Respublica jaargang 1 nummer 2

advertisement
2009 jaargang 1 nr 2
In deze uitgave o.a.
Pro Republica genomineerd.
Pro Republica is genomineerd voor
de prijs van de beste politieke
weblog van 2009
Zilveren Garnaal.
Genomineerd voor de jaarlijkse
Pro Republica prijs van de
ZILVEREN GARNAAL voor
onderdanigheid aan Hare Majesteit
Prins Constantijn en de CIA.
De Bilderbergers mogen nu wel
genoegzaam bekend zijn.
Constatijns opa -Prins Bernhardstond aan de wieg van deze
invloedrijke club. Ton Biesemaat
Het grote gelijk van Bagehot.
Grote kans dat het boek
“The English Constitution”
(of de Nederlandse vertaling van de
relevante delen) van de 19e eeuwse
Britse econoom en politicoloog
Walter Bagehot op Beatrix’
nachtkastje ligt. Bob Elbracht
Oranje, Blanje, Bleu?
Toen ik enige tijd geleden over de
zenders zapte viel me plotseling
iets op waar ik nog niet eerder bij
stilgestaan had. Frè Morel
De Stadhoudersbrief.
Het grootste mysterie in het leven
van Prins Bernhard maar tegelijk
het verhaal dat de geschiedenis van
Nederland en de Tweede Wereldoorlog op zijn kop zou zetten is de
beruchte stadhoudersbrief van de
Prins aan Adolf Hitler.
Ton Biesemaat
Brief aan alle leden.
Dat het rumoert in monarchaal
Nederland zal niemand ontgaan zijn.
De familie Von Amsberg lijkt de beste
bondgenoot der republikeinen te
worden. C.V. Lafeber
En nog veel meer!
COLOFON
Res PVblica is
een uitgave van
Pro Republica
T
06-27 40 39 57
E
[email protected]
I
www.prorepublica.nl
Bestuur Pro Republica
Michel van de Sande
- voorzitter
Wil Verhoef - van der Kaap
- secretaris
Ruud de Vries
- penningmeester
Medewerkers aan
dit nummer :
Leo Adriaenssen
Attie Brakenhoff
Ton Biesemaat
Leo Brabanticus
Bob Elbracht
Kurt Haverkort
Rafaël Hebing
Wim Hohage
J.G. Kikkert
prof. dr. Kees Lafeber
Ger Mennens
Montivagus
Fré Morel
Miranda Ungula
Wil Verhoef-van der Kaap
Annie de Vries
Anna Wit
Vormgeving/DTP
Sweerman & de Vries
2
jaargang 1 - nummer 2 -
Inhoud
Res Publica 2009 - jaargang 1 - nummer 2
Redactioneel ........................................................... 4
Zilveren Garnaal ...................................................... 5
Respons-Abilité
Webredactie ............................................................ 6
Lak aan alles en iedereen
Bob Elbracht ............................................................ 8
Een rondje voor de NSB
Ton Biesemaat ......................................................... 10
Brief aan een bankier
Ton Biesemaat ......................................................... 12
Forbes fantaseert er op los
Ton Biesemaat ......................................................... 14
Stichting Administratiekantoor De Nederlandsche Bank
Ton Biesemaat ......................................................... 15
Fasseuren, fasseurde, gefasseurd
Leo Brabanticus ...................................................... 17
Prins Constantijn en de CIA
Ton Biesemaat ......................................................... 19
Edwin de Roy van Zuydewijn en de vastgoedfraude
Ton Biesemaat ......................................................... 21
Woede
Bob Elbracht ........................................................... 23
Willen wij eigenlijk wel een ceremoniele koningin?
Bob Elbracht ........................................................... 25
Voor schut
Ton Biesemaat ......................................................... 26
Het Erfelijkheidseuvel
Rafaël Hebing ......................................................... 28
Het grote gelijk van Bagehot
Bob Elbracht ........................................................... 31
De tovenaarsleerling
Bob Elbracht ........................................................... 32
Voorbeeldfunctie
Bob Elbracht ........................................................... 34
Koninkrijk op stelten
Ton Biesemaat ......................................................... 36
Antie-Verlichting
Bob Elbracht ........................................................... 40
Anatomie van de leugen
Bob Elbracht ........................................................... 42
Geef de oranjes nog meer politieke macht
Bob Elbracht ........................................................... 44
@Misericordiam
Bob Elbracht ........................................................... 46
Oranje, Blanje, Bleu?
Frè Morel ............................................................... 48
Beatrix en de kunst
Kurt Haverkort ........................................................ 49
- jaargang 1 - nummer 2
Jip en Janneke en het torentje
Ton Biesemaat ......................................................... 52
Pro Republica
prof. dr. Kees Lafeber ............................................... 54
Fasseur en de contramine
prof. dr. Kees Lafeber ............................................... 60
Je verzint het niet
Montivagus ............................................................. 62
Republikeins stemmen
Bob Elbracht ........................................................... 64
De Stadhoudersbrief
Ton Biesemaat ......................................................... 74
De stadhouderlijke verspreking
Ton Biesemaat ......................................................... 82
De Crisis, de Oranjes, de Tegenstelling
Attie Brakenhoff ...................................................... 86
Geachte volksvertegenwoordiging
Wim Hohage ........................................................... 88
Als kind wilde ik al geen oranje strik
Wil Verhoef- van der Kaap .......................................... 90
Kaat Mossel, Helleveeg van Rotterdam - boekbespreking
Kees Lafeber ........................................................... 92
Willem van Oranje
Leo Adriaenssen ....................................................... 96
Staatsvormend geweld - boekbespreking ......................100
Broekriem en Seatbelts
Anna Wit ..............................................................101
Eigen geld
Miranda Ungula ......................................................102
Oranje en de ministeriele verantwoordelijkheid
J.G. Kikkert ...........................................................104
Brief aan alle leden
C.V. Lafeber ..........................................................106
Wim Lex op de sofa
Ton Biesemaat ........................................................128
Vorstelijke onmatigheid
Leo Brabanticus ......................................................129
Willem Alexander en de jacht
Maartje ................................................................131
Ratio versus emotie
Ger Mennens ..........................................................132
Maxima en de gelijke behandeling
Miranda Ungula ......................................................136
Maiestas
Miranda Ungula ......................................................137
Schipper mag ik overvaren
Annie de Vries ........................................................139
Aanbevolen literatuur voor elke republikein .................140
3
R e d a c t i o n e e l
Pro Republica is een jonge en energieke organisatie die zich ten doel
stelt Nederland democratischer te maken. Dat kan vooraleerst door
het hoogste bestuurlijke ambt in ons land verkiesbaar en daardoor
controleerbaar te maken.
Een erfelijk politiek ambt is niet meer van deze tijd.
Het is hard gegaan.
Uit onvrede met de bestaande republikeinse organisaties werd Pro Republica opgericht. Onze website met de dagelijkse artikelen is een enorm
succes geworden.
Nu ligt voor u ons gedrukte tijdschrift Respublica met daarin zowel nieuwe
artikelen die deels al in electronische vorm in nummer 1 zijn verschenen
en een selectie van artikelen die op onze website www.prorepublica.nl
zijn te lezen.
We hebben de wind meegehad.
De familie Van Amsberg heeft er alles aan gedaan onze jonge organisatie
te ondersteunen. De ene affaire was nog niet gaan liggen of de
andere stak al weer de kop op.
Groot succes voor onze organisatie is ook dat we op de shortlist van de
Dutch Bloggies terecht zijn gekomen. Bij het ter perse gaan was nog niet
bekend of we deze internetprijs ook in de wacht hebben gesleept.
Maar omdat de republiek nog niet is gevestigd kunnen wij niet op onze
lauweren rusten. Ook in de komende tijd hebben wij uw steun hard nodig
om Nederland democratischer te maken. Het mag en kan niet zo zijn dat
we straks opgescheept zitten met een Willem IV en zijn koningin uit een
Argentijns fascistoïde milieu.
4
jaargang 1 - nummer 2 -
Z I L V E R E N
G A R N A A L
Genomineerd voor de jaarlijkse Pro Republica prijs van de
ZILVEREN GARNAAL
voor onderdanigheid aan Hare Majesteit
vervaardigd door de beeldend kunstenaar Frederik Jansen,
en uit te reiken op de jaarlijkse bijeenkomst van
Pro Republica op 12 december aanstaande
te Nieuwegein
Liesbeth Spies, vicevoorzitter van de
Tweede Kamerfractie van het CDA, wegens:
• haar scherpzinnige analyse dat alle recente
gebeurtenissen rondom de monarchie ‘slechts
incidenten’ zijn.
• haar onsterfelijke woorden als antwoord op de
vraag ‘of de stekker niet uit het [Mozambikaanse vastgoed]project getrokken moet worden’:
• ...maar uiteindelijk zijn wij hier maar met zijn
honderdvijftigen en niet bij machte om de
kroonprins daar de stekker uit te laten trekken’.
Met name laatstgenoemd citaat overtuigde de jury mevrouw Spies te nomineren
voor de categorie ‘onderdanige politici’. Nog slechts 149 parlementariërs van dit kaliber en er
verandert helemáál nooit meer iets. Grandioos!
Jeroen Snel, presentator van het EO-televisieprogramma ‘Blauw Bloed’, die:
• Hare Majesteits onderdanen erop geattendeerd heeft dat wanneer een foto gemaakt wordt door
een koningin of prins, die daardoor ‘toch wel iets bijzonders krijgt’.
• Voorts is de jury zijn perfecte timing niet ontgaan, waarbij hij nagenoeg synchroon met het
uitspreken van het woord ‘prins’, het hoofd soepeltjes achterover gooit opdat hij - zoals dat wel
betaamt - op precies het juiste moment omhóóg kijkt. Deze bijzondere nominatie valt de heer
Snel in de categorie ‘onderdanige pers’ ten deel, voor zijn buitengewone vaardigheid daarbij
nóch de camera te besproeien, nóch zijn eigen stropdas te besmeuren.
Sjuul Paradijs, bijgenaamd ‘Panzer’; hoofdredacteur van De Telegraaf, die:
• Desondanks van mening is dat alle kritiek op De Uitverkoren Familie ‘populisme’ is.
• Zich bij Pauw & Witteman opwierp als koene ridder die de zelfverklaarde goddelijk uitverkoren
staatsparasieten in bescherming meende te moeten nemen, omdat deze behoeftige en zwakke
familie ‘zichzelf niet kan verdedigen’.
• Zijn meesterlijke en heldhaftige apologie afsloot met een onvergetelijk ‘Wat wilde ik
eigenlijk zeggen?’
• Maar met name de mededeling dat hij maar liefst 11 schilderijen van ‘Koningin Beatrix’ op zijn
werkkamer heeft hangen overtuigde de jury ervan de heer Paradijs (‘Panzer Sjuul’) eveneens te
nomineren in de categorie ‘onderdanige pers’.
Alle genomineerden zullen deze week door Pro Republica worden benaderd en worden uitgenodigd
voor de feestelijke uitreiking op 12 december aanstaande.
- jaargang 1 - nummer 2
5
Respons-abilité
door de webredactie
H
et vakantiehuis te Machangulo Mozambique zal verkocht worden. Deze
affaire is een toonbeeld van staatsrechterlijke
chaos. Toen de ‘Stichting Administratiekantoor Machangulo’ werd opgericht was dat
voor de redactie van de Pro Republica website aanleiding tot een analyse.
De eerste actie van de kersverse ‘Stichting
Administratiekantoor Machangulo’ is een feit.
Nadat donderdagmorgen in dagblad De Telegraaf
een artikel verscheen onder de veelzeggende
titel ‘Veel mis in paradijs van prins’ bleek
het voordeel van deze nieuwe rechtspersoon.
Normaalgesproken moet de RVD namens de
premier ontkennen, draaien en verhullen, maar
daarbij toch altijd wel enige voorzichtigheid
in acht nemen. Immers, de RVD is per slot
van rekening gewoon een onderdeel van het
Ministerie van Algemene Zaken waar de premier
uiteindelijk aan het hoofd staat. Bij eventuele
kamervragen over een koninklijke blunder zoals nu bij de vakantievilla in Mozambique
- kan het gebeuren dat de RVD-ontkenningen
geen soelaas meer bieden. En dan staat de
premier alsnog voor het parlement te stotteren.
U kent het allemaal wel: ‘De prins bedoelde
eigenlijk dat...’ en soortgelijk gênant gestuntel.
Het juridische principe van de ministeriële
Er is namelijk niemand die
precies weet hoe dit wetsartikel in de
praktijk werkt.
verantwoordelijkheid wordt niet voor niets een
‘leerstuk’ genoemd. Er is namelijk niemand die
precies weet hoe dit wetsartikel in de praktijk
werkt. Duidelijk is dat de koning regeert en
onschendbaar is en dat de ministers verantwoordelijk zijn. Maar tot in hoevérre dat zo is, voor
welke personen dat precies geldt en in welke
situaties die ministeriële verantwoordelijkheid
geactiveerd dient te worden weet niemand.
Sinds 1848, toen de wet in werking trad, rommelt iedere premier dus maar wat aan. En in de
6
marge van dat gerommel blundert de koninklijke familie er lustig op los. Jazeker, de hele
clan, want de ambiguïteit van het artikel bleek
een vruchtbare voedingsbodem voor ‘afgeleide
verantwoordelijkheden’, zoals de onschendbaarheid voor de echtgeno(o)t(e) van de koning(in)
en de vermoedelijke troonsopvolger plus diens
echtgeno(o)t(e), voor wie de ministeriële verantwoordelijkheid ook geactiveerd kan worden.
