lijn De analyse van de externe ontwikkelingen en geformuleerde missie en visie ligt het voor de hand om de al ingezette lijn rond LOB, Positive Action en projectonderwijs krachtig door te zetten. Dit biedt aanknopingspunten voor betekenisvol onderwijs dat gericht is op persoonlijke groei en een leven lang leren dat in dialoog tussen student en docent vorm krijgt. Voor betekenisvol onderwijs is het nodig dat: •er iets te kiezen is voor studenten; de student in keuzedelen en projecten zijn eigen onderwijs kan inkleuren. •opdrachten en werkvormen uitdagend zijn; innovatieve maatschappelijke opdrachten en opdrachten uit de echte praktijk blijken daarin het meest effect te hebben. •Drenthe College het lef heeft om met studenten op ontdekkingstocht te gaan en aan te sluiten bij de belangstelling van de student; in de LOB lijn en in de projecten kan dit gestalte krijgen. 39 •opleidingsprogramma’s meegroeien met belangrijke maatschappelijke ontwikkelingen en veranderingen op de arbeidsmarkt; dat stelt als eis dat programmaonderdelen snel vervangen moeten kunnen worden door nieuwe, zonder een heel nieuw leerplan te m oeten maken. •de student invloed heeft op het verloop van zijn eigen studie en de voortgang individueel kan volgen. Studiepunten of andere waarderingen per onderdeel zijn daarbij ondersteunend. •Drenthe College niet denkt voor de student maar met de student, en samen met de student onderwijs vorm geeft. Persoonlijke groei wordt gestimuleerd als: •de student het uitgangspunt is in de begeleiding; in de intake en loopbaanontwikkeling staat de student centraal en niet het o nderwijsprogramma •onderwijs en begeleiding worden gegeven in een gastvrije en goed georganiseerde school waar positieve feed back de collectieve omgangsvorm is. •verbondenheid met de student het uitgangspunt voor de onderwijsorganisatie is; verschillende groeps- en organisatievormen horen daarbij •social media en elektronische leermiddelen gecombineerd worden met persoonlijke aandacht; blended learning •de lob-er extra hulp inroept als persoonlijke problemen het leren in de weg staan; de studentadviseur arrangeert samen met regionale hulpverleners de extra ondersteuning die nodig is. 40 Co-creatie We willen onze studenten echt iets meegeven voor de toekomst. Daarvoor moeten studenten en medewerkers bevlogen samen op pad. Het onderwijs geeft energie als: •studenten ervaring op kunnen doen in uitdagende projecten liefst over levensechte vraagstukken •als studenten op een positieve manier feedback krijgen op de vaardigheden die voor de toekomst van belang zijn •aan uitdagende projecten werken waarin ruimte is om eigen oplossingen te vinden en deze te presenteren aan de opdrachtgever •gastdocenten van bedrijven en instellingen regelmatig meedoen in het onderwijs •alle mogelijkheden benut worden om met elkaar in verbinding te staan; via ondermeer: internet, social media en andere digitale hulpen leermiddelen. •ouders en opvoeders betrokken zijn bij het onderwijs van hun kind. •alle opleidingen transparant en overzichtelijk ingericht en georganiseerd zijn. De docent en het team staan centraal in het inhoud geven aan betekenisvol onderwijs en het scheppen van een positief pedagogisch didactisch klimaat. De ondersteuning die hiervoor aanwezig is in de organisatie is gericht op het waarmaken van deze taak. 5.2 Leven Lang Leren In de periode van het strategisch plan zal Drenthe College haar positie bepalen in het leven lang leren. Drenthe College voelt zich medeverantwoordelijk voor een goede infrastructuur op dit gebied in de regio. Het is echter de vraag met het oog op organiseerbaarheid en betaalbaarheid wat Drenthe College op dit gebied zelf kan uitvoeren of dat