Lesvoorbereiding

Lesvoorbereiding
Rekenen
2F
Hoofdstuk
1 • Negatieve getallen
Onderwerp:
Negatieve getallen
Leerdoel:
Leerlingen weten:
• wat negatieve getallen zijn.
Leerlingen kunnen:
• negatieve getallen op de juiste plek op een
getallenlijn zetten;
• optellen en aftrekken met negatieve getallen.
Voor elke les is beschikbaar/nodig:
Dossier: leerstof
Antwoorden van toetsen en oefenmateriaal (print deze eventueel uit)
Een digibord/beamer met internet is gewenst.
Overzicht les 1
Schrijf een rijtje
sommen op het bord
en laat de lln deze
oplossen. Bijvoorbeeld:
Laat lln zien dat -51 +
75 = 24, en dat 75 - 51 =
24. Hoe komt dat? (-51
+ 51 = 0 en 75 - 51 = 24)
Tumult materiaal:
Dossier: Instaptoets & leerstof
Studiekaart: Optellen met onthouden
Studiekaart: Onder elkaar aftrekken
Verder nodig:
Evt. geprinte voorbeeldtoets
Overzicht les 2
Tumult materiaal:
Oefenmateriaal: 1 t/m 18
Filmpje: Minder dan 0
Studiekaart: Groter / Kleiner dan
Verder nodig:
Kopieën van de studiekaart Groter / Kleiner dan
A4-papier
Doe extra oefening 1
ook met de hele klas.
Overzicht les 3
Tumult materiaal:
Oefenmateriaal: 19 t/m 34
Studiekaart Negatieve getallen
Verder nodig:
Kopieën van de studiekaart Negatieve getallen
Evt. videocamera
Lesvoorbereiding Rekenen ● 2F ● H1 ● Pagina 1/4
Lesvoorbereiding les 1
kop
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 10 minuten
Introductie
Geef een introductie op de lessen:
Je hele leven lang zul je te maken hebben met rekenen/wiskunde. Denk aan korting
berekenen in de Albert Heijn, koken voor een groep vrienden en het bestellen van een nieuwe
parketvloer. Er is onderzoek gedaan en daaruit bleek dat het rekenniveau na de middelbare
school te laag was. Daarom besloot de overheid dat alle middelbare scholieren de
Rekentoets moeten maken in hun examenjaar of het jaar daarvoor. Ook krijgen ze extra
rekenlessen. Zo wordt je dus getraind om snel, goede berekeningen te maken. Deze
Rekentoets is anders dan het examen wiskunde. Je moet voor de rekentoets meer uit je
hoofd kunnen rekenen. Het is heel belangrijk dat je de toets haalt, voor later. Zo belangrijk,
dat je het moet halen voor je examen mag doen.
In deze lessen ga je de basisvaardigheden van het rekenen (opnieuw) leren.
In je dossier vind je naast de instaptoets de leerstof van het hoofdstuk. Dat is een
samenvatting. Handig om te gebruiken voor een toets!
Op www.tumult.nl kun je, nadat je een account hebt aangemaakt, de oefeningen vinden. Je
kunt ze op de computer invullen of uitprinten en op papier maken. Of je hebt ze al geprint in
een reader. Daarna kun je ze nakijken met de antwoordbladen. Kijk ook goed wat je fout hebt
gedaan.
Op de studiekaarten vind je handige rekenvaardigheden. Je kunt deze kaarten natuurlijk ook
bij andere vakken gebruiken, zoals bij economie en natuurkunde!
romp
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 30 minuten
Instaptoets: Hoofdstuk 1
Alle lln maken de instaptoets die hoort bij hoofdstuk 1.
Kijk klassikaal de instaptoets na. Bepaal dan welke oefeningen je moet maken.
staart
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 10 minuten
Voorbeeldtoets: 2F
Laat een voorbeeldtoets 2F zien op http://www.taalenrekenen.nl/ref_niveaus_rekenen/test/ of
print deze uit.
Laat de leerlingen de toets maken. Vertel: Dit is een voorbeeld van de rekentoets. Aan het
eind van deze lessen, ben je helemaal voorbereid op deze toets.
Lesvoorbereiding Rekenen ● 2F ● H1 ● Pagina 2/4
Lesvoorbereiding les 2
kop
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 10 minuten
Filmpje en studiekaart
Bekijk het filmpje minder dan 0 en bespreek:
• Welke plekken zie je voorbij komen waar je negatieve getallen gebruikt?
• Kun je nog andere plekken bedenken waar je negatieve getallen gebruikt?