En zo, vanaf de troon naar buiten toe, verdunt de
ministeriële verantwoordelijkheid als het ware,
tot er uiteindelijk niets van overblijft. Maar of
dit juist is, weten we natuurlijk niet. Het is en
blijft de persoonlijke interpretatie van de zittende premier van dat moment. Soms laten RVD
en premier iemand van de familie ook plotseling vallen als een baksteen, zoals bijvoorbeeld
gebeurde toen een aangetrouwde juffrouw uit
het bed van een beroepscrimineel werd gevist
(Balkenende destijds: ‘Tegen onwaarheid is
geen kruid gewassen’).
Maar nu is er: De Stichting! Nog vóór de RVD,
die, zoals eerder opgemerkt, als overheidsinstelling toch een beetje moet oppassen, komen we
met vragen meteen bij De Stichting terecht.
Voorziet de premier ál te grote ellende met een
koninklijke frats, waar vermoedelijk noch hij,
noch de RVD met ontkennen mee wegkomt, dan
laat hij een Stichting oprichten. Deze onafhankelijke rechtspersoon kan dan de grootst denkbare lariekoek verkopen, zonder dat de premier
daarop aangesproken kan worden. Als zodanig
is De Stichting dan ook te beschouwen als een
soort verlengstuk van de ministeriële verantjaargang 1 - nummer 2 -
Respons-abilité
door de webredactie
woordelijkheid, die de premier op zijn beurt als
het ware ook immuniseert. Dus: terwijl iedereen
weet dat de arbeiders aan het vastgoedproject op
Machangulo ingevlogen worden uit Zimbabwe
en Zuid-Afrika, en het maar-niet-te-ontzenuwen
gerucht van de moord op de leider van de lokale
actievoerende bevolking doorettert, dan kan De
Stichting met droge ogen beweren dat de lokale
bevolking ‘nu al profiteert van het luxe resort
van meneer Van Amsberg’. Balkenende heeft
nergens wat mee te maken, en de prins al helemáál niet.
Vanwege deze significante wijziging in ons
staatsbestel door de komst van De Stichting,
hebben wij het voor u wat inzichtelijker
gemaakt:
De werking is verrassend eenvoudig:
1. De koning is benoemd door God - althans, zo
beweert de koning - en aan Hem alleen verantwoording verschuldigd.
2. Heeft het volk een vraag aan of over de koning,
dan wendt het zich tot het parlement of tot de
RVD. Aan God vragen heeft geen zin, want Hij
benoemde de koning slechts en zal het volk
onverbiddellijk doorverwijzen naar de premier.
3. Komt de vraag bij de RVD terecht, dan
ontkenden deze in de oude situatie namens de
premier.
4. Lukt het via het parlement, dan kan deze de
vraag ter ontkenning voorleggen aan de premier,
die dat in de oude situatie schriftelijk of mondeling in de plenaire zaal van de Tweede Kamer
deed.
Deze onafhankelijke
rechtspersoon kan dan de grootst
denkbare lariekoek verkopen...
Hier houdt de voedselketen voor het volk op,
want richting al het aardse is de premier verantwoordelijk voor de koning.
5. Maar nu heeft de koning op advies en ten
behoeve van de premier De Stichting! opgericht,
een geheel onafhankelijke rechtspersoon die op
geen enkele wijze onder de regering valt. Onder
helemaal niemand zelfs.
6. De Stichting ontkent, verdraait en beweert dat
het het lieve lust is. Geheel namens zichzelf. En
mocht het potje overkoken, dan komt er gewoon
een ander bestuur. Fenteners genoeg.
Het mechanisme werd in De Volkskrant gedemonstreerd: [1] De Stichting ontkent van de
wantoestanden in Machangulo op de hoogte te
zijn gebracht door [2] meneer Van Amsberg.
Wie hem iets wil vragen komt terecht bij [3]
Balkenende, die vervolgens doorverwijst naar
de [4] RVD. En de RVD tenslotte, verwijst weer
naar [1] De Stichting.
Proost, Van Amsberg!
- jaargang 1 - nummer 2
7
Lak aan alles en iedereen
door Bob Elbracht
O
p paleis Noordeinde was gevestigd een
belastingontwijkingsconstructie van
Christina zur Lippe. Het postbusadres is veranderd en daar nam het parlement genoegen
mee. Pro Republica niet en stelde van meet
af aan kritische vragen die het parlement liet
liggen.
Voor wie er nog geen kennis [2] van genomen
had: Na de obscure stichting van de kroonprins
twee maanden geleden is er nu weer een nieuwe
trust die in het belastingparadijs Guernsey is gevestigd ingeschreven op het werkpaleis van ons
staatshoofd. Eerder dit jaar had het parlement
al fel geprotesteerd tegen de handelswijze van
Beatrix’ jongere zus Christina, maar daar hebben de Amsbergers gewoon lak aan. Lak aan de
burger, lak aan de parlementaire democratie, lak
aan de kredietcrisis, lak aan alles en iedereen.
Eigenlijk hoeven wij er ook niet eens zoveel
woorden aan vuil te maken, dit gefundenes fressen voor de republikein is natuurlijk gewoon een
inkoppertje. Dat doen we dan dus ook maar.
We zouden ons natuurlijk kunnen bezighouden
Hoe ver gaat de macht van
de Oranjes nou echt?
met de vraag wat de woorden waard zijn van de
verschillende politici die weer moord en brand
schreeuwen. Dat hebben we eerder gezien.
Vooralsnog ‘eist een meerderheid van de Tweede
Kamer uitleg over de fiscale sluiproutes’.
Pro Republica vraagt: uitleg waarover? Wat is er
nog niet duidelijk dan? Wat telt is hun houding
tijdens de verkiezingen, en wat nog meer telt of
ze ook de moed hebben de daad bij het woord
te voegen als ze eenmaal deelnemen aan een regeringscoalitie. Tot dat moment horen wij alles
met de nodige skepsis aan.
Ook interessant zou de vraag kunnen zijn
waarom toch - in ‘s hemelsnaam - deze puissant
rijke familie dit soort stommiteiten begaat. Als
ze zo doorgaan kunnen we binnenkort dit hele
doorluchtige kleptocratisch collectief lid maken
8
van Pro Republica. Klinkt ook wel aardig: KPR
- Koninklijke Pro Republica. Want alles wat ze
in feite alles wat ze te doen staat is zich gedeisd
houden,- en dat is toch niet zo moeilijk zou je
zeggen. Dit keer blijkt de premier zelfs niet te
zijn geïnformeerd, dus binnenkort kunnen we
Balkenende weer met zijn broek op zijn enkels
voor de Kamer met zijn voortanden horen stotteren. Moe wordt je d’r van.
Los van de plichtmatige kamervragen - voor wat
ze waard zijn - hebben wij toch nog twee aanvullende vraagjes:
In de eerste plaats is niet duidelijk of de erfenissen die Christina ontving eigenlijk ooit wel
belast zijn geweest. Immers, de vrijstelling van
successiebelasting geldt voor leden van het koninklijk huis, en daar behoort zij niet toe.
In de tweede plaats is de erfenis van de zojuist
ingeschreven trust afkomstig van pappie. Wij
vragen ons af of onze volksvertegenwoordigers
zich wel voldoende bewust zijn van de herkomst
van dat geld. Om ze een handje te helpen hebben wij enkele bronnen op een rijtje gezet.
Prins Bernhard hield zich vlak na de oorlog
bezig met kunstsmokkel. Zie ook Philip Dröge’s
‘Het Oranjekapitaal’.
De prins met de anjer handelde na de Tweede
Wereldoorlog in oorlogsbuit. Ofschoon die
Nederland toebehoorden, liet hij doodleuk
vliegtuigen en auto’s bij zich inleveren. Dat
was bij wet verboden, maar er was immers toch
niemand die er wat van zou durven zeggen. Het
geld stak Bernhard uiteraard in eigen zak. Bron:
‘Het Oranjekapitaal’ van Philip Dröge en Gerard
Aalders.
Bernhard ontving in 1963 van Duitsland een
miljoen mark uit de Wiedergutmachung. Dat
jaargang 1 - nummer 2 -
Lak aan alles en iedereen
door Bob Elbracht
was een deal tussen Duitsland en Nederland
van in totaal uiteindelijk 280 miljoen mark voor
geleden oorlogsschade. Dat bedrag was vooral
bedoeld voor de vervolgde Joden. Bernhard
ontving het omdat zijn familie haar vorstelijke
privileges had verloren na de val van het Duitse
keizerrijk in 1918 en hij als rechthebbende een
schadevergoeding kreeg. Hij ontving veel meer
dan waar hij ooit volgens een Duitse wet recht
op had (87.000 Reichsmark waarvan Bernhard
notabene in Engeland in de oorlog vrijwillig
afstand had gedaan). En hij had er zeker geen
recht op via de Wiedergutmachung. Gevalletje
zeer creatief boekhouden met ondersteuning van
de Nederlandse staat? (Bron: ‘De Prins kan mij
nog meer vertellen’ van Gerard Aalders en in het
tijdschrift ‘De Republikein’ juni 2008 het artikel
‘Van vorstelijke graaizucht en royale toewijzingen’ eveneens van Gerard Aalders).
In 1976 rapporteerde de Britse ambassadeur
in Den Haag dat Bernhard $300.000 schadevergoeding had ontvangen van de communistische DDR. Dat zou een schadevergoeding
zijn geweest voor het verlies van het landgoed
Reckenwalde. Dat lag in elk geval na de oorlog
in Polen. En Bernhards moeder als eigenaresse
was geen Nederlandse, dus het paste niet in
een restitutie-overeenkomst tussen de DDR en
Nederland. Overigens was de DDR zeer terughoudend in het uitbetalen van claims. Waarom
keerde de communistische staat uitgerekend
DDR-schaarse dollars uit aan de notoire communistenvreter Prins Bernhard? (Bron: ‘De Prins
kan mij nog meer vertellen’ van Gerard Aalders
en in het tijdschrift ‘De Republikein’ juni 2008
het artikel ‘Van vorstelijke graaizucht en royale
toewijzingen’ eveneens van Gerard Aalders).
In 1976 kwam uit dat Prins Bernhard 1,1 miljoen dollar aan smeergeld had ontvangen van
Lockheed. Er zijn ook zeer sterke aanwijzingen
dat Bernhard ook nog smeergeld ontving van
Northrop, ook een vliegtuigbouwer. Maar de lijst
met potentiële smeergeldbetalers uit het militairindustriële complex kan wellicht ook uitgebreid
worden met het Franse bedrijf Dassault. Ook
wilde Bernhard zich graag laten betalen om de
- jaargang 1 - nummer 2
Britse Chieftain-tank aan het Nederlandse leger
te slijten. De affaires met vliegtuigen en wapens
zijn maar het topje van de ijsberg.
Bernhard was betrokken bij onfrisse affaires
rondom banken. Zo was hij volgens journalsit
Wim Klinkenberg betrokken bij de Commerciële
Bank die in de jaren vijftig failliet ging. Daar
hing de reuk van valse dollars omheen. (Bron:
Wim Klinkenberg ‘prins Bernhard – Een politieke biografie’). Ook behoorden de nauwste
kringen rondom de prins tot het netwerk van een
andere bank die in de jaren zestig failliet ging.
Dat was de bank Teixeira de Mattos. Een bank
die zich bezig hield met o.a. obscure wapen-
Waarom keerde de communistische
staat uitgerekend DDR-schaarse
dollars uit aan de notoire
communistenvreter Prins Bernhard?
transacties, commerciële televisie en wapentechnologie. En een bank waar bovendien mensen
met een NSB, collaboratie of SS-verleden een
warme belangstelling voor hadden. De Nederlandsche Bank wilde nooit toestemming geven
om archiefonderzoek te doen naar deze banken.
Ook zou het interessant zijn voor wettelijke
instanties met opsporingsbevoegdheid om de
gangen na te gaan van twee zeer vermogende
dictators met wie Bernhard dik bevriend was.
Dat waren Soeharto van Indonesië en Mobutu
van Zaïre. Van Soeharto staat het wel vast dat
hij miljarden wegsluisde via o.a. Nederlandse
trustmaatschappijen.
Over dit soort geld in de nieuwste trust spreken
wij dus. Dit soort geld, dat in elk geval onbelast
naar Beatrix en Margriet is gegaan, en van Irene
en Christina weten we het niet.
Dit soort geld van dit soort mensen, aan wie wij
geacht worden er een voorbeeld aan te nemen,
worden keer op keer uit de wind gehouden.
Dit soort mensen, dat ons aanstaande dinsdag
gaat vertellen dat wij volgend jaar allemaal de
broekriem stevig moeten zullen aanhalen.
9
Een rondje voor de NSB
Avonturen in Barretje Weimar
B
arretje Hilton, overigens ook door
Prins Bernhard gefrequenteerd, had
in het Amsterdamse geen beste naam met
Klaas Bruinsma en andere onder- zo u wilt
bovenwereld figuren die het bezochten. In de
aanloop naar 10 mei 1940 en de Blitzkrieg
die door de Lage Landen raasde had barretje
Weimar in Rotterdam achteraf gezien een
net zo’n slechte naam. Hotel Weimar kreeg
bezoek van collaborateurs, Duitse spionnen
en... Prins Bernhard.
Oranje-historicus J.G. Kikkert voert in het
‘Vijfde Bulletin Tweede Wereldoorlog’ in zijn
bijdrage ‘Bernhard zonder Anjer’ een voor de
Britse inlichtingendienst MI6 in Rotterdam
werkende dame op. Het is Valli Nael uit
Estland. In 1937 werd zij door het toen net
hoofd geworden van het Pasport Control Office
Richard Henry Stevens geplaatst in de bar
van Hotel Weimar. Het Pasport Control Office
was een camouflage van waaruit de Britse
geheime dienst haar operaties in Nederland
tegen het Derde Rijk leidde. In de American
bar van Hotel Weimar ontmoette de elite van
Rotterdam haar gasten. Valli Nael had een
natuurtalent om gesprekken die er gevoerd
Hotel Weimar kreeg bezoek van
collaborateurs, Duitse spionnen en...