zij beter verbindingen kan aangaan met andere partijen. Drenthe College maakt haar studenten uiteraard bewust van het belang van een leven lang leren. Samen met bedrijven en instellingen zal Drenthe College uitdagende projecten en keuzemodulen vormgeven. Ook zal de ontwikkeling naar modulair onderwijs worden ingezet. Voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt of werkzoekenden voert Drenthe College in opdracht van gemeenten of gemeentelijke instellingen bij-, her- en omscholingsonderwijs uit. De bezuinigingen waar de gemeenten mee te maken hebben, leiden er toe dat in het aanbod van Drenthe College duidelijk moet zijn tot welke besparingen de investering op termijn leidt. De investering leidt er toe dat de student sneller geschikt is voor een plek op de arbeidsmarkt door trajecten parallel te schakelen of de student krijgt eerder een baan, doordat hij kennis of vaardigheden ontwikkelt die hem meer geschikt maken. Voorwaarde is dat de contracten die afgesloten worden renderend zijn. De vraag of en in welke mate Drenthe College de komende jaren in de toekomst contractonderwijs aan bedrijven en instellingen moet blijven aanbieden, is in dit plan voor de komende jaren nog niet definitief beantwoord. Contractonderwijs heeft een andere dynamiek dan het uitvoeren van regulier bekostigd onderwijs. Het aanbieden van contractonderwijs kan opleidingen enerzijds steunen om aan te sluiten bij de marktvraag, maar anderzijds kan contractonderwijs ook verstorend werken in de uitvoering en de beheersing van het onderwijs. Drenthe College hanteert de komende jaren de volgende criteria voor het aanbieden van contractonderwijs. •De kosten voor het uitvoeren van de activiteit moeten gedekt zijn; bij voorkeur moet enig rendement behaald worden. Hierbij dienen alle kosten in acht genomen te worden, dus ook de facilitering van ruimte etc. Als een activiteit niet kostendekkend is, moet het verlies op het marketingbudget geboekt kunnen worden. •De activiteit moet een meerwaarde voor het team zijn. •De activiteit moet de organisatie, inzet personeel, opening gebouwen etc. niet in de weg staan. De voorkeur wordt gegeven aan het gebruik van bestaande systemen. •De activiteit moet het leereffect voor beide partijen vergroten. 5.3 Personeel De visie van DC: samen op ontdekkingstocht naar de beste versie van jezelf geldt voor studenten en medewerkers. Dat heeft gevolgen niet alleen voor onderwijzend personeel, maar ook voor het ondersteunend personeel. Samen zal gewerkt worden aan het positieve leerklimaat. Studenten stimuleren betekent dat elke medewerker bij Drenthe College het inzicht moet hebben hoe studenten benaderd en aangesproken moeten worden om gestimuleerd te worden de beste versie van zich zelf te worden. Er zal ook overeenstemming ontstaan moeten zijn over wat in welke situatie het beste werkt. Daarvoor zal een opleidingsaanbod worden ontwikkeld. Drenthe College stimuleert iedere medewerker en manager zich te blijven ontwikkelen. Drenthe College zal de middelen voor opleidingen op het huidige niveau van 2`% van de personeelskosten houden. Een ieder wordt gestimuleerd eigen plannen te maken of gebruik te maken van het aanbod dat binnen Drenthe College wordt georganiseerd (gele weken of DC brede trajecten als voor examinering en LOB). In het licht van dit strategisch plan zal een nieuw aanbod worden ontwikkeld voor zowel OP als OBP. Ook zal Drenthe College docenten blijven stimuleren om gebruik te maken van de lerarenbeurs. De afgelopen jaren hebben meer dan 40 docenten hun Mastergraad gehaald. Het is de bedoeling dat uiteindelijk elk team twee Masteropgeleiden heeft. 