Bespreek de studiekaart Groter / kleiner dan en oefen met een aantal getallen: schrijf de
getallen 4.751 en 4.499 op het bord. Welke is groter? Doe dit ook voor de getallen:
26.852 / 9.575
15.462.633 / 15.422.266
1,209 / 1,70
romp
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 30 minuten
Werkvorm: getallenlijn
Laat alle leerlingen een getal tussen de 0 en 20 op een papiertje schrijven. Laat de leerlingen
die aan de linkerkant van de klas zitten een ‘-’ voor hun getal zetten.
1e ronde: De lln gaan op een denkbeeldige getallenlijn staan. Markeer een punt voor de klas
als ‘0’. Haal één leerling naar voren en laat deze zijn positie innemen. Hij houdt zijn papiertje
met het getal voor zich. Haal op deze manier alle leerlingen naar voren. Wat valt je op aan de
mensen die een negatief getal hadden (die staan links van de 0)?
2e ronde: Laat lln aan de rechterkant van de klas een decimaal getal opschrijven, tot 3 cijfers
achter de komma, tussen 10 en -10. De leerlingen aan de linkerkant schrijven een geheel
getal op. Ze mogen zelf weten of het een positief of negatief getal is. Laat weer de leerlingen
hun positie innemen. (Let vooral op de negatieve decimale getallen, dat kan lastig zijn voor
leerlingen).
N.B.
Lln die dit hoofdstuk niet hoeven te maken, maken extra oefening 1.
Oefening: 1 t/m 18
Lees gezamenlijk de intro en de leerdoelen. Laat lln dan oefening 1 t/m 10 maken en nakijken.
Leg uit hoe het optellen en aftrekken van negatieve getallen werkt. Gebruik zelf
ter inspiratie dit filmpje: http://www.khanacademy.org/video/adding-subtracting-negativenumbers?playlist=Pre-algebra (tot 2.20 min).
Laat dan oefening 11 t/m 18 maken.
staart
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 10 minuten
Afsluiting
Hoe komt het dat 5 - 12 = -7 en dat 12 - 5 = 7? (Omdat 5 - 5 = 0. Dan houd je nog 7 over. 0 7 = -7. Het verschil tussen 12 en 5 is 7. Dat is zowel in het positieve zo als in het negatieve.
Evt. verduidelijken met een getallenlijn.).
Laat ook zien: -3 + 5 = 2 en 5 - 3 = 2. Bekijk tevens het filmpje
http://www.khanacademy.org/video/adding-subtracting-negative-numbers?playlist=Prealgebra (van 2.20 min tot 5.20 min).
Huiswerk
Kijk de oefeningen na.
Lesvoorbereiding Rekenen ● 2F ● H1 ● Pagina 3/4
Lesvoorbereiding les 3
kop
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
+/- 10 minuten
Uitleg
Kijk zelf het filmpje http://www.khanacademy.org/video/adding-subtracting-negativenumbers?playlist=Pre-algebra (van 5.20 min tot 7.47 min).
Leg uit aan de hand van de uitleg voorafgaand aan oefening 23:
Stel, ik heb drie rekeningen bij bank A met de volgende saldi:
Rekening 1: 189 euro
Rekening 2: 48 euro
Rekening 3: -13 euro
•
In totaal heb ik een saldo van: 189 + 48 + - 13 = 224 euro op bank A.
Nu hef ik rekening 2 op en breng het geld naar bank B.
Wat is mijn nieuwe saldo bij bank A? (224 - 48 = 176 euro)
•
Maar wat als ik ook rekening 3 ophef?
Mijn saldo was dan? (176 euro)
Mijn nieuwe saldo is? (176 - -13 = 189 euro)
Oefen hier nog wat mee. Conclusie:
+ en - (- en +)
wordt
- en wordt
+ en +
wordt
+
+
Behandel naderhand de studiekaart Negatieve getallen.
romp
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
N.B.
+/- 30 minuten
Leerlingen die dit hoofdstuk mogen overslaan, maken een instructie(filmpje) over het
oplossen van sommen met negatieve getallen. Evt. kunnen ze voorbeeldsommen uit het
hoofdstuk halen.
Oefening: 19 t/m 34
Doe oefening 19 klassikaal.
25 min. Laat lln oefening 20 t/m 34 maken en nakijken.
staart
•••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••••
Extra oefening: 2
Doe extra oefening 2.
Huiswerk
Maak de instaptoets van hoofdstuk 2.
Lesvoorbereiding Rekenen ● 2F ● H1 ● Pagina 4/4
+/- 10 minuten