Prins Bernhard.
werden op te vangen en nog belangrijker
te kunnen navertellen. Onder de deftige
klantenkring van de bar van Weimar vonden we
vooral veel lieden met een pro-Duitse houding
of soms regelrechte NSB’ers. De American
bar werd gefrequenteerd door de steenrijke
Pieter van Leeuwen Boomkamp die de NSBkas regelmatig vulde. In de vooroorlogse
Nederlandse jaren van Prins Bernhard zou
de prins ook wel eens zijn verschenen op de
feestjes in Hofstede Oud-Bussem van de familie
van Leeuwen Boomkamp. Daar toonde onze
jonge Prins veel belangstelling voor de 21-jarige
10
door Ton Biesemaat
dochter Hélène van Leeuwen-Boomkamp. Op
die feestjes in huize van Leeuwen-Boomkamp
kwam Bernilo ook wel Luca Fritze tegen de
dochter van dr. G.M.A.J.H.K. Fritze, de man van
het NW7-netwerk van IG Farben in Nederland
en aangetrouwd familielid van Max Ilgner
-opperbaas van de Farben-spionnen-. Dr. Fritze
kwam net als van Leeuwen Boomkamper over
de vloer bij Hotel Weimar. Beide stamgasten
van Valli Nael kenden dus Prins Bernhard
persoonlijk. Valli Nael zou volgens Kikkert die
het optekende uit de mond van Pieter Brijnen
van Houten, trouwens ook al een agent van
de Britse geheime dienst MI6, tevens getuige
geweest zijn van de eerste ontmoeting ten
huize van Fritze tussen Prins Bernhard en
Prinses Juliana. Valli Nael was door Fritze
uitgenodigd om in zijn woning aan de Jan
van Goyenkade 18 in Amsterdam de catering
te verzorgen voor een feestje. De ontmoeting
die Valli Nael aan de Britten meldde is de
aanleiding geworden voor het verhaal dat
Fritze als vriend, vertrouwensman en topfiguur
binnen IG Farben NW7 er voor gezorgd
heeft dat Bernhard zur Lippe-Biesterfeld in
contact kwam met Prinses Juliana. Of dat een
vooropgezet plan is geweest of een toeval valt
natuurlijk niet te bewijzen. Wie de intriges
en complotten van de Abwehr en IG Farben
NW7 bestudeert zou niet terugschrikken voor
de eerste conclusie te kiezen. Maar dan ook
blijft het feit dat als Bernhard niet in de smaak
was gevallen bij Juliana en Wilhelmina een
dergelijk geraffineerd Duits plan al snel weer
in duigen was gevallen. Maar de bardame
jaargang 1 - nummer 2 -
Een rondje voor de NSB
Avonturen in Barretje Weimar
Nelli Vael zag twee jaar na de ontmoeting in
Amsterdam de prins weer terug in de American
bar van Hotel Weimar. De prins verscheen er
zonder anjer, maar Valli was er zeker van dat
het toch Bernhard was. Hij ontmoette er twee
Nederlandse NSB’ers en een Duitser genaamd
Hans-Jürgen Sperling. Sperling bleek directeur
van het Duitse Verkeersbureau in Amsterdam
te zijn. Deze club van toeristenpromotors en
vakantiepropagandisten naar het Zwarte Woud
bleek er in werkelijkheid heel andere praktijken
op na te houden. Het was het zinderende
middelpunt van de Duitse spionagepraktijken
in Nederland waar ‘Onkel Richard’ Protze
de scepter zwaaide. ‘Onkel Richard’ van de
Duitse militaire inlichtingendienst Abwehr die
een klinkende overwinning in 1934 behaald
had door de Poolse spion Sosnowski in de
kladden te grijpen en zijn kompaan kolonel
Pantchoulidzew, Bernhards ‘stiefvader’, om te
draaien en bewoog met ‘zachte’ drang voor de
Abwehr te gaan werken. Waarlijk interessant
gezelschap dus dat Kikkert in zijn bijdrage
voor het ‘Vijfde Bulletin van de Tweede
Wereldoorlog’ opvoert. Nog zeker tweemaal zou
Valli Nael in de American bar Prins Bernhard in
gezelschap van van vooraanstaande NSB’ers of
rechts-reactionaire lieden zien. Smakelijk wist
Nael daar nog tegen Kikkert over te vertellen:
“Bernhard liet een hotelkamer reserveren en
- jaargang 1 - nummer 2
door Ton Biesemaat
trok zich daar met zijn bezoek terug. Na enige
tijd moest ik nieuwe flessen en glazen komen
brengen. Er hingen blauwe rooksluiers onder de
lamp en de tafel was bedekt met papieren.”
Een andere schrijver die later in de jaren
negentig bij een brand in zijn Rotterdamse
woning om het leven kwam wist ook nog hoogst
Het was het zinderende middelpunt
van de Duitse spionagepraktijken
in Nederland...
interessante zaken te melden over Barretje
Weimar. Dat was Loek Elfferich met zijn boek
‘Rotterdam werd verraden’. Elfferich sprak
met een bejaarde Rotterdammer en voormalig
marinier J.H.W. Dijkman. Die oude marinier
werd in mei 1939 klusjesman in hotel Weimar.
Elfferich in zijn boek: “Eigenaar was J.G.W.
Teitsma, getrouwd met een Duitse. De ober
was Duitser, de huisjuffrouw was Duitse,
de huismeester en de boekhouder en diens
vrouw waren NSB’ers.” Begin 1940 ontdekte
Dijkman in een kelder kisten met uniformen
en uniformlaarzen. Hij was er nog geen twee
minuten of de boekhouder ontdekte hem en
Dijkman werd op staande voet ontslagen omdat
hij niet in de kelder mocht komen. Elfferich:
“Dijkman kreeg naar
zijn gevoel van toen
ontslag omdat hij per
ongeluk had ontdekt dat
Weimar een NSB-nest
was: naar zijn gevoel
van nu was de zaak
ernstiger; was Weimar
een Nazi-nest. Wat de
NSB voor de Duitse
inval ook te verduren
had, geen verbod van
uniformen.”
11
Brief aan een bankier
door Ton Biesemaat
Den Haag, 1 juli 2009
Beste meneer van Amsberg,
Ik las een artikel op de website van Elsevier. Opeens wordt het me duidelijk waarom
De Nederlandsche Bank op 5 augustus 2003 mij als vrij burger en journalist geen
toegang wilde verlenen voor onderzoek in hun archief. Ik had graag de ondergang
van de Commerciële Bank en de bank Teixeira de Mattos willen bestuderen. Maar
het mocht niet van Neerlands centrale bank. Er was nog geen kredietcrisis bij ons het
volk in zicht. Wellicht dat u als financieel expert al wel beter wist?
De banken waren respectievelijk in de jaren vijftig en zestig ten onder gegaan. Wat is
er zo belangrijk om die archieven dan voor mij dicht te houden? Nou ja, de deftige en
toen nog in het pré-kredietcrisis tijdperk door het volk gerespecteerde instelling zal
wel bedacht hebben dat ik op onderzoek was naar belastend materiaal over uw opa.
Want de Prins had immer warme belangstelling voor bankieren. U kent die verhalen
als historicus en commissaris bij De Nederlandsche Bank natuurlijk wel. Wat geld
van vliegtuigfabrieken op Zwitserse nummerrekeningen zetten en dat soort internationale bankiersactiviteiten. Jammer dat u als academicus mijn historisch onderzoek niet
kon fiatteren.
Gelukkig heb ik wel toegang tot mijn eigen archief (hoewel.... de politie nam in 2007
en 2009 archiefbestanden van mij in beslag). Had ik toen geweten dat u commissaris
bij ‘de bank’ was dan had ik u persoonlijk kunnen aanschrijven. Dan had ik eigenlijk
al per ongeluk mijn burgervinger op een zere royalistische plek gelegd. Want staat
uw functie bij ‘de bank’, meneer van Amsberg, niet op zeer gespannen voet met de
staatsinrichting van de polder? Alleen al het antwoord van uw bank aan mij maakt uw
verantwoordelijke positie als commissaris onmogelijk. Of zie ik dat als juridische en
financiële leek verkeerd?
Meneer van Amsberg, is het niet droevig dat uw bank mij antwoordde dat men zelf
een onderzoek had gedaan naar de Commerciële Bank en de bank Teixeira de Mattos
naar aanleiding van mijn vragen. Toen ik om dat onderzoek van uw bank vroeg kreeg
ik het deksel van de geldkist op mijn neus? Uw bankiers antwoorden me toen:
“De door u geconstateerde betrokkenheid van de NV Commerciële Bank bij een affaire met valse dollars blijkt niet met de ons ten dienste staande dossiers, noch uit
aanvullend onderzoek dat wij hierna hebben verricht.” Had ik dat onafhankelijk van
uw bankiers kunnen constateren? Zulks lijkt me in een democratische rechtstaat vanzelfsprekend.
12
jaargang 1 - nummer 2 -
Brief aan een bankier
door Ton Biesemaat
Dan bepaalde uw bankiers per decreet in de brief aan mij:
“De door u gekozen invalshoek bij de bestudering van de teloorgang van het bankiershuis Texeira de Mattos (red. nog een spelfoutje ook!) lijkt politiek van aard.”
Omdat mijn vragen politiek van aard waren kreeg ik geen toegang. Maar meneer van
Amsberg: wanneer is iets eigenlijk niet politiek van aard?
Dat de bank Teixeira de Mattos ten onder ging had volgens uw bank niets te maken
met “...een aantal inmiddels overleden personen met een collaboratie- of naziverleden.” Wederom meneer van Amsberg, had ik die conclusie zelf mogen trekken na
onafhankelijk onderzoek? Of was uw bank bang dat in de dossiers Teixeira de Mattos
de naam van een voormalig familielid van u zou opduiken? Een zekere mr. De Roy
van Zuydewijn, de vader van uw voormalig familielid.
Meneer van Amsberg, ik wens u veel sterkte met uw zware commissariaat bij De Nederlandsche Bank. In deze tijden moet het een zware last zijn om uw familiekapitaal
te beheren. Gelukkig zullen er genoeg knappe koppen bij uw bank rondlopen om u te
adviseren om niet in de problemen te komen zoals veel van uw koninkrijksgenoten.
En trekt u zich niets aan van Elsevier dat uw commissariaat maar niets vindt. Ik heb
er het volste vertrouwen in dat uw moeder wel ‘Je maintiendrai’ zal verordenen binnen de pluche kantoren van De Nederlandsche Bank. Een sterke regent die dan nog
uw positie ‘im Frage’ zou durven roepen. De bank en Oranje waken over ons in deze
onzekere tijden. Om met Colijn te spreken: Gaat u, volk van Nederland, maar rustig
slapen.
Met de best bedoelde groeten,
Ton Biesemaat
PS. Meneer van Amsberg, geef even een adres door zodat ik mijn boek Bernhardgate
naar u kan opsturen. Als commissaris van De Nederlandsche Bank kunt u daarin nog
eens nalezen hoe uw opa bankierde. Altijd leerzaam. Doet u ook de groeten van mij
aan uw broer Friso die zo leuk internationaal aan het bankieren is. En brengt u ook de
groeten over aan uw vrouw die u zeker wel eens kan adviseren over microkredieten
aan de gelukkigen die niet door God en Oranje geroepen zijn zo’n zware functie als u
te moeten accepteren. Ik hou u nu niet meer langer op want wellicht moet u onder al
die vervelende camera’s wel uw dochters naar school brengen, gaat u op drijfjacht of
moet u uw internationale bouwprojecten inspecteren.
- jaargang 1 - nummer 2
13
Forbes fantaseert er op los
door Ton Biesemaat
F
orbes Magazine is een invloedrijk Amerikaans financieel-economisch tijdschrift.
Ze zijn goed in dit soort lijstjes: the top 100
‘Most powerful woman leaders’ Met stip op
nummer 1 staat Angela Merkel. Ik liep vol
spanning het lijstje langs. Waar staat mevrouw van Amsberg? Koningin Elisabeth van
het Verenigd Koninkrijk vond ik op plaats 42
terug. Neelie Kroes op plaats 52 en ene koningin Rania van Jordanië op plek 75. Maar
geen spoor van Trix. Toch gek, want ik geloof
er niets van dat mevrouw van Amsberg minder geld en invloed heeft dan Neelie Kroes of
die koningin Rania. Geld en invloed zijn dus
de selectiecriteria voor de dames met macht.
Verleden jaar stond Beatrix nog op een
onderschatte 14e plaats in Forbes Magazine
bij ‘s wereld rijkste royals. Zou Forbes niet
weten dat de Oranjes nog zeer veel daadwerkelijke politieke macht hebben in Nederland?
Zo kwam de familie terecht op de
Forbes-lijst tussen armoedzaaiers als
Arafat en Castro.
Toen schoot me iets te binnen. In de zomer van
2003 belde prins Bernhard met Christopher
Forbes, eigenaar van Forbes Magazine, om het
Oranje-familievermogen te herwaarderen van
$ 2,5 miljard naar $ 250 miljoen. Zo kwam de
familie terecht op de Forbes-lijst tussen armoedzaaiers als Arafat en Castro. Het hielp dat Forbes
getrouwd is met een nicht van Bernhard. Zou
Forbes Magazine de boodschap van de Macher
Prins Bernhard in haar oren geknoopt hebben?
Geen vermelding van een Oranje-telg in de top?
Nu is de waardering van $ 2,5 miljard vermogen
van de familie Oranje-zur Lippe Biesterfeld-van
Amsberg door Forbes veel te laag ingeschat.
