Leren en laten leren

advertisement
Leren en laten leren
Koersplan
2014-2018
Leren en laten leren
1
Koersplan
Colofon
SPO Utrecht 2014-2018
Dit Koersplan is een uitgave van:
SPO Utrecht (Stichting openbaar Primair Onderwijs Utrecht)
Kaap Hoorndreef 36
3563 AT Utrecht
[email protected]
Productie en eindredactie: Gerry van der Lit, journalistiek, communicatie, mediaprojecten
Fotografie: Marc Photo | Graphics
Vormgeving: Diet Rademaker Grafisch Ontwerp
November 2014
1
Loesje, 2013
Inhoudsopgave
1. Inleiding
7
2. Visie en identiteit
3. Visie op besturen
8
13
4. De periode 2012-2014
16
5. SPO Utrecht op weg naar 2020
19
6. Randvoorwaarden
22
Toelichting en afkortingen 26
4 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
|5
1. Inleiding
Dit is het vierde Koersplan van SPO Utrecht. Met dit Koersplan geven we richting aan de ontwikkeling van het
onderwijs van SPO Utrecht. Natuurlijk gaat het hierbij om grote lijnen: de invulling wordt op de 33 SPOscholen gerealiseerd en komt terug in de schoolplannen.
Met dit Koersplan hopen wij alle betrokkenen bij SPO Utrecht te inspireren. We sluiten aan bij eerder ingezet
beleid en spelen in op veranderende eisen vanuit de maatschappij. Daarbij benutten we de open cultuur en
het verantwoordelijkheidsgevoel van velen binnen de SPO-organisatie.
Tijdens de werkbezoeken aan SPO-scholen zien we vaak hoe betekenisvol goed onderwijs kan zijn. Onze keuzes in dit Koersplan zijn het resultaat van vele gesprekken die in de loop van 2013-2014 zijn gevoerd door en
met leerkrachten, ondersteunend personeel, directeuren, stafmedewerkers, werkgroepen, netwerken, GMR
en samenwerkingspartners. Deze gesprekken gingen over doelen, aanpak en randvoorwaarden voor goed
onderwijs en duurzame samenwerking met (keten-)partners en lokale overheid.
SPO Utrecht is een actieve samenwerkingspartner in stad en regio. Dat doen wij vanuit de overtuiging dat
krachten moeten worden gebundeld om kinderen goede ontwikkelmogelijkheden te geven en om professionalisering van (toekomstig) personeel optimaal vorm te geven.
In het SPO Jaarplan en in de beleidsplannen van de scholen (schoolplannen en jaarplannen) worden de
doelen uit dit Koersplan geconcretiseerd. Daarbij is een voorwaarde dat scholen hun organisatiedoelen zo
verbinden met schooldoelen, dat sprake is van samenhang en versterking van de eigen schoolontwikkeling.
In het SPO Jaarverslag leggen wij jaarlijks verantwoording af over deze aanpak en de opbrengsten daarvan.
Wij wensen allen die bij SPO Utrecht zijn betrokken veel succes bij het realiseren van onze mooie opdracht:
duurzaam goed onderwijs bieden voor alle kinderen.
Thea Meijer en Eric van Dorp,
College van bestuur
6 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
|7
2.
Visie en identiteit
SPO-missie: Goed onderwijs voor ieder kind
De missie van SPO Utrecht is simpel, maar verre van
eenvoudig: goed onderwijs bieden voor alle leerlingen die kiezen voor een SPO-school. Om dit te
realiseren binnen een grote onderwijsorganisatie met
33 scholen, 10.000 kinderen en circa 1000 medewerkers, kiest SPO Utrecht bewust voor maatwerk op
schoolniveau waar mogelijk en voor een centrale aansturing waar nodig. Bevoegdheden en verantwoordelijkheden zijn bewust laag in de organisatie gelegd.
Professionaliteit van personeel en onderwijskundig
leiderschap van directeuren zijn belangrijke pijlers
om deze missie te realiseren.
SPO Utrecht gaat er vanuit dat scholen belangrijke
samenwerkingspartners zijn die een flink aandeel
leveren in de ontwikkeling van kinderen. Ouders zijn
natuurlijk de eerste en meest nabije partners die verantwoordelijk zijn voor de opvoeding en ontwikkeling
van hun kind. Scholen werken ook samen met andere
maatschappelijke instellingen om talenten van kinderen optimaal te ontwikkelen. Zij doen dat door een
goed onderwijsaanbod te bieden en een resultaatgerichte samenwerking met partners aan te gaan.
SPO Utrecht staat voor de algemene uitgangspunten
van het openbaar onderwijs: bestuurlijke openbaarheid, algemene toegankelijkheid en actieve pluriformiteit. Algemeen uitgangspunt van het openbaar
primair onderwijs Utrecht is dat iedereen gelijkwaardig is en dat er binnen de school met respect en
zonder onderscheid des persoons met elkaar wordt
omgegaan. Dat houdt concreet in dat er geen discriminatie plaatsvindt op grond van levensovertuiging,
etnische herkomst, sekse, geaardheid, politieke
overtuiging, uiterlijk of andere kenmerken.
Onze visie op onderwijs hebben we vertaald in
de volgende uitgangspunten, die gelden voor alle
SPO-scholen. Directie en team van elke SPO-school
bepalen met inspraak van de medezeggenschapsraad de invulling van het onderstaande kader.
De SPO-school biedt een goede
structuur,
1. De school heeft een duidelijke visie en heeft
kaders opgesteld voor de uitwerking van het
onderwijsconcept.
2. In het meerjarenbeleidsplan (schoolplan) staat
duidelijk hoe deze visie wordt vertaald in de
praktijk en hoe de school zich komende jaren wil
ontwikkelen. Schoolontwikkeling is een cyclisch
proces.
