definitieve overeenkomst subsidieverlening door de

advertisement
CVON-nummer: CVON2017-
DEFINITIEVE OVEREENKOMST SUBSIDIEVERLENING DOOR
DE NEDERLANDSE HARTSTICHTING
VANWEGE CARDIOVASCULAIR ONDERZOEK NEDERLAND
ONDERZOEKSPROJECT IN HET KADER VAN “EERDER HERKENNEN VAN HART- EN VAATZIEKTEN”
‘’
MET CVON NUMMER CVON2017ONDERGETEKENDEN:
1.
de stichting Nederlandse Hartstichting, gevestigd te 's-Gravenhage te dezen overeenkomstig artikel
11 lid 1 van haar statuten vertegenwoordigd door haar directeur, drs. F. Italianer, hierna te noemen:
de "Hartstichting";
2.
het, in dezen vertegenwoordigd door, hierna te noemen: "Subsidie-ontvanger".
3.
de, gevestigd te, in dezen vertegenwoordigd door, hierna te noemen: “Instelling 1”.
4.
het, gevestigd te, in dezen vertegenwoordigd door, hierna te noemen: “Instelling 2”.
5.
het, gevestigd te, , in dezen vertegenwoordigd door, hierna te noemen: “Instelling 3”.
6.
het, gevestigd te, , in dezen vertegenwoordigd door, hierna te noemen: “Instelling 4”.
Partijen 2 t/m 6 zullen hierna tezamen worden aangeduid als “Instellingen”.
OVERWEGENDE DAT:
A. De Hartstichting, KNAW, NWO/ZonMw en NFU de handen ineen hebben geslagen en het initiatief
CardioVasculair Onderzoek Nederland (CVON) steunen: van, voor en door cardiovasculaire
onderzoekers. De Hartstichting beheert de organisatie van CVON m.b.t. procedures,
selectieprocessen en voortgang van de projecten en thema’s, zowel inhoudelijk als financieel.
B. De Subsidie-ontvanger het voornemen heeft om in samenwerking met een aantal andere
kennisinstellingen, onderzoekers en bedrijven (tezamen het Consortium, zoals hieronder
gedefinieerd) onderzoek uit te voeren op het gebied van “Eerder Herkennen van Hart- en
Vaatziekten”, waaronder het hieronder gedefinieerde Onderzoeksproject.
C. De Subsidie-ontvanger behoefte heeft aan financiering van het Onderzoeksproject en de
Hartstichting bereid is een deel van deze financiering te verstrekken door het verlenen van een
subsidie, onder de in deze definitieve overeenkomst subsidieverlening (de "Definitieve
overeenkomst") genoemde voorwaarden.
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 1
CVON-nummer: CVON2017-
1.
Definities
1.1.
CMK: Commissie Maatschappelijke Kwaliteit. Commissie die de Hartstichting adviseert over de
volgende zaken: maatschappelijke kwaliteit van ingediende projectvoorstellen, de
midtermrapportage en de eindrapportage.
1.2
Consortium: samenwerkingsverband waarbij de Instellingen en/of Onderzoekers betrokken zijn in
het kader van het Onderzoeksproject.
1.3
Consortiummanagement: orgaan dat verantwoordelijk is voor de financiële en administratieve
coördinatie van het Onderzoeksproject onder supervisie van de Subsidie-ontvanger.
1.4
Intellectuele Eigendomsrechten: alle geregistreerde en niet geregistreerde intellectuele
eigendomsrechten en aanvragen tot registratie daarvan, waaronder maar niet beperkt tot
merkenrechten, octrooirechten, rechten op uitvindingen, databankrechten, auteursrechten
(waaronder tevens begrepen rechten op software), modelrechten, domeinnamen en rechten op
know-how.
1.5
Intra-consortium overeenkomst (intra consortium agreement of ICA): de overeenkomst tussen de
Instellingen die deelnemen aan het Consortium met betrekking tot de uitvoering van het
Onderzoeksproject.
1.6
ISAC: International Scientific Advisory Committee. Internationale adviescommissie die de
Hartstichting adviseert over de volgende zaken: de ingediende projectvoorstellen, de midtermrapportage en de eindrapportage.
1.7
Kosten: alle kosten die redelijkerwijs toegerekend kunnen worden aan het genereren van revenuen
op Resultaten, zoals bijvoorbeeld: patentkosten, licentiekosten, betaalde en niet te verrekenen BTW,
valorisatiekosten voor de Instelling en vergoedingen voor een exploiterende partij, maar exclusief
algemene overheadkosten van een Insteling.
1.8
Netto- Revenuen: Revenuen minus de Kosten, voor zover deze positief zijn met een ondergrens van
500,-- euro.
1.9
Onderzoekers: de Onderzoeksleiders, principal investigators en de andere bij het Onderzoeksproject
betrokken onderzoekers.
1.10
Onderzoeksleider: de onderzoeker die verantwoordelijk is voor de uitvoering van het
Onderzoeksproject, die krachtens arbeidsovereenkomst is verbonden aan de Subsidie-ontvanger,
zijnde: ......
1.11
Onderzoeksproject: het onderzoeksproject op een gebied dat de aandacht van de Hartstichting heeft,
zoals nader omschreven in de Subsidieaanvraag.