Hoe ik dat weet? Daarvoor haal ik de huidige
minister Plasterk aan. Hij reageerde als toenmalig Volkskrant-columnist op 6 december 2002 op
een uitspraak van Oranje-witwasser Professor
Cees Fasseur. Die orakelde in Vrij Nederland
14
over het vermogen van de Oranje-clan: ‘Die onzinverhalen over Beatrix als rijkste vrouw. (...)
Volgens de Duitsers hadden ze zestien miljoen
bij elkaar gesprokkeld, en De Jong heeft dat
sommetje nog eens overgedaan. Ik weet niet hoe
er belegd is in de jaren veertig, vijftig, maar ik
kan me niet voorstellen dat die zestien miljoen
ineens zijn uitgedijd tot een fortuin van veertien
miljard.’ Plasterk haalde zijn zakjapanner er bij:
‘Vijfenzestig jaar, rendement plus inflatie zeg
eens 15 procent, start met zestien miljoen. Wat
komt eruit: negen miljard! Dat komt aardig in de
richting.’ Zo stond het echt in de Volkskrant van
Pieter Broertjes, voordat die twee jaar later Prins
Bernhard oranjer dan oranjer waste.
Laten we eens uitgaan van die schamele negen
miljard vermogen, goedgekeurd door minister
Plasterk. Daarmee zou Beatrix zich toch wel inclusief haar politieke macht een plaatsje hebben
kunnen bevechten in de top 100 van machtige
en rijke vrouwen? Ik geloof dus geen snars van
die Forbes-lijstjes. Als Beatrix het wil verdwijnt
nummer 52 van dit Forbes-lijstje heel snel. Nog
aannemelijker is dat Neelie in Brussel zit met
welwillende goedkeuring van mevrouw van
Amsberg.
Hoe ik dat nú weer durf te suggereren? Een
zoontje van Prinses Irene, Jaime de Bourbon de
Parme, werkte tot voor kort als persoonlijk assistent voor Neelie...
jaargang 1 - nummer 2 -
Stichting Administratiekantoor
De Nederlandsche Bank
D
e kroonprins is commissaris bij De Nederlandsche Bank. Hij strijkt er jaarlijks
€ 23.000 mee op. Maar over het geld zullen
we het nu niet hebben. Het gaat om de positie van kroonprins en commissaris van De
Nederlandsche Bank. Elke kritische Nederlander voelt op zijn vaderlandse klompen aan
dat hier wat wringt.
We vroegen De Nederlandsche Bank (DNB)
hoe eigenlijk commissarissen benoemd worden. Is dat wel democratisch te noemen? Immers deze toezichthouders op de toezichthouder
betreffende bancaire zaken maar inmiddels ook
pensioenen en verzekeringen oefenen een zeer
verantwoordelijke taak uit. De voorlichter van
de DNB vertelde ons dat nieuwe commissarissen voorgedragen worden door de zittende commissarissen en de directie. Maar het is de Kroon
die de commissarissen benoemt. Nu moet u als
rechtgeaarde republikein niet gelijk gaan steigeren. Dat kunt u doen na de volgende zinnen. De
Kroon is de regering, maar pas op: dat is dus de
koning plús de ministers. Maar kunt ú zich voorstellen hoe iemand als zo’n snaakse Gerrit Zalm
als minister van financiën een bevel van Beatrix
zou weigeren, omdat volgens haar WimLex
commissaris moet worden bij De Nederlandsche
Bank? Om over onze premier en prins Bernhardaanbidder Balkenende nog maar te zwijgen.
Als u nu ook commissaris wilt worden van De
Nederlandsche Bank? Dan moet u voldoen aan
- jaargang 1 - nummer 2
door Ton Biesemaat
deze profielschets. We lichten er maar eens een
zin uit:
“De Raad dient zodanig te zijn samengesteld dat
de leden ten opzichte van elkaar, de directie en
enig deelbelang kritisch kunnen opereren.”
Maar is dat niet strijdig met de positie van de
kroonprins? Die kan gezien zijn positie als lid
van het koningshuis toch nooit kritisch opereren? Wim Lex is het toch onmogelijk gemaakt
-afgezien van een slip of the tongue om zijn
schoonvader te verdedigen via een ingezonden
brief van generaal Vidéla- om welke politieke
uitspraak dan ook te doen? En alles wat over
geld gaat is heel erg politiek. Hij mag het hoogstens doen tegenover Máxima als hij weer eens
op vakantie is in Argentinië of Mozambique.
Daarom kregen sommige Kamerleden eind juni
In hun parlementaire moed besloten
ze toen maar weinig te doen.
ook het zweet op hun voorhoofd toen ze opeens
ontdekten dat de kroonprins commissaris was bij
De Nederlandsche Bank. Terwijl als die kamerleden de NRC van 29 april hadden gelezen hadden moeten weten dat onze geachte ProRepublica-medewerker Bob Elbracht al melding had
gemaakt van die merkwaardige, staatsrechterlijk
wringende dubbelrol van WimLex. In hun parlementaire moed besloten ze toen maar weinig
te doen. Wim Lex mag zijn tijd tot volgend jaar
uitzitten. Over het geld wilden we het niet hebben... maar hoeveel zou hij nog opstrijken?
DNB ligt met haar directeur Nout Wellink onder
vuur vanwege de economische en financiële
crisis. Slechts weinigen vragen zich af waarom
een zo belangrijk ZBO (Zelfstandig Bestuurs
Orgaan) met de staat als enige aandeelhouder
en eigenaar onder zo’n slechte democratische
controle staat. Meestal is het argument dat De
Nederlandsche Bank de vrijheid moet hebben
15
Stichting Administratiekantoor
De Nederlandsche Bank
onafhankelijk te opereren, los van de waan van
de dag van de politiek. De bank houdt toezicht
op de financiële instellingen en een andere
belangrijke activiteit is binnen het stelsel van de
Europese centrale banken de inflatie onder controle te houden. Maar als de bank de benodigde
Richt gewoon nóg even een stichting
voor de kroonprins op...
vrijheid moet hebben om via haar expertise onze
centen te bewaken waarom draagt die bank dan
een commissaris voor
met zo weinig expertise op financieel-economisch terrein als de
kroonprins? We kunnen
hoogstens stellen dat hij
iets weet van geld vanwege
het riante familievermogen.
Maar het was toch logischer
geweest voor ‘s burgers belang
om een briljante econoom te
benoemen?
KijK
16
door Ton Biesemaat
Balkenende & Co hebben hals over kop een
‘Stichting Administratiekantoor Machangulo’
in het leven geroepen. Dat omdat Wim Lex van
zijn vakantieparadijs in aanbouw in Mozambique een zooitje heeft gemaakt. De stichting
dient als stootkussen om de kroonprins een
beetje uit de wind te houden als er weer wat
verkeerd gaat met zijn vakantieproject. Gezien
de Icesave-ramp en wie weet andere dreigende
financieel-economische rampspoed (bijvoorbeeld een parlementaire enquête inzake de steun
aan ABN AMRO en/of ING) geven we de volgende tip gratis weg aan onze geachte premier
en zijn financieel expert Wouter Bos.
Richt gewoon nóg even een stichting voor de
kroonprins op, bijvoorbeeld de ‘Stichting Administratiekantoor De Nederlandsche Bank’,
en laat die als DNB-stootkussen plaatsnemen
in de raad van commissarissen. Balkenende en
Bos kunnen vragen bij de well to do familie
Fentener van Vlissingen hoe je zoiets in elkaar
draait. Want die familie zit toch al bij WimLex
op schoot in Machangulo-Mozambique en het
pluche van de DNB-commissarisstoel.
o o K o p w w w. p r o r e p u b l i c a . n l
jaargang 1 - nummer 2 -
Fasseuren, fasseurde, gefasseurd
door Leo Brabanticus
C
ees Fasseur schreef via NRC-weekblad
een brief aan mevrouw Juliana zur LippeBiesterfeld. Dat Fasseur niet de bekwame geschiedschrijver was, die hij ooit leek te zijn, werd
al in het begin van deze eeuw duidelijk toen hij
pretendeerde wèl een wetenschappelijke Wilhelmina-biografie te kunnen schrijven waartoe
vakgenoten wegens het doelbewust vernietigde
archiefmateriaal niet in staat waren. Over de
motieven die hem er toe brachten lakei der oranjes te worden zijn geen geschreven berichten in
ons bezit, weshalve zwijgen daarover plicht is.
Het negatieve beeld dat Fasseur met deze boeken
over zichzelf heeft afgeroepen, werd nog eens aanzienlijk versterkt door de publikatie in 2008 van zijn
verhaal over het huwelijk van Juliana en Bernhard.
Een paparazzo zou het hem niet hebben kunnen
verbeteren. Veel lezers hebben het boek geërgerd
weggesmeten.
Niet alleen de een serieus historicus onwaardige
romanschrijverij heeft Fasseurs reputatie ernstig
beschadigd. Dat hebben nog veel meer zijn goedpraterij van de wandaden van Bernhard en zijn
bewondering voor deze schavuit gedaan. Wanneer het waar is dat een biograaf zich identificeert
met zijn onderwerp, is het niet best gesteld met de
geestelijke gezondheid van deze auteur. Hoewel
Fasseur constant een lawaaierige en opdringerige
indruk achterlaat, moet hij beter zijn dan de slechterik die hij beschrijft. Wellicht heeft hij gemeend zijn
opdrachtgeefster te behagen met zijn parti-pris ten
gunste van pappie. Dat een en ander ten koste van
mammie ging spreekt vanzelf.
Ik kom op dit aspect terug.
Fasseur bleef als geschiedschrijver eveneens onder
de maat doordat hij het niet zo nauw nam met de
objectiviteit der bronnen en de controle op het door
hem geschrevene. Dat hij daarmee zondigde tegen
de regels der collegialiteit is een bijkomstigheid
vergeleken bij het feit dat Fasseur de gelegenheid
heeft gekregen of genomen om een verhaal de wereld in te sturen dat door geen enkele contemporaine
historicus op zijn waarheidsgehalte kan worden
beoordeeld. Een geschiedschrijver die geen verantwoordelijkheid aflegt - want het archief was verder
- jaargang 1 - nummer 2
voor iedereen gesloten - heeft de mogelijkheid de
zaak aan alle kanten te bedriegen. Fasseur zal best
- hij is daar sluw genoeg voor - het een tegen het
ander hebben afgewogen en pas uiteindelijk gekozen hebben voor de Beatrix-Bernhardversie tegen
de Jualiana-vleugel. En daar is hij ook gewiekst
genoeg voor.
Republikeinen kiezen geen partij in hofverhoudingen. Ze vinden het allemaal één zootje, een lachwekkende en dure grappenmakerij of ze nu Juliana
heten of Willem, Bernhard of Máxima. Ze mogen
allemaal koning bij de gratie Gods zijn, ze vechten
elkaar de tent uit en hebben slechts hun eigen belang, macht en geld op het oog, alle mooie woorden
ten spijt.
Dat Fasseur een onvervalste oranjelakei is, bewijst
deze brief aan Juliana. Oh, wat was die vrouw
democratisch en wat zocht ze contact met ons, het
gewone volk. En wat een verdiensten heeft ze voor
het Nederlandse volk. Zelfs met haar geboorte be-
Een paparazzo zou het hem niet
hebben kunnen verbeteren.
wees ze ons land al een grote dienst: anders zou een
Duitse neef ons zijn gaan regeren. Ik durf er niet aan
denken. Dan honderd keer liever bijna 60 jaar lang
de proleet Bernhard, SS-er en oorlogshitser, oplichter, vrouwenloper en anti-demokraat.
En wat was die Juliana ontwikkeld en intelligent
en wat een goed geheugen had ze. Maar ze ontving
wel afgezanten van verschillende planeten aan haar
voordeur en ze joeg wel de journalisten met ‘haar
tassie’ van het gazon, luid krijsend dat het ‘mijn
gras’ was en ze heeft haar bedrieger nimmer met
een ferme trap onder zijn broek het huis uitgejaagd.
Ze heeft hem zelfs nog van het gevang gered waar
hij levenslang had moeten zitten. Het gewone volk
zegt dan dat ze stapelgek was.
Rest de vraag waarom Fasseur deze dwaze en
volledig onnodige brief geschreven heeft. Hadden
de oranje-critici toch gelijk met hun bewering dat
hij de geschiedwetenschap - en zichzelf - met zijn
boeken een slechte dienst heeft bewezen?
17
Oud en nieuwviering 1936/1937
Oud en nieuwviering 1936/1937, gezelligheid kent geen tijd. Prins
Bernhard heeft zich bij de Führer afgemeld als SS-lid. Prompt
hult hij zich op deze foto in het uniform van de Spaanse fascisten.
Naast hem zit Juliana. Op de grond zit de Duitse spion Pantchoulidzew, ook de geliefde van Bernhards moeder. Achter Juliana
staat in vrouwenkleren met stola om Prins Aschwin, de broer van
Bernhard. Die zat ten tijde van deze foto in de Duitse Wehrmacht.
Kortom een gezellig feestje ten paleize.
(Bron: Bernhardgate - Ton Biesemaat)
18
jaargang 1 - nummer 2 -
Prins Constantijn en de CIA
door Ton Biesemaat
D
e RVD maakt af en toe alle baantjes en
ere-baantjes van het Koninklijk Huis bekend. Altijd handig voor een Oranje-watcher.
Ik zoomde eens in op Prins Constantijn. Hij
had twee interessante banen: ‘programme
associate’ van de roemruchte Bilderbergers
en werkzaam bij de ‘thinktank’ Rand Corporation in Brussel.
De Bilderbergers mogen nu wel genoegzaam
bekend zijn. Constatijns opa -Prins Bernhardstond aan de wieg van deze invloedrijke club
waaraan koningin Beatrix vaak nooit door de
vaderlandse pers gecoverde bezoeken brengt
(De Bilderberg-conferentie van 2008 in Ottawa
werd alleen door notabene de ‘Oranje-freund-
qua uiterlijk toch al zo op de zur Lippe Biesterfeld broers Bernhard en Aschwin lijkende Prins
Constantijn ook in de geheime dienst voetsporen
te zijn getreden van zijn illustere voorvaderen.