41 Verder zal de ontwikkeling van teams de aandacht vragen. Teams kunnen alleen de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs waarmaken als teamleden elkaar durven aan te spreken en in staat zijn om samen te werken aan de uitvoering van het onderwijs. Bezien zal worden welke teams met welke begeleiding gebaat zijn. De demografische opbouw 15-19 jarigen en de huidige economische ontwikkeling in het verzorgingsgebied van DC laat een krimp in aantallen studenten zien vanaf 2022. De afname van het aantal studenten sluit aan bij de uitstroom van medewerkers die in die periode de AOW gerechtigde leeftijd bereiken. Onder gelijkblijvende omstandigheden zal DC om die reden ook de komende vier jaren terughoudend zijn in het aangaan van vaste dienstverbanden. Los van de eventuele keuzen in vroeg pensioen, is er ruimte voor circa 10-20 fte aan vaste dienstverbanden per jaar. Aangezien omringende ROC’ s, gezien hun leeftijdsopbouw nog meer ruimte hebben voor vaste aanstellingen, zal punt van aandacht zijn op welke wijze Drenthe College in staat kan zijn om docenten die zij wil behouden ook te behouden in een krappere arbeidsmarkt. Drenthe College hecht aan docenten die kennis hebben van het werkveld waarvoor zij opleiden. Er zal een begin gemaakt worden met een beleid voor het doen van docentstages. Er wordt verder landelijk gewerkt aan een regeling waardoor zij–instromers via een bijscholingsprogramma bevoegd verklaard kunnen worden. Drenthe College zal beleid gaan vormgeven zodat ervaren vakmensen uit bedrijven en instellingen part-time bevoegd docent kunnen worden bij Drenthe College. 42 Om te bevorderen dat onderwijzend en niet onderwijzend personeel samen het positieve leerklimaat kunnen vormgeven en meer begrip krijgen voor elkaars behoeften zal OBP stage gaan lopen bij de onderwijsteams, en zal vervolgens gestimuleerd worden dat uit elk team tenminste een docent stage loopt bij de diensten of een van de OOD’s. Verder vraagt de leeftijdsopbouw van het personeel de komende jaren aandacht. Drenthe College heeft veel oudere werknemers. Jonge medewerkers zijn relatief ondervertegenwoordigd. De gemiddelde leeftijd is 50 jaar. Er is inmiddels actie ondernomen om oudere werknemers te ondersteunen met een cursus om ook op oudere leeftijd vitaal en in harmonie tussen privé en werk gemotiveerd aan het werk te kunnen blijven. In 2015 zal Drenthe College bezien of een regeling mogelijk is om mensen die niet goed inzetbaar meer zijn voor het onderwijs en die de wens hebben met keuzepensioen te gaan een tegemoetkoming te geven om hen daarbij te helpen. Ten slotte zal het voor Drenthe College van belang zijn om meer kennis van buiten binnen te halen via bijvoorbeeld gastdocenten, tijdelijke specialisten. Bezien zal worden op welke wijze dat binnen de Wet Werk en Zekerheid gerealiseerd kan worden. 5.4 Structuur en sturing Drenthe College kiest voor de periode van dit strategisch plan voor een nieuwe missie en visie. Daarbij heeft Drenthe College een drietal waarden gekozen die de komende jaren extra aandacht zouden moeten krijgen. De nieuwe missie, visie en waarden moeten leiden naar inspirerend onderwijs dat studenten ondersteunt om de beste versie van zichzelf te worden, en daarmee een waardevolle en betekenisvolle toekomst te realiseren. Structuur Drenthe College kiest er vooralsnog voor om de komende strategisch periode de hoofdstructuur, de indeling met vier sectoren en twee diensten in tact te laten. De ervaring heeft geleerd dat structuurveranderingen veel interne energie kosten. Verder bevalt de hoofdstructuur en pakt een ieder steeds beter de rol. Het CMT is het belangrijkste beleidsvormende orgaan. De Raad van Toezicht houdt toezicht op de organisatie en het College van Bestuur. De sectormanagers