1.12
Onderzoeksresultaten: alle resultaten die direct of indirect voortvloeien uit het Onderzoeksproject,
waaronder in ieder geval begrepen, maar niet beperkt tot de onderzoeksresultaten, vervaardigde
documenten en materialen, ontwerpen, schetsen, afbeeldingen, tekeningen, modellen,
programmatuur, verpakkingen, producten, stoffen of samenstellingen, medische hulpmiddelen,
werkwijzen, processen, diensten, presentaties, lesmaterialen, uitvindingen en andere know-how en
informatie in welke vorm dan ook, inclusief de daarop berustende Intellectuele Eigendomsrechten.
Of een resultaat als hierboven bedoeld in voldoende relatie staat tot het Onderzoeksproject om te
kwalificeren als Onderzoeksresultaat, staat uiteindelijk ter beoordeling van de Hartstichting.
1.13
Revenuen: de gerealiseerde opbrengsten die (direct of indirect) voortkomen uit het
Onderzoeksproject en/of de exploitatie of (gedeeltelijke) vervreemding van de Onderzoeksresultaten,
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 2
CVON-nummer: CVON2017-
waaronder begrepen maar niet beperkt tot inkomsten uit licentieovereenkomsten, opbrengsten uit
vervreemding van (delen van) de Onderzoeksresultaten en/of Intellectuele Eigendomsrechten en/of
overige gerelateerde opbrengsten, zoals bijvoorbeeld dividend en winst bij exit.
1.14
Subsidie: een bedrag dat de Hartstichting bereid is ter financiering van een gedeelte van het
Onderzoeksproject aan de Subsidie-ontvanger te verstrekken. De Subsidie is geen subsidie in de zin
van artikel 4:21 van de Algemene wet Bestuursrecht.
1.15
Subsidieaanvraag: de (uitgewerkte) subsidieaanvraag ingediend door de Onderzoeksleider
d.d. ..........., de voorlopige toewijzing van ..... ("Voorlopige Toewijzing") en de herziene begroting
zoals goedgekeurd door de Hartstichting op …. ("Herziene Begroting") en alle nadien gemaakte
afspraken vastgelegd in correspondentie tussen de Hartstichting en de Onderzoeksleider (bijlage 1).
2.
Partijen
2.1
Waar de Definitieve overeenkomst verplichtingen bevat voor de Instellingen geldt steeds dat de
Instellingen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de nakoming van die verplichtingen, tenzij
uitdrukkelijk anders vermeld in de Definitieve overeenkomst.
2.2
De Instellingen staan ervoor in dat ook andere bij het Onderzoeksproject betrokken (rechts)personen
de door de Hartstichting aan de verlening van de Subsidie verbonden verplichtingen zoals
neergelegd in de Definitieve overeenkomst zullen naleven. Betrokken (rechts)personen als bedoeld in
dit artikellid zijn alle partijen die direct of indirect meewerken aan het Onderzoeksproject,
waaronder andere leden van het Consortium en Onderzoekers, en alle partijen die direct of indirect
gebruik zullen maken van, voort zullen bouwen op of de exploitatie zullen uitvoeren van de
Onderzoeksresultaten, waaronder uitdrukkelijk ook begrepen bestaande of nog op te richten
ondernemingen en onderzoekers die werkzaam zijn of zullen worden bij de Instellingen (hierna:
“Betrokken Partijen”). Onder Betrokken Partijen vallen onder andere de partijen die als
‘Betrokken Partij’ deze Definitieve overeenkomst hebben ondertekend.
2.3
Voor zover Betrokken Partijen de Definitieve overeenkomst niet voor akkoord hebben ondertekend,
dragen de Instellingen er zorg voor dat de relevante verplichtingen uit de Definitieve overeenkomst
bindend aan de Betrokken Partijen worden opgelegd. Als de Instellingen zich niet houden aan de
verplichting als bedoeld in dit artikellid en dat tot gevolg heeft dat de Hartstichting geen aanspraak
zou kunnen maken op haar rechten op grond van artikel 11.8 jegens een Betrokken Partij, dan
accepteren de Instellingen reeds nu voor alsdan de verplichting om de verplichtingen op grond van
artikel 11.8 na te komen in plaats van de betreffende Betrokken Partij en de vergoeding te betalen als
ware zij de Betrokken Partij.
2.4
Schending van één van de verplichtingen uit de Definitieve overeenkomst door één of meer van de
Betrokken Partijen, wordt tevens beschouwd als een schending van deze Definitieve overeenkomst
door de Instellingen. Voorts vrijwaren de Instellingen de Hartstichting voor alle schade als gevolg
van schending door een Betrokken Partijen van een van de verplichtingen zoals neergelegd in de
Definitieve overeenkomst.
3.
Verlening en uitbetaling subsidie
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 3
CVON-nummer: CVON2017-
3.1
De Hartstichting verleent hierbij een Subsidie aan de Subsidie-ontvanger voor de uitvoering van het
Onderzoeksproject onder de in deze Definitieve overeenkomst genoemde voorwaarden, welke
verlening de Subsidie-ontvanger hierbij aanvaardt.
3.2
De Subsidie is in eerste instantie toegewezen door middel van een Voorlopige Toewijzing. Deze
Voorlopige Toewijzing geeft een indicatie van de hoogte van het toe te wijzen bedrag. Aan de
Voorlopige Toewijzing kunnen geen rechten worden ontleend.
3.3
De Subsidie voor de uitvoering van het Onderzoekproject wordt voor een periode van . jaar
toegewezen.
3.4.
Op basis van de Herziene Begroting (bijlage 1) is de hoogte van de Subsidie vastgesteld op
euro. Dit bedrag is inclusief eventueel verschuldigde BTW. Dit bedrag is het maximaal door de
Hartstichting toe te wijzen bedrag voor het Onderzoeksproject.
