Hersenen. Gevoelens, gedachten en gedrag.

advertisement
Psychodiag nostisch en Behand elcentrum
Kinderen
Adol esce nte n
Volwassenen
Wetenschappelijke en Beleidsad visering
CHILD SUPPORT
Developmental and Community
Based Mental Health
Hersenen. Gevoelens, gedachten en gedrag.
Na de geboorte gaat de baby zich heel snel ontwikkelen, in het bijzonder zijn hersenen. Die zijn het
belangrijkste orgaan in ons lichaam.
De hersenen van de pas geboren baby ontwikkelen zich door celdeling. Iedere hersencel deelt zich op in
meerdere cellen. Dat is een proces, dat in onze genen is voorgeprogrammeerd. Het gebeurt dus vanzelf. Wij
hoeven hier zelf niets voor te doen.
Door de ontwikkeling van zijn hersenen, is de baby heel snel in staat om van alles te doen: bijvoorbeeld
kijken, zien, lopen, praten en geloven. De baby is in staat om dat te doen, maar moet het eerst leren. Leert
hij niet om te lopen, dan zal hij dat ook niet gaan doen.
Tot het kind ongeveer 4 jaar is, kan het heel makkelijk, zonder naar school te gaan, elke willekeurige taal
leren die gesproken wordt in zijn sociale omgeving, met de kwaliteit van die omgeving. De netwerken van
hersencellen, die betrokken zijn bij dat leerproces, zullen een sterke ontwikkeling doormaken (1). De andere
cellen en netwerken, die het kind zou kunnen gebruiken voor alle andere tallen, maar in werkelijkheid niet
gebruikt, zullen zwakker worden en veel daarvan zullen afsterven. Dat proces is vergelijkbaar met de
ontwikkeling van de spieren.
Wat wij meemaken, doet onze hersenen veranderen.
Use it or lose it
Samenvatting: De hersenen ven een baby, van een kind, ontwikkelen zich, maar er zit nog niets in. Er is alleen
de bedrading (hersencellen), het basisnetwerk. Gevoelens, gedachten, automatismen en kennis moeten er in
gestopt worden, zich eigen gemaakt worden. De baby voelt emoties, maar er moeten emoties in zijn buurt
zijn om die te voelen en te leren wat zij betekenen.
Een baby weet niet bij zijn geboorte wat liefde en haat is. Dat zal hij gaan leren door het voelen van hoe
anderen met hem omgaan.
Krijgt het kind geen liefde, dan ontwikkelt hij die ook niet.
Afronden: Onze baby is een mens, maar menselijk zijn moet hij leren. De baby of het kind heeft ook geen
idee wat empathie of mensenrechten zijn. Leert hij niet wat dat is door het waarnemen daarvan in zijn sociale
omgeving, dan zal hij dat niet hebben en niet begrijpen wat dat is.
drs. F. Cunha
Klinisch directeur
Hoofdbehandelaar basis geneeskundige geestelijk gezondheid
Ontwikkelings- en gezondheidspsycholoog (BIG)
Kinder- en Jeugdpsycholoog (NIP)
Onderwijsspecialist
Supervisor Kinder- en Jeugdpsycholoog (NIP)
C H I L D
S U P P O R T
P s y c h o d i a g n o s t i s c h
e n
B e h a n d e l c e n t r u m
Oudezijds Voorburgwal 282, 1012 GL Amsterdam
Tel: 06 33 86 36 57 Email: [email protected] Site: www.child-support-europe.com
S t i c h t i n g
L u n a s t e l l a
Postadres: Postbus 56893 / 1040 AW Amsterdam
KvK 34278827
Nationaal Kompas Volksgezondheid
Hoe vaak komen psychische problemen bij
jeugd voor?
Kinderen
Volgens de JGZ heeft 9-33% van de kinderen problemen
Het vóórkomen van psychosociale problemen varieert volgens hulpverleners in de
jeugdgezondheidszorg (JGZ) per leeftijdsgroep van 9% tot 33% (Zeijl et al., 2005; tabel 1).