De Rand Corp werd onmiddellijk na de Tweede
Wereldoorlog opgericht door de CIA en de
Douglas vliegtuigfabrieken. Voorts werd deze
‘thinktank’ die zich grotendeels bezig houdt met
militairindustriële ontwikkelingen gefinancierd
door bijv. de Ford Foundation. Ook al weer een
organisatie niet vrij van CIA-smetten. Dat de
CIA invloed binnen de Rand Corp niet is afgenomen bewijst bijvoorbeeld een artikel in de
Washington Post ,7 september 2004 CIA funds
liberal efforts (http://www.washingtontimes.com/
news/2004/sep/07/20040907-122639-4027r/).
- $200,000 for a conference paper produced by
Steven Simon, a former Clinton administration
Net als de Bilderberg-groep
blijkt de Rand Corporation een
schimmige wereld te zijn.
National Security Council staff member, now
with the RAND Corp. Mr. Simon’s paper was
about how to restructure the U.S. government
for the war on terrorism and was to be included
as a chapter of a book. Mr. Simon was a deputy
to Mr. Clarke.
liche’ Vrij Nederland gebracht, de vroegere
hoofdredacteur Emile Fallaux schreef wel eens
speeches voor Prins Constantijn.). De Rand Corporation waar Prins Constantijn vier dagen per
week werkt is de grote onbekende. Net als de
Bilderberg-groep blijkt de Rand Corporation een
schimmige wereld te zijn. Zelfs nog sterker dan
bij de Bilderbergers lijkt er bij de Rand Corp
sprake te zijn van krachtige ondersteuning en
financiering door de CIA en het zo belangrijke
militair-industriële complex. Daarmee lijkt de
- jaargang 1 - nummer 2
- A grant of $100,000 for Bruce Hoffman, vice
president for external affairs and public spokesman for RAND and a frequent columnist and
guest on National Public Radio commenting on
terrorism issues. Mr. Hoffman was granted highlevel security clearances at the CIA as part of his
consultancy.
Warren Robak, deputy director of RAND’s Office of External Communications, said, “Although RAND has done research for the U.S.
intelligence community for many years, we do
not discuss details or confirm the existence of
any individual contract.”
19
Prins Constantijn en de CIA
door Ton Biesemaat
Maar ook de Brusselse afdeling van de Rand
Corp houdt zich met ‘intelligence-vraagstukken’
bezig. Volgens een Telegraaf-interview met
Prins Constantijn houdt hij zich bezig met een
rapport over de impact van ICT op de Duitse
samenleving in 2015. Klinkt vrij onschuldig,
hoewel we niet weten wat nu zijn eigenlijke
werk is bij de Rand Corp. Het Koninklijk Huis
...is het nu mogelijk dat een Oranjeprins werkt in een deels door de CIA
gefinancierde organisatie.
houdt het op beleidsonderzoeker informatietechnologie en transport.
De vraag is of het staatsrechterlijk gewenst is
dat Prins Constantijn werkt bij een organisatie
die zo duidelijk gelieerd is aan inlichtingendiensten en het militair-industriële complex.
Die combinatie was er de oorzaak van dat zijn
grootvader Prins Bernhard enorme reputatieschade opliep. De geschiedenis lijkt zich dus
te herhalen. De tweede zoon van koningin
Beatrix maakt -ook al zou zijn baan bij de Rand
KijK
20
Corp slechts civiel zijn- ongewild vuile handen
doordat de Rand Corp financiële ondersteuning
krijgt van de CIA. Dat deze situatie is ontstaan
toont aan dat de Oranjes zich weinig gelegen
laten liggen aan de democratische controle
van de Tweede Kamer en de regering. Van een
premier als Balkenende onder wiens regeringsverantwoordelijkheid Prins Constantijn in 2004
aan zijn werk begon bij de Rand Corp valt ook
weinig weerwerk tegen de nukken en grillen van
de Oranjes te verwachten. Balkende afficheert
zich openlijk als een monarchist. Maar dan wel
een van de simpele gereformeerde soort. Een
bijna uitgestorven soort die nog stiekem denkt
dat het Oranje-huis ons door God geschonken is.
Dat het Oranje-huis er een welbewuste politieke
agenda op na houdt om de touwtjes der macht in
handen te houden zal nimmer bij Balkenende of
om het even welke bekende politicus opkomen.
Of beter gezegd: zelfs de Mao-aanhanger Jan
Marijnissen vindt het Oranje-gevoel tegenwoordig fantastisch. Met die falende democratische
controle is het nu mogelijk dat een Oranje-prins
werkt in een deels door de CIA gefinancierde
organisatie.
o o K o p w w w. p r o r e p u b l i c a . n l
jaargang 1 - nummer 2 -
Edwin de Roy van Zuydewijn
en de vastgoedfraude
D
e affaire Edwin de Roy van Zuydewijn
blijft hardnekkig de kop op steken. De
Volkskrant van 18 november 2009 bericht dat
de nationale ombudsman Alex Brenninkmeijer de voormalige directeur van het kabinet
van de koningin Felix Rhodius wil horen.
Hiermee lijkt de ombudsman zich te weren
tegen het gemarchandeer van lakei Balkenende die de rol van Felix Rhodius buiten het
onderzoek van de ombudsman wilde houden.
Het argument van Balkenende is dat het
kabinet van de koningin geen bestuursorgaan
is. Met dat onzinnige argument verwerpt
Balkenende de motie van Ella Kalsbeek die
het kabinet van de koningin indeelde als
bestuursorgaan. Dus een onderdeel van de
overheid en daarom is de ombudsman wel
degelijk bevoegd de rol van Felix Rhodius te
onderzoeken.
door Ton Biesemaat
Hij heeft het slim gespeeld. Door het in de publiciteit gooien van de brieven van lakei Balkenende zette hij de ombudsman voor het blok
zich tegen de premier te keren. Jan van Vlijmen
is één van de spilfiguren in de omvangrijke
vastgoedfraudezaak die nu door de rechtbank
is opgestart. Als Bouwfonds-directeur werd hij
door Eelco Brinkman gebeld om Edwin de Roy
van Zuydewijn uit het Bouwfonds te werken.
Dat heet broodroof. Brinkman belde met Van
Vlijmen omdat dit hem door Felix Rhodius was
ingefluisterd. Jan van Vlijmen heeft gezien zijn
rol in de vastgoedfraude weinig meer te verliezen en schijnt bereid te zijn voor de ombudsman
een boekje open te doen over de rol van Felix
Rhodius. De affaire De Roy van Zuydewijn
begint met deze ontwikkelingen enigszins te
lijken op de zaak Willem Oltmans. Oltmans wist
na decennia juridisch getrouwtrek met de staat
De affaire De Roy van Zuydewijn begint
met deze ontwikkelingen enigszins te
lijken op de zaak Willem Oltmans.
Toch wijst er veel op dat de ombudsman wel
geïmponeerd was door het optreden van Balkenende. Bronnen berichten ons dat de ombudsman voordat de brieven van Balkenende naar De
Volkskrant en Eénvandaag gelekt werden niet
van plan was hoofdrolspelers als Felix Rhodius en directeur Vastgoedontwikkeling van het
Bouwfonds Jan van Vlijmen te horen. De enige
bron die de brieven van Balkenende aan de
ombudsman gelekt kan hebben is Edwin de Roy
van Zuydewijn. De Roy van Zuydewijn heeft
van oudsher goede contacten met redacteur Jan
Born van Eénvandaag en John Schoorl van De
Volkskrant.
- jaargang 1 - nummer 2
zijn miljoenen binnen te halen vanwege broodroof door de staat. Oltmans kreeg zijn miljoenen
nadat hij Prinses Margriet had laten oproepen en
Prins Bernhard de volgende was die op de rol
stond om gehoord te worden. Gaat met het horen
van Felix Rhodius Edwin de Roy van Zuydewijn
dezelfde weg op als Willem Oltmans?
Wat waarschijnlijk in het onderzoek van de ombudsman geen rol zal spelen is de vastgoedrelatie tussen Felix Rhodius en Jan van Vlijmen. Jan
van Vlijmen kocht in zijn glorietijd het landgoed
van Felix Rhodius bij Heemstede. Daarmee
ligt er een verband tussen de grote man van de
vastgoedfraude en de toenmalige directeur van
het kabinet van de koningin. Edwin de Roy
van Zuydewijn heeft me in 2005 omstandig de
criminele werkwijze van het Bouwfonds beschreven. Zover is na te gaan is hij niet opgeroepen als getuige in de vastgoedfraude zaak. De
21
Edwin de Roy van Zuydewijn
en de vastgoedfraude
door Ton Biesemaat
uitspraken van Edwin heb ik destijds op tapes
opgenomen en zijn later door de Amsterdamse
recherche in beslag genomen vanwege een aangifte wegens smaad en laster van een broer van
Margarita. De Amsterdamse recherche is dus
via die weg ook op de hoogte van de uitspraken
van Edwin over de criminele praktijken van het
Bouwfonds, de hoofdverdachten in de vastgoed-
De betrekkingen tussen de ‘extended’
familie Van Amsberg en een foute
vastgoedmagnaat.
fraude en het gemanipuleer van Felix Rhodius.
Daarmee zijn we beland bij een interessante
connectie. De betrekkingen tussen de ‘extended’
familie Van Amsberg en een foute vastgoedmagnaat. Jan Dirk Paarlberg staat terecht voor
het witwassen van afpersgeld. Hij wordt o.a. in
KijK
22
verband gebracht met Willem Holleeder die 17
miljoen euro zou hebben afgeperst van Willem Endstra. Paarlberg zou die 17 miljoen voor
Holleeder hebben geïnvesteerd. Paarlberg heeft
zijn werkkasteel Bolenstein in Maarssen. Daar
verleende hij ook welwillend onderdak aan onze
nu zo bejubelde Eurocommissaris mw. Kroes.
Die smeerde ‘m uit Bolenstein nadat Paarlberg
verdachte werd na de moord op Willem Endstra.
Toen Neelie Kroes nog chique resideerde te
Bolenstein had ze contact met ons aller WimLex
die haar belde (Volkskrant 11 juli 2009). Neelie
Kroes was voor Jan Dirk Paarlberg zijn eigen
lobbyïste, sleutel tot de macht van Nederland.
Ook prins Bernhard junior kwam over de vloer
bij Bolenstein. Paarlberg zou een soort van zakelijk adviseur op de achtergrond voor deze zoon
van Margriet en Pieter van Vollenhoven worden.
o o K o p w w w. p r o r e p u b l i c a . n l
jaargang 1 - nummer 2 -
Woede
door Bob Elbracht
“Ich stimme mit der Mathematik nicht überein.
Ich meine, daß die Summe von Nullen eine
gefährliche Zahl ist.”
Stanislav Lec
spreken weet niemand behalve zijzelf en God,
die dit treffen gearrangeerd heeft.
Terwijl ik verder improviseerde op die beeldspraak, werd de associatie met het sprookje van
Thorbecke op z’n smalst
Doornroosje sterker: een geheime torenkamer,
“Ik voorspel u: als de monarchie valt, dan zal dat
een boze fee die een vloek uitgesproken had en
niet eens onze schuld zijn”, zo grapte ik voor de
het wachten op de reddende prins. Hebben wij
liberale jongerenorganisatie JOVD waar ik een
het hier over de Efteling? Neen, we spreken hier
lezing gaf. Voor mij sprak Uri Rosenthal, fracover de Nederlandse parlementaire democratie.
tievoorzitter van de VVD in de Eerste Kamer en
Het juridische monstrum van Thorbecke, namena mij hield Maurice de Hond een vlammend
lijk dat van de ministeriële verantwoordelijkbetoog over zijn directe burgerdemocratie. Ons
heid, elastisch, ambigu, onbegrijpelijk, irratiodrieën was gevraagd iets te vertellen over het
neel, bestuurlijk onhoudbaar en onhanteerbaar
had vandaag weer eens een staaltje jongleerkunst van een voormalig premier onthuld*. Zo
gaat dat namelijk: omwille van de eenheid van
de kroon wordt tot elke prijs de schijn opgehouden. Echt élke prijs? Jazeker, elke prijs. Terwijl
Ik voorspel u: als de monarchie valt,
dan zal dat niet eens onze schuld zijn
Huis van Thorbecke vanuit ieders eigen perspectief. Nadat Rosenthal uitgelegd had dat het oorspronkelijke bouwwerk inmiddels was voorzien
van allerhande aanbouw, een kelder en gebukt
ging onder een chronisch lekkend dak besloot ik
daarop voort te borduren. Het Huis van Thorbecke heeft namelijk nog een geheim torenkamertje,
duister en afgesloten voor iedereen. Eén keer per
week, doorgaans op maandagmiddag, betreedt
onze premier dat geheimzinnige vertrek om te
overleggen met De Uitverkorene. Waarover zij
- jaargang 1 - nummer 2
de één in de fout gaat, krijgt de ander op z’n
donder - rare boel, dat begrijpt zelfs een klein
kind. Maar in Nederland tilt men daar niet zo
zwaar aan, in zekere zin zijn wij er zelfs een
beetje aan gewend geraakt. Murw geslagen door
ministeriële mantra’s als “De prins is verkeerd
geciteerd” of “De Majesteit bedoelde eigenlijk
te zeggen dat...” en zo voort, strompelt de monarchie verder. Dan volgt steevast een charmeoffensief, op weg naar het volgende incident.