3. De inrichting van de schoolomgeving, het
schoolgebouw en de groepering van leerlingen
vindt zodanig plaats dat een stimulerende
leeromgeving en een passend en uitdagend
leeraanbod wordt geboden.
4. Kinderen weten wat van hen wordt verwacht en
zij hebben een eigen verantwoordelijkheid in
hun leerproces.
5. De school heeft een organisatie die is afgestemd
op de wijze waarop het onderwijs wordt vormgegeven.
een goed pedagogisch klimaat,
1. Uitgangspunt van het pedagogisch klimaat is dat
ieder mens een natuurlijke behoefte heeft aan
relatie, autonomie en competentie2 om zich te
ontwikkelen.
2. De school draagt bij aan een humane samenleving. Behalve aan kennisoverdracht, besteedt
de school aandacht aan normen en waarden en
sociale vaardigheden. Sfeer en werkklimaat en
de wijze waarop personeelsleden, ouders en
leerlingen met elkaar omgaan, vloeien voort uit
de uitgangspunten van de Vreedzame School:
• personeel, kinderen en ouders zijn samen
verantwoordelijk voor een goed werkklimaat
en een goede samenwerking in school
• kinderen hebben verantwoordelijkheden in
de klas en de school
• kinderen hebben een stem en worden serieus genomen
• personeel, kinderen en ouders stellen hoge
eisen aan positief sociaal gedrag en lossen
conflicten constructief op.
3. De school is een lerende organisatie. Personeel
en ouders werken samen, ieder met een eigen
verantwoordelijkheid, aan de ontwikkeling en
opvoeding van de kinderen. Medewerkers zorgen ervoor dat zij zich blijven ontwikkelen in het
vak en dat zij kennis en vaardigheden up to date
houden.
4. Personeel heeft hoge verwachtingen van de
mogelijkheden van de kinderen en laat dat aan
kinderen merken. Kinderen voelen zich gewaardeerd en uitgedaagd, zij leren zich te bezinnen
op de eigen prestatie en ervaren dat zij van hun
fouten mogen leren.
5. De school is een gemeenschap. Er is sprake van
open communicatie tussen personeel, ouders
en leerlingen. Er zijn duidelijke afspraken over
de samenwerking en omgang met elkaar, die
betrokkenen naleven en waar ze elkaar op aanspreken.
6. De school werkt actief aan een prettige en veilige omgeving van de school en aan een zinvolle
samenwerking met de wijk.
2
Prof. dr. Luc Stevens: Ieder mens is gebouwd om zichzelf te ontwikkelen en heeft een
natuurlijke behoefte aan relatie, autonomie en competentie
8 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
|9
goed onderwijs,
1. De school biedt kinderen structuur en ruimte om
in voor hen betekenisvolle situaties te leren.
2. Het onderwijsproces zet kinderen aan tot activiteit die creativiteit, expressiviteit, zelfstandigheid en zelfwerkzaamheid bevordert. De school
doet een beroep op verschillende leerstijlen en
bevordert de ontwikkeling van 21e eeuwse vaardigheden3.
3. De school betrekt de omgeving bij het leerproces
en brengt kinderen passief en actief in aanraking
met cultureel erfgoed, kunst, cultuur en sport.
4. De ontwikkeling van ieder kind komt tot uiting in
een dossier, dat de ontwikkeling van het kind in
beeld brengt. Indien de ontwikkeling van leerlingen niet volgens verwachting verloopt, worden
passende maatregelen genomen.
en voedt op tot burger in de
Nederlandse samenleving.
1. De openbare school werkt vanuit de normen en
waarden die in de democratische Nederlandse
samenleving centraal staan. Kinderen worden
voorbereid op hun rol als zelfstandig en actief
burger in een democratische samenleving.
2. De school staat open voor alle kinderen van alle
gezindten. Kinderen worden op school geconfronteerd met de mening van andersdenkenden
en leren daar respectvol mee omgaan. De school
gaat uit van erkenning van die verschillen. Kinderen werken actief samen met anderen, ongeacht
culturele of levensbeschouwelijke verschillen.
3
Zie hoofdstuk 5 voor een definitie
10 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 11
3.
Visie op besturen
Eigenaarschap en verantwoordelijkheid
SPO Utrecht onderschrijft de code Goed Bestuur van
de PO Raad. Reeds bij de oprichting van de stichting
in 2003 werd bewust gekozen voor het subsidiariteitsprincipe4 en een grote mate van autonomie voor
scholen enerzijds, en samenwerking bij schooloverstijgende zaken anderzijds. Op deze wijze wordt
recht gedaan aan de zelfstandigheid en eigenheid
van scholen in de wijk en wordt expertise breed
gedeeld door leren van en met elkaar.
Kort samengevat is dat wat SPO Utrecht voor het
leren van kínderen belangrijk vindt (actief leren, eigenaarschap en verantwoordelijkheid voor jezelf en
je omgeving), ook het uitgangspunt voor de sturing
en samenwerking binnen de organisatie. We sluiten
hiermee ook aan bij het gedachtengoed van Luc Stevens, dat alle mensen behoefte hebben aan relatie,
competentie en autonomie.
Er wordt gestreefd naar een goede balans tussen autonomie voor scholen enerzijds en het benutten van
gezamenlijke kracht en samenwerking anderzijds.
Bij autonomie hoort eigenaarschap en verantwoordelijkheid. Bovendien... autonomie verdien je: het
hebben van een basisarrangement van de Inspectie
vormt de ondergrens en is daarom een voorwaarde
voor deze werkwijze.
In dit hoofdstuk wordt kort beschreven hoe deze
visie op organiseren en sturen in praktijk wordt
gebracht.
Kaders voor beleid
Onderwijsbeleid van de rijksoverheid kenmerkt zich
meestal als deelbeleid dat soms ook flink gedetail4
12 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
leerd is. Naast het beleid uit Den Haag hebben
scholen te maken met de toezichtskaders van de
onderwijsinspectie, cao-afspraken en gemeentelijk
beleid. In 2014 komt daar ook het beleid van het
Samenwerkingsverband Utrecht PO bij.