hebben de verantwoordelijkheid voor een sector en een regio. Wat betreft de teams is in 2014 besloten in de sectoren EDI, Techniek en Zorg&Welzijn een extra opleidingsmanager aan te stellen om de span of control in een periode van grote veranderingen aanvaardbaar te houden. Techniek heeft zijn teams met ingang van 2014/2015 opnieuw ingericht. Hetzelfde geldt voor DC*Start. EDI heeft dat deels gedaan. De verwachting is dat EDI en Zorg&Welzijn eind 2015 hun teams nog zullen aanpassen aan de ordening die bij de invoering van Focus op Vakmanschap noodzakelijk is. Wat betreft de inrichting in de teams maken de meeste opleidingsmanagers gebruik van coördinatoren voor het uitvoeren van verschillende taken. Ook wordt in grote teams gewerkt met een kernteam. Sturing Belangrijk voor het bereiken van de missie, visie en strategie is dat teams de ruimte voelen om verantwoordelijkheid te nemen voor de inrichting van het onderwijs binnen de kaders die Drenthe College stelt. Tot dusver werd die ruimte niet altijd gevoeld. Leden van het MT en het CMT zullen nadrukkelijk tijd moeten nemen om met elkaar te bespreken welke belemmeringen er zijn of gevoeld worden in het realiseren van het toekomstperspectief en welke oplossingen er wenselijk en nodig zijn. In dit kader is ook besloten een start te maken met het opdoen van ervaring met outputsturing om te bezien of deze manier van sturen het eigenaarschap voor het onderwijs bij onderwijsteams bevordert. Doel daarvan is dat het “ wat” voor een team in overleg wordt bepaald en het “hoe” zo veel mogelijk aan het team wordt gelaten. Daarbij zal er altijd een spanning blijven tussen de vrijheid die een team of een individuele professional zou wensen en DC kaders of afspraken die om efficiency redenen worden gehanteerd. Gezien het belang van het eigenaarschap van teams voor onderwijs boven efficiency zou er de komende jaren geëxperimenteerd kunnen worden met een grotere mate van differentiatie. Als duidelijk is welke doelstellingen van elke organisatorische eenheid worden verwacht, is het nodig te monitoren of deze doelstellingen behaald gaan worden of dat het nodig is bij te sturen. Daarvoor zal een nieuwe set van data moeten worden samengesteld. Het gaat dan bijvoorbeeld om zaken als marktpotentieel, vraag van gemeenten en bedrijven, wensen van studenten. Voor een deel waren deze data de afgelopen jaren beschikbaar via diverse enquêtes. Ze zijn in die periode ook gebruikt voor bijstelling van beleid, maar toch min of meer los van de data die periodiek beschikbaar komen ten behoeve van de control cyclus van beheers- en resultaatgesprekken. Belangrijk bij het vaststellen van doelstellingen en het ontwerpen van de noodzakelijke dataset is dat organisatorische eenheden daar een belangrijke rol bij spelen. Het zijn de onderwijsteams die gesteund door de diensten zowel hun doelstellingen als hun behoefte aan data zouden moeten formuleren. Het operationaliseren van missie/visie en waarden in doelstellingen en ontwikkelen van de nodige informatie zal in het najaar van 2015 worden opgepakt. Daarbij hoort ook een toets op de inrichting van de systemen. Tot dus ver zijn deze nauw verbonden met kernteams en studenten die hun opleiding bij een kernteam volgen. Te verwachten valt dat studenten vaker delen van hun opleiding in andere opleidingen gaan volgen. 