Uw medische gegevens elektronisch delen? Alleen met uw toestemming! Goede zorg met goede informatie Ziekte, een blessure of een ongeval komt vaak onverwacht. Daardoor kunt u terechtkomen bij een onbekende arts, bij een andere apotheek of bij een huisartsenpost. Dan is het belangrijk dat de zorgverlener (zoals huisarts en apotheek) snel en gemakkelijk uw belangrijkste medische gegevens kan inzien. Zo krijgt hij snel een goed beeld van uw medische situatie. En zo krijgt u de juiste zorg. Zorgverleners willen daarom graag medische gegevens elektronisch kunnen opvragen. Ook ’s avonds en in het weekend. Zij maken daarbij gebruik van een speciaal en beveiligd netwerk: de zorginfrastructuur. Dit netwerk zorgt voor een snelle en betrouwbare uitwisseling van gegevens. Uw zorgverlener heeft een geheimhoudingsplicht. Hij kan niet zomaar uw medische gegevens delen met andere zorgverleners via de zorginfrastructuur. U moet uw huisarts en apotheek eerst toestemming geven uw gegevens beschikbaar te stellen. En andere zorgverleners mogen de gegevens alleen raadplegen als dat nodig is voor uw behandeling. In deze folder leest u hoe u toestemming geeft. En krijgt u antwoord op belangrijke vragen over het elektronisch uitwisselen van medische gegevens via de zorginfrastructuur. Hoe geeft u toestemming? Uw huisarts en apotheek zullen u om toestemming vragen. Daarna leggen ze in uw dossier vast of u toestemming hebt gegeven. Soms heeft u bij een huisartsenpraktijk of een apotheek contact met meerdere artsen of assistenten. Zij kunnen via één van hen uw toestemming vragen. U kunt ook zelf contact met uw huisarts en apotheek opnemen. Vanaf 1 januari 2013 mogen uw huisarts en apotheek uw medische gegevens niet zonder uw toestemming beschikbaar stellen voor raadpleging via de zorginfrastructuur. Als u geen toestemming hebt gegeven, kunnen zorgverleners uw gegevens ook niet inzien in noodsituaties. Komt u voor 1 januari 2013 niet bij uw huisarts en apotheek? Dan kunt u ook later uw toestemming geven. Dan geldt dat uw gegevens beschikbaar mogen worden gesteld vanaf het moment van uw toestemming. U kunt uw toestemming altijd weer intrekken en ook bepaalde informatie in uw dossier laten afschermen. Lees hierover meer bij de vragen en antwoorden. Zo werkt de zorginfrastructuur Uw huisarts en apotheek houden ieder een eigen dossier over u bij. Hierin staat informatie die van belang is voor uw behandeling. Zo legt uw huisarts bijvoorbeeld vast wat uw klachten zijn en welke behandelingen u krijgt. En uw apotheker vermeldt in uw dossier welke medicijnen hij u verstrekt heeft en of u allergisch bent voor bepaalde medicijnen. Als u toestemming hebt gegeven aan uw huisarts en apotheek dan mogen zij uw belangrijkste medische gegevens beschikbaar stellen aan andere zorgverleners. Bijvoorbeeld een waarnemend huisarts van de huisartsenpost, een andere apotheek of een medisch specialist. Als u naar een andere zorgverlener gaat, dan kan deze uw gegevens raadplegen. Zorgverleners kunnen gegevens elektronisch raadplegen via een netwerk dat hiervoor speciaal is gemaakt: de zorginfrastructuur. Dit is een beveiligd netwerk waarop huisartsen, apotheken, huisartsenposten en medisch specialisten in Nederland hun computersysteem kunnen aansluiten. Als uw huisarts of apotheek is aangesloten op het netwerk, dan vraagt hij uw toestemming voor de uitwisseling van uw gegevens. Als u toestemming geeft, zal hij uw burgerservicenummer (BSN) aanmelden bij het netwerk. Als een zorgverlener dan uw gegevens opvraagt, wordt met behulp van uw BSN gezocht wie gegevens over u hebben aangemeld. Die