Het bestuur is eindverantwoordelijk voor een goede
gang van zaken binnen SPO Utrecht en voor de
kwaliteit van de scholen. Samen met directeuren
en GMR wordt wet- en regelgeving door het bestuur
vertaald naar samenhangende kaders en SPO-doelen. Om aan de realisatie daarvan mede sturing te
geven, wordt bestuursbeleid ontwikkeld in overleg
met (en vaak op voorstel van) het directeurenberaad
DOPO. Het gaat dan meestal om beleidskaders die
op schoolniveau kunnen worden uitgewerkt.
Centrale vragen bij het ontwikkelen van bestuursbeleid zijn: ‘Is het nodig?’ (Bijvoorbeeld om rechtsgelijkheid van personeel te garanderen) en ‘Ondersteunt het beleid scholen bij het bereiken van hun
doelen?’.
Eigenaarschap en verantwoordelijkheid
binnen SPO Utrecht
Professionals in de school
Uit verschillende onderzoeken blijkt steeds weer dat
goede leraren van cruciaal belang zijn voor goed onderwijs. Het is daarom belangrijk dat leraren deskundig zijn en dat zij hun werk goed kunnen uitvoeren.
Daarbij werken zij samen met ouders, collega’s en
samenwerkingspartners. Dat vraagt van personeel
en directeur dat zij op hun school een professioneel
Het uitgangspunt dat een hogere instantie niet iets doet dat door een lagere instantie gedaan kan worden
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 13
en ondersteunend werkklimaat realiseren, waarin
planmatig en doelgericht gewerkt wordt aan schoolontwikkeling en professionalisering.
SPO Utrecht kiest daarom bewust voor integraal
verantwoordelijke directeuren op elke school, die
als onderwijskundig leider sturing geven. Binnen de
wettelijke en de gezamenlijk afgesproken en door
het bestuur vastgestelde kaders, is de directeur verantwoordelijk voor onderwijsbeleid, personeelsbeleid en financieel en materieel beleid van de school.
De functiemix wordt benut om leraren de mogelijkheid te geven senior-leerkracht te worden en zich te
bekwamen in een voor de school relevant specialisme. Het team is, onder eindverantwoordelijkheid
van de directeur, gezamenlijk verantwoordelijk voor
inhoud, aanpak en resultaat van het onderwijs.
IJkpunten van kwaliteit
Het bestuur geeft leiding aan directeuren en is
verantwoordelijk voor de staf die scholen en bestuur
ondersteunt bij hun werkzaamheden. Jaarlijks
bezoekt het bestuur elke school om een indruk te
krijgen van de stand van zaken. Daarnaast vinden
jaarlijks werk-, functionerings- en/of beoordelingsgesprekken plaats met directeuren.
Directeuren leggen verantwoording af over de
kwaliteit van het onderwijs aan de hand van een
aantal ijkpunten. Deze aanpak wordt in de periode
2013-2016 ingevoerd. Met de ijkpunten geeft het
bestuur richting aan wat er van scholen verwacht
wordt, zonder invulling te geven aan hoe scholen
dat vormgeven. Het verantwoorden aan de hand van
ijkpunten is geen doel op zich, maar is een handelwijze waarbij systematisch wordt gereflecteerd
en verantwoord. Het proces sluit aan bij de PDCA5
-cyclus van de school en draagt daardoor bij aan
kwaliteitszorg.
5
Deze werkwijze biedt ruimte aan scholen om de wijze
van reflectie en verantwoording zelf in te vullen. En
dat doet recht aan de verschillen tussen scholen en
schoolomgeving.
Aan de hand van de ijkpunten kan de directeur (c.q.
de school) zich ook verantwoorden tegenover de MR,
de inspectie en andere betrokkenen (bijvoorbeeld
interne kwaliteitsaudits). De school voldoet zo aan
de opdracht van horizontale en verticale verantwoording.
De ijkpunten zijn:
• Onze school heeft haar visie op het onderwijs gerelateerd aan de leerlingenpopulatie en vertaald
in concrete doelen, doorlopende leerlijnen en
gewenste (tussen-)opbrengsten.
• Onze school heeft haar pedagogische opdracht
geformuleerd in een pedagogisch-didactische
aanpak en vertaald naar leerkrachtvaardigheden,
leerlijnen en gewenste (tussen-)opbrengsten.
• Onze school heeft zicht op de ontwikkeling van
leerlingen en stemt aanpak, lesaanbod en (extra)
ondersteuning af op de onderwijsbehoefte van
leerlingen.
• Het schoolklimaat draagt bij aan het realiseren
van goed onderwijs, waarbij de samenwerking
met ouders er op is gericht het kind maximaal te
ondersteunen in zijn ontwikkeling.
• Onze gesprekscyclus voor personeel is gericht op
ontwikkeling, expertise en inzet van personeel
gericht op het behalen van de schooldoelen.
De gewenste leerkrachtvaardigheden zijn
beschreven en opgenomen in de personele
gespreks­cyclus.
• Organisatie en middelen worden in onze school
zodanig ingezet, dat zij optimaal bijdragen aan
goed onderwijs.
• Onze school realiseert een systematische en
integrale aanpak van kwaliteitszorg.
PDCA staat voor Plan Do Check Act oftewel: Plannen, Doen, Controleren, Acteren
14 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
• De professionele cultuur in onze school
bevordert de in- en externe samenwerking bij
het realiseren van onderwijsdoelen.
Toezicht houden op de organisatie
SPO Utrecht heeft een Raad van Toezicht, die toe­
zicht houdt op de organisatie. Het bestuur van SPO
Utrecht legt periodiek verantwoording af aan de Raad
van Toezicht. De Raad van Toezicht hanteert het Policy Governance6-model en is naast toezichthouder,
tevens werkgever en sparringpartner van het bestuur.