De kunst van het Niets Doen
Zoals niets doen van de Majesteit tot het ongeschreven staatsrecht behoort (denk aan Juliana
die herhaaldelijk weigerde een wet te ondertekenen) blijkt thans* wat er gebeurt als een premier
niets doet; met andere woorden, zijn ministeriële
verantwoordelijkheid gewoon niet neemt. Den
Uyl begreep dat als na Lockheed ook nog de
omkoopkwestie Northrop in de openbaarheid
gebracht zou worden, de roep om strafrechte23
Woede
door Bob Elbracht
lijke vervolging van de Prins-Charlatan te sterk
zou worden en vervolging onvermijdelijk. Juliana zou aftreden en Beatrix had reeds aangegeven
in dat geval te weigeren haar op te volgen. Een
kolossale en langdurige constitutionele crisis
zou Nederland ten deel vallen, wellicht zou het
zelfs het einde van de monarchie betekenen. Dus
plaats van het openbaar ministerie, die toch niet
heeft kunnen vinden en dan de boel maar onder de hoed houdt? Nee, in zo’n land leven wij
gelukkig niet. Behalve als het om die ene familie
gaat, dan maken wij graag een uitzondering.
Behalve als jouw kabinet het niet zal overleven
omdat het verantwoordelijk is voor wat een ander heeft gedaan. Thorbecke op z’n smalst.
Die republiek komt er toch wel.
De republiek onvermijdelijk
Zoals Philipp Bekaert van onze Belgische
zusterorganisatie CRK treffend formuleerde:
“Discretie is de essentie van de constitutionele
monarchie. De koning moet discreet handelen
om efficiënt te kunnen handelen”. Zo is dat.
Zo gaat dat in onze schijndemocratie: duister,
geheim, afgeschermd en onttrokken aan ieders
waarneming. En als wat daar gebeurt de spuigaten uitloopt veeg je het gewoon onder de mat.
Terwijl Jeltje van Nieuwenhoven de loftrompet
steekt over Den Uyl en Van Thijn het ‘een briljante zet’ noemt, wachten wij geduldig af. Die
republiek komt er toch wel. Helemaal vanzelf.
En dan is dat niet eens onze schuld.
Wij wachten. Woedend.
wat deed de premier? Juist, niets. Immers, híj
was hier verantwoordelijk voor. Onder de mat
vegen dus die rommel, om vervolgens als een
vakkundig staatsman die vastberaden de monarchie gered heeft de geschiedenisboekjes in te
gaan.
Klassejustitie
De scheidslijn tussen liegen en verzwijgen is
flinterdun, zo blijkt. Maar waarom eigenlijk?
Omdat Den Uyl en Juliana elkaar zo graag
mochten? Of is het omdat deze uitzonderlijk
geprivilegieerde familie door God uitverkoren
is en daardoor boven de wet staat? Leven wij
in zo’n land waar de premier voorspelt dat “in
de Kamer zal worden gevraagd strafrechtelijk
onderzoek te doen naar niet opgehelderde strafbare feiten” omdat zijn ingestelde commissie, in
24
* Het gaat hier over het verschijnen van het
boek over Joop den Uyl van Annet Bleich in
2007.
jaargang 1 - nummer 2 -
Willen wij eigenlijk wel een
ceremoniële koning?
Op 30 Januari 2008 verscheen in NRC Handelsblad een pleidooi van Prof. H.W. von der
Dunk voor een ceremonieel koningschap.
In de discussies lijken er twee alternatieven
te worden voorgelegd: een monarchie of een
monarchie. Statutair streeft Pro Republica echter
de republiek na, maar veel van onze leden zouden met het door Prof. von der Dunk bepleitte
“Zweedse model” reeds genoegen nemen. Het is
een geluid dat geregeld te horen is: hetzij door
een beledigd parlementslid dat luidruchtig een
steen in de vijver werpt, hetzij door speculaties
over een komende abdicatie.
Ook de monarch betekent in post-absolutistisch
tijdperk nog steeds een bestuurlijke black box,
dat zich aan parlementaire controle onttrekt. Het
diffuse pragmatische compromis van de constitutionele monarchie is daardoor onaanvaardbaar.
De essentie van de constitutioneel vorst is dat hij
discreet moet handelen wil hij efficiënt kunnen
handelen. Verborgenheid als hoeksteen van een
bestuurlijk bestel staat haaks op de pijler van de
moderne democratie, namelijk transparantie en
openheid van bestuur. In zoverre zou een gedepolitiseerd koningschap inderdaad wenselijk zijn
door het bestuurlijke monstrum van Thorbecke
uit de grondwet te verwijderen.
Toch is nog een en ander af te dingen op het
pleidooi voor een ceremonieel koningschap.
In de eerste plaats zou de historische plooi niet
worden gladgestreken, immers, het zou hoogstens leiden tot een ‘pseudo-president’ in een
‘amfibische pseudo-republiek’. Nederland blijft
dan een monarchie als staatsvorm behouden
maar dan met een republikeinse regeringsvorm.
Het ene compromis wordt dan verruild voor het
andere. Nadeel is echter wel dat de koning in dat
geval geheel onkwetsbaar is geworden, en de
weg naar een republikeinse staatsvorm vrijwel
definitief wordt afgesneden.
In de tweede plaats is er het emotionele argument. De historische verankering van de
Oranje-stadhouders als ‘pseudo-monarchen’ in
- jaargang 1 - nummer 2
door Bob Elbracht
een ‘amfibische pseudo-republiek’ zou tot een
emotionele verwevenheid met het Nederlandse
volk hebben geleid, dat een monarchie met
gedepolitiseerd koningschap zou rechtvaardigen.
In zijn historische overzicht verzuimt von der
Dunk echter melding te maken van de politieke
rust en economische voorspoed die tijdens de
republiek heerste tijdens de stadhouderloze
periodes, dankzij het Oranjeloze bestuur en zeer
nadrukkelijk ondanks de Oranjes. Met andere
woorden: er is altijd, reeds vanaf Maurits, een
politieke tegenbeweging geweest die dit pseudoelement wenste te elimineren. Die tegenbeweging herkende in het erfelijk stadhouderschap
een bestuurlijk instabiele factor.
Verborgenheid als hoeksteen van een
bestuurlijk bestel staat haaks op de
pijler van de moderne democratie...
Die tegenbeweging is evenzeer in het Nederlands collectief bewustzijn verankerd als de door
von der Dunk vermeende aanhankelijkheid. Dat
is het diep gewortelde gevoel geen onderdaan te
willen zijn, nimmer en van niemand, dan hoogstens van zichzelf. Deze mentale houding treft
men door het gehele politieke spectrum aan en
in alle sociale lagen van de bevolking.
Het laten voortbestaan van de monarchie als een
staatkundige anomalie omdat nu eenmaal ‘de
samenleving aan elkaar hangt van anomalieën
en relicten’ biedt daarvoor onvoldoende bestuurlijke en emotionele grondslag.
25
Voor schut
Hier sta ik, ik kan niet anders...
H
et zal u niet ontgaan zijn dat de Dirk
Scheringa Bank (DSB) is omgevallen.
Daarmee is niet alleen Scheringa aangeschoten wild geworden. Ook de gebrekkige rol
van de huidige toezichthouder AFM en hun
voorganger De Nederlandsche Bank (DNB)
staat weer ter discussie. Al eerder bij het
Icesave-debacle en de ABN-Amro-perikelen
kwam DNB-directeur Nout Wellink in zwaar
weer terecht. Dat herhaalt zich nu.
Dirk Scheringa en Nout Wellink onder vuur,
maar Pro Republica mist iemand die ook wel
eens genoemd mag worden. Want De Nederlandsche Bank als toezichthouder staat weer
onder toezicht van haar commissarissen.
En één van die commissarissen is de heer Van
Amsberg te Wassenaar. Dus na Icesave, Fortis,
ABN-Amro, ING kunnen we zeggen dat deze
commissaris door zijn falende toezicht op de
DNB weer een minpuntje op zijn palmares kan
bijschrijven.
Maar ter verdediging van de heer Van Amsberg
te Wassenaar kunnen we zeggen dat een watermanager en internationaal olympiër natuurlijk
niet zoveel verstand heeft van bankieren. Hij
heeft wel een boel geld maar gezien zijn omstreden vastgoedprojecten blinkt hij niet uit in
financieel inzicht. Van geld meer geld maken
dus. Maar had de heer Van Amsberg als DNBcommissaris dan niet beter de eer aan zich zelf
moeten houden? Hij moet toch wel eens zittend
op een gouden bril in zijn private kamertje na-
Petje af dat WimLex zich vrijwillig
voor een voor hem luttele fooi van
slechts € 23.000 voor schut laat zetten
als DNB-commissaris.
gedacht hebben. Zoiets in de trant van: ‘Waarom
ben ik in godsnaam commissaris bij De Nederlandsche Bank? Mijn familie bezit miljarden van
dat spul maar verstand ervan heb ik niet’. Dat
WimLex al op de gouden bril zittend een ont26
door Ton Biesemaat
slagbrief samenstelde? De man heeft toch een
beetje dat Julianeske over zich. ‘Wie ben ik dat
ik deze zware taak op me neem?’ Een spoortje
twijfel dat zijn grootvader en moeder ten enen
male respectievelijk miste of mist.
Dat WimLex iets te verwijten valt komt natuurlijk voort uit de absurdistische, onlogische
staatsinrichting van onze polder en de daaruit
ontsproten regentencultuur. De heer Van Amsberg maakte men ondanks bewezen ondeskundigheid toch commissaris van zoiets belangrijks
als De Nederlandsche Bank. Dat krijg je er nou
van als je de burgers van dit land niet vertrouwt
en alles regelt in achterkamertjes. Omvallend
dominosteentje Dirk Scheringa beschadigt dominosteentje Nout Wellink die dominosteentje
WimLex beschadigt.
‘s Avonds voor het slapen gaan oefent WimLex
met Máxima bancaire theorie. Maar het blijft
niet hangen. Dan belt hij weer met zijn broer
Friso die het nog beter weet dan Máxima. Maar
die heeft het te druk om de familiemiljarden uit
de klauwen van de hedge funds te redden. Zo
modddert de commissaris maar door. Je hoort
het aanhangers van de monarchie vaak zeggen
‘dat het een zware taak is die je niemand gunt.
Mooi dat de oranjes het op zich willen nemen.’
Ze hebben gelijk. Petje af dat WimLex zich
vrijwillig voor een voor hem luttele fooi van
slechts € 23.000 voor schut laat zetten als DNBcommissaris.
Maar laten we toch nog even doorredeneren
over een weergaloze spagaat theoretisch zou
kunnen ontstaan als gevolg van een curieuze
afgeleide ministeriële verantwoordelijkheid. Stel
nu eens dat de zaak gierend uit de hand loopt
jaargang 1 - nummer 2 -
Voor schut
Hier sta ik, ik kan niet anders...
en er een parlementaire enquête komt over de
gebrekkige rol van de toezichthouders. Immers, niet alleen de huidige DSB-bestuurders
zullen aan de tand worden gevoeld, maar ook
ex-bestuurders zoals Gerrit Zalm en Ed Nijpels
ontspringen de dans niet. Dus zo hypothetisch is
deze veronderstelling niet eens. Een gedachtenexcercitie ad absurdum:
1. Zouden de toezichthoudende commissarissen
van De Nederlandsche Bank bij zo’n enquête
gehoord worden, dan zou dat uiteraard ook voor
commissaris Willem-Alexander gelden.
2. Maar die kan niet opgeroepen worden, want
de prins is onschendbaar. Dus wordt de ministeriële verantwoordelijkheid geactiveerd, met als
resultaat dat de premier in zijn plaats voor de
commissie moet verschijnen.
door Ton Biesemaat
4. Dan zit premier Balkenende op het verhoorbankje onder zijn eigen vice-premier, als plaatsvervanger voor de falende prins. Maar Balke-
Stel nu eens dat de zaak gierend uit de
hand loopt en er een parlementaire
enquête komt over de gebrekkige rol
van de toezichthouders.
nende kan nergens van weten om de simpele
reden dat hij nooit aan de vergadertafel van De
Nederlandsche Bank heeft gezeten.
Je blijft lachen met zo’n constitutionele
monarchie.
3. De prins staat hiërarchisch onder Nout Wellink als hoogste baas van De Nederlandsche
Bank, en die op zijn beurt weer onder de Minister van Financiën, Wouter Bos.
- jaargang 1 - nummer 2
27
Het Erfelijkheidseuvel
door Rafaël Hebing
P
olitici die elkaar de hand boven het hoofd
houden, ministers die bewust misstanden
onder de pet houden, een volksvertegenwoordiging die zich gewillig het juk van het kabinet en de regeringspartijen laat opleggen, het
onderling verdelen van bestuurlijke functies,
aanbestedingen en privileges... Een kleine
selectie van Haagse monarchale praktijken
die ertoe hebben geleid, dat er inmiddels een
diepe kloof gaapt tussen bestuur en kiezer.
Burgers hebben inmiddels de indruk, dat deze
praktijken onderdeel zijn geworden van ons
politieke proces. Dat brengt op zijn beurt het
gevoel teweeg, dat alles toch al een uitgemaakte
zaak is en dat gewone burgers onmogelijk invloed kunnen uitoefenen op de plannen van de
Haagse elite, laat staan op onze staatsinrichting.
Mensen die wel de moeite nemen om kritisch
na te denken over onze staatsinrichting, worden
geconfronteerd met reacties als “waar maak je
... dat gewone burgers onmogelijk
invloed kunnen uitoefenen op de
plannen van de Haagse elite, laat
staan op onze staatsinrichting.
je toch druk om, alles werkt toch?” en “wat gaat
jou dat aan?”. Maar waarom zetten zo weinig
politici vraagtekens bij deze misstanden? Hoe
heeft het kunnen gebeuren, dat anno 2009 geen
enkele zichzelf respecterende democraat naar de
interruptiemicrofoon is gestapt en in het openbaar heeft durven vragen of het allemaal wel in
orde is met onze monarchie? Een verklaring in
de vorm van een schijnbaar gebrek aan electorale urgentie is mijns inziens te simplistisch.