3.5
De Subsidie wordt niet eerder uitbetaald (opschortende voorwaarde) aan de Subsidie-ontvanger dan
dat:
(a) is voldaan aan de afspraken die zijn gemaakt in de startgesprekken met de Onderzoeksleider,
zoals vastgelegd in de correspondentie in bijlage 1;
(b) de Intra-consortium overeenkomst is ondertekend waarin minimaal is vastgelegd:

organisatiestructuur van het consortium

eigendoms- en gebruiksrechten

publicatieprocedure

data-sharing
(c) deze Definitieve overeenkomst is ondertekend.
3.6
Subsidie-ontvanger zal zorgen voor de verdeling van de Subsidie onder de Instellingen conform de
Herziene Begroting (bijlage 1).
3.7
Uitbetaling van de Subsidie door de Hartstichting aan de Subsidie-ontvanger vindt in beginsel plaats
in halfjaarlijkse termijnen en zal worden betaald tot de midterm-review. De Hartstichting zal de
midterm-review gebruiken als ijkpunt m.b.t. de financiën, de Herziene begroting wordt vergeleken
met wat daadwerkelijk besteed is. Het resterende budget kan naar aanleiding van deze toetsing
worden bijgesteld.
Na een gezamenlijk positief advies van de ISAC en de CMK over de midterm-rapportage aan de
directie van de Hartstichting, zal de Hartstichting de, mogelijk aangepaste, betalingen weer
opstarten.
Als de ISAC en de CMK gezamenlijk negatief adviseren over een midterm-rapportage aan de directie
van de Hartstichting, kan de Hartstichting de Subsidie geheel of gedeeltelijk stopzetten,
onverminderd het bepaalde in artikel 13.2 van de Definitieve overeenkomst.
De Hartstichting zal eveneens de eindrapportage gebruiken als ijkpunt m.b.t. de financiën, de
Herziene begroting wordt vergeleken met daadwerkelijk besteed.
De uitbetaling van de laatste termijn kan naar aanleiding van deze toetsing worden bijgesteld en
vindt plaats na een gezamenlijk positief advies van de ISAC en CMK over de eindrapportage aan de
directie van de Hartstichting.
Als de ISAC en de CMK gezamenlijk negatief adviseren over de eindrapportage aan de directie van de
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 4
CVON-nummer: CVON2017-
Hartstichting, dan is de Hartstichting gerechtigd om laatste termijn niet uit te betalen, onverminderd
het bepaalde in artikel 13.2 van de Definitieve overeenkomst.
3.8
In uitzondering op het onder artikel 3.7 gestelde zal het in het Onderzoeksproject onder de sectie XI
beschreven “Development of talent” op declaratiebasis worden uitbetaald. De Hartstichting zal de
midterm-review gebruiken als ijkpunt m.b.t. de financiën, de Herziene begroting wordt vergeleken
met wat daadwerkelijk besteed is. Het resterende budget kan naar aanleiding van deze toetsing
worden bijgesteld.
4.
Aanvang van het Onderzoeksproject
4.1
De startdatum van het Onderzoeksproject is ..-..-2017.
5.
Besteding van de Subsidie
5.1
De Hartstichting vergoedt uitsluitend het in artikel 3.4 genoemde bedrag. De Hartstichting
aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de overige direct of indirect aan het Onderzoeksproject
toerekenbare kosten, noch voor enige kostenoverschrijdingen.
5.2
De Instellingen zullen de Subsidie besteden conform de Herziene Begroting opgenomen in bijlage 1
bij de Definitieve overeenkomst.
5.3
De Instellingen garanderen dat er geen andere financiële bronnen voor het Onderzoeksproject zijn,
anders dan aangegeven in de Subsidieaanvraag (bijlage 1).
6.
Uitvoering van het Onderzoeksproject
6.1
De Onderzoekers zullen het Onderzoeksproject uitvoeren onder leiding van de Onderzoeksleider,
volgens de in de Subsidieaanvraag beschreven sectie VIII “Extended scientific programme”, rekening
houdend met het gezamenlijke advies van de ISAC en de CMK dat mede gebaseerd is op de
aanbevelingen van de ingeschakelde referenten (bijlage 1). De directie van de Hartstichting benut
hierin het gezamenlijke advies van ISAC en de CMK.
6.2
De Instellingen zijn ervoor verantwoordelijk dat het Consortium zal functioneren overeenkomstig de
aangegeven organisatie- en beslisstructuur vermeld onder sectie VII punt 1.b van de
Subsidieaanvraag (bijlage 1). Indien een advisory board wordt ingesteld, mogen hierin geen leden
zitting nemen van de ISAC en/of de CMK. De samenstelling van de advisory board dient
goedgekeurd te worden door de Hartstichting. In de in te stellen gebruikerscommissie mogen geen
leden zitting nemen van de ISAC en/of CMK. De samenstelling van de gebruikerscommissie dient te
worden goedgekeurd door de Hartstichting.
6.3
De Instellingen zullen ervoor zorgen dat zij steeds op de hoogte zijn van alle relevante
omstandigheden, plannen en gebeurtenissen in het Onderzoeksproject en staan ervoor in dat zij de
Hartstichting daarvan tijdig schriftelijk op de hoogte zullen stellen. Onder de hierboven bedoelde
relevante omstandigheden, plannen en gebeurtenissen vallen in ieder geval voornemens tot wijziging
zoals bedoeld in artikel 6.5, voornemens voor klinische trials als bedoeld in artikel 6.7 en alle andere
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 5
CVON-nummer: CVON2017-
informatie die voor de Hartstichting nuttig kan zijn in het kader van de uitvoering van de Definitieve
overeenkomst of voor de vaststelling of Revenuen gegenereerd zijn of worden.