De Raad van Toezicht hanteert de volgende ijk­
punten voor het bestuur:
• Iedere leerling bereikt maximale emotionele en
verstandelijke ontwikkeling en maximale ontwikkeling van creativiteit. Iedere leerling verwerft
de noodzakelijke kennis en sociale, culturele
en lichamelijke vaardigheden, passend bij de
eisen van de samenleving. Zijn ontplooiing biedt
bovendien optimale aansluiting op het vervolgonderwijs.
• Voor ieder kind in Utrecht en directe omgeving
in de basisschoolleeftijd, dan wel in de leeftijd
vanaf ongeveer 12 jaar voor kinderen die wettelijk toelaatbaar zijn voor het voortgezet speciaal
onderwijs.
• Met gebruikmaking van overheidssubsidie en
andere wettig verkregen middelen.
• In een evenwichtige, c.q. te verantwoorden
balans tussen te maken kosten en te leveren
opbrengsten/prestaties.
Ten aanzien van de middelen heeft de Raad van
Toezicht ijkpunten geformuleerd op het gebied van
personeel, de behandeling van leerlingen en ouders,
financiën, huisvesting, de interne organisatie en de
behandeling van de Raad van Toezicht zelf.
6
Het Policy Governance model van John Carver bestaat uit een geheel van samenhangende principes voor het besturen van
maatschappelijke organisaties.
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 15
4.
De periode 2012-2014
SPO Utrecht legt in haar jaarverslagen verantwoording af over aanpak en resultaten. Dit hoofdstuk 4
van het Koersplan geeft samenvattend inzicht in de
meest recente thema’s en resultaten.
Onderwijsinnovaties
De afgelopen twee jaar werd door SPO-scholen hard
en succesvol gewerkt aan een aantal, soms ingrijpende, onderwijsinnovaties:
- verbetering van het onderwijs aan jonge
kinderen en verbetering van de resultaten op de
basisvaardigheden taal, lezen en rekenen
- versterking van de pedagogisch-didactische
aanpak en het curriculum democratisch
burgerschap
- verbreding van het curriculum, om naast basis­ vaardigheden een breed en uitdagend
onderwijsaanbod te bieden aan kinderen
- invoering van handelingsgericht werken, om
meer maatwerk te bieden aan kinderen en daarbij
beter samen te werken met ouders, mede als
voorbereiding op passend onderwijs
- vormgeving van een integrale aanpak van
kwaliteitszorg, waarbij cyclisch werken de
motor is.
Het ging de afgelopen jaren ook om dieper gelegen
thema’s als (inter-)actief leren, talentontwikkeling,
een vroege aanpak van (onderwijs-)achterstanden,
alsmede eigenaarschap en verantwoordelijkheid van
kinderen voor hun leerproces en het groepsproces.
7
Professionalisering
Er was aandacht voor professionele samenwerking.
Veel schoolteams keken kritisch naar het werkklimaat op school en ontwikkelden een meer professionele cultuur, waarin systematisch en op een
onderzoekende wijze het onderwijs onder de loep
wordt genomen. Veel leraren hebben zich ontwikkeld tot specialist en vergroten zo de expertise
van de school. In een team dragen leraren samen
het schoolconcept en kijken zij vanuit aanpak en
opbrengsten naar schoolontwikkeling.
SPO Utrecht introduceerde begeleid netwerk-leren
en het werken met leerteams. Medewerkers zijn in
toenemende mate zelf verantwoordelijk voor professionalisering vanuit eigen leervragen. Zij geven
daarmee actief invulling aan de wet BiO7. Ook is in
positieve zin ervaring opgedaan met het uitvoeren
van (interne) audits, wat een goede bijdrage aan de
interne kwaliteitszorg lijkt te zijn.
SPO-scholen hebben deze thema’s elk op eigen
wijze en passend bij de eigen school opgepakt en
vormgegeven. In de schoolplannen die in 20142015 worden gemaakt is dat terug te zien. Dat wil
niet zeggen dat scholen nu ‘klaar’ zijn, noch dat dit
beleid er op alle scholen hetzelfde uit ziet. Onderwijsontwikkeling is een continu en een cyclisch
proces. Variëteit en diversiteit horen bij openbaar
onderwijs en de hierboven genoemde uitgangspunten kunnen er in de schoolpraktijk verschillend
uitzien.
Wet Beroepen in het Onderwijs, 2006
16 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 17
tot het VO te bepalen, roept in toenemende mate
weerstand op bij personeel en ouders. Dat resulteerde in een hernieuwde discussie over de wijze
waarop de ontwikkeling van kinderen het beste kan
worden gevolgd en over de wijze waarop moet worden omgegaan met gegevens van kinderen.
Onderwijshuisvesting
Discussie
Afgelopen jaren is op SPO-scholen veel aandacht
besteed aan de invoering van handelingsgericht
(HGW) en opbrengstgericht werken (OGW). Dat heeft
een positieve invloed gehad op de onderwijsaanpak
en op de resultaten van kinderen.
Deze aandacht voor data driven8 en evidenced
based9 onderwijs had echter ook een keerzijde:
veel leraren kregen het gevoel dat de aandacht van
overheid en inspectie vooral uitgaat naar cognitieve
vakken en dat de brede ontwikkeling van kinderen
er minder toe zou doen.
Ook de aanscherping van de eisen van het voortgezet onderwijs (VO) voor de toelating van leerlingen
droegen daar aan bij. Het feit dat van oorsprong
diagnostische toetsen zoals het Cito-leerlingvolgsysteem, gebruikt worden om een oordeel te geven over
de kwaliteit van de school, dan wel om de toelating
Op het gebied van onderwijshuisvesting heeft de afgelopen jaren een forse vernieuwingsslag plaatsgevonden in het kader van het Masterplan Huisvesting
Primair Onderwijs10. Vrijwel alle SPO-scholen kregen
nieuwbouw of een ingrijpende vernieuwing c.q.
renovatie. Daarbij was ook in toenemende mate aandacht en ruimte voor duurzaamheid. In de afgelopen
twee jaar werd onder meer nieuwbouw gerealiseerd
voor Apollo 11, de Anne Frankschool, De Hoge Raven, sbo Luc Stevensschool en de VSO-afdeling van
de Herderschêeschool (Stip VSO).