zorgverlener kan vervolgens uw belangrijkste medische gegevens inzien. Dat kan alleen als u toestemming hebt gegeven en als het nodig is voor uw behandeling. In het netwerk staat alleen uw BSN en welke huisarts en apotheek gegevens over u beschikbaar hebben. Uw medische gegevens worden dus niet opgeslagen in het netwerk. Ze blijven in de computer van uw eigen huisarts en apotheek. Andere zorgverleners kunnen alleen de belangrijkste informatie uit uw dossier inzien. Uw huisarts of apotheek houdt uw dossier bij. Zo zijn steeds de laatste gegevens over uw gezondheid beschikbaar en kunt u onjuistheden laten herstellen. Vragen en antwoorden Bij het uitwisselen van medische gegevens via de zorginfrastructuur gaat het om persoonlijke informatie. Voor u is daarom van belang om goed te weten waar u toestemming voor geeft. In deze vragen en antwoorden staan de belangrijkste zaken op een rij. 1. Als ik toestemming geef, wie kunnen mijn gegevens dan inzien? Alleen huisartsen, waarnemend huisartsen (huisartsenposten), apothekers, ziekenhuisapothekers en medisch specialisten kunnen nu aansluiten op de zorginfrastructuur. Alleen deze zorgverleners kunnen dus uw belangrijkste medische gegevens inzien. Dat mag alleen als u toestemming hebt gegeven. En als het nodig is voor uw behandeling. Zorgverzekeraars, werkgevers en bedrijfsartsen kunnen dus niet bij uw medische gegevens. Ook andere zorgverleners, zoals een psycholoog of een fysiotherapeut, kunnen uw gegevens niet inzien via de zorginfrastructuur. 2. Welke gegevens kan de zorgverlener inzien? Zorgverleners die aangesloten zijn op de zorginfrastructuur kunnen uw persoonlijke gegevens zien zoals uw naam, adres, geboortedatum, leeftijd en geslacht. Ze kunnen ook een overzicht zien van de medicijnen die u gebruikt. Een waarnemend huisarts kan ook een samenvatting van het huisartsdossier opvragen. Daarin staan: uw huidige gezondheidsproblemen; welke medicijnen u gebruikt; bekende allergieën; informatie over contacten met u in de laatste vier maanden of over de laatste vijf contacten; bijzonderheden die belangrijk zijn voor een waarnemend arts. 3. Hoe veilig is de uitwisseling van medische gegevens via de zorginfrastructuur? Om uw privacy te waarborgen, is het gebruik van het netwerk op verschillende manieren beveiligd. Zorgverleners kunnen niet zomaar aansluiten op het netwerk. Zo moet het computersysteem van de zorgverlener voldoen aan strenge beveiligingseisen. Een zorgverlener krijgt alleen toegang tot het netwerk met een speciale pas en een wachtwoord. U moet eerst toestemming geven aan uw zorgverlener voor het beschikbaar stellen van uw gegevens. Alleen zorgverleners die u behandelen, mogen uw gegevens inzien. Het inzien van uw gegevens moet nodig zijn voor uw behandeling. Op het gebruik van het netwerk is nauwlettend toezicht. Zo houdt het netwerk bij wie welke gegevens op welk moment heeft ingezien. Zo kan dat altijd gecontroleerd worden. Ondanks al deze maatregelen is geen 100% garantie te geven dat er geen poging tot misbruik wordt gedaan. Doordat er nauwlettend toezicht is op het gebruik van het netwerk, kan misbruik wel snel gesignaleerd worden. De bescherming van uw medische gegevens is geregeld in de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO). 