Bij kritische vragen over de monarchie wordt
doorgaans de indruk gewekt, dat er van daadwerkelijke politieke macht helemaal geen sprake
is. Sterker nog, de koninklijke familie zou
Nederland, ondanks het ontberen van daadwerkelijke politieke macht, een heleboel voordelen
opleveren. Met name op diplomatiek en econo28
misch gebied. Er is dus geen probleem. Over tot
de orde van de dag. Maar klopt het eigenlijk wel
wat onze politici ons willen doen geloven? Hoe
ver gaat de macht van de Oranjes nou echt?
Dat de diplomatieke en economische invloed
van de Oranjes wezenlijk is, moge volkomen
duidelijk zijn. Natuurlijk zijn er enkele gevallen
te noemen waarin de interventie van de monarch heeft geleid tot gewenste veranderingen
in de diplomatieke en economische betrekkingen met een specifiek land. Daar valt tegenin te
brengen, dat er met name in Europees verband
erg moeilijk wordt gedaan over het feit dat wij
Nederlanders (en een groepje andere Europese
monarchieën) nog steeds een koningin als de
jure staatshoofd hebben.
Naast het feit dat de monarchale regeringsvorm
volkomen haaks staat op democratische principes is het voor andere Europese landen niet
altijd even duidelijk waar de soevereiniteit ligt
(of in dit geval, de bevoegdheid om namens de
Nederlandse regering te spreken). Enerzijds heb
je op Europees en nationaal niveau democratisch
gekozen bestuurders, anderzijds word je geconfronteerd met een de jure staatshoofd dat haar
positie dankt aan het feit dat ze toevallig uit een
bepaalde baarmoeder komt, of, als we de grondwet mogen geloven, omdat ze daartoe door God
uitverkoren zou zijn.
Deze op zich al ongemakkelijke situatie kan
een stuk ongerieflijker worden als de monarch
plotseling controversiële uitlatingen doet die niet
in lijn zijn met het beleid van de democratisch
gekozen regering. Daardoor kunnen niet alleen situaties ontstaan waarin andere landen het
democratische bestuur verantwoordelijk houden
voor uitlatingen die zij in eerste instantie zelf
niet onderschrijft, maar daarmee is ook de geloofwaardigheid van het democratische bestuur
in het geding.
De notie dat Beatrix met haar bezoekjes aan buitenlandse staatshoofden ons nationaal product
een boost zou geven in de orde van enkele miljarden, blijkt volkomen ongefundeerd te zijn. De
voorstanders van de monarchie wijzen met name
jaargang 1 - nummer 2 -
Het Erfelijkheidseuvel
door Rafaël Hebing
op de langdurige (en vaak persoonlijke) betrekkingen die monarchen met elkaar zouden hebben. Hierdoor zou de Nederlandse monarch (in
tegenoverstelling tot een democratisch gekozen
bestuurder) veel meer kunnen bewerkstelligen.
Naast het feit dat de monarchieën op mondiaal
niveau inmiddels tot de minderheid behoren,
wordt daarbij compleet buiten beschouwing
gelaten, dat buitenlandse mogendheden algemene economische belangen veel zwaarder laten
wegen dan het feit dat er toevallig een koningin
als de jure staatshoofd op de proppen komt. De
economische belangen zijn simpelweg te groot
om zich te laten leiden door de willekeur van
een individueel staatshoofd.
De politieke invloed van de monarch is allerminst een sinecure, waar het gevaar ‘m niet
alleen zit in de omvang van haar macht, maar
vooral in de onduidelijkheid van die macht. De
ministeriële verantwoordelijkheid wordt gezien
als het mechanisme bij uitstek om die macht
beperkt te houden. Daarbij wordt doorgaans
verzwegen, dat de koningin de facto een carte
blanche kan krijgen, als de minister-president
bereid is om hier heimelijk aan mee te werken.
De implicaties daarvan werden op pijnlijke
wijze zichtbaar bij de vele gevallen van machtsmisbruik door leden van de koninklijke familie.
Zo was er de minister-president, Joop den Uyl,
die er blijkbaar, zonder enige vorm van voorafgaande parlementaire controle, voor kon kiezen
om de Northrop-affaire onder de pet te houden.
Zo kon de ‘prins’ ongestoord giften aannemen
van buitenlandse bedrijven en in ruil daarvoor
privileges en aanbestedingen aan die bedrijven toekennen. Van andere praktijken die het
daglicht niet konden verdragen bleef de ‘prins’
evenmin verschoond, zoals het wegkapen van
1 miljoen gulden uit de Widergutmachung. Een
bittere pil voor de nabestaanden van holocaustslachtoffers en gesneuvelde verzetsstrijders, die
met lede ogen moesten aanzien hoe de fervente
collaborateur werd gehuldigd als held van het
Nederlandse volk. Ik zeg met hoogoplopende
ironie ‘prins’, omdat ieder denkend individu der
- jaargang 1 - nummer 2
mensheid zich in het gezelschap zou wanen van
een de facto staatshoofd uit een ongure bananenrepubliek.
Gezien het feit dat er sinds die tijd op legislatief
vlak nagenoeg niets is gedaan om toekomstige
herhalingen van dit soort misstanden te voorkomen, is het zeer aannemelijk dat historici
over enige tijd weer stuiten op een beerput vol
monarchale onregelmatigheden. Dit omdat onze
huidige bestuurders al dan niet moedwillig over
(de mogelijkheid tot het bedrijven van) dergelijke praktijken zwijgen.
De ministeriële verantwoordelijkheid blijkt zelfs
zo’n ondoorzichtig en ambigu monstrum te zijn,
dat zelfs hoogleraren in constitutioneel recht het
niet eens kunnen worden over de exacte juridische betekenis ervan.
Of met het regeringsvliegtuig naar
Milaan willen gaan om daar op
rekening van de staat te gaanshoppen?
Dan zijn er nog de talloze voorrechten van de
koninklijke familie. Zo hoeft de monarch zich
tegenover ons ‘onderdanen’ niet te verantwoorden voor zijn (al dan niet strafbare) handelen
vanwege de koninlijke onschendbaarheid. Daarnaast heeft de koninklijke familie het (exclusieve) gebruiksrecht op zeer riante voorzieningen, waaronder diverse paleizen, jachtgronden,
een vloot aan rij-, vaar- en vliegtuigen, die stuk
voor stuk door de Nederlandse belastingbetaler
worden opgebracht en onderhouden. Wie zou
niet op kosten van de belastingbetaler in een afgeschermd gebied, in het gezelschap van andere
prominente lieden, willen jagen op fazanten? Of
met het regeringsvliegtuig naar Milaan willen
gaan om daar op rekening van de staat te gaan
shoppen?
Op grond waarvan hebben zij schijnbaar het
exclusieve recht op al die privileges? Vanwege
hun vermeend belangrijke historische rol? De
bijdrage die hun vermeende voorouder, te weten
Willem van Oranje, zou hebben geleverd aan de
29
Het Erfelijkheidseuvel
door Rafaël Hebing
Nederlandse opstand tegen Spanje? Als we sommige parlementariërs mogen geloven, waaronder
Martin Bosma van de PVV, wel.
De positie van de koninklijke familie wordt
gelegitimeerd door afstamming van Willem van
Oranje. Die legitimatie staat, zoals velen inmiddels weten, op gespannen voet met de waarheid.
De directe lijn werd begin 18e eeuw onderbroken, toen de laatste mannelijke telg van het
geslacht van zijn paard viel en kinderloos stierf.
Van een belangrijke rol bij de opstand tegen
Spanje was evenmin sprake. Men zou eerder
kunnen stellen dat de opstand is gelukt ondanks
de inspanningen van de veronderstelde ‘koninlijke’ lieden. Zo kwam Maurits bij raadspensionaris Johan van Oldenbarnevelt verhaal halen
vanwege gedorven oorlogsbuit, en maakten
Van een belangrijke rol bij de opstand
tegen Spanje was evenmin sprake.
Korea en alle daaraan verbonden privileges. Het
moge volkomen duidelijk zijn, dat zo’n situatie
volstrekt onwenselijk is. Toch lijkt niemand in
de Nederlandse volksvertegenwoordiging zich
hier iets van aan te trekken.
De huidige situatie is allerminst bemoedigend.
Toch zijn er in de ontwikkelingen van de laatste jaren redenen te vinden voor voorzichtig
optimisme. Het cynisme van het electoraat
tegenover de gevestigde orde heeft er mede
toe geleid, dat de gevestigde orde er voor een
steeds groter wordende groep Nederlanders
steeds minder toe doet. De opkomst van nieuwe
media heeft een nieuw democratiseringsproces
op gang gebracht, waarin niet langer de Haagse
elite, maar de burgers zelf zorgen voor sociale
cohesie, alsmede voor de kaders van hun eigen
‘civil society’. In dit kerende tij zal de rol van
de monarch steeds marginaler worden, ten einde
de monarchie onder het gewicht van haar eigen
conservatisme zal bezwijken...
Maurits en consorten geregeld gebruik van bruut
geweld en intimidatie (veelal middels orangistische knokploegen) om hun positie verder te
consolideren.
Even los van de veronderstelde historische rol
die ons koninklijk huis zou hebben gespeeld,
zou het toekennen van het exclusieve recht op
het hoogste bestuurlijke ambt van ons land aan
het veronderstelde nageslacht van Willem van
Oranje niet betekenen dat wij bezig zijn om
niet alleen Willem van Oranje, maar ook diens
vermeende nageslacht, tot in lengte der dagen
te belonen voor de vooralsnog hypothetische
bijdrage die Willem van Oranje zou hebben
geleverd? Een kleine analogie om dit gegeven in
perspectief te plaatsen.
In Noord-Korea, een land dat in het algemeen
wordt beschouwd als stalinistisch en anti-democratisch, is men bezig om Kim-Il-Sung en zijn
nakomelingen tot in lengte der dagen te belonen
voor de bijdrage die Kim-Il-Sung zou hebben
geleverd tijdens hun revolutie. Te weten, met het
exclusieve recht op het leiderschap van Noord30
jaargang 1 - nummer 2 -
Het grote gelijk van Bagehot
door Bob Elbracht
G
rote kans dat het boek “The English
Constitution” (of de Nederlandse vertaling van de relevante delen) van de 19e
eeuwse Britse econoom en politicoloog Walter
Bagehot* op Beatrix’ nachtkastje ligt. Het is
een van de weinige geschriften - zoniet het
enige - dat na de zeventiende eeuwse verlichting een enigszins rationele rechtvaardiging
biedt voor de constitutionele monarchie.
Een soort massa-psychologie avant la lettre. De
prijs die daarvoor betaald moet worden is wel
erg hoog. De onderdanen worden namelijk voor
volslagen achterlijk gehouden: “Dienovereenkomstig zal het koningschap, zolang het mensenhart sterk en het menselijk verstand zwak
is, sterk staan, omdat het vage gevoelens aanspreekt en zal de republiek zwak staan omdat zij
een beroep doet op begrip.”
Vanwege de intrinsieke irrationaliteit van de
monarchie komt Bagehot met een klemmend
advies. Men moet omwille van de mystiek de
monarch niet in het felle daglicht plaatsen. Dat
is inderdaad een valide argument. Voltaire wist
het zelfs nóg sterker te formuleren: het toppunt van arrogantie is je helemáál niet meer
laten zien, zoals bijvoorbeeld de vooroorlogse
Japanse keizer. Dan heeft de mythe alle ruimte
om te bloeien, zichzelf uit te vergroten en te
versterken. Beatrix begrijpt dat als geen ander.
Toen Nederland een republiek was hadden zo’n
beetje alle andere Europese landen een monarchie. En toen die na de Franse Revolutie stuk
voor stuk vielen om plaats te maken voor een
republiek werd Nederland juist een monarchie.
Om dat anachronisme te compenseren begreep
Beatrix - in tegenstelling tot haar moeder - dat
daarvoor de mystiek van Bagehot uit de kast
gehaald moest worden. Aan het begin van de
19e eeuw kon je immers niet meer met goed
fatsoen je onderdanen laten geloven dat je door
God uitverkoren was,- laat staan in de 21e eeuw.
Om die reden liet zij zich bijvoorbeeld in een
hermelijnen mantel inhuldigen en zich met de
archaïsche titel ‘Majesteit’ aanspreken. Om haar
- jaargang 1 - nummer 2
veronderstelde sociale meerwaarde maatschappelijk te verankeren meet zij zich arrogantie aan
als politiek-grandioze stijlvorm. Heel slim, zou
Bagehot vinden.
Welnu, wat bakt haar troonopvolger ervan? Hij
kondigde reeds aan een stijl te zullen volgen
die meer met die van zijn grootmoeder overeen
zal komen dan met die van zijn moeder. Zijn
grootmoeder, die zich liever met ‘mevrouw’ liet
aanspreken, gaf te kennen dat - ware zij geen
koningin - zij republikein zou zijn geweest.
Willem-Alexander gaat echter wél in het felle
daglicht staan.
En wat krijgen we dan te zien? Stuitende taferelen van een hossendeen feestende platte troonopvolger tussen het even platte oranjegrauw tijdens
de Olympische Spelen in Peking waarvan zijzelf
plots ook deel uit blijken te maken. Van mys-
Men moet omwille van de mystiek
de monarch niet in het felle
daglicht plaatsen.
tiek is hier weinig sprake, om van ‘Hoogheid’
of ‘Majesteitelijk’ maar te zwijgen. Emotie (het
zwakke menselijke verstand volgens Bagehot)
is inderdaad de kurk waarop Oranje drijft, maar
op deze manier heeft Bagehot het zeer zeker niet
bedoeld. Om de irrationaliteit van de monarchie
te kunnen handhaven zou Bagehot dit vast niet
zo slim gevonden hebben.
