Oogreflexen 1 Accommoderen en fixeren Onderzoeksvraag: Wat gebeurt er met je ooglens en oogspieren tijdens het accommoderen? Werkwijze Houd de afbeelding recht voor je ogen op ongeveer een armlengte afstand. Breng het daarna op leesafstand. Wat gebeurt er met het beeld? Wat gebeurt er met de ooglens, buitenste oogspieren en de binnenste oogspieren? Breng het beeld nu dichterbij, tot het je neus raakt. Wat gebeurt er met het beeld? Wat gebeurt er met de ooglens, buitenste oogspieren en de binnenste oogspieren? Vul het schema in: Armlengte leesafstand Leesafstand leesafstand Beeld Ooglens Buitenste oogspieren Binnenste oogspieren Conclusie: ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Biologie | Zintuigen VWO | Werkblad Oogreflexen Vraag: Welke conclusie kun je trekken uit onderstaande figuur me betrekking tot de accommodatieafstand? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat zijn de oorzaken van ouderdomsverziendheid? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… 2 Pupilreflex Benodigdheden: luciferdoosje met gaat je in bodem eventueel spiegel Werkwijze: Houd voor je ene oog het doosje met het gaatje. Sluit het andere oog enkele seconden en doe het dan open. Kijk in de richting van het licht. Vergelijk je observatie met de rest van deklas. Biologie | Zintuigen VWO | Werkblad Oogreflexen 3 Reactie op lichtsterkte Onderzoeksvraag: Gaat de aanpassing van licht naar donker even snel als de aanpassing van donker naar licht? Benodigdheden: verduisterde ruimte zaklantaarn liniaal stopwatch Werkwijze: Blijf en paar minuten in de verduisterde ruimte om je ogen aan het zwakke licht te laten wennen. Schat zo goed mogelijk de diameter van één pupil. Schijn dan met een zaklantaarn in het oog en meet de pupildiameter opnieuw. Herhaal de proef en bepaal de tijd die nodig is voor de aanpassing van licht naar donker en omgekeerd. Resultaten: Conclusie: ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Vraag: Wat zou het belang van deze reactie zijn? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Biologie | Zintuigen VWO | Werkblad Oogreflexen