Ze observeren de minste problemen bij meisjes van 14 maanden (9%), terwijl ze bij jongens
van 5-6 jaar de meeste problemen observeren (33%). Daarvan hebben de meeste kinderen
slechts lichte problemen. Ze functioneren goed ondanks de problemen, het probleem is van
korte duur en er is, naast advisering, niet echt verdere hulp nodig. Bij 1% tot 3% van de
kinderen zijn de problemen ernstig, wordt het kind belemmerd in zijn functioneren en is
verdere hulp nodig. Bij baby´s van 14 maanden komen vooral slaap- spraak/taal- en
eetproblemen voor. Bij 3-jarige jongens komen vooral gedragsproblemen voor, zoals
uitdagend en agressief gedrag. Meisjes van die leeftijd hebben vooral slaapproblemen. In de
leeftijdsgroep 5-6 jaar hebben meisjes vooral emotionele problemen en jongens vooral
problemen thuis en op school. Kinderen van 8-12 jaar hebben vooral emotionele problemen,
zoals gebrek aan zelfvertrouwen en teruggetrokken gedrag. Bij jongens komen daarnaast
veel schoolproblemen voor. Problemen met leeftijdsgenoten komt in deze leeftijdsgroep
vaker voor dan bij 5-6 jarigen.
Nationaal Kompas Volksgezondheid, versie 4.17, 23 juni 2014
© RIVM, Bilthoven / Disclaimer.
http://www.nationaalkompas.nl/gezondheid-en-ziekte/functioneren-en-kwaliteit-vanleven/psychisch-functioneren/psychisch-functioneren-jeugd/hoe-vaak-komen-psychischeproblemen-bij-jeugd-voor/
Wat is een psychische stoornis?
Een psychische stoornis wordt gedefinieerd door de waarneming van wat het veroorzaakt. Daarom is
het diagnosticeren ervan een klinisch proces.
De persoon vertoont gedurende een langere periode emoties, gevoelens en gedachten, die niet te
verwachten zijn bij zijn leeftijdsgroep en ontwikkelingsniveau. De persoon lijdt hieronder en wordt
erdoor belemmerd in zijn sociale contacten, werk en studie. Op eigen kracht lukt het de persoon niet
om hierin relevante veranderingen tot stand te brengen.
Bijdrage ziektegroepen aan ziektejaarequivalenten verschilt per
levensfase
Bij 0- tot en met 14-jarigen zijn psychische stoornissen verantwoordelijk voor de
meeste ziektejaarequivalenten (YLD's). Ook in de leeftijdsgroep 15 tot en met 64 jaar
zijn de meeste ziektejaarequivalenten toe te schrijven aan psychische stoornissen. In
de leeftijdsgroep 65 jaar en ouder hebben hart- en vaatziekten het grootste aandeel in
het totaal aantal ziektejaarequivalenten (kwaliteit van leven).
0-14 jaar
■infectieziekten: 2,7
■kanker: 0,0
■diabetes mellitus: 1,0
■psychische stoornissen: 52,8
■zenuwstelstel en zintuigen: 3,2
■hartvaatstelsel: 1,1
■ademhalingswegen: 19,0
■urinewegen: 2,0
■huidziekten: 10,9
■bewegingsstelsel: 3,0
■aangeboren afwijkingen: 4,3
SES
Heeft iedereen even veel last van een psychische stoornis?
Nee.
“Sociaaleconomische status bepaald door verdeling kennis, arbeid en bezit
De sociaaleconomische status staat voor de positie van mensen op de maatschappelijke
ladder met het daaraan verbonden aanzien en prestige. Sommige mensen nemen een lagere
positie in op de maatschappelijke ladder en anderen een hogere. Dit wordt sociale
gelaagdheid of maatschappelijke ongelijkheid genoemd. Deze ongelijkheid ontstaat doordat
kennis, arbeid en bezit ongelijk verdeeld zijn over mensen. Naarmate mensen over meer of
minder kennis, arbeid en bezit beschikken, nemen zij een hogere of lagere positie in de
maatschappij in. Mensen die over meer kennis, arbeid en bezit beschikken, genieten meer
aanzien dan mensen die hiervan minder hebben.”
http://www.nationaalkompas.nl/bevolking/segv/wat-is-sociaaleconomische-status/
Ernst van de problemen
Licht
Matig
Ernstig
Intelligence
IQ growth curves according to SES background for boys and girls in TEDS.
Note. Lines refer to latent growth curve trajectories. Dots represent the IQ raw means. High SES
(triangles) refers to children, whose family SES was at least 1 SD above the SES mean; low SES
(squares) refers to children from families who scored 1 SD below the SES mean. Medium SES
(dots) includes all children, whose families were between − 1 and + 1 SD of SES.
Socioeconomic status and the growth of intelligence from infancy through adolescence. Sophie von
Stumm, Robert Plomin
Als onze gezondheid al niet erg sterk is, waardoor kan deze dan nog meer
verslechteren?
Stress.
Wat kunnen wij doen om jongeren te helpen op school?
Geef ze de kennis en vaardigheden, die echt het verschil maken.
Leer ze om te gaan met de samenleving en er deel uit van te maken. Oftewel, op school leren
omgaan met vrijheid, democratie, emancipatie en mensenrechten.
Download