6.4
De Onderzoeksleider is het eerste aanspreekpunt voor de Hartstichting en alle communicatie
omtrent de uitvoering van het Onderzoeksproject verloopt via deze Onderzoeksleider.
6.5
De Instellingen zijn verplicht een voornemen tot wijziging in de uitvoering van het
Onderzoeksproject, waaronder bijvoorbeeld een wijziging in de onderzoeksopzet, de Herziene
Begroting of het vertrek van één van de Onderzoekers, onmiddellijk te melden aan de Hartstichting. .
Indien de voorgelegde wijziging zodanig is dat de directie van de Hartstichting tussentijds behoefte
heeft aan advies van de ISAC en de CMK en de ISAC en de CMK gezamenlijk negatief adviseren aan
de directie van de Hartstichting over de voorgestelde wijzigingen, kan de Hartstichting de Subsidie
geheel of gedeeltelijk stopzetten, onverminderd het bepaalde in artikel 13.2 van de Definitieve
overeenkomst.
6.6
De Hartstichting verwacht dat de Instellingen zich ervoor zullen inspannen dat in het opleidingsplan
van iedere aan te stellen AIO, in ieder geval twee van de drie PhD- training courses van de
Hartstichting, die jaarlijks plaatsvinden, zijn opgenomen. De bedoelde opleidingsplannen dienen
opvraagbaar te zijn bij het Consortiummanagement.
6.7
a. Indien een van de Onderzoekers voornemens is om in het kader van het Onderzoeksproject een
klinische trial te starten, dan is de Onderzoeksleider, al dan niet tezamen met de betrokken
Onderzoeker, verplicht vooraf in overleg te treden met het Netherlands Heart Institute (NL-HI), om
te bepalen of de trial onder begeleiding van het NL-HI zal kunnen worden uitgevoerd.
b. Er zal tevens overleg worden gevoerd met het NL-HI/ Durrer-Center met betrekking tot het
onderbrengen van data en samples.
Het niet gebruik maken van deze faciliteiten dient schriftelijk te worden beargumenteerd.
6.8
De Instellingen garanderen dat het Onderzoeksproject wordt uitgevoerd volgens alle toepasselijke
nationale en internationale regelingen, waaronder mede begrepen de Gedragscode Goed Gebruik
2011, de Gedragscode Gezondheidsonderzoek en de Gedragscode Wetenschapsbeoefening 2014. De
Instellingen garanderen dat zij en de andere deelnemers van het Consortium in het bezit zijn van alle
wettelijke vereiste autorisaties en documentatie, zoals de METC-, DEC- en CCMO-goedkeuringen en
alle andere documenten die van belang zijn voor een goede uitvoering van het Onderzoeksproject. De
Instellingen zullen ervoor zorgen dat kopieën van deze autorisaties en documentatie in bezit zijn van
het Consortiummanagement en dat deze op verzoek van de Hartstichting aan hen worden
overhandigd.
6.9
Tijdens de uitvoering van het Onderzoeksproject kan geconstateerd worden dat activiteiten op
bepaalde terreinen binnen de verschillende CVON-consortia nagenoeg identiek/complementair zijn.
In dat geval zullen dwarsverbanden gelegd worden om zo efficiënt mogelijk te kunnen werken en om
mogelijk belangrijke infrastructuur voor het Nederlandse cardiovasculaire onderzoek veilig te
stellen. De Instellingen zijn verplicht hieraan volledige medewerking te verlenen en alle nodige
informatie te verschaffen.
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 6
CVON-nummer: CVON2017-
7.
Rapportages/Verantwoording
7.1
De Onderzoeksleider dient een midterm-rapportage op te stellen. Subsidie-ontvanger en de
Onderzoeksleider zijn ervoor verantwoordelijk dat deze verplichting wordt nagekomen. Begin ....
ontvangt de Onderzoeksleider, de datum waarop de midterm-rapportage ingediend moet zijn.
Richtlijnen en instructies worden tijdig bekend gemaakt. De midterm review is een belangrijk
beslismoment in de voortgang van het Onderzoeksproject.
Als de ISAC en de CMK gezamenlijk negatief adviseren over een midterm-rapportage aan de directie
van de Hartstichting, kan de Hartstichting de Subsidie geheel of gedeeltelijk stopzetten,
onverminderd het bepaalde in artikel 13.2 van de Definitieve overeenkomst.
7.2
De Onderzoeksleider dient een eindrapportage op te stellen. Subsidie-ontvanger en de
Onderzoeksleider zijn ervoor verantwoordelijk dat deze verplichting wordt nagekomen. Begin ....
ontvangt de Onderzoeksleider de datum waarop de eindrapportage ingediend moet zijn. Richtlijnen
en instructies worden tijdig bekend gemaakt. De eindevaluatie is een belangrijk evaluatiemoment
met betrekking tot de afronding/het succes van het Onderzoeksproject.
Als de ISAC en de CMK gezamenlijk negatief adviseren over de eindrapportage aan de directie van de
Hartstichting, dan is de Hartstichting gerechtigd om laatste termijn niet uit te betalen, onverminderd
het bepaalde in artikel 13.2 van de Definitieve overeenkomst.
