OPNAME OP … / … / … OM … UUR INLEIDING Binnenkort ondergaat je kind een ingreep of onderzoek in het Jan Yperman ziekenhuis te Ieper onder volledige verdoving. Dit betekent dat je kind in slaap gebracht wordt, zodat het niets van de procedure merkt. We noemen dit anesthesie en de arts die daarvoor zorgt, is de anesthesist (slaapdokter). Het toedienen van anesthesie heeft verschillende effecten: het slapen het wegnemen van de pijn het ontspannen van de spieren. De anesthesist bewaakt tijdens de ingreep de belangrijke lichaamsfuncties zoals de ademhaling, de polsslag, de bloeddruk en de lichaamstemperatuur en past deze zo nodig aan. De anesthesist houdt je kind onafgebroken onder controle, van het moment dat je kind in de operatiezaal aankomt, tot je kind van de ontwaakkamer (recovery) naar de kinderafdeling teruggebracht wordt. N.B.: Piercings, make-up en nagellak dienen verwijderd te worden. PREOPERATIEVE VRAGENLIJST Wanneer beslist wordt dat je kind een operatie zal ondergaan, krijg je een preoperatieve vragenlijst en een instemmingsverklaring mee op de preoperatieve consultatie. Die vul je daar samen met de verpleging in. NUCHTER ZIJN Voor de geplande ingreep moet je kind nuchter zijn. Dit betekent dat hij/ zij vanaf een bepaald tijdstip niet meer mag eten of drinken. Hiermee wordt voorkomen dat tijdens en na de verdoving inhoud uit de maag via de slokdarm in de luchtpijp en dus in de longen terechtkomt, met gevaar op het ontstaan van een longontsteking. De volgende regels gelden ten aanzien van eten en drinken voor operaties: Tot 6 uur voor de ingreep zijn drinken en eten toegestaan. Tot 4 uur voor de ingreep is borstvoeding toegestaan. Tot 4 uur voor de ingreep is drinken van wat water toegestaan. Neem als tijdstip voor de ingreep het moment dat je in het ziekenhuis verwacht wordt. NB Melk, melkproducten, flesvoeding en pap vallen onder de categorie vast voedsel. IETS EXTRA’S VOOR HET SLAPEN GAAN Je mag de avond vóór de operatie, voor het slapengaan, nog wel iets extra te eten geven. Bijvoorbeeld een sneetje brood of pap. Je voorkomt zo dat je kind op de operatiedag erg veel honger heeft. Hoewel de kinderen zich aan het bovengenoemde schema moeten houden, willen wij je als ouder aanraden om zelf wél te ontbijten! Heeft je kind toch wat gegeten of gedronken na de bovengenoemde tijden, dan moet je dit zeker melden aan de verpleegkundige van de kinderafdeling. Het is mogelijk dat de operatie naar een latere datum uitgesteld wordt. WANNEER STELLEN WE DE OPERATIE UIT? Als je kind ziek is (koorts, hoesten met slijm, algeheel onwel zijn), wordt de operatie uitgesteld tot je kind weer helemaal beter is. Heeft je kind recent (korter dan drie weken voor opname) een kinderziekte gehad, zoals waterpokken, bof, rode hond, mazelen of kinkhoest, dan is het verstandiger de operatie uit te stellen. Dit geldt ook als je kind contact gehad heeft met kinderziekten of recent inentingen (vaccinaties) gehad heeft. Voordat je naar het ziekenhuis komt, moet je eerst de temperatuur van je kind opnemen. Is de temperatuur 38 graden Celsius of hoger? Dan wordt je verzocht te bellen naar de kinderafdeling (057/35 63 01). VOORBEREIDING Het is aan te raden je kind op voorhand te vertellen wat er gaat gebeuren. Zo kan je kind rustig de informatie verwerken. Volgende zaken worden best reeds op voorhand aangehaald: de grootte en drukte van het ziekenhuis met de vele, onbekende mensen die er werken het operatiehemdje en het armbandje met de naam van je kind erop de ingreep die je kind moet ondergaan het maskertje waarin je kind moet blazen om verdoofd te worden mensen die in de operatiezaal werken, dragen speciale groene kledij en mutsen. Ook in het ziekenhuis wordt je kind zo optimaal mogelijk voorbereid op wat komen zal. Een begeleidster