Lees de tekst door

advertisement
Lees de tekst door:
Het anti-diuretisch hormoon houdt je nat.
Ook al drinkt Erik zo vaak mogelijk, toch kan hij niet genoeg vocht binnen krijgen. Z’n maag
kan al dat water niet verwerken en via z’n darmwand kan het niet sneller in het bloed komen.
In Erik z’n lichaam neemt door het zweten de hoeveelheid bloedplasma toe, waardoor de
osmotische waarde stijgt.
Gespecialiseerde zintuigen in de hypothalamus, zogenaamde osmoreceptoren, registreren de
verhoogde osmotische waarde van het bloedplasma. De hypothalamus stuurt een signaal
naar de hypofyse waardoor de hypofyse ADH (anti-diuretisch hormoon) af gaat geven
(§11.1). ADH heeft invloed op de nierwerking. Onder invloed van een hogere concentratie
beperken de nieren het verlies aan water bij de urineproductie. Ook op het zweten heeft ADH
invloed: daalt het bloedvolume met zo’n 8% dan geeft de hypofyse extra ADH af. Onder
invloed van ADH vernauwen de bloedvaten die naar de buitenkant van het lichaam lopen. De
verminderde hoeveelheid bloed hoopt zich dus op in de kern van het lichaam. Hierdoor blijft
weliswaar de bloeddruk op peil, maar de warmteafgifte door de huid komt in gevaar.
Zo ver moet Erik het niet laten komen. Een eerste waarschuwing voor dit gevaar kan Erik bij
zichzelf waarnemen. Als Erik de huid op z’n onderarm naar boven trekt en merkt dat deze
huidplooi na loslaten langer dan 1 seconde blijft ‘staan’, wijst dit op uitdrogen.
Vul nu de volgende termen in het schema in:
Dorst
ADH
H2O resorptie omhoog
H2O resorptie omlaag
Druk in de aders omlaag
Druk in de aders omhoog
Watergebrek
Wateroverschot
Osmotische waarde bloedplasma omhoog
Osmotische waarde bloedplasma omlaag
Verlaagde waterhuishouding
Verhoogde waterhuishouding
Download