7.3
De rapportages als bedoeld in artikel 7.1 en 7.2 zijn tevens bedoeld om ervoor te zorgen dat de
Hartstichting steeds op de hoogte is van behaalde en verwachte Onderzoeksresultaten en de
(verwachte) exploitatie daarvan. De Onderzoeksleider dient derhalve in elke rapportage uitdrukkelijk
aandacht te besteden aan deze aspecten, onder meer met het oog op uitvoering van artikel 11.8.
7.4
Gedurende het Onderzoeksproject zal ten minste een keer per jaar overleg plaatsvinden tussen de
Onderzoeksleider en een of meer vertegenwoordigers van de Hartstichting. De Hartstichting zal
tijdig aangeven welke informatie voorafgaand aan het overleg beschikbaar moet zijn.
Gedurende het Onderzoeksproject heeft het overleg tot doel om ervoor te zorgen dat de Hartstichting
steeds op de hoogte is van alle relevante omstandigheden met betrekking tot het Onderzoeksproject
en de voortgang ervan. De Hartstichting zal deze overleggen tevens gebruiken als ijkpunt m.b.t. de
financiën, de Herziene begroting wordt vergeleken met wat daadwerkelijk besteed is. Het resterende
budget kan naar aanleiding van deze toetsing worden bijgesteld. Ook het onderwerp communicatie
maakt onderdeel uit van dit overleg, evenals het proefdiergebruik en het Data Management Plan
(DMP) dat is ingediend bij de Subsidieaanvraag.
Na afloop van het Onderzoeksproject zal gedurende twee jaar contact worden onderhouden tussen
de Hartstichting en de Onderzoeksleider. Het contact heeft tot doel om te bepalen of (er een
verwachting is dat) er naar aanleiding van het Onderzoeksproject resultaten behaald worden die
mogelijk octrooieerbaar zijn, die betekenis hebben voor de (klinische) praktijk of anderszins
inkomsten zullen opleveren voor de Instellingen of de Betrokken Partijen, een en ander met het oog
op de uitvoering van artikel 11.8.
8.
Wetenschappelijke publicaties
8.1
De Onderzoekers dienen de resultaten, zowel positief als negatief, van het gesubsidieerde
Onderzoeksproject op de gebruikelijke nationale en internationale toegankelijke wijze te publiceren.
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 7
CVON-nummer: CVON2017-
De publicaties dienen door de Hartstichting te kunnen worden opgevraagd bij het
Consortiummanagement. De publicaties zijn onderwerp van de in artikel 7 genoemde overleggen met
een of meer vertegenwoordigers van de Hartstichting.
8.2
De Onderzoekers zijn verplicht om in alle wetenschappelijke publicaties die voortkomen uit het
Onderzoeksproject de steun van de Hartstichting/CVON te vermelden, t.w.: “Dit Onderzoek maakt
deel uit van het CVON, een initiatief met steun van de Hartstichting, CVON2017- …. ACRONIEM” of
“We acknowledge the support from the Netherlands Cardiovascular Research Initiative ": An
initiative with support of the Dutch Heart Foundation, CVON2017- …. ACRONIEM. Alleen de
wetenschappelijke publicaties waarin de Hartstichting/CVON aldus wordt vermeld, worden gebruikt
voor het vaststellen en beoordelen van de wetenschappelijke kwaliteit en kwantiteit van het
gesubsidieerde Onderzoeksproject.
8.3
De Onderzoekers zijn daarnaast verplicht om tijdens alle voordrachten, (poster)presentaties en/of
interviews die over het Onderzoeksproject worden gehouden, het logo van de Hartstichting duidelijk
zichtbaar te tonen, waarbij wordt vermeld: “Dit onderzoek maakt deel uit van het CVON, een
initiatief met steun van de Hartstichting, CVON2017- …. ACRONIEM of “We acknowledge the
support from the Netherlands Cardiovascular Research Initiative ": An initiative with support of
the Dutch Heart Foundation, CVON2017- …. ACRONIEM. Voor alle presentaties dient het
Hartstichting-format te worden gebruikt.
8.4.
De Hartstichting mag informatie uit de goedgekeurde aanvragen, tussenrapportages en
eindrapportages opnemen in haar onderzoeksinformatiesysteem en zij mag deze informatie
openbaar maken onder meer via social media.
9
Open Access en Data Management
9.1
Alle peer-reviewed wetenschappelijke publicaties die voortkomen uit het Onderzoeksproject dienen
in een open access journal te worden gepubliceerd. Indien publiceren in een open access journal niet
mogelijk is, dienen de Instellingen dat schriftelijk aan de Hartstichting toe te lichten.
9.2
De Hartstichting is niet verantwoordelijk voor de betaling van Article Processing Charges (of
soortgelijke kosten) om in peer-reviewed open access journals (en eventueel boeken) te publiceren.
9.3
Indien publiceren in een open access journal niet mogelijk is moet de Onderzoeker ervoor zorgen dat
een kopie van een door de uitgever geaccepteerde versie (post-review versie of uitgevers versie) van
deze peer-reviewed artikelen en/of boeken, wordt opgenomen in een open access repository voor
wetenschappelijke publicaties. Op hetzelfde moment dient de Onderzoeker de onderzoeksdata die
ten grondslag liggen aan de publicatie, openbaar te maken, tenzij dit nadelige gevolgen zou kunnen
hebben voor een mogelijke toekomstige octrooiaanvraag.