Samenwerking
SPO Utrecht werkte actief samen aan de oprichting van en samenwerking met Spelenderwijs, de
organisatie voor Utrechtse peuterspeelzalen en
voorscholen. Met andere (school-)besturen en
partnerorganisaties (welzijn, kinderopvang) werd
samengewerkt aan het realiseren van doelen uit de
Utrechtse Onderwijs Agenda11 waarin de ontwikkeling van Utrechtse kinderen en jongeren centraal
staat. Tevens werden voorbereidende activiteiten
ondernomen, zowel op bestuurlijk als op onderwijsinhoudelijk vlak, voor de oprichting van de nieuwe
samenwerkingsverbanden passend onderwijs.
5.
SPO Utrecht op weg naar 2020
Ontwikkelingen in de samenleving
Ontwikkelingen in de samenleving bepalen mede
de aard en inhoud van het onderwijs. Daarom in dit
hoofdstuk een korte schets van een aantal ontwikkelingen.
In een periode van voortdurende economische
crisis, nemen de verschillen in de omstandigheden
waaronder kinderen opgroeien, toe. Meer kinderen
leven in gezinnen die worden geconfronteerd met
werkloosheid of in gezinnen die minder te besteden
hebben. Daarmee wordt de kloof tussen kansarme
en kansrijke kinderen eerder vergroot dan verkleind.
Het rijksbeleid rond onderwijs richt zich op het
vergroten van zelfredzaamheid van burgers, op
excellentie en (in het kader van passend onderwijs)
op de opvang van kinderen met gedrags- of ontwikkelingsstoornissen in het onderwijs12. Van leraren
wordt daarom steeds meer maatwerk gevraagd,
terwijl de gemiddelde klassengrootte in het regulier
basisonderwijs de afgelopen jaren eerder toenam
dan afnam13.
De informatisering van de samenleving heeft ingrijpende gevolgen voor onderwijs14. Technologische
mogelijkheden nemen snel toe en hebben in toenemende mate invloed op het onderwijs: de scheiding
tussen thuis leren en schools leren vervaagt, de
mogelijkheden voor gepersonaliseerd leren15 nemen
toe en de vraag dringt zich op wie eigenaar is van de
vele data, die over kinderen beschikbaar zijn. Voor
leraren is het een zoektocht naar de wijze waarop de
vele nieuwe technologische mogelijkheden een constructieve, in plaats van een concurrerende bijdrage
aan onderwijs kunnen bieden.
Naast het bieden van maatwerk vraagt de toenemende individualisering van de samenleving om
meer aandacht voor sociale en burgerschapsvaardigheden. Wat en hoe leren kinderen het beste van
en met elkaar? En hoe zorgen we ervoor dat gepersonaliseerd leren niet leidt tot verschraling van sociale
vaardigheden van leerlingen?
De samenwerkingsverbanden passend onderwijs
en de transitie jeugdzorg hebben invloed op de
autonomie van en de aanpak op scholen. De gemeente Utrecht krijgt een grotere rol bij het aanbieden van (jeugd-)zorg aan mensen die extra zorg
nodig hebben. Van belang is dat scholen vanuit het
samenwerkingsverband goed worden ondersteund
bij het bieden van onderwijs aan kinderen die een
extra ondersteuningsbehoefte hebben. Voor sommige kinderen is het gewenst dat scholen in goede
samenwerking met jeugdzorg een samenhangend en
passend onderwijs/zorgaanbod kunnen doen.
12
Onderwijsraad, 2013 Een smalle kijk op onderwijskwaliteit
Onderzoek in opdracht van staatssecretaris Dekker, uitgevoerd door DUO en gevalideerd door de Universiteit van
Tilburg, 2013 (Bron: Kamerbrief 565560: Groepsgrootte in het basis- en voortgezet onderwijs)
14
Zie ook Rapport van de WRR, 2013
15
Gepersonaliseerd onderwijs betekent dat leraren les op maat geven zodat elke leerling de kans krijgt om optimaal
te groeien in kennis en kunde. (bron: Kennisnet)
13
8
Instructie afstemmen op bereikte leerresultaten
Een methode of aanpak die via wetenschappelijk onderzoek zijn werking heeft bewezen
10
Masterplan Huisvesting Primair Onderwijs, gemeente Utrecht periode 2007-2014
11
Utrechtse Onderwijs Agenda 2010-2014
9
18 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 19
De ontwikkelingen op de arbeidsmarkt hebben komende jaren ook invloed op SPO Utrecht. Hoewel de
stad Utrecht mede door de bouw van Leidsche Rijn
nog steeds groeit, neemt landelijk het aantal basisschoolleerlingen gestaag af16. Het aantal banen in
het primair onderwijs daalde afgelopen jaren landelijk met 8,2 procent. De verwachting is dat Utrecht
pas na 2024 te maken krijgt met stabilisering, dan
wel daling van het aantal basisschoolleerlingen. Tot
die tijd neemt het aantal basisschoolleerlingen in de
stad toe met circa duizend per jaar17.
SPO Utrecht op weg naar 2020
Op weg naar 2020 werkt SPO Utrecht enerzijds aan
een goede borging van wat is bereikt met betrekking tot handelings- en opbrengstgericht werken,
democratisch burgerschap, kwaliteitszorg en professionele cultuur. Anderzijds werkt de organisatie aan
thema’s die vragen om aandacht, bezinning en een
vertaling naar ons onderwijs. Centraal hierbij staat
de komende jaren de invoering van nieuwe technologie en 21st century skills18.