43 Ook moeten de systemen ingericht zijn voor het roosteren en volgen van keuzedelen. Deze ontwikkelingen zullen het gevolg hebben dat docenten niet meer vooral verbonden zijn aan een team. De huidige systemen zijn daarop niet echt ingericht. Kwaliteit(systeem) Bij het realiseren van de missie en visie staan (zelf) reflectie en ontwikkeling centraal. Studenten die, samen met docenten, onderzoeken waar hun interesse ligt en waar ze goed in zijn zodat ze zich verder kunnen ontwikkelen. Docenten die deze ontwikkeling stimuleren, hierin zelf het voorbeeld geven door continu te streven naar het verbeteren van hun kwaliteit(en) en dit koppelen aan gezamenlijke organisatiedoelen. Om gericht aan de organisatiedoelen te werken, heeft DC een kwaliteitssysteem, waarbij centraal jaarlijks een aantal prioriteiten wordt benoemd. Deze vinden hun weerklank in sectorplannen die een deel van deze prioriteiten overnemen zodat aan de hand hiervan de teamplannen kunnen worden opgesteld. Deze cascade vervolgt zijn weg weer naar centraal door de doelen in de teamplannen te evalueren en te bespreken in de verschillende overleggen tussen MT en CvB-leden. Dit kwaliteitssysteem ondersteunt de systematische wijze van werken aan kwaliteit. Het zorgt echter niet automatisch voor het versterken van het kwaliteitsbewustzijn. 44 De uitdaging waarvoor DC de komende jaren staat, is het vergroten van dit bewustzijn. Hiervoor is een (extra) systeem geen oplossing, het moet uit de medewerkers zelf komen. Vragen als: Hoe weet ik dat ik voorzie in de behoefte van de klant? Welk resultaat moet ik leveren? Lever ik dit ook, en als dit het geval is, hoe zorg ik dat deze resultaten over een aantal jaren nog steeds worden behaald? zijn hierbij essentieel. Kwaliteit dus niet alleen vanuit het perspectief van een student (goede cijfers, begeleiding etc.) maar ook vanuit een reflectie op eigen handelen. Met studenten op ontdekkingsreis naar de beste versie van hunzelf, kan alleen als er een kwaliteitscultuur bestaat waarbij medewerkers en studenten elkaar aanspreken, ondersteunen, samenwerken aan doelen en zich verantwoordelijk voelen voor de realisatie hiervan. Als daarnaast de opleidingsmanager dit structureert door relevante kwaliteitsinformatie en doelen regelmatig in het team aan de orde te stellen, ontstaat de kwaliteitscultuur die DC in staat stelt haar missie te volbrengen. 5.5 Cultuur en Communicatie 5.5.1 Cultuur In de aanloop naar dit strategisch plan zijn de volgende kwalificaties voor de cultuur van DC gegeven. •Kuddedier •Vriendelijk •Harde werker •Gemoedelijk •Doet z’n best •Log •Nuchter •Honkvast •Bescheiden •Traditioneel •Onzichtbaar Met die kwalificaties zijn de afgelopen jaren goede resultaten geboekt. Drenthe College is een soort familie – met eigen decentrale mores - waar het prettig werken is. Bij Drenthe College geldt: doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Het DNA van Drenthe College heeft echter ook minder positieve kanten: het maakt dat DC een weinig flexibele organisatie is, waar ook een eilandencultuur heerst. Managers en staf moeten het eens worden met professionals. Dat is lastig. Ze spreken een verschillende taal. Besluitvorming duurt vaak lang en vervolgens neemt acceptatie ook nog enige tijd. De afgelopen periode is de cultuur al wel veranderd. Voor de komende jaren staat Drenthe College voor de uitdaging om een inspirerende focus te vinden, bevlogenheid bij nog meer medewerkers te realiseren en de durf te hebben te gaan voor een ambitieus doel. Om de geformuleerde ambities onder kernprocessen, personeel en kwaliteitsbeleid te kunnen waarmaken, zullen de nu gekozen missie en visie in de praktijk betekenis moeten krijgen voor alle medewerkers van DC. Voor sommige aspecten – begeleiding, verbondenheid met studenten en een gastvrije school - zal dat relatief eenvoudig zijn: ze liggen immers dicht bij het Drenthe College DNA. Voor anderen, zoals ‘werken vanuit één visie’, flexibiliteit, terugpraten, dialoog aangaan en lef zal de uitdaging groter zijn. De gezamenlijke missie en de visie