9.4
De in dit artikel bedoelde publicaties dienen direct openbaar gemaakt te worden, maar in ieder geval
niet later dan zes maanden na de datum van publicatie.
9.5
De Instellingen dienen alle onderzoeksdata (inclusief protocollen, methoden en
onderzoeksresultaten) die het resultaat zijn van het Onderzoeksproject deponeren in een open data
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 8
CVON-nummer: CVON2017-
repository, waarbij de FAIR (findable, accessible, interoperable and reusable) principes worden
gehanteerd.
10.
Wetenschapseducatie/Wetenschapscommunicatie
10.1
De Instellingen verklaren bereid te zijn over het Onderzoeksproject te communiceren en om, in
overleg en afstemming met de Hartstichting, gezamenlijk fondsen te werven voor de Hartstichting.
Het doel is wetenschapseducatie (het vertrouwd maken van wetenschappelijke inzichten en
enthousiasme voor wetenschap naar een breder publiek), fondsenwerving en verantwoording en
transparantie (voor doelgroepen inzichtelijk maken op welke wijze gelden besteed worden, met welk
beoogd resultaat).
10.2
Een vertegenwoordiging van de Hartstichting richt zich tot de Onderzoeksleider als het
aanspreekpunt voor de interne en externe communicatie.
10.3
Alleen in overleg met en na goedkeuring van de Hartstichting zullen de Instellingen en Betrokken
Partijen met derden communiceren over het Onderzoeksproject. Bij alle uitingen over het
Onderzoeksproject dient vermeld te worden dat de Hartstichting het onderzoek steunt.
10.4
Indien (één van) de Instellingen besluit(en) het Onderzoeksproject en/of een eventuele promotie
voortvloeiend uit het Onderzoeksproject in de publiciteit te brengen, dien(t)(en) (één van) de
Instellingen hierover van te voren contact op te nemen met de Hartstichting. Dit geldt eveneens voor
niet- wetenschappelijke publicaties. Indien er sprake is van een persbericht, moet in de lead vermeld
worden dat het Onderzoeksproject financieel gesteund is door de Hartstichting. Uiterlijk drie dagen
voor verzending moet het conceptpersbericht voor akkoord voorgelegd worden aan de Hartstichting.
10.5
Indien de Hartstichting zelf besluit publiciteit te zoeken over het Onderzoeksproject en/of een
eventuele promotie voortvloeiend uit het Onderzoeksproject, zijn de Instellingen verplicht hieraan
alle medewerking te verlenen. De Instellingen staan ervoor in dat indien nodig ook de Betrokken
Partijen die betrokken zijn geweest bij het Onderzoeksproject hieraan hun medewerking zullen
verlenen.
10.6
Activiteiten op het gebied gezamenlijke fondsenwerving en van wetenschapseducatie en communicatie krijgen duidelijk een plaats in de evaluaties (halverwege en aan het einde van het
traject). Deze activiteiten worden nadrukkelijk gezien als een vorm van kennisvalorisatie.
11.
Intellectuele Eigendomsrechten en licentieovereenkomsten
11.1
De Onderzoeksleider zal de Onderzoeksresultaten steeds ter gelegenheid van de rapportage en het
overleg als bedoeld in artikel 7.4 aan de Hartstichting ter beschikking stellen. Voorts zal de
Onderzoeksleider de Hartstichting steeds op diens eerste verzoek in kennis stellen van de behaalde
en verwachte Onderzoeksresultaten.
11.2
De Instellingen en de Betrokken Partijen verlenen de Hartstichting het recht om de
Onderzoeksresultaten onbeperkt te gebruiken en deze ter beschikking te stellen aan derden, voor
niet commerciële doeleinden met een maatschappelijk en wetenschappelijk belang die behoren tot
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 9
CVON-nummer: CVON2017-
de aandachtsgebieden van de Hartstichting. De Hartstichting mag informatie uit goedgekeurde
subsidieaanvragen, midterm-rapportages en eindrapportages (met uitzondering van de onderdelen
daarvan die vertrouwelijk zijn) opnemen in haar onderzoeksinformatiesysteem en zij mag deze
informatie openbaar maken onder meer via social media met inachtneming van het bepaalde in
artikel 11.5. De Hartstichting is gerechtigd sublicenties te verlenen aan derden voor het gebruik van
de Onderzoeksresultaten, voor de gebruiksdoeleinden zoals omschreven in dit artikel. Totdat deze
Onderzoeksresultaten door de betreffende Instelling(en) zijn gepubliceerd of een daarop betrekking
hebbende octrooiaanvraag is ingediend, zal de Hartstichting deze Onderzoeksresultaten
vertrouwelijk behandelen en niet gebruiken en/of aan derden kenbaar maken.
11.3
De Instellingen en de Betrokken Partijen zullen ervoor zorgen dat alle Intellectuele
Eigendomsrechten en overige relevante rechten met betrekking tot de Onderzoeksresultaten, aan
hen toekomen. De Instellingen en de Betrokken Partijen staan ervoor in dat zij gerechtigd zijn om
het gebruiksrecht als bedoeld in artikel 11.2 aan de Hartstichting te verlenen.
11.4
Indien een van de Instellingen of een Betrokken Partij (een deel van) de Onderzoeksresultaten en/of
Intellectuele Eigendomsrechten overdraagt aan een derde, dan is zij verplicht tezamen met deze
Onderzoeksresultaten en/of Intellectuele Eigendomsrechten tevens het gebruikrecht bedoeld in
artikel 11.2 over te dragen aan deze derde en zal zij bedingen dat de derde dezelfde verplichting op
grond van dit artikel door middel van een kettingbeding tevens zal opleggen aan opvolgende
verkrijgers.