4. Kan ik nagaan wie mijn gegevens hebben aangemeld en ingezien? Ja, dat kan. Het netwerk legt vast welke zorgverleners uw gegevens beschikbaar hebben gesteld en welke zorgverleners ze hebben opgevraagd. Als u dit wilt weten, vul dan het inzageformulier in op de website van de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ), www.vzvz.nl. U krijgt dan een overzicht thuisgestuurd van de zorgverleners die uw gegevens hebben aangemeld en opgevraagd. U kunt ook een inzageformulier opvragen via het Informatiepunt voor Zorgcommunicatie, telefoon 070 317 34 56. Wilt u weten welke gegevens uw zorgverlener over u deelt? Vraag dan om inzage in uw dossier bij uw zorgverlener. Daar heeft u recht op. 5. Als ik toestemming geef, kan elke huisarts of apotheek dan altijd mijn gegevens inzien? Zorgverleners mogen uw gegevens alleen opvragen als dat nodig is voor uw behandeling. En alleen zorgverleners die aangesloten zijn op het netwerk van de zorginfrastructuur kunnen via dit netwerk uw gegevens opvragen. 6. Kan ik nagaan of mijn huisarts of apotheek aangesloten is op de zorginfrastructuur? Op www.vzvz.nl/informatiepunt vindt u een overzicht van alle zorgverleners die zijn aangesloten op de zorginfrastructuur. Hier kunt u nagaan of uw eigen huisarts en apotheek zijn aangesloten. 7. Hoe geef ik toestemming? Uw huisarts en apotheek zullen u om toestemming vragen. Dat kan mondeling of schriftelijk. Daarna leggen ze in uw dossier vast of u toestemming hebt gegeven. U kunt ook zelf contact met uw huisarts en apotheek opnemen. Soms heeft u bij een huisartsenpraktijk of een apotheek contact met meerdere artsen of assistenten. Zij kunnen via één van hen uw toestemming vragen. Voor kinderen tot 12 jaar kunt u als ouder of voogd toestemming geven. Voor kinderen van 12 tot 16 jaar geldt dat zowel de ouder als het kind toestemming moeten geven. 8. Kan ik mijn toestemming weer intrekken? Ja, u kunt uw toestemming altijd weer intrekken. Dit doet u bij de huisarts of de apotheek aan wie u toestemming hebt gegeven. U kunt ook de VZVZ laten weten dat u uw toestemming wilt intrekken. De VZVZ draagt dan zorg voor het intrekken van uw toestemming. Kijk voor meer informatie op www.vzvz.nl of bel het Informatiepunt voor Zorgcommunicatie, telefoon 070 317 34 56. Als u geen toestemming geeft, kunnen andere zorgverleners uw medische gegevens niet raadplegen via de zorginfrastructuur. Ook niet in noodsituaties. 9. Kan ik bepaalde gegevens uit mijn dossier afschermen? Ja, u kunt uw huisarts of apotheek vragen bepaalde gegevens uit uw dossier af te schermen. Deze gegevens kunnen andere zorgverleners niet zien als ze uw gegevens opvragen. Wilt u bepaalde gegevens laten afschermen? Bespreek dit dan met uw huisarts of apotheek. 10. Als ik geen toestemming geef, worden er dan helemaal geen medische gegevens over mij uitgewisseld? Uw zorgverlener mag uw gegevens alleen met uw toestemming beschikbaar stellen voor raadpleging via de zorginfrastructuur. Als u geen toestemming geeft, kan de zorginfrastructuur daarvoor niet worden gebruikt. Uw gegevens kunnen ook op andere manieren worden uitgewisseld bijvoorbeeld via regionale netwerken. Uw zorgverlener kan u hier meer over vertellen. 11. Ik heb in het verleden bezwaar gemaakt tegen het landelijk EPD. Moet ik nu nog iets doen? Als u bezwaar heeft gemaakt, dan hoeft u niets te doen. Uw medische gegevens kunnen niet worden geraadpleegd via de zorginfrastructuur. Zonder uw toestemming kan dit ook niet vanaf 2013. 