Met 21st century skills worden vaardigheden geduid
(‘skills’ is een ruimer en daardoor beter passend
begrip), die van belang zijn om als burger te kunnen
functioneren in de toekomstige samenleving. Wij
hanteren als definitie voor 21ste eeuwse vaardigheden: vaardigheden op het gebied van communicatie,
ICT-geletterdheid, sociale en culturele vaardigheden
waaronder burgerschap, alsmede vaardigheden op
het gebied van creativiteit, kritisch denken en het
oplossen van problemen.
SPO Utrecht vindt het belangrijk dat kinderen zich
bekwamen in deze vaardigheden en dat SPO-scholen hiervoor een goede basis leggen.
16
Net als de samenleving is ook het vak van leraar
complexer geworden. Van leraren wordt verwacht
dat zij meer en meer maatwerk bieden aan zowel
de zwakkere leerling als de topleerling. Bovendien
dienen zowel basisvaardigheden als een breder,
uitdagend, lesaanbod aan bod te komen. Overzicht
en samenhang zijn onontbeerlijk, te meer daar
21ste eeuwse vaardigheden vooral vakoverstijgende
vaardigheden zijn.
Dat vraagt om goed opgeleid personeel dat vanuit
een professionele betrokkenheid en deskundigheid
werkt en zich gedurende de loopbaan blijft na- en
bijscholen. Het accent ligt voor de leraar op het werken met de leerlingen, dat wordt versterkt als leraren
samen verantwoordelijk zijn voor schoolaanpak,
inhoud en ontwikkeling van het onderwijs. Daarmee
krijgt de leraar ook een structurele rol in de evaluatie
en ontwikkeling van onderwijs. Dit betekent ook dat
ondersteunende functies in het onderwijs nodig zijn,
die leraren de ruimte te geven zich op hun primaire
taken te kunnen richten.
Hoewel scholen al langer gebruik maken van ICT
en verschillende SPO-scholen al werken aan de
inbedding van 21ste eeuwse vaardigheden in hun
curriculum, wil dat niet zeggen dat het onderwijs
nu al toekomstbestendig is19. Willen wij kinderen
opleiden voor de toekomst, dan zullen we allereerst
hiervoor zélf goed toegerust moeten zijn. Dat is een
dynamisch proces. Voor veel leraren betekent dit dat
zij zich in snel tempo moeten (bij-)scholen in nieuwe
technologie, nieuwe digitale onderwijsmogelijkheden en nieuwe didactische werkvormen. Daarmee
sluiten we ook aan bij de landelijke ontwikkelingen20.
Naar verwachting betekent dit ook, dat leraren en
leerlingen in toenemende mate ook actieve gebrui-
In de periode 2008-2012 met ruim 3% (bron: Arbeidsmarktplatform PO 2014)
Gemeente Utrecht, 2014
18
Kennisnet, 2013
19
Kennisnet, 2013
20
Herijking bekwaamheidseisen onderwijspersoneel, 2014
17
20 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
kers worden van nieuwe technologie. In die zin dat
zij (mede-)creatoren worden van zowel leermiddelen
als leerprocessen.
Interessant is ook de vraag in hoeverre nieuwe
digitale mogelijkheden de werkdruk van personeel
kunnen verlichten. Bijvoorbeeld doordat digitale systemen meer maatwerk kunnen bieden aan kinderen
bij het verwerven van basisvaardigheden als lezen,
rekenen en spelling. Of doordat leerlingvolgsystemen makkelijker data met elkaar in verband kunnen
brengen. Daarmee wordt hopelijk voor leraren ruimte
gecreëerd om kinderen meer individueel of in groepen te begeleiden.
Wat is het doel voor 2018
Kort samengevat werken SPO-scholen de komende
vier jaar aan een duurzaam breed onderwijsaanbod,
gebaseerd op een duidelijke pedagogische visie.
Doel is dat kinderen goede basisvaardigheden
ontwikkelen en worden gestimuleerd zich zo goed
mogelijk te ontwikkelen, waarbij extra aandacht uitgaat naar het integreren van nieuwe technologie en
21ste eeuwse vaardigheden in het onderwijsaanbod
en de onderwijsaanpak.
SPO-leerlingen zijn daarmee goed voorbereid op hun
verdere ontwikkeling in het voortgezet (speciaal)
onderwijs.
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 21
6..
Randvoorwaarden
Samen werken aan schoolontwikkeling
Een nieuwe koers bepalen is een eerste stap, die
koers ook realiseren is het echte werk. En dat werk
vindt op de scholen plaats. Maar dat betekent niet
dat scholen er alleen staan voor staan.
In dit hoofdstuk staan de randvoorwaarden en de
aandachtspunten met betrekking tot schoolontwikkeling. Achtereenvolgens staan we stil bij ouderbetrokkenheid, personeelsbeleid, kwaliteitsbeleid,
onderwijshuisvesting en samenwerking.
Ouderbetrokkenheid
Onderwijs biedt kinderen veel kansen voor ontwikkeling en ontplooiing. Maar het succes van de
kinderen hangt ook af van de goede samenwerking
tussen school en de ouders van leerlingen. Ouders
hebben immers veel invloed op de ontwikkeling van
hun kinderen.
Vanuit de uitgangspunten van handelingsgericht
werken (HGW)21 geven SPO-scholen ouderbetrokkenheid vorm. Leraren streven naar een goede samenwerking, door samen en in goed overleg, elkaar te
informeren en na te gaan welke aanpak het beste is
voor het kind. Ook kinderen zelf worden, zodra zij
dat kunnen, in deze aanpak betrokken. Zij zijn zelf
immers vaak ook goed in staat aan te geven wat zij
nodig hebben of wat hen belemmert.
Een goede samenwerking en vertrouwen tussen
ouders en school is van cruciaal belang, zeker als
de ontwikkeling van het kind extra aandacht vraagt,
21
22
bijvoorbeeld als er een beroep op het Samenwerkingsverband moet worden gedaan.