Wie goed luistert kan Alexanders vrouw zelfs
‘een beetje dom’ horen fluisteren.
* Zie ook het artikel ‘De Tovenaarslering’ voor
meer over Walter Bagehot.
Walter Bagehot: ‘De voor- en nadelen van een
koning’, vertaald door Hans van Cuijlenborg,
95 blz. ISBN 90.351.2938.5
Uitgeverij Bert Bakker. € 9,90
31
De tovenaarsleerling
door Bob Elbracht
Z
oals bekend heeft de republikein een bestuurlijk bezwaar tegen het monarchale
bestel. En omdat de hoogste bestuurlijke
regionen het domein van politici is, komt dat
in de praktijk neer op een politiek probleem.
Maar daarnaast zijn er natuurlijk nog veel
meer bezwaren. Het afgelopen jaar is er naast
dat bestuurlijk-politieke probleem er een
nieuw bezwaar bijgekomen: namelijk dat van
de kosten van de monarchie.
Tegenover die (overigens nog steeds onduidelijke) kosten staat een economisch argument, dat
geregeld opduikt in discussies, internetfora en
dat zelfs in de Tweede Kamer gehanteerd wordt.
Dat argument luidt ongeveer als volgt: ‘het kan
wel zijn dat het koningshuis ons jaarlijks ruim
€ 100 miljoen kost, maar ze brengen een veelvoud van dit bedrag (schrik niet, € 3 à 4 miljard)
in het laatje’. Dit argument indachtig, wordt de
ven vaak onbenoemd of men onderzoekt de baten vooral in het amusements- of cultuurwaarde
van het koningshuis.’ Vervolgens wakkert hij de
nieuwsgierigheid van de lezer verder aan door te
suggereren dat ‘...volgens velen is het onmogelijk om de waarde van het koningshuis te benaderen, zelfs onder economen’. Wel wel, dat belooft wat. Deze man heeft het kennelijk allemaal
keurig uitgezocht en gaat ons uit de doeken doen
wat de baten zijn van onze operettemonarchie.
Om te beginnen komt Van Dalen met een schier
eindeloze opsomming van de kosten,- maar die
kenden we al. Paragraaf drie wordt interessant
met de intrigerende titel ‘De baten van een monarchie in theorie’. Tjonge, theoretische baten,
wat zou dat moeten zijn? Zoiets als een bakker
die een theoretisch brood heeft gebakken? Hoe
zou dat smaken, en belangrijker nog, zou het
ook de honger stillen?
...wordt de stereotype zuinige
Nederlander geacht in termen
van kosten en baten ons koningshuis
als eenbuitengewoon winstgevende
onderneming te beschouwen...
De bron van dit fabeltje – want dat is het namelijk, zoals u later zult zien - een artikel van H.P.
van Dalen* dat is gepubliceerd in het Jaarboek
Overheidsfinanciën 2007 (SDU Uitgevers, Den
Haag blz-155-172). In dit artikel wil van Dalen
een cijfermatig inzicht bieden in de kosten en
de baten van het koningshuis, want zo zegt hij
zelf: ‘In de populaire pers en in de parlementaire
debatten worden de kosten van het koningshuis
wel eens ter sprake gebracht, maar de baten blij32
€
stereotype zuinige Nederlander geacht in termen
van kosten en baten ons koningshuis als een
buitengewoon winstgevende onderneming te beschouwen, dus waarom zou je daar beknibbelen
op een dubbeltje,- laat staan opheffen?
Volgens Van Dalen is Beatrix een uitstekende
leerlinge van Walter Bagehot, de negentiende
eeuwse econoom en politicoloog, oprichter van
The Economist en schrijven van het beroemde
The English Constitution. Behalve beroemd
is dit werk ook berucht vanwege het cynische
mensbeeld dat eruit spreekt; de onderdanen
houdt hij voor volslagen achterlijk omdat de monarchie dat zou vereisen, terwijl de republiek appelleert aan het verstand. En aldus, zo redeneert
Bagehot, heeft een constitutioneel vorst er alle
belang bij ‘de magie van het koningschap niet in
jaargang 1 - nummer 2 -
De tovenaarsleerling
door Bob Elbracht
het felle daglicht te plaatsen’. Daar is inderdaad
wat voor te zeggen. Immers, een sprookje of
goocheltruc verliest onmiddellijk zijn charme als
het tot op de vezel geanalyseerd wordt. Het is
van belang dat u de betekenis en vooral de context van Bagehot’s voorwaarde even vasthoudt.
Want dan belanden wij bij paragraaf 4 van zijn
artikel: ‘De baten van de monarchie in praktijk’.
Hier wordt dan uiteindelijk daadwerkelijk gerekend, tot hij plotseling - in drie luttele zinnetjes
- het waagt voor Nederland een voorzichtige
schatting te maken van de praktische baten door
ons vorstenhuis. En ja hoor, daar zijn die € 3 à 4
miljard aan baten. Daarop volgen onvermijdelijk
vele bezwaren, waaruit blijkt dat Van Dalen toch
niet zo zeker is van zijn zaak. In gewoon Nederlands: hij komt er niet uit. Wat nu te doen?
En hier tovert Van Dalen Bagehot uit zijn hoge
hoed: ‘Een cruciale vraag die op de achtergrond
blijft spelen is of waar die baten precies vandaan
komen. Hier moet deze studie in gebreke blijven
en misschien moeten we ons aan de woorden
houden van Bagehot dat we niet teveel daglicht
op de magie moeten laten schijnen anders verdwijnt wellicht de monarchiebonus.’ Geloof het
of niet, maar dit schrijft hij écht. Echt waar.
Samenvattend komt het neer op het volgende:
Van Dalen misbruikt Bagehots massapsychologische argument in een economische context om
vooral maar niet de kosten en geclaimde baten
te berekenen, want stel je voor dat dan wel eens
zou kunnen blijken dat de monarchie ons meer
kost dan dat zij oplevert.
Van Dalen misbruikt Bagehots
massapsychologische argument in een
economische context om vooral maar
niet de kosten en geclaimde baten
te berekenen...
Laten we hopen dat Gerrit Zalm, die door Balkenende onlangs werd aangewezen als voorzitter
van de commissie die de komende twee jaar de
kosten en eventuele baten van ons koningshuis
moet uitpluizen, een slechte leerling van Bagehot is. Zeker is echter dat Van Dalen het beste
jongetje van klas is: hij houdt ons voor volslagen achterlijk.
* H.P. Van Dalen is verbonden aan Erasmus Competition
and Regulation Institute (ECRI)van de Erasmus Universiteit en het Nederlands Interdisciplinair Demografisch
Instituut (NIDI) in Den Haag.
** Zie ook het artikel ‘Het grote gelijk van Bagehot’.
- jaargang 1 - nummer 2
33
Voorbeeldfunctie
door Bob Elbracht
H
et is van tweeën één: ófwel nemen diegenen die het staatshoofd een voorbeelden symboolfunctie toedenken daadwerkelijk
een voorbeeld aan haar, ófwel zij laten dat
beeld los en erkennen dat het staatshoofd
geheel en al losstaat van het volk.
Om met de laatstgenoemde te beginnen: de koningin bekleedt géén voorbeeld- en symboolfunctie. Haar curieuze gedrag en privileges zijn dan
niet langer het gevolg van een hoge maatschappelijke positie of anderszins, maar gewoonweg
omdat zij - net als een exotische diersoort,
behalve dan misschien een biologische – geen
enkele verwantschap met ons heeft. Voor haar
gelden andere regels, zoals er misschien wel
leven op Mars is, maar dan alleen niet in een
vorm die wij kennen. Misschien is zij inderdaad
wel door God uitverkoren, wie – behalve zijzelf
zo, voor dit wezen gelden nu eenmaal andere
regels. Zelfs hele gewone regels gelden niet
voor deze merkwaardige species, bijvoorbeeld
nooit te hoeven wachten, zoals op de bus of voor
de kassa bij de supermarkt. Onbegrijpelijk, maar
waar.
Het eerstgenoemde alternatief is plausibeler,
maar met vérstrekkender gevolgen. Ons staatshoofd bekleedt wél een voorbeeld- en symboolfunctie en daar houden wij ons strikt aan.
Mooi zo, daar gaat –ie dan. Als er een file staat
gaan we over de vluchtstrook rijden en zetten
een grote mond op als de politie ons op de bon
dreigt te slingeren. We houden per direct op
Misschien is zij inderdaad wel door
God uitverkoren, wie – behalve zijzelf
- zal het zeggen?
- zal het zeggen? Dat zou een mooie verklaring
zijn waarom zij geen belasting behoeft te betalen, waarom zij, hoewel ongekozen, tóch politieke zeggenschap heeft, en nooit haar gestaag
uitdijende privé-vermogen hoeft aan te spreken,
omdat alles voor haar gratis is. Ze woont gratis, het onderhoud aan haar paleizen is gratis,
ze vervoert zich gratis en kan onbeperkt fouten
maken omdat zij wettelijk niet verantwoordelijk
gehouden mag worden voor haar doen en laten.
Inderdaad, net of we over een andere wereld
spreken. Maar ja, erkent men dat ons staatshoofd
geheel en al losstaat van het volk, dan is dit
de enige zinnige hypothese waarom men deze
toestand laat voortbestaan. Alsof we een raar
exotisch dier hebben gevangen, in de dierentuin
tentoonstellen en vervolgens constateren dat het
zichzelf elke dag doodt en opeet. Tja, zullen de
biologen dan zeggen terwijl zij zich achter de
hooggeleerde oren krabben: het is nu eenmaal
34
inkomsten- successie- en vermogensbelasting te
betalen. Op ons aangifteformulier lichten we toe
dat we een voorbeeld nemen aan het staatshoofd.
De inspecteur zal vast begripvol reageren, ook
als we familie en vrienden (‘vrinden’) helpen de
fiscus te ontwijken. We bestellen vliegtickets bij
de KLM en laten de factuur naar een of ander
ministerie sturen. En als we een boot hebben,
vergeten we natuurlijk niet de onderhoudsbonnetjes er ook nog even bij te sluiten. Trouwens,
de catering kan er ook nog wel bij. Allochtone
medelanders hoeven zich niet langer bezwaard
te voelen vanwege hun dubbele nationaliteit en
we sturen een mailtje aan Balkenende dat wij
graag ook de notulen van de ministerraad willen ontvangen, omdat wij zojuist middels een
goddelijke ingeving te horen hebben gekregen
dat we uitverkoren zijn. Oh, en we bemoeien
ons ook nog met de volgende kabinetsformatie
en willen óók onze handtekening onder nieuwe
jaargang 1 - nummer 2 -
Voorbeeldfunctie
door Bob Elbracht
wetten zetten. We verkopen onze huizen aan de
staat en bedingen dat wij de enigen zijn die erin
mogen wonen, maar dat de staat onze huizen
moet onderhouden. En als wij het moment geschikt achten, dan schenkt de staat ons de huizen
terug. Ja, we hebben goed opgelet: verkopen aan
de staat en aan het eind van de rit terug krijgen.
We volgen immers nauwgezet het voorbeeld van
ons staatshoofd. Flauw? Geldt de voorbeeldfunctie alleen morele categorieën? Breek me
de bek niet open: drie vakanties in drie weken
op staatskosten (de kroonprins vierde vorig jaar
maar liefst 32 vakanties), buitenlandse vastgoedinvesteringen in dezelfde week dat het kabinet
tot solidariteit oproept en vraagt zoveel mogelijk
deviezen binnen de nationale grenzen te houden.
Om nog maar te zwijgen over de schandalige
klassenjustitie, waar deze lieden vrijuit gaan
waar ieder ander strafrechtelijk voor zou worden
vervolgd. Als er één groep mensen is die het
predikaat ‘koninklijk’ onmiddellijk zou moeten
inleveren, dan is het wel het koninklijk huis.
‘Het huis’ heten ze dan gewoon, zelfs die hoofdletter verdienen ze niet eens.
Hoewel beide alternatieven volstrekt absurd
zijn, zullen wij toch onze positie moeten bepalen. Tertium non datur. Wij republikeinen zien geen
nationaal symbool in deze rare snuiters, laat
staan dat wij er een voorbeeld aan nemen. Nee,
KijK
- jaargang 1 - nummer 2
dank je feestelijk. Via een heel eenvoudig proces
van demystificatie en desacrificatie ontmaskerden wij het gedrag van dit exotisch-monarchale
dier als een archaïsch trucje. Het volk wordt
een banale poets gebakken en wij wensen daar
niet langer in te trappen. Dus: gewoon belasting
Als er één groep mensen is die het
predikaat ‘koninklijk’ onmiddellijk
zou moeten inleveren, dan is het wel
het koninklijk huis.
betalen, gewoon verantwoordelijkheid dragen
voor je doen en laten, geen obscure metafysica,
gewoon werken voor je geld en gewoon betalen voor het huis waarin je woont. En met dat
duistere politieke gewroet is het onmiddellijk
afgelopen. Flauwe kul. Ze doen wel net alsof ze
het niet kunnen, maar ze moesten zich schamen.
Dat kunnen ze namelijk bést. Héél gewoon.
o o K o p w w w. p r o r e p u b l i c a . n l
35
Koninkrijk op stelten
Ton Biesemaat
P
ieter van Vollenhoven is uiteraard op eigen kracht professor geworden. En zoals
we wel meer zien bij leden van koninklijke
families is de man een homo universalis. Een
ware Leonardo da Vinci. U weet natuurlijk
ook dat hij een virtuoze pianist is die vaak
samen met Louis van Dijk de sterren van de
hemel pingelt. Wat weinigen echter weten is
dat Pieter ook filmregi
Download