12. Mijn gegevens worden al uitgewisseld via de zorginfrastructuur. Moet ik dan toch toestemming geven? Ja, uw toestemming is nodig. Vanaf 1 januari 2013 mogen uw huisarts en apotheek uw gegevens niet beschikbaar stellen voor raadpleging door andere zorgverleners zonder uw toestemming. Als u voor 1 januari 2013 niet bij uw huisarts en apotheek komt, kunt u zelf contact met uw zorgverlener opnemen of later uw toestemming geven. Kijk voor meer vragen en antwoorden op www.vzvz.nl. Uw rechten in de zorg U heeft onder meer het recht: toestemming te geven voor het elektronisch uitwisselen van uw gegevens via de zorginfrastructuur (zie vraag 7); uw toestemming in te trekken (zie vraag 8); te weten wie uw gegevens hebben aangemeld en ingezien (zie vraag 4); zelf uw gegevens in te zien (zie vraag 4); gegevens te verwijderen of af te schermen (zie vraag 9). Kijk bij ‘Meer informatie’ voor websites en telefoonnummers. Verantwoordelijkheid In de afgelopen jaren is gewerkt aan de invoering van het landelijk elektronisch patiëntendossier (EPD). Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) was hier tot 1 januari 2012 verantwoordelijk voor. Deze verantwoordelijkheid is overgedragen aan de VZVZ. Deze heeft in overleg met de patiëntenfederatie NPCF besloten om de veilige uitwisseling van medische gegevens via de zorginfrastructuur zonder steun van de overheid voort te zetten. Uw zorgverlener en de VZVZ hebben ieder een eigen verantwoordelijkheid voor de uitwisseling van uw medische gegevens via de zorginfrastructuur. Verantwoordelijkheid zorgverlener Uw zorgverlener is verantwoordelijk voor uw medisch dossier. Hij is ook verantwoordelijk voor het elektronisch beschikbaar stellen van uw gegevens via de zorginfrastructuur en moet u daarvoor vooraf om uw toestemming vragen. Uw zorgverlener moet altijd zorgvuldig en vertrouwelijk omgaan met uw gegevens. Verantwoordelijkheid VZVZ De VZVZ is verantwoordelijk voor de uitwisseling van gegevens via de zorginfrastructuur. De VZVZ zorgt er ook voor dat het netwerk goed werkt. Bijvoorbeeld dat zorgverleners alleen de gegevens kunnen inzien die voor hun beroepsgroep nodig zijn. Zo kan een huisarts wel een samenvatting van uw huisartsdossier inzien, maar een apotheker niet. Ook zorgt de VZVZ dat het netwerk bijhoudt wie gegevens aanmelden en wie gegevens opvragen. Op de hoogte blijven? De komende jaren zal de uitwisseling van medische gegevens via de zorginfrastructuur zich verder ontwikkelen. Andere soorten zorgverleners, bijvoorbeeld medewerkers van de ambulance en de spoedeisende hulp, kunnen dan mogelijk ook gebruik maken van de zorginfrastructuur. U kunt zich op www.vzvz.nl aanmelden voor een gratis e-mailservice. Dan krijgt u bericht over belangrijke veranderingen. Meer informatie Wilt u meer weten over het geven van toestemming? Of wilt u weten welke gegevens uw huisarts of apotheek beschikbaar stelt? Op www.vzvz.nl vindt u meer informatie. U kunt ook contact opnemen met uw zorgverlener. Heeft u vragen over de zorginfrastructuur? Neem dan contact op met het Informatiepunt voor Zorgcommunicatie, telefoon 070 317 34 56, e-mail [email protected]. Of kijk op www.vzvz.nl. Heeft u na overleg met uw zorgverlener vragen? Wilt u meer weten over uw rechten als patiënt? Bel dan met de Zorglijn van de patiëntenfederatie NPCF, telefoon 030 291 67 77. U kunt ook mailen naar [email protected]. Of kijk op de website www.npcf.nl. Meer informatie over de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) vindt u op de website van het College bescherming persoonsgegevens, www.cbpweb.nl en op www.rijksoverheid.nl/persoonsgegevens. Meer informatie over de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) vindt u op www.rijksoverheid.nl. Zoek op ‘rechten van patiënten’. Colofon Deze folder is een uitgave van de VZVZ in samenwerking met het ministerie van VWS en de patiëntenfederatie NPCF. De VZVZ is eind 2011 opgericht op initiatief van de koepels van huisartsen (LVH), huisartsenposten (VHN), apotheken (KNMP) en ziekenhuizen (NVZ). Uitgave: oktober 2012