Personeelsbeleid
SPO Utrecht verwacht van alle personeelsleden dat
zij bijblijven in hun vakgebied, zodat zij beschikken
over actuele kennis en vaardigheden. Veel collega’s
maakten en maken inmiddels gebruik van de lerarenbeurs en veel teams organiseren periodiek gezamenlijke scholing toegespitst op de schoolsituatie. Binnen
SPO Utrecht kan personeel deelnemen aan netwerken
en leerteams. Conform de wet BiO zijn leraren ook
verplicht om een portfolio te maken van hun scholingsactiviteiten.
Sinds enige tijd zijn er ook registers waarin leraren
en directeuren zich kunnen laten opnemen om zo,
middels herregistratie, te laten zien dat zij werken aan
professionalisering. SPO Utrecht streeft ernaar dat
personeel is geregistreerd bij deze registers.
De demografische ontwikkelingen hebben naar verwachting een dempend effect op de instroom van beginnende leraren. Samen met de lerarenopleidingen
zullen we ons bezinnen op mogelijkheden om jonge
mensen toch te laten instromen. De landelijk verwachte stijging van vacatures als gevolg van het vertrek van
veel personeel dat met pensioen gaat, is voor SPO
Utrecht minder significant. De leeftijdsopbouw binnen
SPO Utrecht laat namelijk zien dat er geen oververtegenwoordiging is van de categorie 55-66 jarigen22.
HGW, Noelle Pameijer e.a., ‘Handelingsgericht werken in het onderwijs’, 2007
Bron: Jaarverslag SPO Utrecht 2013
22 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
De in hoofdstuk 5 genoemde ontwikkelingen vragen
ook flinke veranderingen in de samenwerking met
en in het curriculum van de lerarenopleiding. SPO
Utrecht werkt nauw samen met de pabo’s in Utrecht
en de Academische Pabo (ALPO)23. Zeventien SPOscholen doen mee met het project Samenwerken
aan Opleiden.
SPO Utrecht ondersteunt het streven om, naast de
ALPO, ook te komen tot de oprichting van universitaire lerarenopleidingen primair onderwijs.
23
24
Kwaliteitsbeleid
SPO-scholen werken duurzaam aan kwaliteitszorg.
Komende tijd staat een volgende stap in kwaliteitszorg op de agenda: werken met audits. Met de extra
toegezegde middelen vanuit het rijk24 hoopt SPO
Utrecht professionalisering in het kader van kwaliteitszorg structureel te kunnen faciliteren. Hierbij
hoort het werken met leerteams en netwerk-leren,
alsmede de schoolaudits.
Op de ALPO behaalt een student zowel een pabo-diploma als een bachelor Onderwijskunde
Najaarsakkoord tussen rijk en sectorraden
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 23
scholen beide op unilocaties gehuisvest kunnen
worden. Ook de locaties van de obs Oog in Al (Victor
Hugoplantsoen) en De Kaleidoskoop (Marco Pololaan) krijgen een nieuw schoolgebouw.
In de wijk Overvecht wordt komende jaren eindelijk
de nieuwbouw gerealiseerd voor vier locaties van
obs Overvecht.
Komende jaren zal de aandacht uitgaan naar een
adequate aanpak van meerjarenonderhoud, renovatie en duurzaamheid van gebouwen. Ook beraden
we ons op de wijze waarop de doordecentralisatie
van de huisvesting wordt uitgevoerd en wat dat
financieel en materieel betekent voor SPO Utrecht.
Vanaf 2015 worden schoolbesturen verantwoordelijk
voor het buitenonderhoud, dat nu nog de verantwoordelijkheid van de gemeente is.
Het werken met schoolaudits houdt in dat een team
van directeuren, specialisten en leraren een school
bezoekt om de school op een kwaliteitsaspect feedback te geven. De school maakt voorafgaand aan het
bezoek een zelfevaluatie als onderdeel van de kwaliteitscyclus en stelt aan de hand daarvan een aantal
vragen aan het audit-team. De school krijgt van het
audit-team als het ware een spiegel voorgehouden
over de stand van zaken op school. En kan deze
input weer gebruiken voor schoolontwikkeling. SPO
Utrecht heeft ervaren dat het proces van auditing
leerzaam en inspirerend kan zijn.
Op dit moment voeren directeuren kleine audits uit
binnen hun leerteams. In het schooljaar 2014-2015
beginnen we met het opleiden van personeel als
auditor en organiseren we het audit-proces als onderdeel van de regulier (meer)jaarlijkse activiteiten.
Samenwerkingsverband Utrecht PO (SWV) opgericht
in het kader van de wetgeving passend onderwijs.
Doel van het SWV is het ondersteunen van scholen bij
het realiseren van passend onderwijs en het bieden
van extra ondersteuning voor kinderen met specifieke
hulpvragen. Bij de vormgeving wordt samengewerkt
met de gemeente Utrecht, die verantwoordelijk is
voor de ‘transitie jeugdzorg’ die de komende jaren
plaatsvindt, en met het SWV Sterk VO. Doel is om kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte goede
ondersteuning in het onderwijs te bieden, die waar
nodig ook nauw aansluit bij hulpverlening vanuit
jeugdzorg.
Stimuleren en verantwoorden ...
waar staan we in 2018?
Samenwerken
SPO-scholen werken samen met partners aan goede
ontwikkelmogelijkheden voor kinderen. Dat doen we
met maatschappelijke partners, jeugdzorg en de gemeente Utrecht. Met deze samenwerking levert SPO
Utrecht een actieve bijdrage aan het bereiken van
de gezamenlijke doelen rond het stimuleren van, en
het creëren van kansen voor, de ontwikkeling van
kinderen in het kader van de Utrechtse Onderwijs
Agenda (UOA)25.