zal jou en je kind aan de hand van foto’s en verhalen informatie geven over de werkwijze in het operatiekwartier. Zij zal jullie dan ook vergezellen naar de operatiezaal. Je kind zal op de afdeling een kleine hoeveelheid van een rustgevend mengsel als suppo toegediend krijgen. Daarvan kan hij of zij al slaperig worden. Grotere kinderen krijgen een pilletje. Indien je dit wenst, kun je het hele verloop nog eens nalezen op onze website: www.yperman.net (klik op “diensten” en kies dan “pediatrie”) MAMA OF PAPA GAAT MEE Papa of mama mag mee naar de wachtruimte in het operatiekwartier (men hoeft zich hiertoe echter niet verplicht te voelen) waar je kind in eigen bed nog eventjes moet wachten in de kinderhoek (televisie, DVD, speciale wandbekleding). Wanneer je kind vertrekt naar de operatiezaal zelf, zal men je vragen om afscheid te nemen. Een uitstekend team van kinderbegeleidsters zorgt verder voor een gepaste opvang en animatie. De lievelingsknuffel mag mee. DE VERDOVING Er zijn twee mogelijkheden om je kind in slaap te brengen, via een maskertje of met een prikje (infuus). Het is de anesthesist die beslist welke methode toegepast wordt. Bij een 'maskertje' ademt je kind een mengsel van zuurstof en een anesthesiegas in totdat het slaapt. Daarna krijgt het een infuus. Bij een ‘prikje’ krijgt je kind (oudere kinderen) eerst een infuus. Daarna worden via het infuus medicijnen gegeven om het in slaap te brengen. Bij bepaalde ingrepen (onder de navel) kan, nadat je kind slaapt, nog een ‘extra plaatselijke verdoving’ (caudale anesthesie) gegeven worden. Zo heeft het kind de eerste uren na de ingreep een goede pijnstilling. Dit kan wel gedurende enige uren een zwaar gevoel in de benen geven. Eens in de operatiekamer wordt de bewakingsapparatuur aangesloten. Je kind krijgt plakkers op de borst om de hartslag te meten en een knijpertje op de vinger (of teen) om het zuurstofgehalte in het bloed te meten. De bloeddruk wordt aan de arm gemeten. Een verwarmingsmatras zal je kind op temperatuur houden in de koudere operatiekamer. NA DE OPERATIE Als de operatie voorbij is, wordt je kind naar de kinder-ontwaakkamer (recovery) gebracht. Deze aparte ruimte bevindt zich in het operatiekwartier, naast de operatiezalen. Indien mogelijk kan één van beide ouders bij het kind zijn. Het is belangrijk te weten dat kinderen soms onrustig zijn bij het wakker worden uit de narcose. De aanwezigheid van een ouder kan een grote geruststelling betekenen voor een kind. Je kind kan zich na de operatie nog wat slaperig voelen. Ook misselijkheid en braken zijn mogelijk. Je kind kan pijn krijgen. De verpleegkundigen weten wat ze je kind hiervoor mogen geven. Het is mogelijk dat, hoewel daghospitalisatie was gepland, je kind na de ingreep toch een nachtje moet blijven. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn, bijvoorbeeld aanhoudende misselijkheid, uitlopen van de ingreep of nabloeden. OPVOLGING THUIS Kinderen blijven zo kort mogelijk in het ziekenhuis. In de meeste gevallen kan je kind op de dag zelf van de operatie of de volgende dag naar huis. Laat het kind het thuis de eerste 24u na de operatie rustig aan doen. Geef de eerste dagen (zodra toegestaan) licht verteerbare voeding. Geef je kind ook regelmatig te drinken. Het kan gebeuren dat je kind zich de eerste dagen niet fit voelt en hangerig is. Dit kan te maken hebben met verschillende zaken: de ingreep op zich, de verdoving, het verwerken van de ingrijpende gebeurtenis van de ziekenhuisopname. Geef je kind hiervoor de nodige rust en tijd. De nazorg is afhankelijk van het type ingreep. Instructies hierover krijg je van de behandelende arts. vzw Jan Yperman Ziekenhuis Briekestraat 12 • 8900 Ieper • T +32 57 35 35 35 • F + 32 57 35 36 37 Email: [email protected] • www.yperman.net