11.5
Indien (een deel van) de Onderzoeksresultaten in aanmerking kom(t)en voor octrooibescherming,
zal de betreffende Instelling of Betrokken Partij de Hartstichting daarvan zo spoedig mogelijk in
kennis stellen. De Instellingen, de Betrokken partijen en de Hartstichting zijn ervoor
verantwoordelijk dat geen van deze Onderzoeksresultaten openbaar gemaakt worden, voordat een
octrooiaanvraag is ingediend.
11.6
Het is de Instellingen of de Betrokken Partijen niet toegestaan om een octrooiaanvraag te doen,
zolang niet tussen de Instellingen, de eventueel relevante Betrokken Partij(en) en de Hartstichting
volledige overeenstemming is bereikt over onder meer de vraag door wie het octrooi wordt
aangevraagd, aan wie het octrooirecht eventueel wordt overgedragen en over de verdeling tussen de
relevante partijen van de (mogelijke) inkomsten voortvloeiend uit de octrooiaanvraag en/of de
octrooiverlening.
11.7
De Instellingen en de Betrokken Partijen zullen bij overdracht van (een deel van) de
Onderzoeksresultaten aan een derde dezelfde verplichting opleggen aan deze derde en zullen daarbij
bedingen dat deze derde dezelfde verplichting door middel van een kettingbeding tevens zal opleggen
aan opvolgende verkrijgers van de Onderzoeksresultaten.
11.8
De Instellingen erkennen dat een deel van de Revenuen voortvloeiend uit het Onderzoeksproject ten
goede zou moeten komen aan de Hartstichting. De Instellingen zullen jaarlijks 17% van de NettoRevenuen, betalen aan de Hartstichting. De Instellingen zullen de Hartstichting onverwijld
informeren indien zij dergelijke Netto-Revenuen hebben gegenereerd en zullen de relevante
documentatie voor de onderbouwing van de hoogte van die bedragen, op eerste verzoek van de
Hartstichting, overleggen.
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 10
CVON-nummer: CVON2017-
De Instellingen zijn gehouden om hun administratie zodanig in te richten dat er eenduidig inzicht is
in de Kosten en Revenuen. De Hartstichting is gerechtigd om op haar eigen kosten een audit te laten
uitvoeren, door een door haar aan te wijzen externe accountant, om de juistheid en de volledigheid
van de Revenuen, Kosten en opgegeven Netto-Revenuen te controleren. Indien uit een dergelijke
audit blijkt dat de daadwerkelijk gerealiseerde Netto-Revenuen meer dan 3% hoger zijn dan de
opgegeven Netto-Revenuen, dan zal de betreffende Instelling de kosten voor de audit vergoeden en
zal zij het verschil tussen de daadwerkelijk gerealiseerde Netto-Revenuen en de opgegeven NettoRevenuen alsnog betalen aan de Hartstichting.
12.
Vrijwaring
12.1
De Instellingen en de Betrokken Partijen vrijwaren de Hartstichting en stellen de Hartstichting
schadeloos ten aanzien van alle (directe en indirecte) schade en kosten voortvloeiend uit of
verbandhoudend met vorderingen en aanspraken van derden uit welke hoofde dan ook, waaronder
mede begrepen vorderingen wegens inbreuk op Intellectuele Eigendomsrechten van derden of
vorderingen wegens productaansprakelijkheid, tenzij de vorderingen en aanspraken zijn te wijten
aan gebruik van de Onderzoeksresultaten door de Hartstichting of haar licentienemers in strijd met
de Definitieve overeenkomst, in welk geval de Hartstichting de Instellingen zal vrijwaren en
schadeloos stellen ten aanzien van alle (directe en indirecte) schade en kosten voortvloeiend uit dit
gebruik.
13.
Duur en beëindiging
13.1
De Definitieve overeenkomst heeft een looptijd van . jaren met ingang van ..-..201. t/m ..-..202..
13.2
De Hartstichting heeft het recht om de Definitieve overeenkomst met onmiddellijke ingang te
beëindigen, de betaling van de Subsidie op te schorten en/of reeds gedane betalingen terug te
vorderen van de Instellingen, een en ander ter hare keuze, onverminderd het recht van de
Hartstichting om schadevergoeding te vorderen, indien naar het oordeel van de Hartstichting:
(a) de wijze van uitvoering van het Onderzoeksproject door een van de Instellingen niet voldoet aan
de daaraan door de Hartstichting gestelde eisen en deze Instelling de gebreken niet binnen een
termijn van 30 dagen na schriftelijke ingebrekestelling door de Hartstichting heeft opgelost;
(b) het Onderzoeksproject door een van de Instellingen niet volgens de Subsidieaanvraag wordt
uitgevoerd en deze Instelling de gebreken niet binnen een termijn van 30 dagen na schriftelijke
ingebrekestelling door de Hartstichting heeft opgelost;
(c) de midterm- of eindrapportage niet voldoet aan de daaraan te stellen eisen en de
Onderzoeksleider de gebreken niet binnen een termijn van 30 dagen na schriftelijke
ingebrekestelling door de Hartstichting heeft opgelost;
(d) het Onderzoeksproject wordt beëindigd voor het verstrijken van de looptijd van de
Definitieve overeenkomst;
(e) een van de Instellingen te kort schiet in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de
Definitieve overeenkomst en deze Instelling de gebreken niet binnen een termijn van 30 dagen
na schriftelijke ingebrekestelling door de Hartstichting heeft opgelost.