Onderwijshuisvesting
Met de schoolbesturen voor voortgezet onderwijs
werkt SPO Utrecht samen aan een goede overgang
van leerlingen van (speciaal) basis- naar (speciaal)
voortgezet onderwijs. In de zomer van 2014 wordt de
POVO-procedure herzien en aangepast aan veranderende wetgeving. Gestreefd wordt naar een zo
vloeiend mogelijke overstap van PO naar VO.
In 2014 vinden ingrijpende verbouwingen plaats van
de Dr.Bosschool en De Kleine Dichter, zodat deze
Samen met alle Utrechtse schoolbesturen primair
en speciaal onderwijs heeft SPO Utrecht in 2013 het
In vorige Koersplannen stonden SMART-doelen en
tijdpaden. Die suggereerden dat alle scholen op hetzelfde moment min of meer hetzelfde zouden doen
of aan het einde van het tijdpad hetzelfde bereikt
zouden hebben. Zoals in hoofdstuk 4 al is opgemerkt:
niets is minder waar. Scholen verschillen en hebben
eigen ontwikkeltrajecten. In de nieuwe schoolplannen (2015-2019) laten SPO-scholen concreet zien
hoe zij de nieuwe koers willen realiseren en wat daarvoor op hun school nodig is. Dat betekent dat elke
school accenten legt, passend bij de pedagogische
visie, de eigen situatie en de schoolontwikkeling.
Als bestuur zullen wij, samen met de staf, richting
geven, scholen stimuleren en ondersteunen. De
samenwerking, het samen leren, ontwikkelen en innoveren speelt een grote rol binnen SPO Utrecht. Zo
26
25
UOA is de Lokale Educatieve Agenda van Utrecht (LEA)
24 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Samen met de gemeente en culturele partners werken we komende jaren aan een impuls in de vormgeving van kunst- en cultuureducatie. Doel is dat kunsten cultuureducatie een vast en volwaardig onderdeel
van het curriculum van basisscholen wordt.
Wij beraden ons op de wijze waarop dagarrangementen voor kinderen het beste kunnen worden
vormgegeven en participeren daartoe in landelijke
activiteiten26. SPO Utrecht ondersteunt initiatieven
van scholen met ketenpartners. Wij streven daarbij,
in overleg en samenwerking met maatschappelijke
partners, naar een aantal scholen(clusters) in de stad
die IKC’s (integraal kindcentrum) vormgeven.
27
werken onder de noemer ‘ICT-verbonden/Leren in de
21ste eeuw’ meer dan de helft van alle SPO-scholen
al enkele jaren samen aan innovatie van onderwijs27.
Binnen SPO Utrecht wordt in leerteams, werkgroepen
en netwerken actief samengewerkt.
Ook de SPO Personeelsdag in maart 2015, staat
geheel in het teken van dit Koersplan.
Directeuren zijn verantwoordelijk voor schoolontwikkeling. Samen met hun team en met inspraak van
de MR werken zij aan goed onderwijs. Zij leggen
verantwoording af voor de aanpak en resultaten van
schoolontwikkeling en laten zien hoe de SPO-koers
op hun school concreet wordt. Een boeiend proces:
als bestuur verheugen wij ons op de schoolbezoeken
en gesprekken!
Initiatief IKC van Pettelaargroep en Kinderopvangfonds 2014
Samenwerking SPO Utrecht en APS
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 25
Toelichting en afkortingen in het onderwijs
achterstandenbeleid (rijks)overheidsbeleid om onderwijsachterstanden tegen te gaan
APS landelijk algemeen pedagogisch studiecentrum
ARBOarbeidsomstandigheden
Wet BIO Wet Beroepen in het Onderwijs
cao PO collectieve arbeidsovereenkomst primair onderwijs
GMR gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
handelingsgericht werken (HGW) de systematiek van werken, die uitgaat van het bieden van onderwijs­ activiteiten, na een goede diagnostiek, die aansluiten bij demogelijkheden van
de (zorg)leerling en die in overleg met ouders en leerling geformuleerd worden
ICT informatie- en communicatietechnologie
IKC integraal kindcentrum
IPB integraal personeelsbeleidsplan
kengetallen voor beleidsbeslissingen relevante informatie
Leefstijl programma voor sociaal-emotionele ontwikkeling en burgerschap
masterplan integraal beleidsplan
MRmedezeggenschapsraad
Obs openbare basisschool
OCW Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
OMR oudergeleding medezeggenschapsraad
OOP onderwijsondersteunend personeel
OPonderwijspersoneel
passend onderwijs onderwijs dat aansluit bij de ontwikkeling van kinderen en daarmee een
onderwijsaanbod op maat is
pilot invoeringsproject, dat dient om ervaring op te doen die bruikbaar is voor
invoering op bredere schaal
PMR personeelsgeleding medezeggenschapsraad
PO primair onderwijs (basis- en speciaal basisonderwijs)
POVO procedure overgang van primair naar voortgezet onderwijs
SBO speciale basisschool
SO speciaal onderwijs
SPO Utrecht Stichting openbaar Primair Onderwijs Utrecht
SWV samenwerkingsverband in het kader van de Wet Passend Onderwijs
UOA Utrechtse Onderwijs Agenda
Vreedzame School programma dat zich richt op een goed pedagogisch klimaat, vergroting van
sociale vaardigheden en zelfredzaamheid van kinderen en de ontwikkeling tot
actieve burger in een democratische samenleving
26 | Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
Toelichting en afkortingen in het onderwijs
(V)SO
VVE
Voorschool
Vroegschool
ZML(K)
(voortgezet) speciaal onderwijs
voor- en vroegschoolse educatie
aanbod ter voorkoming/bestrijding van (taal)achterstanden bij peuters
aanbod ter voorkoming/bestrijding van (taal)achterstanden in groep 1 en 2 van
de basisschool
zeer moeilijk lerende(n) (kinderen)
Koersplan 2014-2018 SPO Utrecht
| 27
Download