zouden moeten leiden tot gedrag dat de ambities dichterbij brengt. Samen op ontdekkingsreis naar de beste versie van jezelf kan gerealiseerd worden als medewerkers in de praktijk vanuit de bedoeling vormgeven aan een professionele leergemeenschap. Dan zal blijken dat de verschillen in opvattingen, normen en waarden niet zo groot zijn als nu wel eens gepercipieerd wordt. Juist binnen Drenthe College gelooft iedereen in het ontwikkelen van talent. Hiervoor zijn richting en ruimte en nodig. Richting Om te zorgen dat medewerkers streven naar hetzelfde doel, daar verantwoordelijkheid voor nemen, ruimte ervaren en keuzes accepteren, is het wenselijk dat missie, visie en waarden betekenis gaan krijgen bij alle medewerkers van Drenthe College en alle organisatorische eenheden. Per locatie en per organisatorische eenheid zal daar tijd aan besteed gaan worden en zal budget worden vrijgemaakt. Ruimte Zoals hiervoor ook is aangegeven is het belangrijk dat medewerkers zich meer eigenaar gaan voelen van de eigen werkzaamheden, kaders begrijpen en de meerwaarde zien van samenwerken. Dat er ruimte is voor vernieuwing en daarmee ook voor eventuele onzekerheden of zelfs fouten. Een middel kan zijn om teams in de gelegenheid stellen projecten in te dienen en daar dan budget voor beschikbaar te stellen uit de algemene middelen. Het zou mooi zijn als er ook ideeën zouden zijn voor pilots waarin kan worden samengewerkt over afdelingen heen of met andere instellingen. Hierbij kunnen vernieuwende werkvormen of werkwijzen weer aan collega’s worden gepresenteerd. Het is dus van belang te bezien of daarvoor in de begroting 2015 en 2016 ruimte hiervoor kan worden gevonden. 5.5.2 Communicatie Er wordt veel gecommuniceerd binnen Drenthe College. De communicatie is echter nog lang niet altijd succesvol: niet altijd worden de juiste mensen op het juiste moment en op de juiste manier bereikt, zoals ook uit het medewerker tevredenheidonderzoek 2015 blijkt. Medewerkers voelen zich geen eigenaar van afspraken of besluiten. De informatie waarom een besluit genomen is komt ook niet altijd door. Besluiten die raken aan het “ hoe” van het onderwijs zullen vaak nog stuiten op weerstand. Er zullen manieren gevonden moeten worden om de argumentatie voor besluiten beter de organisatie in te krijgen. Dat geldt met name voor besluiten die het “hoe” van het onderwijsproces raken. Om in de relatie tussen onderwijs en diensten onbegrip uit te bannen en effectiever te gaan samenwerken, is het wenselijk om meer over elkaars perspectief te leren. Dit kan door de tijd te nemen bij elkaar in de keuken te kijken. Zo zouden de diensten meer over het onderwijs te weten moeten komen, om hen gerichter te kunnen ondersteunen. Voor docenten is het van belang dat zij zich realiseren dat zij in een organisatiecontext werken en begrijpen waar de kaders en regels uit voort komen. De kaders vormen het speelveld, het spel wordt door de teams zelf gespeeld. Het eerder genomen besluit om bij elkaar in de keuken te kijken zal naar verwachting dat begrip gaan vergroten. Een ander aandachtspunt dat opgepakt zal worden is het vergroten van de adviesvaardigheden van de diensten. 