(f) een van de Instellingen te kort schiet in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de
Intra-consortium overeenkomst en deze Instelling de gebreken niet binnen een termijn van 30
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 11
CVON-nummer: CVON2017-
dagen na schriftelijke ingebrekestelling door de Hartstichting of door een andere Instelling heeft
opgelost.
13.3
De Definitieve overeenkomst eindigt met onmiddellijke ingang in geval van faillissement,
(voorlopige) surseance van betaling, stillegging c.q. liquidatie van een van de Instellingen.
13.4
In afwijking van het bepaalde in artikel 13.2 en 13.3 van de Definitieve overeenkomst, zal de
Hartstichting de Definitieve overeenkomst niet met alle Instellingen beëindigen, maar alleen met de
betrokken Instelling(en), indien de overige Instellingen binnen 30 dagen na ontvangst van het
bericht van de Hartstichting dat zij overweegt om de Definitieve overeenkomst te beëindigen een
voorstel doen voor de voortzetting van het Onderzoeksproject zonder de betrokken Instelling en dit
voorstel naar het oordeel van de Hartstichting bevredigend is.
13.5
Indien de Onderzoeksleider niet langer werkzaam is bij de Subsidie-ontvanger en hij in dienst
treedt van, of anderszins verbonden wordt aan, een andere instelling in Nederland waar hij zijn
functie als onderzoeksleider zal voortzetten, dan zal de Subsidie-ontvanger haar rechten en
verplichtingen uit hoofde van de Definitieve overeenkomst overdragen aan de nieuwe instelling.
Indien de nieuwe instelling geen medewerking verleent aan overdracht van de rechten is de
Hartstichting gerechtigd om de Definitieve overeenkomst met onmiddellijke ingang te beëindigen.
Verder zal de Subsidie-ontvanger het nog niet aan de andere Instellingen doorbetaalde deel van de
Subsidie terugbetalen aan de Hartstichting, of, zulks ter keuze van de Hartstichting, dit bedrag
rechtstreeks overmaken naar de nieuwe instelling.
13.6
Indien na de afronding van het Onderzoeksproject niet de volledige Subsidie is besteed, dan zullen
de Instellingen het restant terugbetalen aan de Hartstichting.
13.7
In geval van beëindiging van de Definitieve overeenkomst om welke reden dan ook, zullen de
artikelen die naar hun aard bestemd zijn om ook na beëindiging van de Definitieve overeenkomst te
blijven gelden, onverkort van kracht blijven. De volgende artikelen zullen in ieder geval onverkort
van kracht blijven na beëindiging van de Definitieve overeenkomst: 1, 2, 7.4, 8, 9, 10, 11, 12, 14.
14.
Overige bepalingen
14.1
In het geval van een conflict of tegenstrijdigheid tussen de bepalingen in deze Definitieve
Overeenkomst en de bepalingen in de Intra-consortium overeenkomst, zal de bepaling in deze
Definitieve Overeenkomst voorrang hebben.
14.2
De door de Hartstichting verleende Subsidie geeft geen recht op financiering van toekomstige
aanvragen.
14.3
In alle correspondentie over het Onderzoeksproject met de Hartstichting, moet het in de aanhef
genoemde CVON-nummer worden vermeld. Correspondentie die hier niet aan voldoet, neemt het de
Hartstichting niet in behandeling.
14.4
Op deze Definitieve overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing en alle geschillen zullen
worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te 's-Gravenhage.
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 12
CVON-nummer: CVON2017-
15.
Bijlagen
15.1
Alle hieronder genoemde bijlagen zijn aan deze Definitieve overeenkomst gehecht en maken daarvan
onderdeel uit.
1.
Subsidieaanvraag (artikel 1.15)
2.
Ondertekende intra-consortium agreement (artikel 3.5)
Voor akkoord getekend:
Nederlandse Hartstichting
Naam: Drs. F. Italianer
Functie: directeur
Datum:
........................................
Subsidie-ontvanger:
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Instelling 1:
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Instelling 2:
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Instelling 3:
Naam:
Functie:
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 13
CVON-nummer: CVON2017-
Datum:
........................................
Instelling 4:
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Voor gezien van deze Definitieve overeenkomst en voor akkoord met de inhoud ervan:
Onderzoeksleider:
Naam:
Datum:
........................................
Betrokken Partijen:
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Naam:
Functie:
Datum:
........................................
Paraaf ondertekenaars
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 14
CVON-nummer: CVON2017-
ANTWOORDFORMULIER
Om tot een juiste betaling van de toegewezen bedragen over te kunnen gaan, dient de Nederlandse
Hartstichting te beschikken over het juiste rekeningnummer behorend bij de tenaamstelling van het
Onderzoeksproject.
TENAAMSTELLING
:
WOONPLAATS
:
Wij verzoeken de Subsidie-ontvanger dit formulier verder ingevuld te retourneren aan de Hartstichting,
Postbus 300, 2501 CH Den Haag, t.a.v. Team Onderzoek.
IBAN-nummer
:
KOSTENPLAATS C.Q. REFERENTIENUMMER: :
DATUM
:
AKKOORD:
Subsidie-ontvanger
Paraaf ondertekenaars
:
..........
...........
..........
..........
..........
..........
blz. 15
Download