45 De keuze om samen op ontdekkingsreis te gaan naar de beste versie van jezelf betekent dat medewerkers studenten serieus moeten nemen. In staat zijn samen te werken aan co-creatie. Verder zal de digitale communicatie een belangrijke plek in het onderwijs moeten gaan innemen. Studenten kennen immers niet anders. Het is hun werkelijkheid. Uiteraard ten behoeve van gebruik in werkvormen, maar ook bij het creëren van een platform tussen studenten, docenten en anderen. Ook de ontwikkeling van deze punten zal de komende jaren aandacht vragen en ruimte in het budget. Naast interne communicatie is ook goede externe communicatie van belang. In 2015 zal een communicatiebureau voorstellen doen voor een nieuwe payoff passend bij de nieuwe missie/visie. Vervolgens zal in 2016, onder leiding van een nieuw College van Bestuur een nieuw extern communicatie beleid ontwikkeld worden. nodig heeft. Op welke wijze die data ook voor iedereen beschikbaar kunnen komen. En ten slotte op welke wijze de inrichting tegemoet kan komen aan de wijziging van de aard van de nogal harde verbinding van studenten en docenten aan een opleiding vanwege grotere flexibilisering en keuzemogelijkheden in de toekomst. De komende jaren zal verder de aandacht vragen wat DC wenst op het gebied van bijvoorbeeld e-learning en video-conferencing in het onderwijsproces. Mocht daar behoefte aan bestaan, dan zullen voorzieningen gerealiseerd moeten worden. 5.7 Financiën Drenthe College heeft een meerjaren begroting opgesteld voor de periode 2015-2018. Dat is gebeurd op basis van de volgende uitgangspunten: de actuele inzichten rond de toekomstige bekostiging, een inschatting van BOL/BBL studenten, een formatie van OBP als vastgesteld in 2011 met de wijzigingen in de periode 2011-2014, de formatie van onderwijsteam in het beroepsonderwijs op basis van 1: 22, de formatie van DC Start op basis van kostendekkend zijn van VAVO en Educatie en een formatie voor Entree van 1: 15. Op die basis kan jaarlijks een positief resultaat van 0,4 mln gerealiseerd worden. Voor het realiseren van de vernieuwing van het onderwijs conform de nieuwe missie en visie zijn de volgende bedragen beschikbaar: 2015: € 3.055.000 2016: € 2.030.000 2017: € 2.575.000 2018: € 2.375.000 Verder is er dan deze periode ruimte voor het aanstellen van vaste medewerkers in een omvang van 20 fte per jaar. Solvabiliteit en liquiditeit ontwikkelen zich positief en blijven ruim boven de signaleringsgrenzen van OCW. Wat betreft ondersteunende systemen is er behoefte aan een nieuw pakket voor plannen en roosteren. Het liefst geïntegreerd. Dit heeft prioriteit in 2015/2016. 5.6 Bedrijfsvoering, administratie en systemen Drenthe College heeft de afgelopen jaren haar huisvesting afgestemd op de te verwachte krimp. Drenthe College lijkt op dit punt geen risico’s meer te lopen. Verder zijn panden gemoderniseerd. Voor 2015 staan nog als belangrijke vernieuwingen; het inrichten van het Technomatch gebouw in Emmen voor het Centrum voor duurzame chemische technologie en het inhuizen van Horeca Emmen bij Stenden. Op basis van de missie en visie zal de komende jaren bezien moeten worden op welke wijze de in gebruik zijnde gebouwen de nieuwe missie en visie kunnen ondersteunen. 46 Wat betreft systemen is de infrastructuur grotendeels op orde. De komende jaren zullen ICT structuur en telefonie geïntegreerd worden om optimale bereikbaarheid van medewerkers en studenten te realiseren. Wat betreft de managementinformatie is de wens in 2015 te bezien welke data elke organisatorische eenheid vanuit de nieuwe missie en visie 47 Ik wil in mijn werk iets betekenen voor anderen, dat is mijn ambitie. 48 49 The most precious gift we can offer anyone is our attention Thich Nhat Hanh 51 6. Wat is er bereikt in 2018? Als Drenthe College werk maakt van haar strategisch plan langs de lijnen die hiervoor zijn aangegeven zijn in 2018 de volgende resultaten behaald. Bedrijven en instellingen zijn bereid om medewerkers parttime docent bij Drenthe College te laten zijn en leveren graag gastdocenten. Studenten worden uitgedaagd hun talenten te ontwikkelen en de beste versie van zichzelf te worden. Zij volgen programma’s waar iets te kiezen is (uiteraard binnen grenzen van organiseerbaarheid en betaalbaarheid). Zij voeren uitdagende projecten uit die relevant zijn voor hun ontwikkeling. Ze worden gestimuleerd om een diploma op een zo hoog mogelijk niveau te halen of door te stromen naar het hbo. In het laatste geval hebben zij bij Drenthe College die kennis en vaardigheden ontwikkeld die hen succesvol doen zijn in het hbo. Als zij doorstromen naar de arbeidsmarkt hebben zij een portfolio dat hen met zelfvertrouwen de arbeidsmarkt doet betreden. Indicatoren: •Tevredenheid bedrijven over studenten, uitgevoerde projecten en gerealiseerde innovaties •Toename aantal actieve stageverlenende bedrijven •Toename aantal gastdocenten •Toename aantal projectopdrachten Indicatoren: •Tevredenheid alumni •Succes in hbo •Tevredenheid bedrijven (nemen studenten DC graag in dienst) •Tevredenheid studenten JOB, panelgesprekken en blokevaluaties Bedrijven en instellingen bieden studenten van Drenthe College graag stageplekken aan en laten projecten uitvoeren door studenten. In de gevormde kristallisatiepunten worden tussen bedrijven, Drenthe College en hbo-instellingen samengewerkt aan vernieuwende projecten. Bedrijven en instellingen zijn graag bereid Drenthe College over de inhoud van programma’s te adviseren in adviescommissies. 52 Gemeenten en gemeentelijke instellingen werken graag samen met Drenthe College in scholing voor werklozen en mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Gemeenten zijn tevreden over de samenwerking met Drenthe College op het gebied van het voorkomen van VSV. Ook gemeenten bieden studenten stageplekken en laten projecten uitvoeren door studenten. Indicatoren: •Zie onder bedrijven en instellingen •Tevredenheid VSV •Tevredenheid effect opleidingen werklozen en verkleinen afstand arbeidsmarkt of vergroten maatschappelijke betrokkenheid. •Toename studenten Entree die succesvol geleid worden naar een baan of instroom in het mbo. Vo scholen. Met de toeleverende vo scholen en met name die in Assen, Emmen en Meppel heeft Drenthe College doorlopende leerlijnen en afspraken wie wat doet in de opleidingen voor niveau 2. 53 Hbo-instellingen. Met de hbo-instellingen heeft Drenthe College doorlopende leerlijnen. Er zijn doorstroommodules die kans op succes van mbo-studenten in het hbo vergroten. Indicatoren voor vo-scholen en hbo-instellingen •Vergroten marktaandeel vo-studenten in opleidingen die Drenthe College aanbiedt •Minder uitval studenten eerstejaars •Meer succes mbo studenten in het hbo Medewerkers Drenthe College vinden het leuk zich te ontwikkelen en zich te verbeteren. Ze maken gebruik van de geboden mogelijkheden, kennen de missie en visie en de waarden en handelen er naar. Ondersteunende medewerkers en managers hebben gevoel voor onderwijs en werken samen aan het positieve leerklimaat dat Drenthe College voorstaat. Onderwijsteams nemen echt de verantwoordelijkheid voor hun opleidingen. Vinden verantwoording afleggen normaal. Indicatoren: •Tevredenheid medewerkers •Toename aantal medewerkers dat opleiding volgt •Toename aantal medewerkers dat aan verbeterprojecten werkt •Stijging aantal medewerkers dat stage loopt in onderwijs of bij bedrijven en instellingen. 54 55 Het is mijn uitdaging om van de opleiding een succes te maken. 56 57 Je moet niet acteren, accepteer hoe je bent En zit het even niet mee, hou je koest en ga niet weg Want een ieder heeft iets, iets goeds en iets slechts niemand is perfect, zolang je maar timmert aan die weg Hier op DC een plek, waar alles wordt versterkt De een werkt met z’n handen en de ander high tech Maar geloof in jezelf want dat is de eerste helft En wordt vervolgens de beste versie van jezelf 58 Tekst Drenthe College Rap Deel 3- Max Korte 59 60